POMPOENEN.
Pompoenen zijn de vruchten van een oud cultuurgewas. Ze zijn verwant aan de kalebassen enkomkommers. In Midden- en Zuid-Amerika werden al tussen 9000 en 7000 jaar v.Chr. pompoenen verbouwd. In de 16e eeuw werd de plant voor het eerst in Europa geïntroduceerd.
Soorten van hetgeslacht cucurbita, dat totaal een dozijn soorten omvat, leveren pompoenen. Pompoenen zijn eetbaar, in tegenstelling tot kalebassen die alleen voor decoratieve doeleinden worden gebruikt.
Er zijn honderden pompoensoorten, onderverdeeld in zomer- en winterpompoenen en vervolgens in rassen uit de geslachten Cucurbita pepo (tuinpompoen), Cucurbita maxima (reuzenpompoen) en Cucurbita moschata (muskuspompoen). Enkele bekende eetbare soorten zijn de flespompoen (butternut), de Hokkaido, de Kabocha, de spaghettipompoen en de patisson, naast decoratieve sierpompoenen en de bekende Halloween-pompoen


|