Inhoud blog
  • Stijn - Op de radio - DM 23 02 2023
  • 'Dat geleuter over cancelcultuur in Vlaanderen, mensen toch' - DM 11/02/2023
  • We moeten terug naar de essentie: eerst de taal - DM 27 08 2022 - Bart Eeckhout
  • Philippe Van Parijs: Taal en Rechtvaardigheid
  • Meer Latijn leidt tot meer welzijn. Zeker op termijn. - DM, 24/06/2022 - pag.22
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Taaldemocratie
    Taalkundig-culturele democratie kan slechts gerealiseerd worden door gebruik van een Gemeenschappelijke, Eenvoudige, Neutrale, Tweede (= G.E.N.T.) taal, zoals het Esperanto.
    05-09-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.An inconvenient truth - schema
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Schema "An inconvenient truth"

    Bijlagen:
    An inconvenient truth schema.doc (23.6 KB)   

    05-09-2007 om 00:00 geschreven door Dan Van Herpe

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-09-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'An inconvenient truth'

      An inconvenient truth


    Het officiële talenbeleid van de Europese Commissie, dat stelt dat  iedere burger minimaal (!) twee vreemde talen moet leren, is ondemocratisch, asociaal en onrealistisch: het legt de taalkundige lat te hoog voor de modale burger. Dit blijkt in eigen land uit o.a. talloze vacatures die niet ingevuld raken omwille van een gebrekkige talenkennis (gebrek aan tweetalige agenten in Brussel, tekort aan onderwijzers die de tweede landstaal voldoende beheersen, enz.), de taalproblemen bij ongevallen, rampen, in ziekenhuizen, opvangtehuizen, gevangenissen, enz. Ondanks ons in binnen- en buitenland zo vaak geroemde taalonderricht! Bovendien lost het Europees talenbeleid het communicatieprobleem van de modale burger ten gevolge van de grote talenverscheidenheid in de Europese Unie niet op.

     

    Daarom wil ik een alternatief beleid voorstellen dat democratisch, sociaal en realistisch is omdat het iedereen op een eenvoudige, eerlijke, economische en efficiënte manier de mogelijkheid tot contacten met anderstaligen, tot interculturele contacten en dus tot verruiming van de culturele horizon biedt.                     

     

    Ik ga hiervoor uit van een vergelijking tussen de lichamelijk-motorische en de geestelijk-taalkundige ontwikkeling van het kind.

     

    De lichamelijk-motorische ontwikkeling van het kind verloopt volgens natuurlijke stadia: kruipen - rechtstaan - stappen. Die stadia gaan telkens gepaard met een verruiming van het gezichtsveld en de leefwereld van het kind. Deze drie vormen een soort 'basispakket' voor iedereen. Op latere leeftijd gaat het kind zijn motoriek diversifiëren door recreatieve sport: joggen, fietsen, zwemmen, tennissen enz. Een aanrader voor iedereen. De meest gemotiveerden/getalenteerden sluiten aan bij een sportclub, waar ze zich in één bepaalde sport gaan specialiseren.

     

    De geestelijk-taalkundige ontwikkeling van een kind zou een gelijkaardig patroon moeten volgen.

     

     

    Voorstel voor een alternatief Europees talenbeleid.

     

    1. Het kind kruipt.

    In een eerste fase leert het kind een natuurlijke taal: zijn moedertaal, in vele gevallen het streekdialect of een gekuiste versie ervan: de tussentaal. Het is een informele taal die dient voor lokaal/regionaal gebruik: de thuis- en toogtaal. Beleeft momenteel een heropleving in de hedendaagse popmuziek.

     

    2. Het kind richt zich op en gaat rechtstaan.

    Zodra het kind naar school gaat, leert het de standaardtaal. Dit is geen zuiver natuurlijke, maar een kunstmatige, want gestandaardiseerde taal. Ze wordt immers in geen enkele regio gesproken. Het is de officiële, nationale taal. Ze dient voor formeel gebruik, b.v. voor het onderwijs, pers en media enz.. De standaardtaal is als het ware het Esperanto van de dialecten: ze kan ook dienst doen als interdialecttaal.

     

    3. Het kind leert stappen.

    In een volgende fase van zijn geestelijk-taalkundige ontwikkeling laten we het  kind buiten de landsgrenzen kijken en komt het in contact met andere talen en culturen. Om zoveel mogelijk mensen die mogelijkheid te bieden moet dit via een eenvoudige taal gebeuren en om niemand het voorrecht van de eigen moedertaal te geven en zodoende positief te discrimineren, moet het een neutrale taal zijn: een Gemeenschappelijke, Eenvoudige, Neutrale, Tweede taal (= G.E.N.T.-taal), zoals b.v. het Esperanto.

     

    Deze optie biedt talloze mogelijkheden tot interculturele contacten door middel van b.v. individuele en/of klassikale internetactiviteiten (reeds mogelijk na een zeer beperkt aantal lesuren!), door middel van uitwisselingen van klassen en/of leerkrachten uit de landen van de EU of zelfs daarbuiten. Klasuitwisseling via het Esperanto gebeurde trouwens reeds enkele jaren geleden in Oostende. De mogelijkheden tot culturele verrijking zijn legio. Mensen kunnen elkaar slechts begrijpen en leren waarderen als ze rechtstreeks met elkaar kunnen communiceren: een noodzaak voor een warmere samenleving.

     

    Terwijl een etnische taal een deur opent naar een (enkele) land(en) en een (enkele) cultu(u)r(en), en dit met een belangrijke investering van tijd, geld en energie, opent een G.E.N.T -taal een raam op de hele wereld, met slechts een minimale investering van tijd, geld en energie! Voor velen echter: een inconvenient truth!

     

    Dit is het basispakket voor iedereen.  Ik ben ervan overtuigd dat op deze manier de lat voor velen (ook uit het ASO!) al meer dan hoog genoeg ligt. Professor Decoo, hoogleraar in Antwerpen en Provo (VS) en auteur van onder meer de lesmethodes Eventail en Vocapuces, stelde: je moet als leerder zélf, op allerlei wijzen, en zoveel mogelijk, dagelijks met de taal bezig bezig bezig zijn.  (De Standaard 20/03/2001 : Bezig, bezig, bezig zijn). Ik denk hierbij, wederom met alle respect, aan de leerlingen uit het technisch, beroeps- en sportonderwijs: zijn die niet veeleer op allerlei wijzen, en zoveel mogelijk, dagelijks met hun handen, fysiek bezig, bezig, bezig?  Ligt er nu ook geen voorstel op tafel om de leerplicht in het beroepsonderwijs tot 16 jaar te herleiden? Wat met hun talenkennis? Het is m.a.w. reeds een utopie te verwachten dat iedereen de beide talen (standaard en g.e.n.t.) vlot kan beheersen. Dagelijks kan je in radio- en TV-interviews vaststellen dat zich vlot uitdrukken in een correcte taal niet voor iedereen weggelegd is, zelfs niet voor veel intellectuelen. Hoe veel te meer is het dan een utopie om te stellen dat iedere burger dat in minimum twee vreemde talen moet kunnen? Is dit niet eerder een, excusez le mot, idiotie? Andermaal: een inconvenient truth!

     

    4. Motorische diversifiëring: het kind doet aan recreatieve sporten: voetballen, joggen, fietsen, zwemmen, tennissen, atletiek. 

    Vanaf het secundair onderwijs kan het taalaanbod gediversifieerd worden. De bedoeling is dat zoveel mogelijk kinderen een goede passieve kennis opdoen van zoveel mogelijk talen. Het aantal talen, welke verplicht en welke facultatief zijn en de intensiteit (aantal uren) van het aanbod, variëren in functie van het type middelbaar onderwijs: algemeen, technisch, beroeps- of sportonderwijs. Ik verwijs naar de studie van het Grieks en het Latijn, waar het ook aankomt op vertalen en begrijpen van teksten. Passieve taalkennis is nuttig om  boeken/kranten te lezen, naar buitenlandse TV-zenders te kijken, om naar het buitenland te reizen. Een bijkomende troef van een plantaal in dit verband is haar propedeutische waarde (omwille van haar structurele eenvoud) voor het leren van vreemde talen, zoals o.a. professor Helmar Frank in 1982 in het Instituut voor Kybernetica te Paderborn aantoonde. Ook in andere universiteiten (ondermeer in Hongarije, Rusland) gebeurden analoge pedagogische experimenten.

     

    5. Motorische specialisatie: het kind sluit aan bij een sportclub en doet aan competitie.

    Wie interesse/behoefte heeft (b.v. ten gevolge van sociale of beroepsomstandigheden) en dus gemotiveerd is, moet de gelegenheid krijgen zich taalkundig te specialiseren, d.w.z.: een actieve kennis (spreek- en schrijfvaardigheid) van één of meerdere talen verwerven. Dit kan gerealiseerd worden b.v. door middel van het aanbieden van beurzen (b.v.:Erasmus) om in het buitenland te studeren/werken.

     

    Persoonlijke bedenking.

    Ik heb een vrij beroep en ben dit jaar 60 (°1947) geworden. Ik heb in mijn leven heel wat uren verschillende talen gestudeerd: Latijn, Grieks, Frans, Engels in het onderwijs en Duits, Spaans en Esperanto uit interesse. Ik heb niet, zoals sommigen, het geluk gehad een anderstalige ouder/grootouder te hebben. Ik heb, zoals zovelen, in mijn hele leven nooit de gelegenheid gehad spreekvaardigheid in een of andere taal op te kunnen doen, noch in het lokale dagelijks leven (ik woon niet dichtbij een taalgrens), noch via geregelde en langdurige verblijven in een anderstalig milieu of in het buitenland, wat een conditio sine qua non is (zie prof. Decoo). Ik heb een goede passieve kennis van verschillende talen, maar wat spreekvaardigheid betreft ben ik nooit veel verder geraakt dan, nogmaals met alle respect, wat Pfaff-Duits, Marchal-Frans en een beetje Vlengels (vertaald Nederlands). Hoe frustrerend! En ik ben zeker niet de enige!

     

    Besluit.

    Zoals het niet realistisch is van ieder kind een topsporter te maken, is het evenmin realistisch van ieder kind een polyglot te maken. Wil men dus zoveel mogelijk mensen de mogelijkheid geven zonder communicatieproblemen op het grondgebied van de Europese Unie te reizen en te verblijven, moet men de lat lager leggenvan meertaligheid voor iedereen naar een gemeenschappelijke taal voor iedereen en van een etnische taal naar een plantaal.

     

    De lat lager leggen voor een beter algemeen resultaat: het lijkt een contradictie maar het is het niet. Niemand wordt benadeeld, niemand wordt onrecht aangedaan: dit is een win-situatie voor iedereen! Een ware revolutie in de internationale communicatie, maar ook: een inconvenient truth.

     

    Er zullen echter eerst nog heel wat elitaire onwil, hardnekkige apriorismen en heilige huisjes  moeten geruimd worden om plaats te maken voor openheid van geest en gezond verstand. De natte vinger en de glazen bol zullen moeten ingewisseld worden voor objectief wetenschappelijk onderzoek. Een informeerbeleid in plaats van een negeerbeleid in verband met de mogelijkheden van een plantaal zou een eerste stap moeten zijn naar een niet-discriminerende oplossing voor het internationale communicatieprobleem. Dat zal heel wat politieke/journalistieke/academische moed vergen.

    04-09-2007 om 00:00 geschreven door Dan Van Herpe

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    03-09-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Apologie van het Esperanto (laatste aanpassing: 06/07/2021

    Sedert zijn ontstaan in 1887 en tot vandaag heeft het Esperanto te kampen met vooroordelen en loze beweringen. Zie in dit verband o.a. het verslag van de Commissie voor Onderwijs, Vorming en Wetenschap over het verzoekschrift van de heer Leo De Cooman betreffende het onderwijs van het Esperanto.

    Deze beweringen kunnen echter gemakkelijk weerlegd worden!

    Geen maatschappelijk draagvlak.

    In dit verband haal ik twee uitspraken aan van Steve Stevaert.

    1. Dat is het verschil tussen mij en een professor. Die laatste zal zeggen: er moet eerst een draagvlak bij de bevolking zijn. Ik zeg: je moet doen wat goed is voor de mensen, en dan zal er wel een draagvlak zijn, zeker? "Met deze man wordt het echt anders"  (DM 24/5/2003, pag. 54)

    2. Politici moeten de mensen niet achternalopen. Politici moeten doen wat goed is voor de mensen.  TV-journaal 18.00h - 25/10/2003.

    3. Was er voor de oprichting van de Europese Unie een maatschappelijk draagvlak? Was er voor de invoering van de euro een maatschappelijk draagvlak? Tweemaal neen! Er was echter wel de politieke wil! Vooral drie staatsmannen: Spaak, Schuman en Monnet, hebben de EU-kar getrokken, vaak zonder steun van hun collega's. 

    De mythe van het Esperanto als kunstmatige taal.

     Wat is er mis met kunstmatig?

    - Wie weigert een prothese omdat het een kunstmatige oplossing is?

    - Het officiële Nederlands is ook kunstmatig want gestandaardiseerd (zoals het Duits door Luther, het Italiaans door Dante, het Russisch door Lomonosov).

    Net zoals een proefbuisbaby kunstmatig verwekt wordt met levende cellen en daarna uitgroeit tot een VOLWAARDIGE mens, is het Esperanto een proefbuistaal die kunstmatig verwekt is door samenbrengen van elementen uit levende talen. Vanaf haar geboorte in 1887 is de taal uitgegroeid tot een levende, VOLWAARDIGE taal. Ze wordt wereldwijd (zie internet) dagelijks gebruikt in woord en beeld. Zoals iedere 'natuurlijke' taal evolueert Esperanto. Zoals iedere andere taal genereert ze cultuur, literatuur, muziek en kunst. Ze brengt mensen uit alle taal- en cultuurmilieu's tot elkaar, maar dan wel op voet van taalkundig-culturele gelijkheid. En toch blijven de nationale en Europese instanties weigeren ze de status toe te kennen die ze verdient, deze van OFFICIËLE EUROPESE TAAL. Waar onwil heerst, staat de rede machteloos!

    Esperanto een onvolwaardige taal.

    Esperanto is in staat om de subtielste schakeringen van de gedachte en van het gevoel uit te drukken. Bijgevolg kan Esperanto gedachten weergeven op een juiste, literaire en esthetische  wijze. De taal schenkt zelfs voldoening aan de meest achterdochtige en eigenzinnige geesten en overschaduwt geenszins de voorstanders van de nationale talen. Aldus de toenmalige permanente secretaris van de Académie Française, Maurice Genevoix, in een vraaggesprek met Pierre Delaire op Chaine Nationale. (Parijs, 18 februari 1955)

    - Ook de muziek bedient zich van een eenvoudige taal: 12 tonen (7 hele en 5 halve) Esperanto: 16 regels, vele internationale woordstammen en een aantal voor- en achtervoegsels. De virtuositeit van de bediener bepaalt het niveau: je kan met één vinger een melodietje of met beide handen en voeten een moeilijke compositie op de piano spelen. Evenzo brengt Esperanto hoogstaande literatuur voort, zowel proza als poëzie.

    Een taal zonder cultuur. 

    - Taal verhoudt zich tot cultuur zoals het vehikel zich tot de vracht verhoudt. Taal is het vehikel van cultuur.

    - De culturele verwezenlijkingen in het Esperanto zijn legio: boeken, tijdschriften, proza zowel als poëzie, toneelstukken, muziek, radio, internationale vergaderingen, internet, enz. Zie o.a.:http://esperanto.be/fel/nl/esym10.php 

    - De Schotse dichter William Auld werd sedert 1998 meermaals voorgedragen voor de Nobelprijs literatuur. http://www.everk.it/nobelkandidatigo.doc

    - Op 11 september 1993 ontving in Santiago (Spanje) de P.E.N.-International, na lange en grondige onderzoekingen en discussies, het Esperanto P.E.N.-Centro als volwaardig lid; aldus publiekelijk Esperanto erkennend als een literaire taal en een uitdrukkingsmiddel tot cultuur.

    - Esperanto is een van de officiële werktalen van de Internationale Academie voor Wetenschappen (AIS) www.ais-sanmarino.org

    - In 2008 werd in New York het 728 bladzijden tellende A Concise Encyclopedia of the Original Literature of Esperanto uitgegeven.

    - Wikipedia-Esperanto telt meer dan 200.000 artikels. 

    Je kan een taal niet van bovenuit opleggen. Esperanto een onvolwaardige taal

     - De geschiedenis leert ons het tegengestelde. B.v.: Heeft Rusland zijn taal niet opgelegd in de Oostblok-landen? Wordt in Brussel-Halle-Vilvoorde het Nederlands niet opgelegd aan Nederlandsonkundigen? Het kan dus wél. De vraag is of dit wenselijk is.

    - De Europese Commissie streeft naar meertaligheid als norm: de student/burger wordt dus zo goed als verplicht meerdere talen te leren.

    - Je kan niemand dwingen een bepaalde taal te spreken. Je kan ze echter wel aanbieden door ze in het leerplan op te nemen. Het hele leerplan is immers opgelegd, inclusief het taalonderricht. Iedereen is wel vrij de geleerde talen al dan niet te gebruiken.

    Je kan een bepaalde cultuur slechts leren kennen als je de daaraan verbonden taal kent.

    - Het leren van Esperanto als brugtaal kan niemand ervan weerhouden andere talen te leren. Integendeel: Esperanto is een springplank naar andere talenhttp://www.springboard2languages.org/home.htm

    - Je kan de cultuur van een volk ook in voldoende mate bestuderen via een andere taal, b.v. via vertaalde literatuur. Je kan in het Nederlands heel wat opsteken over b.v. de Grieks-Latijnse of de Russische cultuur. Het vergt trouwens een hele investering van tijd, geld en energie om een vreemde taal in die mate te beheersen dat ze een grotere bijdrage levert tot het kennen van een bepaalde cultuur dan een brugtaal. En wat je ook probeer: je beheerst ze nooit op moedertaal-niveau: de subtielste schakeringen kunnen/zullen je dus ook ontgaan. Kan je, hoe dan ook, de cultuur van een vreemd volk begrijpen/doorleven op het niveau van iemand die erin is opgegroeid?

    - Wie met een gids een stad verkent, maakt toch ook kennis met de cultuur van een ander volk?

     Esperanto wordt al decennialang gepromoot.  

    - Esperanto werd nog nooit gepromoot: vele mensen weten niet eens wat het is: een sekte, een soort koffie (espresso), een soort Spaans (espagne), een automerk (Daewoo Espero). Sommigen denken zelfs dat het met stervensbegeleiding te maken heeft: Ispahan. Hoe kan men dan verlangen dat mensen het spontaan gaan leren?                                                                                                                       

    - Tot op vandaag wordt zelfs een negeer- in plaats van een informeerbeleid gevoerd, zowel door de politiek, als door pers en media. Meer nog: tot op vandaag wordt er foute informatie over het Esperanto verspreid!  (= desinformeerbeleid!) Zie o.a.:  http://forums.ec.europa.eu/multilingualism/ waar Leonard Orban, eurocommissaris van meertaligheid,  niet gehinderd door enige voorkennis, verkondigt:

    De woordenschat van een kunsttaal als Esperanto is nauwelijks beproefd in de sociale en culturele praktijk. Enkele minuten surfen op het internet volstaan om het tegendeel aan te tonen.

    * De Tsjechische president Vaclac Klaus noemde Esperanto een dode taal: L’ européisme est l'espéranto: une langue artificielle, morte". (juni 2008 op RTBF ). In Wilipedia staat Esperanto nochtans op de 20ste plaats, net voor het Tsjechisch!

    - Esperanto heeft nooit een ernstige kans gekregen, het werd zelfs actief bestreden: vele aanhangers werden opgesloten en lieten het leven omdat ze zich met Esperanto bezig hielden (Hittler, Stalin).  

    Esperanto heeft geen Nobelprijswinnaar literatuur.

    - De Nobelprijs beloont geen taal maar een auteur.

    - Esperanto is niemands eerste taal. Hoeveel Nobelprijswinnaars literatuur zijn er die hun werk niet in hun moedertaal geschreven hebben?

    - Hoe zou de jury van het Nobelprijscomité het werk van een Esperantoschrijver kunnen beoordelen als hij het Esperanto niet kent?

    - Het is intellectueel oneerlijk een taal sinds haar ontstaan eerst dood te zwijgen of uitsluitend te verguizen, haar verspreiding tegen te werken door er zelfs valse informatie over te verspreiden en dan na 125 jaar haar waarde te ontkennen op basis van het feit dat er nog niemand een prijs gewonnen heeft via die taal.

     

     

     

    03-09-2007 om 00:00 geschreven door Dan Van Herpe

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-09-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Manifest van Praag (27 juli 1996)

    Flandra Esperanto-Ligo Manifest van Praag

    van de beweging van de internationale taal Esperanto

    Wij, leden van de wereldwijde beweging ter bevordering van het Esperanto, richten dit manifest aan alle regeringen, internationale organisaties en mensen van goede wil; verklaren ons voornemen om met vaste wil verder te werken aan de volgende doelstellingen en nodigen elke organisatie en iedere persoon afzonderlijk uit zich hierbij aan te sluiten.

    Het Esperanto, in 1887 gelanceerd als project voor een hulptaal voor internationale communicatie en snel geƫvolueerd tot een levende taal vol nuances, functioneert al meer dan een eeuw om mensen over grenzen van taal en cultuur heen te verbinden. Ondertussen hebben de doeleinden van zijn sprekers niet aan belang en actualiteit ingeboet. Waarschijnlijk zullen noch het wereldwijde gebruik van enkele nationale talen, noch de vorderingen in de communicatietechniek, noch het ontdekken van nieuwe methoden van taalonderricht de volgende principes verwezenlijken, die wij essentieel achten voor een rechtvaardig en doeltreffend taalgebruik.

    Lees verder op: http://www.esperanto.be/fel/nl/manif.html

    02-09-2007 om 00:00 geschreven door Dan Van Herpe

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    01-09-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Logo + verklaring (laatste aanpassing: 4 december 2009)
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

                                                    
      







      Europa: 1 munt - 1 G.E.N.T.-taal*


    * G.E.N.T. = Gemeenschappelijke, Eenvoudige, Neutrale, Tweede


    Taaldemocratie is gebaseerd op twee democratische principes:

    1. IEDEREEN heeft recht op een mogelijkheid tot contacten met anderstaligen.
    2. IEDEREEN moet een inspanning leveren.

    Het huidige, officiële Europese taalbeleid dat meertaligheid als norm stelt:
      1. is ondemocratisch want voor velen niet haalbaar (zowel intellectueel als sociaal-economisch) en
      2. lost bovendien het communicatieprobleem niet op in een unie met 23 officiële talen .

     

    In de realiteit geniet het Engels de officieuze status van lingua franca, wat ondemocratisch want   discriminerend is, gezien de NESsy’s (native English speakers) hierdoor zo maar de status van eersterangsburgers toebedeeld krijgen: zij genieten het voorrecht overal en altijd hun moedertaal te kunnen spreken, zij zijn de nieuwe Übermenschen, het nieuwe Herrenvolk.

     

    De non-NESsy's worden gedegradeerd tot communicatief gehandicapten. Dat is RACISME op basis van taal want in strijd met artikel 2 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens dat discriminatie op basis van  ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst ... verbiedt. Het is ook een aanfluiting van de principes van de E.U.: alle talen en alle burgers zijn gelijk.

     

    Een G.E.N.T.- taal, zoals het Esperanto, is het enige, echte, democratische, niet-discriminerende alternatief, want: 
       1. HAALBAAR voor “iedereen” wegens haar relatieve eenvoud; 
       2. AANVAARDBAAR voor iedereen wegens haar neutraliteit;
       3. REALISEERBAAR met een minimale investering van tijd, geld en energie;
       4. doet GEEN AFBREUK aan het belang van kennis van het Engels als belangrijkste 
           wereldtaal, noch aan de meerwaarde van meertaligheid; 
       5. kan een belangrijke TROEF zijn in de methodiek
    van het taalonderricht: 
               verscheidene internationale studies hebben de propedeutische waarde van een plantaal 
               als tweede taal aangetoond. (
    www.springboard2languages.org );
       6. biedt GARANTIES voor het behoud van de taalkundig-culturele verscheidenheid, conform
           het Europees devies: Eenheid in verscheidenheid, met respect voor ieders taal en cultuur.
          

    Wat de standaardtaal is voor de dialecten, is het Esperanto voor de talen: de eenheidsfactor in de verscheidenheid.

    Esperanto is echter meer dan alleen maar een TAAL: het is, meer dan gelijk welke officiële taal, ook een SOCIAAL en een CULTUREEL PROJECT.

    Sinds zijn lancering in 1887 brengt het miljoenen mensen bijeen, over alle mogelijke grenzen heen - aardrijkskundige, culturele, levensbeschouwelijke, raciale, sociale of welke grenzen dan ook -  in een vriendschappelijke sfeer, met respect voor elkaars taal en cultuur. Onbegrijpelijk dat mensen/politieke partijen die de begrippen sociaal en cultureel/multicultureel hoog in het vaandel voeren hiervoor nog steeds geen belangstelling hebben.

    Geef aan het Engels wat het Engels toekomt: de status van belangrijk(st)e wereldtaal en geef aan het Esperanto wat het Esperanto toekomt: de status van G.E.N.T.-taal.

    01-09-2007 om 00:00 geschreven door Dan Van Herpe

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (26 Stemmen)
    >> Reageer (5)


    >

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!