Aan de voet van het Reuzengebergte, overschaduwd door de majestueuze Sneeuwkop (1602 m hoog) , heeft het houten kerkje Wang een nieuwe thuis gevonden.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
De kerk was oorspronkelijk gebouwd in de 12de eeuw bij het Wang meer in Noorwegen. De bouwers waren afstammelingen van de Vikings en daarom vinden wij er veel sporen van hun geloof. De timmermannen gebruikten hun jarenlange traditie in huis- en scheepsbouw en zo werden alle elementen verbonden met pennen en zwaluwstaarten. Het soort hout dat gebruikt werd is Noorse grenen, gekend om zijn duurzaamheid. Spijtig genoeg zijn er slechts 29 van zulke houten kerken overgebleven in Noorwegen.
Deze Wangkerk werd overgebracht naar het Reuzengebergte dank zij de Pruisische koning Frederik Willem IV. Hij kocht het gebouw toen het onbruikbaar werd omdat het te fel vervallen was als geschenk voor de Lutheranen in deze streek die toen geen eigen parochiekerk hadden. Het idee kwam van gravin Frederika von Reden van Bukowiec.
In 1841 werd de kerk volledig afgebroken, in kisten verpakt en per schip naar Stettin vervoerd. Daar werden ze overgeladen op rivierschepen en naar Berlijn gebracht, waar de kerk oorspronkelijk op het Pauweneiland zou heropgebouwd worden. Maar in de lente van 1842 werd ze terug op rivierschepen via de Oder en later met paard en kar naar de voet van de berg Sneeuwkop gebracht. Op 28 juli 1844 werd het godshuis terug ingewijd. Nog tot op vandaag dient het gebouw als parochiekerk van de Evangelisch Lutherse gemeenschap in Karpacz.
Binnen in de kerk zijn de originele bewerkte portalen, zuilen met kapitelen, verschillende constructie onderdelen en een runen inscriptie bewaard gebleven. De stenen toren werd later als windbreker bijgebouwd. Alhoewel er nieuwe elementen toegevoegd werden tijdens de reconstructie, toch blijft de kerk een onschatbaar voorbeeld van oud Noorse kunst.
|