Deze boom staat o.a. aan de professor Poelslaan en aan de Hoekersingel. Tot 1941 was dewatercipresalleen nog als fossiel bekend.
Algemeen werd aangenomen dat de soort al zo'n twee miljoen jaar geleden was uitgestorven maar in 1941 troffen botanici in het zuid-westen van China, in de provincie Hupeh, meerdere exemplaren aan.
Door het Arnold Arboretum uit de Verenigde Staten werd zaad verzameld en in Noord-Amerika en Europa uitgezaaid. Later ontdekte men dat de watercipres heel makkelijk is te stekken.
De watercipres behoort tot de coniferen en laat in de herfst zijn naalden vallen waarbij zelfs korte scheuten van de takken loslaten.
Aan de boom, die een hoogte kan bereiken van twintig meter, komen bolvormige kegeltjes van twee centimeter.
Doordat de boom nog maar kort bekend is weet men nog maar weinig over de eigenschappen van het hout.
Tot dezelfde familie behoort de Californische Sequoia, sequoia sempervirens, die groeit langs de Noord-Amerikaanse kust van de Grote Oceaan. Deze soort bomen zijn de hoogste ter wereld. Zo staat er een boom in de Tall Tree Grove in Californië die een hoogte heeft van 112 meter. Sommige bomen hebben een leeftijd van meer dan 2500 jaar maar de meeste bomen zijn nog geen duizend jaar oud. Die hoge leeftijd komt misschien ook wel omdat deze bomen de bosbranden hebben overleefd doordat de eerste takken nogal hoog aan de boom groeien en de zachte vezelige schors bestand is tegen vuur.
De boom van deze maand zal iedereen wel herkennen, in het voorjaar wanneer de bomen vol staan met prachtige witte kaarsen en in de herfst als de bruine kastanjes in hun stekelige bolster van de bomen vallen. De paardekastanje werd door een Oostenrijkse diplomaat in de 16e eeuw, vanuit de Balkan, naar West Europa gebracht. De naam paardekastanje komt waarschijnlijk uit Turkije waar boeren dampigheid (een ziekte bij paarden) genazen door ze kastanjes te voeren. De kastanjes zijn niet te eten door de mens in verband met het hoge looizuurgehalte. Schapen en herten vinden het juist een lekkernij.
De boom kan een hoogte bereiken van 35 meter waarvan het hout onbruikbaar is als timmerhout. Buiten de witte paardekastanje is er ook nog de rode variëteit, de Aesculus x carnea.Dit is een kruising van de witte paardekastanje en de rode Pavia uit Amerika ook wel de red buck-eye genoemd omdat de gladde bolster op de oogbal van een hertenbok lijkt.
De boom wordt minder hoog dan zijn witte soortgenoot en zijn bolsters zijn zonder stekels. Verder wil ik nog de tamme kastanje noemen de Castanea sativa.
Ook deze boom is in onze wijk te zien, o.a. aan de Prof. Poelslaan, maar de zomers zijn hier te koud om de vruchten te laten rijpen zodat ze eetbaar zijn. De kastanjes die hier te koop zijn komen meestal uit het zuiden van Frankrijk en Italië. In de armere streken van die landen wordt er een soort pap van gemaakt, pollenta genoemd. Het hout van de tamme kastanje lijkt veel op eikenhout en wordt o.a. gebruikt voor lambriseringen.