Lange slierten draad geweven dauwbepareld zilverglans spinnerag op alle wegen en een laatste muggendans. Rode,bruine,gele tover in een eind'loos kleurpalet ligt nu schitt'rend op het lover windbewogen tot ballet. Asters staan weer blauw te gloeien in het late zonnelicht
Gouden glans op de pompoenen weemoed op een aangezicht. Vele vogels gaan nu trekken. t'Zuiden hunk'rend in hun bloed. Nevelsluiers d'aard bedekken weg is allenajaarsgloed. Alles wordt nu mistbehangen zwaar drukt droefheid ons terneer. Leven wordt met dood omhangen t'wordt november telkens weer.
|