Toch gaan mijn herinneringen nog een stuk dieper en verder dan dat.Vergissen is mogelijk maar ik meen me een aantal beelden te herinneren van de oorlog alhoewel ik op het einde pas een goeie drie jaar oud was.Misschien heb ik een aantal verhalen achteraf opgevangen en heeft mijn verbeelding me parten gespeeld,maar geloof dat niet.Daarvoor zie ik alles te duidelijk voor mijn ogen.Ik zie mezelf nog in de kelder van G.V.,zowat honderd meter van ons eigen huisje,en ik kan precies vertellen hoe die er ,in die tijd,uitzag.Toen we erop een dag in gevlucht waren voor de bombardementen,kwam er een rijkswachter binnen.Ik zie hem nog staan,boven aan de trap.Die man heeft me bang gemaakt,waarschijnlijk door het uniform dat hij droeg.Ik weet zelfs nog dat we langs achteren naar die schuilplaats liepen en dat we onze Lucien,die een jaar jonger was dan ik,bijna vergeten waren.Later vernam ik dat hij oh zo bang was en zich altijd en overal wegstak,hoe klein hij ook was.Verder zie ik nog twee tanks in den hof van het kasteel,een jeep,overal jerry cans enz...Maar wat me het meest is bijgebleven is dat ons vader,samen met de buren en voor ons huis,een onderstand maakte.Dat was een diepe put in de grond,tussen ons huis en de haag.Daarop werden boomstammen;houten planken en takken gelegs en bedekt met aarde.De bedoeling was een schuilplaats te hebben bij onverwachte bombardementen.Of dit zou geholpen hebben is een andere vraag. Toch bleef er een onderstand over en wel bij Maurice L.Een eerder zonderlinge figuur die wat verder in de straat woonde,of liever gezegd,in een klein zijstraatje.Hij was in zijn jonge jaren beroepsrenner geweest en had,voor de oorlog,nog deelgenomen aan de ronde van Frankrijk.Naast zijn onderstand had hij,geheel eigenhandig,een piste in aarde aangelegd.Daar vonden we een ediaal speelterein maar werden er al even dikwijls weg geborsteld.Achteraf gezien had de man geen ongelijkwant die onderstand was niet zonder gevaar.Stel dat hij inviel?Als kind begrijp je zoiets natuurlijk niet altijd.
Uiteraard had de winter ook zijn aangename kanten.Zo woonden we nog altijd in dat kleine aardestraatje dat dood liep aan de mandelmeersen.Niet zelden waren deze in de herfst,of in de winter,overstroomd.De mandel trat er vaak buiten zijn oevers.Het was zowat een vergaar bekken dat er voor zorgde dat er elders geen overstromingen waren.Dat is intussen al voor een groot deel bebouwd,hoe stom het ook is.In ieder geval,voor ons was dit een bijzondere plaats want tijdens de winter,als het enkele dagen flink gevroren was,konden we er met ons ijspeerd,of wat er voor door ging,pret gaan maken dat ons hartje waterde.Vaak tot ergernis van onze ouders,maar we vonden wel altijd een of andere uitvlucht om toch maar op het ijs te gaan ravotten.Ik kan me niet voorstellen dat mijn kleinkind nu zoiets zou doen.Gelukkig hadden we een speciale engelbewaarder.Na een dag in de vrieskou,die we niet eens voelden kon het s'avonds,thuis,heel gezellig zijn.Met zijn allen rond de stove.Nog een schoppe slam erin en het bleef aangenaam warm want het was er klein en de zoldering bestond uit houten planken. De voordeur was wel niet van een uitstekende kwaliteit,maar om de warmte niet langs daar te laten ontsnappen werd er een wand gemaakt van wat houten planken en geplaatst ,evenwijdig met de zijmuur zodat een geimproviseerde gang geschapen werd.Hieraan werd een soort gordijn gehangen,en zo werd de meeste koude buiten gehouden,zeker als er iemand binnen kwam. En terwijl de stove toch vollen bak draaide werd er als avond maaltijd vaak een drogen haring genuttigd.Op het gloeiend deksel,of zelfs rechtstreeks in het vuur schoeperde het vel eraf en werd het visvlees heerlijk zacht gebakken.Met wat zelfgebakken bruin brood en een plak boereboter smaakte dit heerlijk. Tweemaal per jaar kregen we onze vitamientjes,een lepel solferbloeme gemengd in wat zware siroop,want anders kreeg je dit niet naar binnen,want plakken dat het deed.Dit telkens bij het begin van de lente en van de winter.Al bij al was het nog beter dan die vieze levertraan wat velen kregen,want in die tijd was dit:Het van Het.