Kangoeroe...van die jump,jump...springbeesten.
Zei de Pad tegen de Kangoeroe:
Jij doet hetzelfde wat ik doe.
We springen. Laten we trouwen en nemen een kind,
ik wed dat hij ieder springwedstrijd wint,
hij springt over bergen en kerken.
Hè toe, laten we trouwen ,
dan noemen we hem Padderoe.
De Kangoeroe zei: Lieve schat,
een geweldig idee, weet je dat.
Ik was heel graag met je getrouwd,
maar Padderoe is een naam waarvan ik niet houd.
We noemen hem liever Kangerad,
zei de Kangoeroe tot de betrekkende Pad.
Ze kregen twist tot half twee
over Rangetoe of Kangepee.
Tot slot zei de Pad: Dat duurt me te lang,
dat gedoe over Poedera of Paddekang.
Ik wil niet eens trouwen, ik ga terug naar mijn moe.
En ik idem dito, zei Kangoeroe.
De Pad keerde zich om en zei bah noch boe.
En daar sprong hij weg net als de Kangoeroe.
En ze trouwden dus niet, dat is toch wel erg,
want nou springt hun kindje nooit over een berg.
t Is voor Kangoeroes en Padden beslist geen reclame
dat ze ruziën over kindernamen.