Sinds kort bezit het kleinste stadje ter wereld, Durbuy, een nieuwe toeristische attractie. Aan de oever van de Ourthe, tegenover de oude stad, kunnen de bezoekers de grootste vormsnoei tuin "Topiaires" ter wereld ontdekken. "Topiaires" zijn planten, vooral Buxus, die in alle mogelijke vormen gesnoeid zijn. In de originele tuin met een oppervlakte van ruim 10.000m2 vind je meer dan 250 figuren. Sommige planten zijn al meer dan 120 jaar oud en kregen hun vorm na meer dan 20 jaar geduldig snoeiwerk. Het is een nieuwe bestemming bij uitstek voor een dagtrip. Een andere troef van het park is het prachtige terras van de cafetaria, van hieruit geniet men van een wondermooi panorama over het liefelijke stadje Durbuy. Honden aan de leiband zijn welkom.
Open: Heel het jaar door van 10u tot 18u, alle dagen van de week. Jaarlijks verlof: van 09/01 t.e.m. 11/02 Toegang: Kinderen tot 12 jaar gratis. Info: Tel.: 086/21.90.75 Fax.: 086/ 21.90.76 www.topiairesdurbuy.be/indexnl.html
Lichte bepoederde hoed, bruine plaatjes, lichte steel met hangende ring, groeit op de bodem. Hoed eerst bolrond met grijsviolette vleug; later vlak met een centrale verdikking en opgetrokken, golvende rand, strogeel tot oranjebruin, droog en zijdeachtig, poederachtig berijpt. Plaatjes gezaagd, gebroken wit, later bruin, breed, vaal verticaal gerimpeld, dicht opeen. Steel rond, lichtgrijs tot okergeel, vaak gestreept, met een duidelijke witte vliezige rind in het midden. Hij is een van de lekkerste en beste eetbare paddestoelen, geschikt voor alle bereidingswijzen.
OPGELET: Omdat verschillende, NIET-eetbare sluierzwammen op deze Meelkop trekken is het aangeraden hem enkel door kenners te laten verzamelen!
De roodborst behoort tot de kleine lijsterachtigen, is ca.14 cm groot en heeft een oranjerode borst en voorhoofd en een olijfbruin rugdek. De roodborst broedt voornamelijk in naald en loofbossen van Noord-Europa maar is ook een bekende verschijning in onze stadsparken en tuinen. Dit vogeltje waar de mens zelf diverse liedjes over heeft gemaakt is een goede zanger met verassende liedjes. Man en pop zijn moeilijk te onderscheiden. Bij volwassen vogels is bij de man de vleugellengte langer als bij de pop. In het eerste jaar zien we bij de roodborsten beige topjes op de armdekveren,na het eerste jaar worden deze armdekveren egaal bruin zoals de gehele vogel. Roodborsten zijn echte territoriumvogels met een territiriaal oppervlak van 6000 - 8000 m2. Soortgenoten worden hieruit verjaagd. Onze roodborsten verhuizen in de winter naar Frankrijk en Spanje terwijl de soortgenoten uit Scandinavië in deze periode onze streken bevolken. Deze vogels zijn dan ook beslist niet schuw omdat ze in hun broed - en leefgebieden geen mensen kennen,laat staan de katten in onze tuinen. Menige roodborst valt in de winter dan ook ten prooi aan een kat. In de winter tref je in onze tuin slechts één roodborst aan omdat de soortgenoten uit het voedselteritorium verjaagt worden. De roodborst zoekt zijn voedsel op de grond,al scharrelend in een laag met bladeren zoeken ze insecten, larven en insecten.In het najaar doen ze zich ook wel te goed aan vlierbessen, meidoornbessen en vruchten. www.vogelsite.com
Wat een ezel! Sinds heel lang geven mensen elkaar de naam 'ezel' omdat ze niet voldoen aan onze verwachtingen, niet handelen zoals wij het willen. Vergeet niet dat dit evengoed mensen zijn.
Eerst en vooral: oorwormen zijn geen wormen en ze kruipen ook niet in de oren mensen. De oorwormen in onze streken zijn 5-25 mm grote, licht tot donkerbruin gekleurde insecten. Hoewel ze een vleugelloze indruk wekken, ze hebben wel degelijk vleugels en kunnen in de meeste gevallen ook vliegen. Typisch zijn de krachtige tangen aan het uiteinde van het achterlijf, bij de mannetjes met kleine tandjes. Ze dienen als wapen tegen vijanden, om prooien vast te grijpen en om de vleugels te ontvouwen. Ook bij de copulatie spelen ze een rol. Van de in totaal +- 1300 bekende soorten komt slechts een handvol bij ons voor. Ze zijn 's Nachts en in de schemering actief. Overdag houden ze zich schuil in donkere hoekjes. Het zijn voornamelijk aaseters en rovers, want ze voeden zich met dood plantmateriaal of kleinere insecten, larven en trage soorten zoals slakken. Wanneer ze in grote aantallen voorkomen kunnen ze zich ook voeden met fruit, bloemen of groenten.
Er is een studie voorgesteld naar een nieuw geneesmiddel tegen diabetes, gemaakt van een hormoon afkomstig uit het speeksel van een giftige hagedis. Dat heeft het Amsterdamse VU medisch centrum woensdag gemeld in een persbericht. Het speeksel van het Gilamonster zou niet alleen de bloedglucosewaarden op peil houden, maar ook het lichaamsgewicht blijvend doen afnemen. Dat kan belangrijk zijn voor patiënten met diabetes type 2, gerelateerd aan ouderdom en overgewicht. Een studie van het VU medisch centrum moet nu uitwijzen of het medicijn inderdaad, en ook op langere termijn, efficiënt is. Diabetes is de snelst groeiende chronische aandoening. In België lijden volgens de Vlaamse Diabetes Vereniging ongeveer 350.000 mensen aan diabetes, zonder degenen mee te tellen die zich nog niet bewust zijn van hun aandoening. De studie wordt voorgesteld op het jaarlijkse congres van de European Association for the Study of Diabetes volgende week in Amsterdam. Bron: www.gva.be
Leuven is één van de weinige steden in ons land die een plantentuin bezitten. In België is de kruidtuin van Leuven de oudste. Hij dateert van 1738. De eerste wetenschappelijke tuinen waren kruidtuinen, verzamelingen en tegelijk voorraden van geneeskrachtige planten. De kruidtuinen hadden dus een rechtstreeks verband met de geneeskunde. Later werden meer zuiver plantkundige tuinen ingericht met in de collectie planten met sierwaarde, potentieel economische gewassen, merkwaardige planten, planten als studie-objecten. Men verliet het eng begrip 'kruidtuin' en de eerste plantentuinen of botanische tuinen en arboreta zagen het licht. Dit belet niet dat de oude benaming 'kruidtuin' voor bepaalde instellingen is blijven bestaan, zoals in Leuven. Op een oppervlakte van ca. 2,2 ha bevindt zich een uitgebreide verzameling bomen, heesters en struiken. Naast de verzameling kruidachtige planten, kruiden, water- en kuipplanten, stelt het serrecomplex een verscheidenheid van tropische en subtropische soorten tentoon. (450 m²) Bij koninklijk besluit van 06-07-1976 werd de oranjerie als monument en de hele kruidtuin als landschap gerangschikt.
Open: Periode van 1 oktober tot 30 april: van 08.00u tot 17.00u; Periode van 1 mei tot 30 september: van 08.00u tot 20.00u; Op zon- en feestdagen van 09.00u tot het voorziene sluitingsuur; Gesloten op 25 december en 1 januari Serre alleen open op zondag of op afspraak.