Hallo allemaal die dit blogje lezen!
Vandaag heb ik alle politieke gedachten uit het kopje gezet en ben ik met mijn beste vriendin naar Brussel gespoord om een snuifje cultuur op te doen. Regelmatig bezoeken we met ons tweetjes een museum, een tentoonstelling, volgen een cursus kunstgeschiedenis, luisteren naar een concert, of doen we zo maar eens gewoon een cinemaatje. Onze belangstelling voor de cultuur in het algemeen is van ongeveer hetzelfde kaliber en we delen de dag in met een scheutje cultuur en een scheutje van een of ander drankje, zoals een koffie verkeerd of een warme chocomelk. Natuurlijk kletsen we ook over de voorvalletjes in ons beider leven, over onze kinderen, over het wel en wee van alle dag, en soms houden we heel diepzinnige gesprekken over de zin van het leven, de zin van het lijden en de zin en onzin van het bestaan tout court. Na zo´n dag kom ik thuis en dan ben ik heel dankbaar om de fijne uren die we als vriendinnen mochten doorbrengen en dan denk ik dat vriendschap het allermooiste is dat in de wereld van gevoelens bestaat. Als gevoel lijkt "de liefde" het allerbelangrijkste te zijn, en het zal dan ook wel het belangrijkste zijn, maar, och mensen, wat is dat moeilijk om op de juiste manier met die "liefdegevoelens" om te gaan. In zijn liefde voor een medemens is een mens zo kwetsbaar, zo vlug gekrenkt, zo breekbaar als heel dun kristal. Liefde doet mij denken aan een jong musje dat op de rand van het nest staat te balanceren en zich afvraagt: "als ik mijn vleugels uitsla, zal ik stijgen hoog naar de blauwe lucht of zal ik te pletter storten daar diep onder mij op die harde grond?" Doorgaans vliegt het musje naar de blauwe lucht en klapwiekt vrij en blij zijn toekomst tegemoet; maar af en toe lukt het echt niet en is de klap met de harde grond zijn dood. Vriendschap vergelijk ik met een adelaar, hoog zwevend boven het gepeupel, met sterke vleugels en met een onwrikbaar vertrouwen in de eigen vliegkunde. Roddels en achterklap laten die trotse vogel niet van zijn koers afwijken; zijn scherpe blik kijkt tot in je ziel en je weet dat die scherpe blik alles ziet in die ziel van je, het goede en het minder goede, dat die blik in het innerlijk wederkerig is, en dat het OK is voor hem of haar dat er zwarte plekken in je ziel zijn, en barsten in je hart, en dat er atoompjes haat in je geest zweven die de teleustellingen van de liefde in je hebben geblazen! Vriendschap is minder eisend dan de liefde, legt minder beslag op je. We zagen weer mooie zaken vandaag. De tentoonstelling draaide vooral om de kunstwerken van Leon Spilliaert, een kunstenaar die vooral de zee en het strand van Oostende, gezien door zijn ogen, aan ons liet zien. Mooi! Na de werken van Spilliaert bewonderd te hebben, dwaalden we nog even door een paar zalen met o.a. werken van Ensor, Claus, en andere grote namen, maar we waren te veel onder de indruk van de beelden van Spilliaert, die in hun frêle schoonheid te veel gevoelens hadden bovengehaald om van die soms toch bombastische werken nog echt te kunnen genieten. Dus besloten we nog een wandelingetje te maken over de Grote Markt van Brussel, die er nog altijd even schoon bij ligt als een paar eeuwen geleden. De sfeer was er rustig; een paar toeristen, Japanners hoofdzakelijk!, maakten het gezellig en een flauw zonnetje bescheen de gouden ornamenten op de gevels. Soms hoor je of lees je dat er in Brussel gewelddadige dingen gebeuren en dat het er lang niet zo vredig is als daar op de Grote Markt..... Spijtig! Ik ben weer thuis in de Moby. Op de lugubere parking. Moe, maar tevreden. Morgen met de trein naar Antwerpen om me aldaar weer in het strijdgewoel te werpen, gesterkt door de vitamientjes van vandaag!
|