Foto
Inhoud blog
  • afbeelding pieter loos en jantje de bruin
  • weetjes 1
  • niezijl
  • zou salomon en zijn gezin - zo hebben gewoond?
  • Hessenweg
  • Salomon Levy - de premiere
  • zo moet het ongeveer zijn gegaan - hessentocht
  • burum
  • marskramer
  • vertellingen over zijn jeugd in en rond Veenwouden - schrijver Theun de Vries
  • niezijl
  • meer weten over salomon levy
  • zwaagwesteinde
  • Ytje Salomon de Bruin
  • abel wijbes keuning
  • theunis salomon de bruin
  • Fokke Theunis - 4-1809 Zwaagwesteinde
  • Hendrik Theunis de Bruin b: 28 AUG 1810 in Zwaagwesteinde
  • Baukje Theunis de Bruin b: MAR 1815 in Zwaagwesteinde
  • Theunis Theunis de Bruin b: 30 AUG 1817 in Zwaagwesteinde
  • Fokje Theunis de Bruin b: 16 MAY 1820 in Zwaagwesteinde
  • Ytje Theunis de Bruin b: 30 DEC 1823 in Zwaagwestein
  • . Trijntje Theunis de Bruin b: 05 MAY 1826 in Zwaagwesteinde
  • Tjeerd Theunis de Bruin b: 05 APR 1830 in Zwaagwesteinde
  • Aaltje Theunis de Bruin b: 30 AUG 1833 in Zwaagwesteinde
  • Dossier 5031 - Salomon Levi
  • salomonlevystraat
  • zwaagwesteinde
  • Forum de verhalen over salomon - die je te horen kreeg van je ouders
  • stukjes uit het boek_ SALOMON LEVY_ door H de haan
  • chaim caran
  • de aanklachten die tegen hem(salomon levie) zijn ingebracht
  • Archief Leeuwarder Courant
  • groningen in de tijd van onze voorouders
  • Fokje Teunis
  • zwaantje van der werff
  • zoon van jantje de bruin en pieter loos ( mijn vader )
  • DE WESTEREIN - ZWAAGWESTEINDE
  • de beroepen van de nazaten van salomon
  • Volkstelling 1829 Zwaagwesteinde. Lijst der inwoners, beroepen etc.
  • Begraafplaats: Zw-westeinde kerk
  • leeuwarden/friesland in de tijd van onze voorouders
  • Salomon en Binnes
  • aaltje salomon de bruin
  • Fotoalbum
  • Geert Theunis de Bruin b: 29 NOV 1812 in Zwaagwesteinde
  • meer te weten komen over je voorouders
  • Forum > stamboom de Bruin, Bergsma, Kuipers, Feenstra
  • Parenteel van Anne Sybes
  • de westereen
    Zoeken in blog

    de familie:
    namen die je hier tegen komt zijn:

    De Bruin
    Theunis / Teunis
    Loos
    Van Der Werff
    Zuidema
    Voos
    Dijkstra
    Binnes
    Elzinga
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Foto
    SALOMON LEVY
    het boek v H. de Haan
    Foto
    ik zoek al een tijd naar dit boek


    Zwaagwesteinde" van K. Sikkema ssr en K. Sikkema jr

    wie weet waar ik hem kan kopen



    Blog als favoriet !
    Foto
    Antje W. de Bruin
    voor de woning van
    Wijbe Schaafsma op Oostwoud
    Antje was getrouwd met
    Sytze van der Veen.
    Ze hebben gewoond op
    Keatlingwier.
    Geboren: 11 mei 1877.
    overleden: 9-01-1963

    salomon levy salomon levie
    Rondvraag / Poll
    salomon - is te zwaar gestraft - wat vind jij?
    ja
    nee
    anders
    Bekijk resultaat

    Rondvraag / Poll
    heb jij het boek van salomon?
    ja
    nee
    ik heb een copy
    anders
    Bekijk resultaat

    Rondvraag / Poll
    van welke lijn van salomon zijn kids stam jij af
    Theunis Salomons de Bruin
    Ytje Salomons de Bruin
    aaltje Salomons de Bruin
    Bekijk resultaat

    Rondvraag / Poll
    waar ben jij geboren
    zwaagwesteinde
    groningen
    anders
    Bekijk resultaat

    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    foto,s boven niezijl
    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    de naam - de bruin
    de kinderen van salomon vielen op in friesland
    tussen al die blonde licht gekleurde kids
    daarom
    hebben ze de naam de bruin genomen
    wat eerst nog een tijdje bruinsma is geweest
    wat ook mee speelde
    was dat salomon mee had gedaan aan de Kollemer oproer
    en niet zo goed bekend stond
    ik heb ergens gelezen dat theunis de naam veranderd heeft


    wie weet mij meer te vertellen
    over salomon levy
    of over de andere
    namen die je hier
    tegen komt
    reageerd dan

    salomon levie/levy

    04-11-2013
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. Dossier 5031 - Salomon Levi
    Name: Salomon Levy
    Sex: M
    Birth: 1751 in Hessen, Duitsland
    Death: 17 MAR 1798 in Leeuwarden
    Occupation: Slachter, veehandelaar, koopman
    Note:
    Dossier 5031 - Salomon Levi
    Bevat een plakkaat gedateerd 9 augustus 1797 (het Landschapshuis binnen Leeuwarden) TEKST (gedeeltelijk leesbaar) (Voorts bevelen wij alle logementhouders, Herbergiers, tappers, en andere Winkel- en Neering- doende Lieden/ om die geene/ welke in hunne huizen zodanige daaden mogten pleegen/ en gesprekken voeren/ als vooren omschreeven zijn/ aanstonds/ en zonder eenig tijdverzuim/ aan de Municipaliteiten en Fiscaals aan te brengen/ met opgave van de naamen en woonplaatsen der Persoonen/ welke daar bij teegenswoordig geweest zijn; zullende die geene/ welke hier in nalaatig zijn/ booven verbeurte van Tap, als verdagte Persoonen worden gedetineerd. Verzoeken eindelijk alle brave burgers, en inzonderlijk de Officieren der gewaapende Schutterijen, om mede toezigt te houden op overtreedingen tegen dit ons Placaat. En op dat niemand hier van eenige ignorantie zal kunnen pretendeeren/ zal deeze alomme in dit Gewest worden gepubliceerd en geaffigeerd/ ter plaatsen waar zulks gewoonlijk geschied: want wij zulks alzoo tot Heil des Volks/ bewaaring der rust en waarschouwing der Ingezetenen/ verstaan te behooren. ... Dat alle die geene/ welke zig vergrijpen aan daaden/ waar door de Openbare Rust/ de persoonlijke veiligheid der Ingezetenen/ in hunnen Wooningen/ of buiten deselve/ wordt gesoord/ of hun eenig molest word aangedaan/ over het al of niet dragen van geoorloofde Teekenen/ of Versieringen; of eenige aanranding op hunne Persoonen/ Wooningen of Goederen mogt worden ondernoomen; gelijk ook allen die anderen tot dergelijke daaden mogten hebben aangezet/ (al schoon de daad er niet op gevolgd waare) ingelijk met de dood zullen worden gestraft. ... tegen den Staat/ tegen het Volk zelvs van Nederland/ te doen werken/ zig schuldig maaken aan verraad tegen de Onvervreembare Souverainiteit van het Volk/ en daarom ook/ zonder eenige ontferming hoe ook genaamd, met de dood zullen worden gestraft.

    Articulen Examinatoir voor de Procureur deeser Landschappe Rat: Off: Klager CONTRA Salomon Levij van Swaagwesteijnde Gevangen en Beklaagde. Om daar op door een Lidt van de Raad van Justitie als Commissaris te worden verhoord.

    1e dat de gevangen vrijdag morgen den 26e Augustus 1796 geweest is te Feenwouden
    2e en toen aldaar van Jouke Jans heeft gekogt twee gestoolen lammen voor elf car. gldns.
    3e dat hij gevangen deselve lammen direct naar zijn huijs of woning heeft gebragt.
    4e en ook die dag heeft willen slagten hebbende reeds een daar van de keel uitgesneeden.
    5e en onder het bedsteede verborgen
    6e dat hij gevangen voor af order gegeven heeft aan Jouke Jans om hem vette schapen te besorgen.
    7e zoo als ook aan hem besorgd heeft.

    Nicolaas Scheltema

    Burgers, Raaden van Justitie!
    Nevens gaande informatien weegens het vinden van Twee Lammen ten huijse van Salomon Levij, Koopman te Zwaagwesteinde, en vier Drenten in het land van Gerrit Wybes, huisman in de Valom onder Murmerwoude, hebben wij de Eene hier nevens aan Uwl: door onzen Executeur over te zenden.
    Wij hebben niet kunnen nalaaten om provisioneel de gevondene Lammen en Drenten, als mede de Persoonen van Jouke Jans en Salomon Levij in goede bewaring te neemen, voorts hebben wij van de gedetineerden hunnen confessien af genomen, dewelke wij hier nevens mede aan Uwl: laaten toekoomen. Wij beveelen Uwl: in Godes heilige Protectie, en verblijven na toewensching van heil, en aanbod van Broederschap. Uwl: toegenegene Medeburgers. Die van 't Geregte van Dantumadeel, Douwe Johannes. Damwoude, den 27 Aug. 1796.

    Confessie van Zalomon Levij, koopman te Zwaagwesteinde dog thans gedetineerde bij het Geregte van Dantumadeel.
    Zalomon Levij, Koopman te Zwaagwesteinde, oud ongeveer 44 jaar, thans gedetineerde bij den geregte van Dantumadeel, confiteerd dat hij donderdag nagt is te huis geweest, dog dat hij op vrijdag den 26e Aug: 1796 's morgens ongeveer 8 uur is gekomen ten huise van Sjoukje Jans, huisvrouw van Douwe Dirks arbeider te Feenwouden met oogmerk of deselve ook iets hadden te verkoopen, dat deselve aldaar heeft gevonden eenen Jouke Jans, arbeider te Feenwouden, dat de gedetineerde en Jouke een Kopje Thee met Sjouke Jans hebben gedronken, en wanneer zulks verrigt was heeft Jouke de gedetineerde aangesogt om vier Drenten van hem te koopen, dog dat de gedetineerde sulks van de hand heeft geweesen, hier op heeft Jouke de gedetineerde gepresenteerd om twee Lammen aan hem te verkoopen, het welk de gedetineerde heeft goedgekeurd, dog begeerde deselve eerst te sien, hier op zijn de gedetineerde en Jouke Jans gegaan na een stuk land toebehorende aan Douwe Eelkes, huisman te Zwaagwesteinde, alwaar de lammeren waaren, en wanneer de gedetineerde deselve had besien heeft de gedetineerde Jouke Jans gevraagd waar de Lammen weg had en voor welke prijs deselve heeft gekogt, waar op Jouke de gedetineerde heeft geantwoord, dat de Lammen te Dokkum had gekogt voor tien Carglds, de gedetineerde heeft hier op Jouke Jans Elf Caroli Guldens voor de Lammen geboden, en voor welke Somma Jouke de gedetineerde de Lammen heeft verkogt, hier op heeft de gedetineerde direkt vier Guldens aan hem betaald en nog aan hem verschuldigt is zeven Caroli Guldens, meer van de zaak niet wetende, sloot na duidelijk voorlesinge. Actum, te Damwoude den 27 Aug: 1796, Douwe Johannes.

    Dossier 5305 - Salomon Levij
    (Aantekening: Het Hoff committeert den Burger Harinxma om de gev: op deese naderer Artln te examineren, Act. den 24 Oct. 1797. ... Gediend en geleverd den 14 Nov. 1797.) Nadere Articulen Examinatoir ... CONTRA Zalomon Levy van Collumer swaag westeijnde gevangen en beklaagde.
    No. 1. H(endrik). G(ialts). Sanburg, Scherprechter der Provincie Vriesland, oud 36 jaren, verklaart en attesteert bij deesen dat hij getuijge op vrijdag den 3de februari 1797 als dienaar van den Hove van Justitie van Vriesland, met Adam Marinus mede dienaar van Gemelde Hove in het Regthuijs te Collum in bewaaring hebben gehad eenen door haar geapprehendeerde Abele Reijtses, dat op dieselve dag sig voor genoemde Regthuijs hebben vervoegd eene geheele Bende oproermakers van Collumer Zwaag Westeinde, dat hij getuijge op dat tijdstip om reeden rede kennisse van haar komst hadde, gewaapend in de voordeur stonde; en aan haar heevt gevraagt wat zij so gewapent aldaar zouden doen; dat hier op een Jood met naame Salomon Levi zeijde wij willen Aeble Reitses los hebben, dat is geen schelm of diev; dat hij getuijge hier op heeft gesegt wij laete hem niet los, of het geregte moet ons daar toe orders geeven, dat deese jood hier op heevt gesegt, hij zal er uit; dat hij getuijge hier op gesegt heevt dat zij hadden toe te sien wat zij deeden, dat hij getuijge en zijn mededienars aldaar waaren als dienaars van het Hof van Justitie en op derselver order dat hij Salomon Levi hier op gesegt heevt het Hoff is hier Geen tel, daar schijtte wij wat op, hij zal er uit; dat hij Salomon Levi met de overige Bende voor de getuijge staande, een degen in de hand hadde, dat onder des nog een geheele menigte dit Regthuijs naderden, roepende is hij er nog niet uit; toe maar, er maar in; waar op hij Salomon Levi hem getuijge de deegen op de Borst zette en de andere van die bende sodanig indrongen dat hij getuijge en zijn mededienaer agter uijt moesten deinsen, en de gevangene aan deese bende overlaten, de getuijge geevt reden van wetenschap als in deesen gemeld neemt aan dit verklaarde met Eede te bevestigen. Leeuwarden, den 16 8br (Oktober) 1797.
    No. 2. Adam Marinus, dienaar 's Hofs van Justitie van Vriesland, verklaart bij desen dat hij getuijge op vrijdag den 3de febr: 1797 als dienaar van voornoemden Hove met H.G. Sandburg mede dienaar van Vrieslands Hof in het Regthuijs te Collum in bewaring hebben gehad eenen door haar getuijgen geapprehendeerden Abel Reijtses, dat op deselve dag, sig voor voornoemde Regthuijs hebben vervoegd eenen geheele Bende oproermakers can Collumer Zwaag Westeinde, dat de getuijge Sandburg op dat tijdstip, om reeden rede kennisse van haar komst hadde, gewaepend in de voordeur stonde en aan haar heevt gevraagt, wat zij so gewapent aldaar zouden doen: dat hier op een Jood met name Salomon Levi zeijde wij willen Aeble Reijtses los hebben, dat is geen schelm of diev, dat hij getuijge hier op heeft gesegt, wij laate hem niet los of het geregte moet ons daar toe orders geeven; dat deese jood hier op gesegt heevt, hij zal er uit: dat hij getuijge hier op gesegt heevt dat zij hadden toe te sien wat zij deeden, dat hij getuijge en zijn mededienaar aldaer waaren als dienaers van het Hof van Justitie en op derselver order - dat hij Salomon Levi hier op gesegt heevt, het Hof is hier geen tel, daar schijtte wij wat op, hij zal er uit. - Dat hij Salomon Levi met de overige Bende voor de Getuijge staande, een deegen in de hand hadde, dat onder des nog een geheele menigte dit Regthuijs naderden, roepende is hij er nog niet uit; toe maar, er maar in. Waar op hij Salomon Levi hem getuijge de deegen op de Borst zette en de andere van die bende sodanig indrongen dat hij getuijge en zij mede dienaar agtter uit moesten deinsen en de gevangene aan deese bende over laaten de getuijgen geevt Reeden van Weetenschap als in deesen gemeld, neemt aan dit verklaarde met Eede te bevestigen, in kennis mijn hand, Leeuwarden, den 17de October 1797.
    No. 3 en 4. Jacob Aukes en Piettie Wiebes, Egtelieden woonagtig onder Zwaagwesteinde beijde van Competenten ouderdom, verklaren bij desen dat op Sondag nademiddag den 5de febr; 1797 ten haaren huijse gekomen zijn Eenige personen waar onder de Jood Salomon Levi, voorsien met een degen, schijnende so 't scheen, alle zeer verslagen, dat deese Salomon Levi zijn deegen voor het huijs in de grond heeft gestoken, welk van de kinders van haar getuijgen is gesien, dat deze bende niet lang aldaar geweest is, maar van daar vertrokken zijn ingevolge haar seggen ijder na zijn huijs, dat haar getijges kinderen na zulx deese deegen uit de grond hebben gehaald en welke deegen door haar getijgen op haar Cast is gelegen, En bewaerd tot dato deeses den 2de October 1797, wanneer dezelve door haar getuijden aan de Procureur Joh. Stroband is overgelevert, de getuijgen geven rede van wetenschap als in desen gemeld, neemen aan dit verklaaren met Eede te bevestigen. Zwaagwesteinde, den 2de October 1797.

    CONFESSIE van Salomon Levi van Collumerswaag westeinde dog thans gevangen op het Blokhuijs.
    Zeggende hij gevangen daar bij dat ongeveer zeven en veertig jaar oud is en dat wel op zekeren tijd gedwongen is om meede te gaan naar Collum, weet niet anders dan altijd goed gestaan te hebben met Abele Keuning geheel nooijt iets kwaad gedagt of gezegt te hebben van aan riemen snijen of dat Abel Keuning van kant moeste zegt geen bloote sabel gehad te hebben maar wel een stok niemand gedwongen te hebben ook niemand gedreigt te hebben de kop te klooven en de glaasen in te slaan dat om die reedenen ook geen mensch heeft meede gesleept teegen zin en wil alzoo niemand voor hem gev. behoevde te vreesen meer niet zeggende sloot zijn confessie naar deugdelijke voorleesing. Actum op het Blokhuijs, den 7 Sept. 1797. Nicolaas Scheltema, Proc. Gen.

    VONNIS:
    Alzo den Hove van het voormalig gewest Friesland uit de Confessien van Salomon Levij van Collumerswaag westeinde dog geboortig van Hessenland, oud 47 jaaren, tegenwoordig gevangen en anderszins uit de procedures genoegzaam gebleken is; dat de gev. op den 3 Febr. 1797 met eene geheele bende Oproermakers van Collumerzwaag westeinde, gewapend met een deegen, is op getrokken naar het rechthuis te Collum, alwaar twee dienaers van de Criminele Justitie eenen Abele Reitzes In bewaringe hebbende, gewapend in de voordeur stonden, die hun vraagden wat zij dus gewapend aldaar zouden doen? dat de gev. aan het hoofd van die oproerige bende en als aanvoerder van dezelve, geantwoord heeft: wij willen Abele Reitses los hebben, dat is geen schelm of dief, dat een der dienaeren daar op gezegt hebbende, wij laaten hem niet los, of het Gerechte moet ons daar toe order geeven, door de gev: daar op geantwoord is hij zal er uit, dat een der gemelde dienaeren hem gev. en makkers heeft gewaarschuwt, met te zeggen, dat zij hadden toe te zien, wat zij deeden, alzo aldaar waaren in qualiteit als dienaeren van het Hoff van Justitie en op deszelfs orders de gev. daar op gezegd heeft, het Hoff is hier geen tel, daar schijte wij wat op, hij zal er uit, dat de gev. met de deegen in de hand voor de dienaars staande, onderwijl dat nog een geheele meenigte dat Rechthuis naderde, en roepende, is hij er nog niet uit, toe maar, er maar in, daar op den eenen dienaar den deegen op de borst gezet heeft, terwijl de overige bende oproermakers zodanig indrongen, dat de dienaers agter uit moesten deinzen en Abele Reitses aan hem en de overige geweldenaars overlatende, dat de gev. op Zaturdag den 4 Febr. 1797 met een bloote Sabel of deegen in de hand, anderen heeft gedwongen, en wel voornamelijk Jacob Aukes en Jane Willems, beide woonagtig te Collumerzwaag, om met hem en de oproerbende te gaan, dreigende hun anders de kop te kloven en de glazen in te slaan, dat de gev. hier door menschen heeft mede gesleept, welke tegen zin en wil, enkel uit vrees voor zijne dreijgementen hem hebben moeten volgen, dat de gev. op dien dag met een hoop muitelingen of oproermakers op weg is geweest naar Dokkum en bij die gelegenheid gezegd heeft: dat zo hij Abele Keuning ontmoette, hij dezelve aan riemen zoude snijden, dat hij gev. niet verre van de wooning van Abele Keuning af zijnde, heeft gezegd dat voorn. Abele Keuning van kant moestte, zijnde de gev. 's anderen dags ook nog gewapend met een deegen in geselschap van anderen gekomen aan het huis van Jacob Aukes te Zwaagwesteinde, waar omtrent dien deegen toen in den grond gestoken en gelaten heeft. - dat de gev. zich dus als een der voornaamste oproermakers en aanvoerders der Muitelingen heeft gedragen en alzo zich schuldig gemaakt aan daaden die anderen ten exempel wel zwaarlijk behooren te worden gestraft.
    Zoo is 't, dat het voorschr. Hof op alles rijpelijk gelet ende geconsidereert hebbende, het geene men in deezen behoorde te considereren, in de naame en van wegen het Bataafsche Volk, den voorn. gev. heeft gecondemneert en condemneert hem bij deezen, omme bij den scherprechter op het Schavot geleijdet, aldaar met den Zwaarde geexecuteert en alzo van het leeven ter dood gebragt te worden. Actum den 17 Maart 1798.

    Verklaaring afgelegd door den Burger Jan Coopmans voor de Commissarissen uit de vereenigde Commissien van Corespondentie en gedeputeerden de Burgers H. Cuperus en F: Dublinga, benevens den Secretaris H: W: Alma.
    No. 1. De Burger Jan Coopman, oud twee en twintig jaren, woonagtig in Collumerland onder westergeest, verklaard waar te zijn, dat hij op Saturdag den 4 Februarij 1797 ongeveer een uren naademiddag, door een hoop der muitelingen gedwongen is geworden meede te gaan naa Dockum, nog niet bewust is wie, of hoe de naamen zijn van hun, die hen gedwongen hebben, dat hij op weg zijnde met de hoop naa Dockum had hooren zeggen, van eenen Kobus Jurjens, dat hij geweest was op het Collumer verlaat bij Abele Keuning, dat hij dezelve aangetast had, waar op Keuning hem uit vrees de hand had gekust, en hij daar op ten antwoord gaf, bliksem wilt gij mij bijten, dat zig onder deeze hoop bevond een Feike Luitzes, die de meenigte aanvoerde en courrageerde en op Dockum los te gaan, dat daar naa op Leeuwarden zouden los gaan, dat verders nog onder de meenigte waaren een Marten Joukes schoolmeester van Driesum, die ook als een der hoofden scheen te ageeren, dat deeze te paard had gezeeten om te spioneeren hoe het bij Dockum gesteld was, dat eene Salomon zijnde een Jood, woonagtig te Zwaag of Westerende, zig zeer brutaal had gedraagen, en had gezegd dat zoo hij Abele Keuning ontmoete dezelve aan riemen zoude snijden, dat onder de hoop meerdere aanvoerders waaren, die egter bij hem Coopman in persoon niet bekend zijn; dat hij de meenigte die bij het huis ter noord bij elkanderen geweest zijnde, begroot op drie duizend, dog dat bij het laatste tolhek aan Dockum een hoop agter zijn gebleeven, die den getuige oordeelde dat uit vrees niet verder durfden avanceeren. Nog verklaart de getuige dat bovengenoemde Feike Luitses als gecommitteerde scheen benoemd te zijn, wijl hij aldus door de muitelingen wierd genoemd. Verders verklaard den getuige dat in de schuit, waar uit de militairen door het Canaille gehaald zijn, zig ook had bevonden een Louw, bijgenaamd Corporaal, dat hij van dezelve had hooren zeggen tot de meenigte mannen ik heb er de geheele dag de kop goed voorgehouden past nu op dat wij het bewaaren, dat de getuige niet weet dat gemelde Louw de Soldaaten meede hadde gedwongen, maar wel van hem had hooren zeggen, dat er goed volk in de schuit was: dat nog verder door de meenigte was gezegd, dat wanneer Sijberen van Rijs lid van den gerechte van Dockum door hun ontmoet wierd, dezelve van kant zoude brengen, waar op een Anderies Heintje had gezegd, Jaa, die mag er wel aan dat is een groote Patriot. De getuige niet meer weetende, etc. Aldus afgelegd voor ons onder geteekende Commissarissen uit de vereenigde Commissien van Correspondentie en gedeputeerden uit het Prov: Best: van Friesland en meede door de getuige zelve verteekend. Was get. Jan Koopmans. H.D. Dublinga, A. Cuperus, H. W. Alma.

    Informatien genoomen bij den gerechte van Dantumadeel wegens gepleegde baldadigheeden en verregaande verkeerde uitdrukkingen zo voor als op den 4. Febr. 1797.
    No. 2. Sijds Fopkes huisman te Birdaard, oud 37 jaar, ... deponeert dat hij op Saturdag den 4 Februarij 1797 's avonds ongeveerd tien uur Dominee van Giffen, predikant te Burdaard en Jan Foppes, huisman aldaar, op de weg te Birdaard is tegen gekoomen, en wel een weinig na die tijd dat de Canonnen te Dockum tegen de oproerige bende waaren gelost, tegens Dominee van Giffen heeft gezegd, Dominee wat gaat het er door, dat Dominee van Giffen daar op heeft gezegd dat had ik al gedagt, want ik heb wat, Jan heeft wat, en gij hebt wat, dat soekt de regering ons te ontnaderen want zo kan de regeering niet, het verwondert den deponent Ganschelijk niet dat Dominee van Giffen zulke uitdrukkingen durfde te voorschien brengen, vermits dezelve bij hem bekend staad niet alleen voor een volstrekte tegen werker van de tegenwoordige regeeringsvorm, maar daar en boven voor zulk een perzoon dewelke de ingesetenen niet anders dan quade denkbeelden soekt in te boesemen, meer van de saak niet wetende, etc.
    Jane Willems arbeider te Collumer Swaag oud 27 jaar, ... deponeert dat op vrijdag den 3 Februarij 1797, Alberd Foppes mede aldaar woonagtig de getuige heeft aangezegd on zig te Collum te vervoegen en als dan de gevangene mede te ontslaan, dat de getuige daar op na Collum is opgereijst en wanneer daar was gekomen, dat er veel menschen bij malkander stonden voor het Regthuis, dat de getuige direct gehoord heeft dat de gevangene was ontslagen, daar op weder na huis is gereijst, verders verklaart de getuige dat op Saturdag den 4 dito bij hem zijn gekoomen Jacob Taedes van Collumerswaag en Zalomon Levij van Swaagwesteinde, hem getuige dwingende om op de weg te komen of dat hem anders de kop zouden klooven, de glasen inslaan, en veel dreigementen meer dat de getuige bevreest is geworden, en zig daar op op de weg heeft vervoegd en gereijst met meer anderen de weg op na Swaagwesteinde, dat daar op den Supstituut Procureur Generaal (=Groenia) eenige Dienaars en gewapende burgers de getuige zijn tegen gekomen en hem en meer andere in de Kerk te Collum hebben gebragt, zijnde de deur eenige tijd daar na met geweld weder geopend, waar op de getuige en de anderen uit de Kerk zijn gegaan, hier op is de getuige van Collum na het Collumer verlaat gereijst en wanneer digt bij het huis van Abele Keuning was, heeft Abele hooren kermen, dog dat zig niet durfde in huis begeven om hem te helpen, eindelijk verklaarde de getuige dat Zalomon Levij, wanneer niet verre van Abele Keunings huis af waaren gezegd heeft, dat Abele van kandt moest, dog dat de getuige Salomon bij het Schouder heeft gevat, en gesegd neen, daar niet heen, waar op de getuige na huis is gereist, meer van de saak niet weetende, etc.

    No. 3. Harmen Thomas, arbeider te Collumerswaag, oud 55 jaar, ... deponeert, dat Alberd Foppes can Collumerswaag hem op vrijdag den 3 Februarij 1797 aansegging heeft gedaan om na Collum te reijsen en als dan de gevangen aldaar weeder te ontslaan, dat de getuige een endweegs is gereijst, weeder na huis is gekeerd, verders verklaard de getuige dat op Saturdag den 4 dito ten zijnen huise is gekomen Jacob Taedes van Collumerswaag en Salomon Levij van Swaagwesteinde ieder met een bloote sabel in de hand, dat gemelde persoonen de getuige hebben gedwongen, na Swaagwesteinde te reijsen, of dat hem anders de kop zouden klooven, de glasen in slaan, en andere uitdrukkingen meer, dat de getuige bevreest zijnde geworden zig een weinig derwaards heeft begeven, dog dat de Substituut Procureur Generaal, eenige dienaars en gewapende mannen de getuige na Collum in Kerk hebben getransporteert, dog dat de deur eenige tijd daar na met geweld wierd geopend waar op de getuige weder na huis is gegaan, meer van de zaak niet weetende, etc.

    No. 4. Jacob Aukes, knegt van Jan Jarichs huisman te Collumerswaag oud 22 jaar, ... verklaard dat op den 3 Februarij 1797 ten huise van de Boer Jan Jarichs is gekomen (wanneer de Boer en vrouw uit waren) ongeveer 3 uur Salomon Levij en Pieter Cornelis beide te Swaagwesteinde, dewelke de getuige drongen om meede te gaan, of wilden de getuige doodslaan; waar op de getuige is medegegaan tot Hedde Eebes, wonende bij Collum, alwaar de getuige zig versteeken heeft, en is te rug gereist, meer van de zaak niet weetende, etc.

    PRO PAUPERE CAPTIVO Remonstrantie voor Salomon Levij van Collumerzwaag, gevangen en beklaagde CONTRA De Procureur Generaal van dit gewest rat: off: klaager. ... Dat de gevangen op den 4 Febr. 1797 gedwongen is geworden om met eene verzamelde menigte van zijn huis af te gaan na het huis ter Noord toe, als wanneer hij eene gunstige geleegenheid vonde om uit het gezichte der meenigte te geraaken en alzoo te ontkoomen. Dat egter de klaager hem ten laste legt dat hij gezegd zou hebben dat als hij Keuning, of Abele Keuning vond, den zelven aan riemen zoude snijden. Dan de klaager heeft zulks door een getuige, Jan Coopmans, beweesen, dog deeze eene getuige is als geene, dan hoe weinig staat te maaken is op deeze Jan Coopmans, is Ulieden Raaden reeds gebleeken uit 't Proces van Louw Johannes, waar toe de gevangen zich refereert.
    De beschuldiginge van Jane Willems behelst, dat deze gevangene op Saturdag den 4 Febr. 1797 den getuige zoude gedwongen hebben om op de weg te koomen of dat hem anders de kop kloven, de glasen inslaan zou, etc. moet Ul: al suspect voorkomen, dewijl voor eerst de gevangen alleen geen grote vreese ijmand konde aanjaagen, wijl hij een klein en geensins sterk persoon is, maar ook bovendien des gevangens reporbatoire getuigen Fokke Abrahams en Tjepke Djoerds deponeren dat hij Jan of Jane Willems onder de oproerige menigte op weg geweest is, niet behoevende gedwongen te worden. Verders koomt een Harmen Tomas op, die zegt, dat de gevangen op Saturdag den 4 Febr. 1797 ten zijne huise gekomen is, met een bloote sabel in de hand, hem dwingende om met na Zwaagwesteinde te reijsen, of anders hem de kop en glasen in te zullen slaan, - dog hoe weinig credit die Harmen Tomas verdient, blijkt uit de reporbatoire getuigen Hendrik Geerts en Baukje Tjeerds die deponeren dat hun kind een oorijser verlooren had, dat Harmen Tomas 't zelve ras te Dokkum verkogt had sonder sulks bekend gemaakt te hebben, dus hij als dief was, te meer dat zij 't hem overgeslaagen hadden, dog dat hij 't sterk ontkend had. Egter toen hij Harmen Tomas de zaak naader indagte, en bevreesd wierde, of men hem desweegens niet in 't kastje zoude sluiten, heeft hij 't naderhand voor die getuigen geconfesseerd, en drie guldens daar van te rug gegeeven. Dan verhaalt eindelijk de getuige Jacob Aukes, dat hij door de gevangen op den 3 Febr. 1797 circa drie uur te Collumerswaag gedwongen is geworden om met te gaan, 't welk immers suspect is, daar hij zelve vrijwillig op de weg geweest is, volgens de reporbatoire getuige Lammert Annes, en nog meerder wort dit twijffelagtig, en strijdig, daar in 't nader Proces Hendrik Gialts Sandurg en Adam Marinus voorgeeven dat de gevangen op die tijd te Collum voor 't regthuis zou geweest sijn, hoewel de gevangene zulks stellig ontkent. Etc.

    Bron: Speciecohier 1794 Zwaagwesteinde: nr. 99.
    Salomon Levy na 't Gedemolieerde, de vrouw in Groningerland; op de plaats zit nu Tade Sybes, gealimenteerd van alhier.

    Bron: Kollumer Oproer 1797 (Berend van der Veen).
    Op een lijst van 14 maart 1797, een maand na het Kollumer oproer, komt Salomon Levi voor met de toevoeging 'gevlugt'.

    Uit: De Joodse gemeenschap in het Groninger Westerkwartier, Peize en Roden. Pag.25: In 1787 woonde in Niezijl een Salomon Levij. Van deze man weten we iets meer doordat hij zich op 15 december 1789 voor het Hof van Friesland moest verdedigen tegen de beschuldiging dat hij twee schapen gestolen zou hebben uit het land van Jan Zuirds uit de Westerhorn onder Lutjegast. Hij vertelde bij die gelegenheid dat hij rond 1759 was geboren in Hessenland, "vandaar door het Paderbornsche en Munstersche is gereisd na IJme Til (Enumatil?), alwaar hij zig een paar dagen heeft opgehouden". Daarna was hij gaan wonen in Niezijl. Een bijzonderheid was dat hij daar ging samenwonen met een niet-joodse vrouw met wie hij niet getrouwd was. Zij heette Fokje Theunis en was in 1759 geboren in Burum. In 1788 kreeg het paar in Niezijl een zoon Theunis. Na 3 4 jaar in Niezijl gewoond te hebben vertrok het gezin naar Zwaagwesteinde in Friesland, waar Salomon als "slagter en coopman" een beter bestaan meende te vinden. Door een getuige in de zaak van de twee schapen werd Salomon Levij omschreven als "een persoon klein van statuir.. gelijkende seer wel na een Jood". Pag. 27: Tekenend voor de omzwervingen van een "reysende Jood" zijn de ervaringen van Salomon Levij. Nadat hij zijn geboorteplaats in Hessen had verlaten trok hij eerst enige tijd door Duitsland. Na verloop van tijd belandde hij in de Republiek. Waarschijnlijk via de stad Groningen kwam hij terecht in Enumatil. In dit kleine dorp zal hij wel gelogeerd hebben bij Izak Abrahams. Het was gebruikelijk dat joden die een gevestigd bestaan hadden weten op te bouwen gastvrijheid verleenden aan rondtrekkende geloofsgenoten. Het bleek niet mogelijk om in Enumatil te blijven en na korte tijd vertrok Levij naar Niezijl. Hij wist vergunning te krijgen om daar te gaan wonen. Economische argumenten (verbetering van zijn slagerij en koophandel) deden hem na enige jaren besluiten om door te trekken naar Kollumerzwaagwesteinde.


    Marriage 1 Fokje Theunis b: 1751 in Pieterzijl (Gr.)
    Note: Salomon had rond 1786 een buitenechtelijke relatie met Fokje Teunis. Uit "De Joodse Gemeenschap" in het Groninger Westerkwartier, Peize en Roden: C 1786, d.w.z. dat ze toen leefden in concubinaat.
    Children
    1. Theunis Salomons de Bruin b: 15 MAR 1788 in Pieterburen (Gr.)
    2. Ytje Salomons de Bruin b: 13 NOV 1792 in Pieterburen
    3. Aaltje Salomons de Bruin b: NOV 1793 in Zwaagwesteinde


    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Archief per maand
  • 02-2014
  • 11-2013


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!