GEDENK
Gedenk de dooden,kind,die vielen op 't gruwelijk veld van eer.
Gedenk bij 't bidden steeds hun zielen al knielend voor den Heer.
Gedenk de moeders,kind,de weezen,en al het wee doorstaan,
Verminkte,blinde,kreupele wrakken,die droef door 't leven gaan.
Gedenk ,mijn kind,naar boven starend,het godlijk woord altijd:
O MENSCHEN LIEF,BEMINT ELKANDER OMDAT GE BROEDERS ZIJT."
Gedenk! En bid voor wereldvrede.
O volg des Heeren leer;
ZOO ALLEN DIT OP AARDE DEDEN...
ER KWAM GEEN OORLOG MEER!
(uit de druivelaar)
|