Daderhulp vanuit de visie van de Moeders van de Slachtoffers
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ook wij, moeders tegen incest, beseffen dat er iets moet gebeuren met daders van seksuele misdrijven op kinderen.. Deze misdrijven slaan de diepste wonden die heel moeilijk helen. De gevolgen op lange termijn zijn niet in te schatten en er is gebrek aan kennis hierover.
Bijvoorbeeld :
1 Een recent onderzoek toont aan dat 20 maal meer kinderen worden misbruikt (UG- Sarah Bal dit jaar) dan aangegeven bij Kind en Gezin;
2 De stichting Rutgen-Nissan in Nederland stelt dat in de meeste centra voor Geestelijke Gezondheid waar slachtoffers terecht komen, misbruik onbesproken blijft (Zie artikel in Trouw maart 2003);
3 Het prestigieuze Child Focus doet geen incest, behalve als er sprake is van uitlenen en exploitatie en ontvoeringen. Toch geven ze toe dat 85% van de misbruiken thuis gebeurt (Zie het rapport De grote Kindervriend besteld bij de UG (criminologie);
4 Met andere woorden, misbruik van kinderen wordt eerder ondergerapporteerd dan overdreven, hetgeen ons als beschermende ouder, nochtans wordt voorgehouden;
5 De zogeheten neutrale bezoekruimten maken geen onderscheid tussen een moeilijke echtscheiding en incest en schuwen niet een moeder die vraagt laat mijn kind niet alleen buiten met hem, af te schilderen als onwillig. Hun opdracht moet minstens aangepast worden willen ze echt nuttig werk afleveren voor het kind.
6 De Vertrouwenscentra werken met gezinnen en vermijden zoveel als ze kunnen interventie van het gerecht. Het is waar dat deze interventie niet direct iets oplost, maar men kan tenminste de dader tijdelijk stoppen zodat hij minder slachtoffers maakt. En het blijft een grote misdaad.
Voor ons, Moeders van Incestslachtoffers, staat de veiligheid van onze kinderen voorop, en voorlopig is het enige middel nog altijd de gevangenis. Zonder wel omschreven vonnis zal de dader de kinderen blijven stalken en heel goed meewerken, zodat hij zo vlug mogelijk zijn opperste kick terug krijgt. De moeder zal steeds als onwillig worden beschouwd, zij is dan de persoon die de vader het kind niet gunt. Langs de andere kant willen sommige moeders hun partner niet in de gevangenis en het is dan wel aangewezen dat iemand het gezin begeleidt. In die gevallen zien wij de Vertrouwensartsencentra als enige of soms voorlopige oplossing. Wij moeten niet vergeten dat er zoiets bestaat als meldingsplicht en dat in dit geval deze moeders dan toch hulp hebben gevraagd. Ik spreek van een voorlopige oplossing omdat men toch geen kans maakt om gehoord te worden bij het gerecht als men geen harde bewijzen heeft. Zelfs verslagen van bekende kinderpsychiaters worden vaak van tafel geveegd als de beschermende ouder die heeft aangevraagd.(Vraag info Studiedag M.T.I.op 8.11.03)
Wat heeft dat nu met daderhulp te maken? Alles. Van uit de invalshoek van de beschermende ouder toch.
Net zoals wij de tussenkomst van de Vertrouwensartsencentra erkennen, erkennen wij de rol die therapeuten bij daders invullen maar wij zouden dat liever zien als een controle.
Alleen tegen de benaming dadertherapie hebben wij reeds bezwaren. Dit veronderstelt een verhouding zieke en behandelaar. Daders zijn niet ziek, ze geilen op kinderen en zijn dus gevaarlijk. Men wil hen leren met volwassen seks om te gaan, maar dat interesseert hen niet. Af en toe heeft iemand die reeds geruime tijd in therapie is eens seks met een volwassene, en dat heet dan een hele vooruitgang te zijn. Wie zegt dat dit ook niet gebeurde voor de dader gesnapt werd met kinderen? Vaak is hij toch getrouwd?
In The Sun (Engeland) stond dat 17 slachtoffers werden gemaakt onder de neus van de probatieassistenten en de politiediensten. Wat zeggen de begeleiders daarop? Dat het een succes is gezien het aantal dat van integrerende maatregelen genoot, circa 20 000 in totaal. Het enorme aantal is reeds schokkend genoeg, maar bovendien is men niet zeker of de overigen wel genezen zijn, of genezen zullen blijven of niet nog handiger te werk gaan. Want men mag niet uit het oog verliezen hoe glad daders zijn, en dat, hoe moeilijker de omstandigheden van hun operaties zijn, hoe groter hun kick. Daarom opereren incestplegers vaker in het diepste geheim, soms claimen pedofielen wel dat ze seks willen met kinderen en incestplegers zwijgen. Misschien is dat het enige onderscheid, maar in werkelijkheid hebben incestplegers ook kinderen buiten het gezin aangerand en hebben pedofielen ook hun eigen kinderen aangerand.
De moeilijkheid voor de beschermende ouder is, dat wanneer daders goed meewerken, dit gevolgen kan hebben op de omgang met het verkrachte kind. Men focust te veel op wat seks met een verkeerde partner, maar niet genoeg op de persoonlijkheid van de dader die misbruikt op alle fronten : niemand had het er nooit aan gezien!
Met andere woorden wij zouden willen dat men wel degelijk onderscheid maakt tussen eender welke misdaad en incest. Er zijn genoeg mensen in de gevangenis die hun kinderen moeten missen, waarom altijd dat onderscheid voor deze gruwelijkste van alle misbruiken?
Is het deze permissiviteit niet die incest van generatie op generatie laat voortduren? Want later als het kind zijn eigen grenzen zal moeten doorgeven en het heeft geleerd dat het met begeleiding nog kan, dan zal de situatie zich altijd verder doorzetten. Het is natuurlijk gemakkelijk de schuld op de labiele moeder te schuiven die het misbruik niet WIL zien, of die langs de andere kant beschuldigd wordt een valse aanklacht te hebben gedaan.
Durft men dan tegen de dader niet zeggen : Dit komt U niet toe de vraag naar omgang te formuleren, laat dat aan het slachtoffer over als het hersteld is?
Daar wij toch de mensen die met daders werken veel respect en bewondering toedragen, maar dat zelf niet willen doen noch kunnen omdat er toch ergens op de wereld een plaats moet zijn waar slachtoffers geen daders tegenkomen, zien wij daderhulp als een controle die echter levenslang zou moeten verder worden gezet. Daders weten ook dat de controle eens zal ophouden..En verder, hoe efficiënt is die controle als de dader alleen is met het kind?
Het is dus van het allergrootste belang voor de veiligheid van onze kinderen dat men een heel moedig verslag maakt en durft verklaren dat alhoewel de dader goed heeft meegewerkt dat men de veiligheid van kinderen daarom niet kan garanderen. En dat is precies wat wij vragen : garanties. Elke begeleiding stopt rond vijf uur s namiddags en tijdens de weekeinden. Wij zien het niet als een voordeel een misbruikende vader te hebben, wel integendeel, de loyaliteit van het kind is iets waartegen het moet beschermd worden en kan geen reden zijn om de dader te plezieren. Het kind spreekt anders dan de volwassene die het later wordt.
Wij vragen dus zowel aan de Vertrouwensartsencentra als aan daderhulp, voorzichtig dat je een kind niet helpt overleveren, want eens justitie ingeschakeld, zelfs door de dader, vind je nog altijd deskundigen die vinden dat een kind dergelijke vader nodig heeft. Het is dus nog niet voldoende dat men beweert dat de beschermende ouder gewoon grieven heeft tegen de ex- partner zodat de aandacht van het oorspronkelijke probleem (incest) wordt afgeleid. Men onthoudt een kind op die manier een contact met iemand die wel duidelijke grenzen kan doorgeven.
Wij hebben geen boodschap aan een percentage van zoveel non recidive, elk kind dat misbruikt wordt waar het had kunnen voorkomen worden, is er één te veel. Wij vragen waarborgen, niet minder dan dat. Als men die niet kan geven, dan moet men daar de nodige conclusies durven uit trekken. En wij willen daaraan meewerken zoveel wij kunnen.
Toch hebben we één bemerking wat daders betreft, ook zij zijn de zoon of de dochter van een moeder en een vader. Of de vader van een kind dat op hen wacht...We leggen dus liever het accent op de bescherming van het kind dan op gevangenisstraf, waar daders hun ziekelijke neigingen niet gaan afleggen zonder intense begeleiding en die is vaak niet voorhanden.
Andréa De Jong, Voorzitster van de vzw Moeders tegen Incest adj. - Gent, 15 januari 2004
|