Het was al winter, vijf jaar geleden en ik was op dat moment al 10 jaar pijnpatiënt. Ondanks het feit dat ik doorgaans mn best deed om dat pijnverhaal op de achtergrond te houden, wisten en merkten vrienden wel dat ik niet meer buiten kon, dat vakanties er niet meer in zaten en dat de hoekzetel mn vaste stek was geworden.
In die lange periode gebeurde het dan ook enkele keren dat een vriend met goede raad aan kwam zetten. Allemaal heel erg goed bedoeld maar na zoveel jaren heb je alle medische behandelwegen al wel gevonden en niemand zou me op de alternatieve behandelpistes krijgen; ik bedankte vriendelijk en hield het voorstel voor bekeken. Het verwonderde me wel hoe mensen overtuigd waren van de werking van een pendelaar of homeopaat... xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Op een keer probeerde Frakke me weer eens te overtuigen: ik ben erg goed geholpen geweest door een homeopaat in Brussel zei hij, je zou me een plezier doen als ik je eens mocht meenemen daar naartoe. Ik keek ontwijkend en hij wist wel wat ik wou zeggen. Nee maar, ik zal de consultatie zelf betalen klonk het aandringend. Och,
Frakke is zon lieve man en ik wou hem dan niet nog een keer teleurstellen na het aanvullende argument dat die homeopaat ook geneesheer was. Oké, dacht ik, één keer en dan is het genoeg, dan heb ik toch een beetje goeie wil getoond.
Die bewuste vrijdagavond kroop ik onder een dik deken naast Frakke die me richting Brussel reed. Ik had enkele onderzoeksresultaten mee: röntgen, operatieverslag, ruggemergonderzoek,
een hele bundel ik ging tenslotte toch naar een geneesheer.
De Brusselse straatjes werden als maar smaller en yep ineens zag ik de snuit van onze wagen twee centimeter verwijderd van een tegenligger die de straat in wou die wij uitreden. Frakke vloog omhoog, vloekte ferm, dreigde uit te stappen om de middelvinger opstekende in de andere auto aan te pakken. Ik beefde, wat gebeurt er nu? Die Frakke heb ik nooit één woord luider dan het andere horen zeggen. Ik probeerde hem te kalmeren en met wat gegrom achter de tanden en dreigend gekijk werd de zaak geklaard. Oef, zou Frakke dan ook zenuwachtig zijn?
De wachtzaal was leeg en klein. We moesten een kwartiertje wachten; la noblesse se fait attendre? Uiterste charme en hand uitstekend, zegt de blonde dame (ja, blond) in gebroken Vlaams wie, ah, kom binnen. Ik zette me neer en verwachtte dat ik een hele uitleg zou moeten doen. De korte stilte gebruikte ik om heel mijn dossier op de tafel te leggen. Nee, nee, dat heb ik niet nodig zei de dokter. Ze moest helemaal NIKS van mn verhaal kennen. Even later stonden we buiten en ik had de opdracht een meegekregen pil te slikken vanavond en daarna te noteren wat ik allemaal gedroomd had. Nadien moest ik terugkomen met die notities. Pfff, ik droom niet één keer per jaar, tenminste ik zal wel dromen maar ik herinner me zelden een droom, heel zelden. Het zou straf zijn als ik morgen een droom zou kunnen opschrijven. Heel stil schoven we door de nacht naar huis. Er werd niks gezegd. Ik zag elk gebaar van die dame voor me en had nooit verwacht dat een alterneute ervaring zon wereldvreemde indruk naliet.
Thuis gekomen en na het vertrek van Frakke gooide ik de pil in de haard. Ik had Frakke tenminste gelukkig gemaakt. Die nacht, je zal het nooit geloven, heb ik gedroomd, gedroomd en gedroomd
Man, man, man ...
Zou die pil in de haard daar iets mee te maken gehad hebben?
Ik moet je niet vertellen zeker dat ik me nooit meer heb laten meesleuren?
|