2/6 De Grote Draak (Satan) is ontketend op aarde - Troy Black
Lukas 11:9-13: Daarom zeg Ik jullie: bid, want dan zul je krijgen. Zoek, want dan zul je vinden. Klop, want dan zal er voor je worden opengedaan. Want iedereen die bidt, zal krijgen. En iedereen die zoekt, zal vinden. En voor iedereen die klopt, zal worden opengedaan. Geen één vader geeft toch zijn zoon een steen als hij om een brood vraagt? Of een slang als hij om een vis vraagt? Of een schorpioen als hij om een ei vraagt? Dus ook al zijn jullie slecht, toch kunnen jullie goede dingen aan jullie kinderen geven. Dan zal jullie hemelse Vader toch zéker de Heilige Geest geven als mensen Hem daarom bidden?"
Openbaring 12:3-9: Er was nog iets in de hemel te zien: een grote rode draak met zeven koppen en tien horens. Op elke kop had hij een kroon. Met zijn staart sleepte hij een derde deel van de sterren van de hemel mee en gooide die op de aarde. De draak ging voor de vrouw staan. Hij wilde het Kind opeten, zodra het was geboren. Ze kreeg een Zoon die streng over de volken zou heersen, als met een ijzeren staf. Plotseling werd haar Kind meegenomen naar God op zijn troon. De vrouw vluchtte naar de woestijn. Daar had God een schuilplaats voor haar klaargemaakt waar ze zou kunnen wonen. Daar zou Hij 1260 dagen (3½ jaar) voor haar zorgen. Toen begon er in de hemel een oorlog. Want Michaël en zijn engelen streden met de draak en zijn engelen. De draak en zijn engelen werden verslagen. Ze mochten niet meer in de hemel blijven. De grote draak werd op de aarde gegooid. Hij is de oude slang en wordt ook wel de duivel of de satan genoemd. Hij is het die de mensen ongehoorzaam maakt aan God. Hij werd samen met zijn engelen op de aarde gegooid.
De Heer: De draak is ontketend. Hij zwerft rond, kijkend om te verslinden. Hij is de vijand van de zielen van de mensheid. De draken in zijn rovershol en hij roert zich op dit moment. Hij laat zich luid horen zodat mijn mensen weten dat hij brult en bang worden.
Zelfs de nationale veiligheid van naties is in beroering.
De Heer: Maar hij is een kleine draak en je dient een grote God.
De H. Geest: Wanneer je je blik richt op God, je Schepper, je Verlosser, je Redder, begin je te begrijpen dat de duivel uiteindelijk gewoon een afleiding is. En dit omdat Jezus reeds onze overwinning behaald heeft op het Kruis. En Jezus heeft heerschappij over alles.
De Heer: Hij intimideert mij niet. Nog niet in het minste. En hij zou ook niet intimiderend voor jullie mogen zijn.
Het is geen gevecht tussen Satan en God, daarom bedriegt Satan ons om ons van ons doel te brengen. Om ons van het plan te brengen dat God voor ons heeft. Daarom kwam de duivel en bedroog hij Adam en Eva. Wanneer je in de waarheid leeft, dan leef je in vrijheid. Je hoeft niet bang te zijn voor wat de duivel doet.
Satan is de beschuldiger en brengt de zonden van mensen naar boven en zorgt ervoor dat mensen dat deze zonden ervoor zorgen dat God niet voor je zal voorzien. Ze leven onder een vloek in plaats van onder een zegen. En mensen geven de duivel teveel autoriteit in hun leven. Ze zijn bang. Maar je moet niet bang zijn voor zijn beschuldigingen omdat wanneer je in de Waarheid leeft, blijf je in Gods Liefde, in Zijn vrede. Dan heb je alles wat je nodig hebt. God voorziet je van bescherming, wijsheid, en basisbehoeften.
De H. Geest: Wees waakzaam. Wees op je hoede voor de listen van de vijand. Maar wees niet bang. Angst is van de duivel. Hij vindt het heerlijk om de kinderen bang te maken voor iets waar ze niet bang voor hoeven te zijn.
Dat het bedrog aan het werk is.
Jezus werd in de woestijn bekoord door Satan met drie verschillende bekoringen:
Matteüs 4: Daarna stuurde de Heilige Geest Jezus naar de woestijn. Daar moest Jezus door de duivel op de proef worden gesteld. Hij bleef 40 dagen in de woestijn. Al die tijd at Jezus niets. Tenslotte kreeg Hij honger. Toen kwam de duivel. Hij zei tegen Hem: "Als U Gods Zoon bent, zeg dan tegen deze stenen dat ze in broden moeten veranderen." Maar Jezus antwoordde: "In de Boeken staat: 'Je kan niet alleen van brood leven. Alles wat God zegt, heb je óók nodig om te leven.' "
Satan bekoort Jezus door te zeggen dat Hij brood maakt voor zichzelf in plaats van naar Zijn Vader te luisteren en Zijn Wil te doen, maar hij valt ook de identiteit van Jezus aan tegelijkertijd. Als je de Zoon van God bent, bewijs het dan. De duivel kent onze zwakheden en weet exact hoe ons aan te vallen zodat we onze identiteit zouden verdedigen. Maar je moet niet de duivel beantwoorden op zijn niveau. Jezus weet dat zijn ondersteuning van een betere plaats komt, een beter Koninkrijk. De beloften van God waren voor Hem genoeg om geloof, hoop en vertrouwen te hebben. Veel Christenen kennen hun identiteit niet in Christus. We begrijpen niet ten volle wat Jezus voor ons gedaan heeft op het Kruis.
Toen nam de duivel Hem mee naar Jeruzalem. Daar zette hij Hem op de rand van het dak van de tempel. En hij zei tegen Jezus: "Als U Gods Zoon bent, spring dan naar beneden. Er staat toch in de Boeken: 'God zal zijn engelen de opdracht geven dat ze U op hun handen moeten dragen. Dan zult U uw voeten niet aan een steen stoten.' " Jezus antwoordde: "Maar er staat ook in de Boeken: 'Je mag je Heer God niet uitdagen.' "
Daarna nam de duivel Jezus mee naar een hoge berg. Vanaf die berg liet hij Jezus alle koninkrijken van de wereld zien, met al hun macht en rijkdom. En hij zei tegen Jezus: "Dat geef ik allemaal aan U, als U voor mij neerknielt en mij aanbidt!" Toen zei Jezus: "Ga weg, duivel! Er staat toch ook in de Boeken: 'Aanbid je Heer God en dien alleen Hém.' " Toen liet de duivel Hem met rust. En er kwamen engelen om Hem te dienen.
|