Vorige week woensdag was het redelijk mooi weer, en we besloten is ne keer naar het stadje Thorn in Nederland achter Kessenich te rijden, na een uurtje rijden zagen we de grote stiftkerk al liggen van verre. Daar aan gekomen gingen we oze auto op één van de parkings zetten, en er waren verschillende Engelse bussen op bezoek in Thorn. Het stadje was nog steeds even prachtig als voorheen, mooi wit waren de huizen. Ze worden twee maal per jaar wit gekalkt en dit om de oorsprong van de huizen te bewaren. Zodra we in het oude centrum kwamen gingen we een bezoekske brengen aan de kerk die in de stijgers stond, men was deze zeer oude kerk aan het restaureren. In de kerk zelf is een museum ondergebracht uit het leven van de abdij, en er is een maquette van de voormalige abdij te zien. Van de oude abdij is niks meer overgebleven, ze werd gesloopt in de tijd van Napoleon nadat alle stiftdames verdwenen waren. Alleen wat oude dienstgebouwen zijn er overgebleven en de kerk. Voor de kerk stond vroeger de parochiekerk van Thorn, maar nu is daar een kerkhof. Thorn was vroeger een vorstendom met aan het hoofd een abdis die prinses was en de stiftdames waren van hoge Europese adel die minstens 16 adelijke kwartieren bezaten, anders mochten ze niet binnen. Boven het hoofdaltaar is een mooi Kersttafereel te zien heel in het wit. En onder dat altaar kan je naar e oude crypte gaan waar nog bizarre dingen tentoongesteld staan, een onderarm van St Benedictus, een loden kistje met de resten van de stichtster, twee glazen kisten met de stoffelijke resten (skeletten) van een kannunik en een stiftdame. Ook onder de altaren die daar staan zijn nissen met stoffelijke resten van stiftdames. Verder dan in de kerk zijn er schilderijen, oude munten, priestergewaden, kelken, relekwieen, een oude klok uit de 16e eeuw, kapellen, altaren die rijk versierd zijn, oude beelden van de ene of de andere heiligen, glasramen enz. te zien. Ook in de binnestad hebben van die geestelijken en stiftdames geleefd. Het waren eigenlijk geen nonnen omdat ze daar maar een tijd verbleven om hun opvoeding te voltooien en dan te trouwen met een edelman. Ze gingen daar als jong meisje binnen en kwamen eruit als volwassen vrouwen, er was ook een koorknapenschool, bij de abdij, daar is nog wat van te zien. Er zijn nu vele winkeltje met prullaria, hotels, restaurantjes enz. deze zijn ondergebracht in die huizen. Er waren ook vele fietsers te zien, en wandelaars met trekkers. Ook vele Duitsers waren er op bezoek en natuurlijk Engelsen die op doortocht waren. Zo gingen we ook nog een wandelingetje maken aan de beek die door het stadje loopt, een idyllisch plekje en heel rustig. Het was er mooi en heel rustig.
|