In vlaamse velden
Inhoud blog
  • zeebrugge ( 1 )
  • Vrouwen in Oorlog ( 1 )
  • Passion - dale ( Passendale )
  • Zuster Margriet Marie
  • De eerste gouverneur
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Archief
  • Alle berichten
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    De grote oorlog
    22-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper II

    De eerste Duitse soldaten waarmee de Ieperlingen kennis maken zijn de verkenners. Alleen al het woord Uhlanen worden de meeste mensen van schrik bevangen. De wildste geruchten omtrent deze Duitse verkenners doen immers de ronde.

                                      Zelfs inwoners van Ieper willen
                                      de dode Uhlaan zien en trekken op
                                      naar de plaats van het treffen.
                                      Sommigen brengen een stuk grijsgroene
                                      stof mee die zij van het uniform hebben
                                      afgesneden.....

    Wat eerst een gerucht was blijkt echter weldra de rauwe werkelijkheid te worden. Steeds meer berichten komen door dat deze ruiters zich verschuilen in de bossen rond Beselare en ten zuiden van Zillebeke om van daaruit verkenningstochten uit te voeren in de streek rond Ieper.

    In de avond van 23 augustus wordt er een gevangen genomen Uhlaan met de trein naar Ieper gebracht. Vanaf het station wordt hij vervolgens per auto naar de gevangenis gevoerd waar hij wordt ondervraagd.

    Het eerste contact van de plaatselijke bevolking wordt treffend weergegeven door Caesar Gezelle….

    “De bossen op het Hooghe zaten weggedekt in grijze mistigheid, somber en geheim die avond, als hing er onrust en narigheid van de beroerde tijden over opeen geplakt. Daar in de bossen hadden zich de Uhlanen verscholen. Naar Oostende moesten zij; met zeventien waren opgetrokken. Wie levend in de zeehaven geraakte kreeg het ijzeren kruis met de hoogste gunst van de keizer. Op het Hooghe had men ze bejaagd en beschoten, daar hadt men ze uitgehaald, stervend op hun paarden lagen, langs de weg vier en op het land drie. Er was op die dag bedevaart van Ieper naar Dadizele”……

    De volgende dag doet in de stad het gerucht de ronde dat een aanzienlijk aantal Uhlanen op weg zou zijn in de streek van Roeselare en zich in de richting van Diksmuide begeeft. Dit gerucht wordt gedeeltelijk bevestigd wanneer op 13 september in de omgeving van Houthulst een gevecht plaats heeft tussen een groep Uhlanen en de Belgische gendarmen en soldaten.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ieper

    Ieper

    Als een lopend vuurtje loopt het door de straten van de stad: “ het is oorlog “. Voor de gewone burger komt dit aan als een donderslag bij heldere hemel. Wat men nooit voor mogelijk heeft gehouden wordt nu in een klap de rauwe werkelijkheid. Het is niet de eerste keer dat Ieper sinds zijn ontstaan in een conflict verwikkeld geraakt. In de 11° eeuw was de stad een belangrijk centrum van de lakennijverheid. Van over de hele wereld kwamen kooplieden naar de jaarmarkt om het kwalitatief hoogstaande Ieperse laken op te kopen. Dit maakte van Ieper op dat ogenblik een handelsmetropool van Europees formaat.

    Zondag 2 augustus moet voor Ieper een hoogdag zijn want het is Thuyndagfeest. Naar jaarlijkse gewoonte zal de stad opnieuw zijn feest gewijd aan onze lieve vrouw van Thuyne met de nodige plechtigheden laten gepaard gaan. Van de voorbereidingen voor het jaarlijks feest komt onverwachts weinig in huis, want de feestelijkheden worden afgelast.

    Als nooit tevoren hoopt de burgerbevolking op de hulp van hierboven.

    Rond half augustus wordt in het militaire hospitaal in de Stationsstraat de eerste gewonden verzorgd die vanuit de naderende vuurlinie naar hier zijn overgebracht. Vanuit de streek van Mechelen zijn er ook heel wat vluchtelingen naar het stadscentrum afgezakt. ( In Boezingen noemt men de eerste groep vluchtelingen die over de brug aan het sas de dorpskern binnentrekken de “Mechelaars”. )

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    14-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spionnen...

    Spionnen….


    Een spion is een apart soort geheim agent. Hij of zij is vooral op zoek naar geheime informatie. De meeste spionnen werkten tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog. Ook tijdens de Koude Oorlog waren er veel spionnen. En ze bestaan nog steeds.

     De Britse Edith Cavell wordt geboren in 1865 in Swardeston, Norfolk, waar haar vader dominee was. Ze wordt opgeleid in Brussel en Zwitserland. Ze volgt ook een opleiding in Dresden en Aken, waar ze kennis maakt met de Duitse methodes van geneeskunde en hygiëne. In 1895 is ze terug in Engeland, gaat een tijdje werken als gouvernante en behaalt dan haar diploma van verpleegster aan het Royal London Hospital.In 1906 keert ze terug naar Brussel als hoofdverpleegster van het Heelkundig Instituut. In 1907 later wordt ze directrice van de nieuwe verpleegschool, een annex van het hospitaal Berkendaal. Bij het uitbreken van de oorlog neemt het Rode Kruis het hospitaal over om gewonde Britse en Franse soldaten te verplegen.

    Na het terugtrekken van de Engelse en Franse divisies tot aan de Marne, blijven er in heel Noord-Frankrijk en de Ardennen gewonde soldaten achter in veldhospitalen en ook soldaten die het contact verloren hebben met hun divisies. In het begin ontsnappen ze aan de aandacht van de Duitsers, en met de hulp van mensen uit de streek proberen ze zich opnieuw bij het leger te voegen of te ontsnappen naar Engeland. Al snel wordt het hospitaal ook een opvangcentrum voor soldaten die zich via Nederland terug bij hun divisie voegen. Edith Cavell wordt een belangrijke schakel in de ontsnappingsroute die leidt van Noord-Frankrijk langs Brussel naar Nederland.

    Prinses Marie de Croÿ, die het kasteel in Bellignies aan de Belgisch-Franse grens bewoont, raakt betrokken bij die hulp. In november 1914 zit het kasteel zo vol met soldaten dat ze probeert hen over te halen zich over te geven aan de Duitse soldaten die het Rode Kruis hospitaal overgenomen hebben! Voor het echter zover komt verneemt ze dat de familie de Belleville van Montignies soldaten langs een vluchtroute naar het instituut van Edith Cavell brengt. De soldaten in het kasteel de Bellignies krijgen burgerkleding en valse papieren en worden door verschillende personen begeleid. De vluchtroute werkt uitstekend van november 1914 tot juli 1915. Edith Cavell getuigt later ongeveer 200 personen geholpen te hebben.

    Tenslotte wordt het netwerk opgerold, waarschijnlijk verraden door een verklikker. Door de loslippigheid van de eerste gearresteerden worden er uiteindelijk 66 leden aangehouden. Edith Cavell wordt aangehouden op 15 augustus 1915 in Sint Gillis, andere leden maar eerst in september.

    Edith Cavell schijnt een hekel te hebben aan leugens: tijdens haar ondervraging vertelt ze de waarheid. Dit wordt haar achteraf verweten, want o.a. de twee beste Belgische contactpersonen van het British Intelligence Corps worden hierdoor opgepakt. Payne Best beschuldigt haar later de oorzaak te zijn van de volledige ineenstorting van de Belgische inlichtingsdienst!

    Edith Cavell krijgt eenzame opsluiting – als zware misdadigster - en mag geen bezoek ontvangen, zelfs geen verdediger. De Amerikaanse gezantschapssecretaris in Brussel die de belangen van de Britse burgers behartigt in bezet gebied, krijgt weinig of geen informatie hierover van de Duitsers. Na veel aandringen wordt op 10 september 1915 Meester Sadie Kirschen aangewezen als verdediger, maar hij mag haar niet bezoeken en ook geen documenten inzien!

    Op 7 oktober 1915 is de eerste zitting van het proces onder leiding van krijgsauditeur Ströber, en de dag erna vindt reeds de slotzitting plaats.

    Iedereen is ervan overtuigd dat de Duitsers geen doodstraf zullen geven aan vrouwen, maar het tegendeel is waar. Voor hen moet het proces dienen als afschrikking. Op 11 oktober 1915 valt de uitspraak: Edith Cavell, gravin Jeanne de Belleville en de onderwijzeres Louise Thuliez worden ter dood veroordeeld voor hoogverraad wegens het leveren van soldaten aan een vijandelijk leger. Het genadeverzoek dat de Amerikaanse gezantschapssecretaris indient voor Edith Cavell wordt afgewezen. Op 12 oktober 1915 om 7.00 ’s morgens wordt ze terechtgesteld. Later worden de twee andere doodvonnissen omgezet in levenslange dwangarbeid.

    Na de oorlog wordt naar verantwoordelijken gezocht. De Franse spion Gaston Quien wordt beschuldigd het netwerk verklikt te hebben, maar wordt vrijgesproken. Waarschijnlijk is de oorzaak eerder de amateuristische manier van werken van het netwerk waar iedereen te veel personen kent onder zijn echte naam, en waar teveel met elkaar gepraat wordt, in plaats van zoals de Britse geheime dienst te werken met kleine cellen en met schuilnamen.

    In Engeland ontstaat een storm van protest over haar terechtstelling. De propagandamachine werkt op volle toeren. Massa’s vrijwilligers melden zich aan om tegen de Duitsers te gaan vechten. Voortaan wordt de Duitse bezetter voorzichtiger met de overhaaste executies van vrouwen.

    Na de oorlog wordt het stoffelijk overschot van Edith Cavell naar Engeland overgebracht en met nationale eer begraven. Haar nagedachtenis wordt vereeuwigd in het Belgisch legermuseum en ook in de verpleegstersschool in Brussel. In Londen is er een monument ter ere Edith Cavell en in Canada is een berg naar haar vernoemd. Het bas-reliëf met haar nagedachtenis in het Parijse Musée du Jeu de Paume wordt vernield door de Duitsers op 14 juni 1940.

    Edith Cavell werd het symbool van de onbuigzame, moedige heldin die in het collectieve geheugen voortleeft.

     

     

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    13-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ik ben er van overtuigd....

    Ik ben er nu van overtuigd dat de oorlog de schuld van alles is, ook van alle rampen die onze generatie tot nu toe getroffen hebben. Ik herinner mij mijn jeugd nog heel goed. Ik heb de tijd nog gekend, waarin de vreedzame begrippen van de vorige eeuw nog van kracht waren. Men vond het toen normaal op de stem van het gezond verstand te vertrouwen. De dingen die het geweten voorschreef, werden als natuurlijk en nodig beschouwd. Het was een zeldzaamheid…..als de ene mens de andere doodde. Men ging ervan uit dat moorden alleen in toneelstukken, detectiveverhalen en krantenberichten voorkwamen. En toen plotseling deze sprong vanuit de kalme en schuldeloze gelijkmatigheid in het bloed, het gejammer, epidemische waanzin en verwildering van de dagelijkse en normale, verheerlijkte doodslag.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jules de Winde ( 1893 -1918 )

    Jules 'Juul' De Winde (Merchtem, 13 mei 1893 - Westrozebeke, 28 september 1918) was een Vlaams dichter en luitenant die diende in de Eerste Wereldoorlog. Het geldt als een van de IJzersymbolen van de Vlaamse Beweging.

    Jules de Winde werd geboren in het Vlaams-Brabantse Merchtem. In 1909 werd daar de cultuurvereniging De Vlaamse Kring opgericht door de bekende toondichter August De Boeck. Hier kwam zijn aanleg voor poëzie tot uiting en werd wellicht ook zijn Vlaams gezindheid geboren. In de Gazet van Merchtem, een uitgave van Merchtems drukker en geschiedschrijver Maurits Sacré, publiceerde hij zijn eerste verzen. Daarnaast toonde hij zich ook een man van de kunsten door toe te treden tot het toneelgezelschap De Leie.

    Op 16 augustus 1913 werd hij opgeroepen tot de dienstplicht. Hij werd ingelijfd bij het eerste regiment Karabiniers. Na enkele maanden werd hij tot korporaal gepromoveerd. De oorlogsdreiging nam intussen toe, en uiteindelijk brak de Eerste Wereldoorlog uit. Ondanks de Belgische neutraliteitspolitiek marcheerden de eerste vijandelijke soldaten al op 4 augustus de grens over. Het Belgische leger kon de opmars niet stuiten en moest steeds verder terugtrekken. De inundatie van de IJzervlakte stuitte de Duitse opmars. Beide legers groeven zich in. De loopgravenoorlog begon. Op dat moment was Juul 21 jaar, en had de rang van sergeant. In 1916 kon hij opklimmen tot onderluitenant en zelfs luitenant. Hij was geliefd bij zijn manschappen en moedigde hen aan met de bekende studentenleuze uit De Blauwvoet: Vliegt de Blauwvoet ? Storm op zee !. Aan het front organiseerde hij muziekmanifestaties waarbij hij zelf dirigeerde. Als flamingant kwam hij onder meer in contact met Cyriel Verschaeve en Jan Bernaerts. De kapelaan uit Alveringem verzorgde zelfs het voorwoord van zijn eerste dichtbundel, die in 1917 verscheen. Onder de schuilnaam Juul Liseron bundelde hij een aantal oorlogsgedichten met onder de titel Granaatscherven. Meerdere verzenbundels lagen in het verschiet, maar zijn nooit uitgegeven.

    In augustus 1918 publiceerde hij het eerste en tevens enige nummer van het frontblaadje Merchtem boven, samen met zijn vriend, onderluitenant en Merchtemnaar Pol Knaeps. Hij werd in 1918 benoemd tot toegevoegd stafofficier bij de regimentsstaf.

    Hij vroeg en bekwam toelating om het bevrijdingsoffensief in de herfst van 1918 samen met zijn mannen te mogen meemaken. In de zomer van 1918 werd in de driehoek gevormd door Westrozebeke, Passendale en Langemark nog hevig gevochten. In dit eindoffensief kwam hij op 28 september 1918 om het leven, zes weken voor het einde van de oorlog. In welke omstandigheden hij stierf is tot vandaag niet duidelijk. In 1937 werd zijn stoffelijk overschot vanuit Merchtem overgebracht naar Diksmuide, waar het plechtig werd bijgezet in de crypte van de IJzertoren. Als eerbetoon voor zijn engagement werd hij geëerd als IJzersymbool.

                                                                         .

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    09-09-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Westrozebeke

    De hel barst los te Westrozebeke;

    Op Dinsdagnamiddag 20 oktober daagden Duitse soldaten op voor Westrozebeke. Ze behoorden tot de 51ste Reservedivisie, dat daags ervoor Roeselare ingenomen had. Te Oostnieuwkerke viel er geen tegenstand te bekennen. Het dorp was zo goed als verlaten. De Duitsers trokken de verlaten woningen binnen en deden er zich te goed aan spijs en drank. Enkelen uren later ging het richting Westrozebeke.

    Na de vreselijke berichten over “ Schuwe maandag “ in Roeselare en omstreken was ook dit dorp zo goed als leeg gelopen. Van de 2.250 inwoners bleven er slechts een 200 –tal over. Ze schuilden in hun huizen en kelders toen de Duitse artillerie het dorp beschoot. De fransen hadden zich echter teruggetrokken. De Duitsers ontdekten, aldus Robert Baccarne en Jan Steen, dat ze zoals in Roeselare nodeloos gedurende twee uren munitie verspild hadden op een ontruimd dorp.

    Westrozebeke ligt in een schilderachtig, glooiend landschap op een ca., 50 meter hoge heuvelrug die de scheiding vormt tussen de ijzer- en het leiebekken. Eertijds was het een bosrijk gebied met uitgestrekte vijvers en namen die tot ver in de geschiedenis teruggaan; b.v. de spriet, waar de galg stond, en het Engels veld dat herinnert aan de Engelse troepen die in 1383 met de Gentenaars oprukken voor het beleg van Ieper.

    Het dorp ligt op 13km van Ieper en op 10km van Roeselare. 



                                            

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    27-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een Engels vrouw schreef.....
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een Engelse vrouw schreef rouwend over de dood van haar geliefde broer.

    Honderdvijfentachtig centimeter van een knappe jonge Engelsman onder Vlaamse zoden. Nooit meer een grap, nooit meer een blik of een woord om aan mijn herinneringen toe te voegen. Het boek is voor altijd dicht en als de jaren verstrijken zal ik mij steeds minder herinneren, tot hij een vage schim geworden is.





                                             ,

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lieve nonkel

    Lieve nonkel,

    Moest deze brief toekomen, schrik dan geenzins. Misschien ben ik verdwenen, of krijgsgevangen, daarom moet ge het ergste niet denken. Ben ik toch gesneuveld….weet dan dat ik gestorven ben bereid voor de dood, dat ik met moed naar den assaut ben geweest.

    Verwittig mijn familie en troost hen dan.

    Ik bedank u voor al hetgene gij voor mij deedt.

    Veel tijd heb ik niet om langer te schrijven…want ’t is gans op ’t laatste ogenblik dat ik schrijf ( juist voor het groot offensief ).

    Tot weerziens! 

                                      

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Houthulst

    Het Vrijbos,

    Deel van het “ woud zonder genade”

    West-Vlaanderen telt heden ten dage het minste bos van alle Belgische provincies.
    Het is ooit anders geweest.

    Het woud strekte zich in de oudheid over heel het huidige West–Vlaanderen uit, van het noordoosten bij het Zwin tot het zuidwesten bij Poperingen, waar het nog verder doorliep tot ver in wat nu Frans-Vlaanderen wordt genoemd.

    Het Vrijbos reikte in het noorden tot tegen de toen nog piepkleine parochiekernen van Klerken en Zarren en tot tegen de Romeinse heerweg “ de Steenstrate” in het Oosten kwam het tot Staden en de huidige weg Diksmuide-Roeselare. De zuidelijke zoom van het woud volgde een lijn Bikshote-Langemark-Poelkapelle-Westrozebeke, de westelijke ongeveer een lijn Merkem-Ieperlee.

    De Duitsers die Marlborough opvattingen kenden van ( Wie het Vrijbos in handen heeft, heeft heel Vlaanderen in handen) gaven er in de oorlog een andere interpretatie aan door er wel een vesting van te maken om Vlaanderen te beheersen. En ook de Belgische legerleiding had er een eigen mening over, door het bos frontaal door het 23e Linieregiment te laten bestormen in plaats van het te omsingelen, met als gevolg dat de Belgische begraafplaats in dat bos, voor hetzelfde resultaat wellicht maar half zo groot geweest zou zijn.

    De Duitsers besloten van het Vrijbos een arsenaal te maken.

    Ze begonnen ermee in november 1914, nadat ze ingezien hadden dat ze minsten een winter lang ter plaatse zouden trappelen. Voorlopig was er geen doorbreken aan. Inmiddels legden ze zich toe op het inslaan van materiaal en voorraad, voor het geval het tij gunstig zou keren. Daarvoor was het Vrijbos uiterst geschikt.

    Maar heel merkwaardig, bij nader inzien waren de eerste installaties waarmee de Duitsers in het Vrijbos begonnen ….”begraafplaatsen”

    De Duitse begraafplaats verdween na de reorganisatie en de overbrenging van de doden naar het zogenaamde “ studentenfriedhof “ in Langemark.


    De Belgische militaire begraafplaats in het vrijbos is een militaire begraafplaats net ten zuiden van het dorpscentrum van het Belgisch dorp Houthulst. De begraafplaats werd in 1924-1925 opgericht. Ze telt in totaal 1907 graven waarvan 1823 Belgische graf- en gedenktekens. De begraafplaats is stervorming aangelegd en is 5,24 ha groot.

    De meeste soldaten sneuvelden in de Eerste Wereldoorlog tijdens het eindoffensief van 28 september 1918, waarbij het bos van Houthulst op de Duitsers heroverd werd. Er zijn tevens 81 Italiaanse grafkruisen zijn terug te vinden. Het betreffen krijgsgevangen die onder andere als sjouwer aan de slag waren in de havens van Roeselare en Izegem. Tijdens het eindoffensief werden deze Italianen als levend schild gebruikt.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    13-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.John Mc Crae

    Ik ben vandaag even naar Wimereux geweest...even, even maar, met diep respect voor de doden. De doden die er niet mochten zijn.
    Nu ik een bezoek gebracht heb aan het graf van John Mc Crae, heb ik nog meer de indruk van...het mag niet meer gebeuren. Laat ons in het geloof van het zal niet meer.....

    Wimereux Communal Cemetery

    Het militaire gedeelte van de begraafplaats van Wimereux heeft enkele verrassende elementen in vergelijking met de gangbare inrichting van herdenkingsplaatsen. De grafstenen staan niet rechtop, maar liggen, zoals in Boulgone Eastern Cemetery, vanwege de zandgrond. Bovendien liggen tussen de graven van de 2.847 soldaten van de Gemenebest ook graven van verpleegsters. In de Eerste Wereldoorlog doet deze badplaats namelijk dienst als medisch centrum voor het Britse Koninklijke Leger.

    Niet minder dan tien veldhospitalen draaien in 1917 op volle toeren in Wimereux om de gewonde soldaten van het front en de zieken te verzorgen. De mannen die hun verwondingen niet overleven, worden tot juni 1918 op de gemeentelijke begraafplaats van Wimereux begraven. Na deze datum wordt wegens plaatsgebrek een nieuwe begraafplaats in gebruik genomen bij Wimille, de Terlincthun British Cemetery.

    Dankzij de logistieke centra bij de havens ontstaat langs de kust een uitgebreide zone voor gezondheidszorg. Een vijftigtal verzorgingscentra zijn verdeeld over de plaatsen Calais, Wimereux, Boulogne, Dannes-Camiers, Etaples, Le Touquet-Paris-Plage en Saint-Omer.




                                                  .

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    12-08-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dit is een dag van tranen

    Dit is een dag van tranen

    De dag waarop mijn lieve zoon

    Het slagveld heeft verlaten…..

    Als u begrip hebt, zult u begrijpen.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De gemoedtoestand bij de troepen

    De gemoedtoestand bij de troepen.

    De aalmoezeniers raadden de soldaten aan een afscheidsbrief aan hun ouders of aan een ander geliefde relatie te schrijven. Deze brief moesten ze dan in een envelop met het desbetreffende adres erop sluiten en die bij zich dragen. Als je sneuvelde, kon een kameraad ze in een van je zakken vinden en , eventueel samen met andere persoonlijke voorwerpen, naar de bestemming opsturen.

    Als voorbeeld mag hier het geval aangehaald van korporaal Edmond Vanderschaeghe uit Roeselare.

    Toen deze veteraan ( hij overleefde inderdaad de oorlog ) overleed, liet hij zijn zus Maria Vanderschaeghe, echtgenoot Louis Breemersch, zijn militaire papieren na. Daartussen stak een merkwaardige ongeopende envelop met als opschrift: “ Veuillez envoyer la lettere ci-incluse à la personne désignée, en cas que je serais tué. Mille remerciments”. Bij het openen van de envelop bleek er een tweede in te steken, geadresseerd aan Madame Vanderschaeghe, Villa des Cadourques, Cahors ( Lot ) France. Dit was zijn moeder, die op dat ogenblik als vluchtelinge in Frankrijk verbleef. Op schuwe maandag ( 19 oktober 1914 ) was zij met haar kinderen uit Roeselare weggevlucht en in Cahors beland. Vader Vanderschaeghe was in Roeselare achtergebleven om nog te redden wat er te redden viel, hij zou later wel achterna komen, het zou toch niet lang duren. Een liedje dat we kennen uit honderden gelijkaardige gevallen. De familie bleef dus in de oorlog gescheiden. De broers Henri en Arthur belandden zelfs in de USA. Frans was arts in opleiding ; Pharailde kloosterlinge ; Maria, de jongste, huwde later Louis Breemersch.

    Het doet een mens van tegenwoordig toch wat, als hij die ontroerende ontboezemingen leest, in de taal en stijl van bijna een eeuw geleden, van een simpel soldaat met de dood voor ogen.

    Zeer lieve Moeder, broeders en zusters,

    Weent niet! De almachtige die mij geroepen heeft, heeft niet gewild dat mijn vurig verlangen zich verwezenlijkte, van in u midden terug te keren. Vergeeft mij al wat ik u heb misdaan.

    Teer beminde Moeder, hoe geern had ik mijn doel in werkelijkheid willen bereikt zien. Mijn enigste streven was u en mijnen lieven Vader, van wies tegenwoordigheid wij allen zolang ontroofd zijn, gelukkig te maken….

    Beminde Broeders Henri en Arthur. Blijft getrouw aan uwe gelofte die gij mij gedaan hebt, toen ik naar het slagveld trok.

    Beminde broeder Frans, tracht gij in mijn plaats het geluk uit te maken van Vader en Moeder. Versta u goed met uw lieve Zusters.

    Lieve Zusters, mijn hoop was met u het gelukkig familieleven te mogen hernemen…nu dat ik er niet meer ben, verdubbelt uwe krachten om in alles Vader en Moeder gelukkig te maken, verstaat elkander, zorg voor elkander. Maria doe voort goed uw best. En gij, Pharailde, zuivere dienares van God, vergeet mij niet in uwe gebeden.

    Vaarwel ! Vaarwel! Vaarwel!

    Uwe toegenegen zoon en broeder Edmond

    Gij beste vrienden en kennissen, weest mij indachtig.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    24-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hongersnood

    Wie Amerikanen en noodhulp zegt, denkt spontaan aan conflicthaarden als Darfoer en Afghanistan Dat de Belgische bevolking ooit in hetzelfde schuitje zat, lijkt onvoorstelbaar. Nochtans werd tussen 1915 en 1918 ruim drie miljoen ton voedsel naar ons land verscheept. Die grootschalige hulpactie was het werk van één man: de steenrijke industrieel Herbert Hoover. Hij zag het als zijn missie om de Belgen van de hongerdood te redden.

    ,,Het verhaal begint in 1914, bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog'', zegt historicus Peter Scholliers (VUB). ,,België was een van de welvarendste landen ter wereld, maar na de Duitse inval vielen handel en industrie plots volledig stil. De landbouw lag plat, want jonge boeren werden gemobiliseerd en de oogst bleef liggen. Het gros van onze levensmiddelen kwam weliswaar uit het buitenland, de Britse blokkade maakte import onmogelijk. Hongersnood dreigde, want de Duitse bezetter weigerde om voedselhulp te organiseren.''

    Op dat ogenblik komt de Amerikaanse geoloog Herbert Hoover op de proppen.

    De man heeft in enkele jaren tijd een fortuin verdiend met mijnbouwprojecten in China en Australië, maar wil een andere richting uit met zijn leven. Bekommerd om het lot van de tienduizenden Amerikanen die in Europa gestrand zijn, trekt hij naar Londen. Wanneer de schrijnende toestand van de Belgische bevolking hem ter ore komt, besluit Hoover om op eigen houtje een systeem voor voedselhulp op te zetten.

    ,,Dat de Duitsers het kleine België waren binnengevallen, maakte veel indruk op de Amerikaanse publieke opinie'', zegt Mark Derez van het Leuvense universiteitsarchief. ,,Dat is ook Hoover niet ontgaan. In de States komt een grootscheepse campagne op gang die op het Amerikaanse sentiment inspeelt.'' Affiches, te zien op de tentoonstelling, sporen Amerikaanse mijnwerkers aan om tien procent van hun loon aan hun collega's in Poor Little Belgium af te staan. De propagandamachine had succes, want Hoover wist centen los te peuteren bij bemiddelde Amerikanen en kreeg ook de Britse en Franse regering achter zich. In vier jaar tijd slaagde zijn Commission for Relief in Belgium (CRB) erin om 3,2 miljoen ton bonen, spek, meel, rijst en andere levensmiddelen naar België te versassen. Maïzena ook, hoewel de Belgen aanvankelijk niet begrijpen wat ze met dat ,,veevoeder'' moeten beginnen. En schoenen, want de Amerikanen verstaan niet waarom Belgische kindertjes met ,,houten schoenen'' aan hun voeten lopen.

    Hoover schakelt zelfs zijn oude rivaal Emile Francqui in om de voedselbedeling vlot te laten verlopen. Tot in de kleinste Belgische gemeenten worden plaatselijke hulpcomités opgericht. Getuige daarvan is de uitvergrote foto die de blikvanger van de tentoonstelling vormt. Voor een groot spandoek poseren ,,de dankbare kinderen van Overyssche aan hunne weldoeners uit Amerika''. Elk kind houdt een bordje omhoog met de namen van voedingswaren: erwten, bonen, suiker.

    ,,Na de Eerste Wereldoorlog hield Hoover nog een som geld over'', zegt historicus Mark Derez. Dat bedrag moest worden gebruikt voor de heropbouw van de Belgische universiteiten: ,,Toen ontstond het idee om de Leuvense universiteitsbibliotheek, die in 1914 door de Duitsers was platgebrand, weer op te bouwen aan wat later het Ladeuzeplein zou worden. De Amerikanen beloofden een miljoen dollar, maar van de grote gevoelens voor Poor Little Belgium bleef na 1918 nog maar weinig over. Het zou nog tien jaar duren eer de nieuwe bibliotheek afgewerkt was.''

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    18-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.The brooding soldier

    The brooding soldier of ' Den Canadien '

    Het “Canadian Forces Memorial” bij Sint – Juliaan wordt in1922 opgericht ter herinnering aan de 2000 gesneuvelden van de 1ste Canadese divisie die in april en mei 1915 in de omgeving vallen. In de volksmond wordt het al vlug ‘ den Canadien’. Opschriften zijn in het Engels en Frans. De teruggekeerde bewoners kennen wat Frans en het Engelse ‘ Canadien’ wordt zo gevormd. Het is een monument en geen begraafplaats. Tijdens de oorlog wordt deze plek omgedoopt tot Vancouver Corner. De naam refereert naar de Canadese grootstad Vancouver die aan de grote oceaan ligt. Het gehucht bij de kruising van wegen is in de streek beter bekent als de ‘kerselaere’. Op 22 april 1915 ontsnapt voor het eerst chloorgas uit de Duitse voorlinie. Het gas slaat een grote bres van 8 kilometer in het geallieerde front tussen Steenstrate en Langemark. De Duitsers weten dit niet uit te buiten door een gebrek aan voldoende manschappen en materieel. Ook zij zijn verrast door hun eigen succes. Tijdens de periode die erop volgt lanceren ook de Canadezen zware tegenaanvallen om het front te stabiliseren en opnieuw terrein te veroveren. En het lukt. Met het hoofd gebogen, gericht naar de plaats van waar de gaswolk opkomt en met de handen rustend op de geweerkolf, houdt de stenen soldaat ingetogen de wacht. “Arms reversed” of het geweer op zijn kop, gaat allicht terug naar de oude Grieken. In de 16de eeuw wordt er voor het eerst over geschreven. Het getuigt van respect en rouw om de gevallenen. Het beeld is in 1921 ontworpen door Frederick Chapman Clemeshaw en wordt gezien als één van de mooiere oorlogsmonumenten. De ontwerper maakte ook deel uit van het Canadese expeditieleger in Frankrijk en België. De stenen soldaat is in Brussel gehouwen. De ‘Canadien’ is in juli 1923 ingehuldigd in aanwezigheid van prins Leopold ( de later koning Leopold III ). Voor de aanleg van het park rond het monument voeren de ontwerpers aarde uit Canada aan, zodat u zich hier echt op Canadese bodem bevindt.




    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    15-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kinderen in de groote oorlog

    "Oorlog. Hoe verschrikkelijk dat is, kun je op de televisie zien. Kinderen worden gedood of raken gewond. Kinderen maken soms dingen mee die ze hun leven lang niet meer vergeten"

    Kinderen maken tijdens een oorlog meestal verschrikkelijke en traumatische gebeurtenissen mee. Zo kan het verlies van dierbaren als ouders, het meemaken van oorlogshandelingen, het verkeren in constant gevaar het constant hebben van honger en dorst voor een kind ingrijpende gevolgen hebben op de rest van zijn verdere leven. Ook de propaganda die in de Eerste Wereldoorlog zich ontwikkelde richtte schade aan. Zo kennen we allemaal wel voorbeelden van de foto's van kindsoldaten. Soms bleef het alleen bij een uniform...maar vaak ook niet. Zo zijn er verschillende Engelse rustplaatsen bekend van soldaten die veel te jong waren. Ook het sturen van 16-jarigen in een oorlog is natuurlijk discutabel.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    06-07-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vladslo

    Van deze bekende begraafplaats langs de houtlandstraat in Vladslo werden in de jaren ’20 vijf Britse piloten overgebracht naar Tyne Cot Cemetery. Luitenant Cecil Barry en Second luitenant Frederick E.B.Falkiner van het 57th Squadron zaten in hetzelfde toestel en werden op 21 augustus 1917 neergehaald door de bekende Duitse aas Ernst Udet. Ze werden in Vladslo begraven onder grafnummer 339. Twee andere piloten zijn gevallen in oktober 1917 en één Sergeant van het 49th Squadron Royal Air Force op 20 april 1918. Vladslo zelf werd in de jaren ‘ 50 aangeduid als een van de vier te behouden verzamelplaatsen, waardoor het aantal bijzettingen opgevoerd werd van 3.233 tot 25.644 vandaag.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    30-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Soldatenfriedhof II

    In zijn jeugd was Peter Kollwitz enthousiast lid van groepen jongeren die wekelijks de natuur introkken. De voorman van deze groep liet zich begroeten met een schuin geheven arm en de kreet 'Heil!'. Later meldde hij zich vrijwillig nadat hij een compagnie had zien wegmarcheren onder 'bruisend volksgezang'

    Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog reisde Peter uit Noorwegen, waar hij op vakantie was, terug naar Duitsland. Daar diende hij als 18-jarige het Duitse leger, als musketier. Op 23 oktober 1914 valt zijn compagnie, de 4de cie van het 207de Reserve Infanterie Regiment (RIR 207) het Belgische 11de linie aan, die haar positie aan de IJzer wilde behouden. Hij overleed diezelfde dag.

    Tot 1956 lag Kollwitz begraven op de Duitse begraafplaats 'Het Roggeveld'. Zijn stoffelijk overschot werd toen met dat van duizenden anderen overgebracht naar de Duitse militaire begraafplaats in het Praetbos in Vladslo, een van de vier Duitse verzamelbegraafplaatsen in West - Vlaanderen.

    De herdenkingsbeelden verhuisden mee naar Vladslo. Ze staan nu achter op de begraafplaats. De twee geknielde figuren staan op een sokkel en zijn opgesteld voor het graf van Peter




    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    28-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Soldatenfriedhof Vladslo I


     

    In de decennia na de oorlog is een groot aantal oorlogsmonumenten opgericht. Elk jaar kwamen op 11 november de overlevenden bij nationale monumenten, op kruispunten en op kerkpleinen samen om de doden te herdenken. Net als het graf voor de onbekende soldaat onder de Arc de Triomphe in Parijs. In Westmunster Abbey in Londen en op de Arlington Nationale Cemetery in de Verenigde Staten zijn dit Symbolische begraafplaatsen. De meeste doden liggen namelijk ver weg begraven, dicht bij de plaats waar ze sneuvelden. Sommige nabestaanden hadden de mogelijkheid de plaatsen te bezoeken waar hun zonen, echtgenoten, vaders, vrienden en collega’s in werkelijk lagen. Het verslag van de bedevaart van een van de vele ouderparen naar het graf van hun zoon is Illustratief voor miljoenen anderen.

    In Augustus 1932 werd op de Duitse begraafplaats Roggevelde bij Vladslo een monument onthuld: een beeld van twee ouders die rouwen om hun in Oktober 1914 omgekomen zoon. Het is gemaakt door Kathe Kollwitz voor ouders die in de oorlog een zoon verloren, is er geen ontroerender monument dan dit simpele stenen beeld van een ouderpaar, geknield voor het graf van hun zoon. De naam van de kunstenares ontbreekt - hier telt slechts het universele verdriet van twee oudere mensen, omringd door de doden als een schare verloren kinderen. Zij is erin geslaagd een tijdloos gedenkteken te scheppen, een kunstwerk dat uitzonderlijke kracht en emotie uitdrukt.

                                                      .

    http://youtu.be/eovFI_TtCgc

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    21-06-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stil verdriet.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Stil verdriet;

    Het is het ergste wat je als ouder kan overkomen. Wanneer je kind verdwijnt, oplost in het niets. Als je taal noch teken meer verneemt, geen brief,of kaart. 

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Koning Albert I

    Koning Albert I,

    In de oorlog stond het Belgisch leger onder rechtstreeks bevel van koning Albert, een complexe man die vaak overhoop lag met zijn eigen generaals en met de geallieerden van de Triple Entente ‘ Groot Brittannië, Frankrijk en Rusland’. Toen de Duitsers op 4 augustus 1914 het neutrale België binnenvielen, schoten de Fransen en Britten ter hulp, maar de samenwerking tussen de koning en die buitenlandse bevelhebbers zorgde regelmatig voor wrevel. Koning Albert was niet bereid om zijn soldaten blindelings als kanonnenvoer op te offeren, ook al was dat soms onvermijdelijk. Hij slaagde er in de Duitse doortocht door België tijdens de eerste maanden van de oorlog veel langer tegen te houden dan de Duitsers zelf hadden gedacht. Na de val van Luik trok Albert I zich terug met het leger richting Antwerpen. Tijdens de race naar zee dwongen de numeriek aanzienlijk sterkere Duitse troepen de Belgen Antwerpen op te geven en zich verder naar de kust terug te trekken. Nadat bijna heel België bezet was, hielden de troepen van Koning Albert eind oktober 1914 stand in de slag bij de ijzer. De Duitse opmars werd onder meer tot staan gebracht doordat de Belgen er het vlakke land onder water zetten. De Belgische troepen hielden de rest van de oorlog onder koning Albert I een klein hoekje van hun land in handen.
     
    http://youtu.be/G5YD_sFIyJE

    Druk op de link voor meer...


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (1 Stemmen)
    >

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!