Ik ben Vanden Broucke Jean Pierre, en gebruik soms ook wel de schuilnaam jipie.
Ik ben een man en woon in Lauwe (Belgiƫ) en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 21/12/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wandelen, fotografie en tuinieren.
Vandaag ging de wandelclub van WSK Marke met de bus naar Huldenberg, om daar deel te nemen aan hun jaarlijkse Zomertocht.
Huldenberg is een plaats en gemeente in de Belgische provincie Vlaams-Brabant. De gemeente telt ruim 10.000 inwoners. De gemeente ligt in de landstreek Dijleland en de Druivenstreek.
Toen we vanmorgen met de bus vertrokken richting Huldenberg was het goed an het regenen. Het beloofde een kletsnatte wandeling te worden.Dit jaar zijn de startlocatie en inschrijvingen in zaal Den Elzas te Huldenberg en de wandelaars konden uit een hele resem afstanden kiezen. Kom en ondek de valleien van Dijle en IJse, de tussenliggende plateau’s, en het natuurreservaat de Doode Bemde. De club biedt die dag uitgepijlde wandelingen aan met afstanden die variëren in lengte van 5 km tot 50 km. Door een slimme combinatie van verschillende lussen is er keuze tussen de volgende afstanden: 5, 8, 10, 12, 14, 18, 22, 25, 30, 40 en 50km. De mooiste onverharde paden en verkeersluwe wegen werden daarvoor uitgekozen. De wandelaars zullen ontdekken hoeveel ongerepte open ruimte en natuurschoon Huldenberg nog te bieden heeft, ofschoon het in de Brusselse rand ligt.
Na het bekijken van de verschillende parcours, besloot ik de 27km te wandelen.Het starten van de wandeling was door de regen, we kregen veel afwisseling tijdens de wandeling , jammer dat de zichten een heel stuk minder waren door het slechte weer. Gelukkig was het gestoopt met regenen tijdens het tweede gedeelte en bleef zo tot ik het einde haalde. Op de terugweg naar huis was het opnieuw aan het regenen, zodat we een natte start en aankomst hadden.
Deze keer ging ik wandelen naar Lapscheure. Daar was er een wandeling georganiseerd door levenslijnteam Damme.
Lapscheure is een dorpje in de Belgische provincie West-Vlaanderen en een deelgemeente van Damme, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1971. Het dorp ligt in het noordoosten van de provincie, tegen de grens met Nederland. Het is een plattelandsgemeente in De Polders, met in het landschap verschillende dijken, kreken en grachten.
Over de oudste vermeldingen van de naam is onduidelijkheid. Reeds in documenten uit 938 duiken de namen "Conbescura" en "Betscura" op, die waarvan sommigen vermoeden dat het Latijnse benamingen voor de plaats zijn. De vermelding "Lappesscura" dateert uit 1019, wanneer er reeds sprake is van een kapel die afhankelijk was van de kerk van Oostkerke. In 1200 wordt Lapscheure een zelfstandige parochie. Een eerst gebedshuis van Lapscheure lag noordelijker dan de latere dorpskern.
Bij een transgressie van de zee halverwege de 12de eeuw lag Lapscheure voor een groot deel in overstromingsgebied. De daaropvolgende eeuw wordt door middel van dijken een groot stuk van Lapscheure weer droog gelegd. Lapscheure zou echter veelvuldig te maken krijgen met zowel oorlogen als overstromingen tot aan de 20ste eeuw. In 1583 worden de dijken nabij Lapscheure om strategische redenen door de geuzen doorstoken, waardoor een groot stuk van het grondgebied weer overspoeld wordt. Er ontstaat in het oosten een kreek, het "Lapscheurse Gat". De kerk komt op een aparte schor te liggen. Sluis wordt door de Spanjaarden met forten verschanst. In het noorden van Lapscheure worden twee forten gebouwd rond 1600, namelijk de forten van Sint-Donaas en Sint-Job. In het begin van de 17de eeuw worden nieuwe dijken aangelegd. De deken van Aardenburg besliste na een bezoek aan Lapscheure in 1639 dat het geïsoleerde kerkje niet meer voldoet, en een nieuwe kerk moet worden opgericht. Een eerste houten kerk wordt in 1640 gebouwd, ten zuiden van de oude kerk, in de Sint-Jobpolder. In 1650-1652 wordt uiteindelijk een stenen kerk opgetrokken, met materiaal van de oude kerk. De forten Sint-Donaas en Sint-Job werden in 1783 onder keizer Jozef II ontmanteld. Bij de Belgische onafhankelijkheidsoorlog (1830) werden nog eens de dijken doorgestoken en werd de grens met Nederland bewaakt, maar daarna bleef het dorp gespaard van grote overstromingen en oorlogen, en kon het zich rap ontwikkelen. Halverwege de 19de eeuw was de bevolking toegenomen tot 700 inwoners. In de 20ste eeuw verdwijnen echter geleidelijk lokale winkeltjes, werden er geen nieuwe verkavelingen gelegd, en nam de bevolking weer af. Lapscheure bleef een zelfstandige gemeente tot 1971, toen het samen met Hoeke bij de gemeente Moerkerke gevoegd werd. In 1977 werden deze deelgemeenten van de gemeente Damme.
De start van deze wandeling was in Zaal Heldewijs en men kon kiezen uit een 5tal afstanden. Ik ging terug voor de langste afstand van 23km. Wandelen op de grensstreek tussen Lapscheure en Nederland. Nieuw parcours! Vanaf 15 km ga je naar Sluis, de meest Vlaamse stad in Nederland. De 4-9-12 km ontdekken de poldernatuur rond Lapscheure en Hoeke. Overzet over Damse Vaart voor iedere afstand is extra troef.
Zicht op St Anna Ter Muiden
Hier in St Anna Ter Muiden was onze 2°rust. Sint Anna ter Muiden (West-Vlaams: Anna-ter-Mu) is een zeer kleine stad in de gemeente Sluis in westelijk Zeeuws-Vlaanderen (Nederlandse provincie Zeeland), aan de Belgische grens. De stad heeft ongeveer 50 inwoners (2006) en concurreert met het iets kleinere Staverden en het iets grotere Bronkhorst en Eembrugge om de titel 'kleinste stad van Nederland'. Van deze plaatsen met historische stadsrechten kan alleen Sint Anna ter Muiden aanspraak maken op een naar middeleeuwse maatstaven stedelijk verleden. Een ander uiterste is dat Sint Anna ter Muiden op het westelijkste punt van het Europese deel van Nederland ligt. Sint Anna ter Muiden ligt in het zeekleipoldergebied op een hoogte van ongeveer 1,5 meter. In de omgeving vindt men diverse historische polderdijken die ook de Belgisch-Nederlandse grens overschrijden. In het zuiden ligt de Damse Vaart en in het nabijgelegen België vindt men kreken en overblijfselen van de Staats-Spaanse Linies, zoals de Linie van Cantelmo. Hier moest ik een lus maken van 8km richting Sluis
Hier ging ik over de vestingen van Sluis.
Een regenvlaag kwam opzetten
Het begon stilaan te regenen. Hier een zicht op de molen van Sluis. De Brak is een ronde stenen stellingmolen die zich bevindt te Sluis en als korenmolen is ingericht. Hoewel de stad Sluis in de 15e eeuw wel zeven windmolens telde zijn de meeste daarvan gesloopt. De laatste twee, beide houten standerdmolens, in 1926 en 1937. Gebleven is De Brak, genoemd naar een hondenras, die gebouwd is in 1739 en zich op een 2,5 m hoge molenbelt bevindt. Het was de eerste stenen molen van Sluis. In 1933 werd de molen stilgezet maar werd het malen op de begane grond voortgezet met een oliemotor. Op 31 oktober 1944 brandde de molen af ten gevolge van oorlogshandelingen. In 1950 werd hij echter hersteld. Op de begane grond kwam een elektrische maalderij, die echter in 1964 buiten bedrijf werd gesteld. Sindsdien is er een horeca-inrichting in gevestigd.
Sluis is een vestingstad in het westen van Zeeuws-Vlaanderen, in de Nederlandse provincie Zeeland. De gemeente waartoe het stadje behoort heet eveneens Sluis, maar de hoofdplaats van deze gemeente is Oostburg. Tot 1995 was Sluis een zelfstandige gemeente. Op 1 januari 2021 had de stad Sluis 2.350 inwoners. Sluis ligt in het zeekleipoldergebied op een hoogte van ongeveer 2 meter. De omgeving wordt gekenmerkt door akkerbouw. De Wallen van Sluis en de Damse Vaart zijn belangrijke natuurgebieden. Ten oosten van Sluis ligt de Krabbekreek terwijl de Belgisch-Nederlandse grens ten zuiden van Sluis gevormd wordt door het Lapscheurse Gat, dat overgaat in de Stierskreek. Enkele overblijfselen van de Staats-Spaanse Linie, zoals de Kruisdijkschans en Krabbeschans, zijn nog in het landschap aanwezig.
Na deze felle regenbui klaarde de hemel terug open en zo zou het nog de hele wandeling bliven.
Zicht op de Hoekemolen van Hoeke. De Hoekmolen is een windmolen in het tot de West-Vlaamse gemeente Damme behorende dorp Hoeke, gelegen aan Natiënlaan 21. Het betreft een ronde stenen molen van het type grondzeiler, die fungeerde als korenmolen.
Na gisteren een wandeling te hebben gedaan in Ingelmunster, ging ik vandaag wandelen in de streek van Zottegem. Ikreed naar Erwetegem.
Erwetegem is een dorp in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van de stad Zottegem, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1971. Erwetegem ligt in de Vlaamse Ardennen. Het hoogste punt van het dorp ligt rond de Emmerstraat, op ongeveer 102m boven zeeniveau, en is daarmee het hoogste punt van de stad Zottegem. In Erwetegem werden muntvondsten gedaan uit de Gallo-Romeinse periode en uit midden 11de eeuw. In 1116 bekend als "Herwetengem". Uit geen enkel document blijkt dat Erwetegem reeds als vastomlijnde levens-, rechts- of kerkelijke gemeenschap zou bestaan hebben voor de 12de eeuw. Op het grondgebied van de latere parochie Erwetegem is nochtans zeker een vroeg-Frankische nederzetting, waarschijnlijk in de 5de eeuw, gebouwd geweest, zoals de Saal-Frankische naam aanwijst (1087 Heruetingehem): "Hariwith - inga - heim" of: "woonst van de lieden van Hariwith. Vanaf de 13de eeuw beheerden de Sint-Pietersabdij van Gent en de abdij van Mont-Saint-Martin (die vanaf 1162 het patronaatsrecht had verkregen over de kerk) er veel eigendommen (pachthoeves). Tot de 13de eeuw behoorde het dorp aan de heren van Erwetegem (Zeger van Erwetegem 1118) en nadien, tot de 18de eeuw, aan de heren van Zottegem.
De start was vanuit het OC en men kon uit een 5tal afstanden kiezen. Ik ging voor de langste afstand(21km). Parcours naar Steenhuize-Wijnhuize, deelgemeente van Herzele, waar de centrale rustpost was.
Ik ben Vandevoorde Dorine, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Doortje.
Ik ben een vrouw en woon in Lauwe (Belgiƫ) en mijn beroep is weefselcontroleuse.
Ik ben geboren op 20/10/1963 en ben nu dus 61 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: sport in het algemeen.