Voorbeeld van een groot hotel in Dunedin, alleen in de steden vindt men hoogbouw.
Nieuw-Zeeland
land van de lage wolken
28-01-2007
Dag2: zaterdag 30december 2006
In de voormiddag rijden we het platteland in , noordelijk van Christchurch met als doel Claremont te bereiken, waarvan we een website hadden gevonden in verband met een geotoer die er zou plaats vinden iedere ochtend. Na veel verkeerd rijden, met nog steeds onvolledige en slechte kaart, in de gietende regen, dan toch bereikt via een canyon(gorge) . Onze fout bleek te zijn dat we dachten dat het ging om een dorp terwijl het een lodge bleek te zijn. De geotoer was alleen voor gasten en we waren daarenboven net te laat.We werden echter heel vriendelijk ontvangen door die eigenaar alhoewel we in feite totaal onaangekondigd ineens op zijn gazon stonden. Het huis is een landhuis en de man organiseerde de geotoer met zijn gasten op zijn eigen domein waartoe de canyon ook behoorde. Er waren naar het schijnt belangrijke fossielen te zien. Wilfried dikke spijt natuurlijk.
Daarna zijn we doorgereden naar Govenors bay dat we deze keer wel gevonden hebben, maar dan via Littleton.
Deze baai bestaat uit diverse kleinere baaien met schelpen, vreemd genoeg lijken de schelpen erg op onze noordzee schelpen. Bij het terugrijden ontdekken we een soort van kasteel, omgebouwd tot restaurant. We hebben nog een poging gedaan er te gaan eten, maar alles was volgeboekt.
Rond de middag landen we in de vlieghaven van Christchurch (Zuid eiland) en vergeten prompt dat we daar afgehaald worden door de verhuurfirma van de auto. Wij dus te voet met onze bagage achter ons aan en zeer moe, met jetlag, naar de Maui verhuurfirma gewandeld. Dat was niet zo ver, maar toch. We werden al direct geconfronteerd met het links rijdende verkeer en kwamen ook tot de ontdekking dat voetgangers GEEN voorrang op het verkeer hebben. We moesten ons dus reppen om niet van de sokken gereden te worden. Onze auto bleek een Mitsubishi te zijn-automatic, natuurlijk met de zitplaats voor de chauffeur aan de rechterkant. De pinkers bevonden zich rechts en de ruitenwissers links, wat in het begin nogal wat verwarring veroorzaakte; ook het ontbreken van een linkse pedaal heeft ons een aantal keren met onze neus tegen de voorruit doen plakken bij het remmen, tot de oplossing gevonden werd, gas geven èn remmen met de rechter voet, de linker inaktief. Eerst reden we naar het hotel dat we vlot vonden omdat we hulp hadden gekregen dmv een klein kaartje. Daar hebben we enige uren geslapen waarna we een uitstap in de stad gingen maken, onder andere om aan de auto en het links rijden te wennen. Christchurch is een goed geslaagde mengeling van oude en gloednieuwe gebouwen die eigenaardig genoeg toch bij elkaar passen. Onze eerste maaltijd in NZ is, hoe kan het ook anders, fish & chips aan een kraampje bij de kathedraal. Net hebben we ons geinstalleerd op een bankje als een brutale meeuw achter ons langs scheert, zich op mijn pakje friet en vis laat vallen en als ik bekomen ben van het verschieten, is mijn vis foetsjie. Ik had daarna niet meer zoveel honger, moet ik zeggen.
Later hebben we nog een poging gedaan om Govenors bay te vinden die daar aan het nabijgelegen schiereiland te vinden is, maar we vonden de weg niet, waarschijnlijk door onze kaart die onvolledig was en ook door onze oververmoeidheid door de jetlag. Als ik alert ben, kan ik slechte kaarten overwinnen door bruikbare ideëen ter vervanging aan te voeren. Later zijn we naar het hotel gegaan om uit te rusten en werden pas om 23 uur wakker zodat we te laat waren om te eten, dus zijn we maar verder gaan slapen.
Nieuw-Zeeland, land van de lage wolken of het land van de lange witte wolk, zoals de Maori's het noemden toen ze het zagen oprijzen aan de horizon . We hebben het hier over het jaar 1300, nu in 2007 is het nog steeds een land dat in wolken gehuld is. Gedurende onze reis hebben we de zon zelden gezien alhoewel het daar nu zomer is. We zijn naar dit land getrokken met hoge verwachtingen, wellicht tè hoge verwachtingen omdat we hoopten dat dit land alles zou zijn wat het thuisland niet is.
Hier in België staat NZ bekend als het land van de natuur, de ruimte , de ongewone dieren en planten en vooral het land zonder stress. Dit is niet helemaal waar. Ook in NZ is de natuur niet overal ongerept, de eeuwenlange bewerking voor landbouw en dat zowel door de Maori's als door de verzamelde kolonisten heeft zijn tol geëist. Bepaalde gebieden zijn totaal kaal, heuvels zover het oog reikt met nagenoeg geen begroeïng, schapen en onbevoegd beheer van de weiden zijn er de oorzaak van. Er is nog heel wat natuur aanwezig maar niet meer volledig de oorspronkelijke. Zo hebben 19 eeuwse kolonisten uit sentimentele overwegingen pijnbomen aangeplant die nu bijna overal te vinden zijn. Een eigenaardig zicht om subtropische plantengroei te zien gecombineerd met dennebomen. Langs de wegen kan men wilde bloemen zien, zover het oog reikt maar die gaan niet verder dan de omheiningen van de weiden (vermoedelijk onkruidbestrijding). Dieren zoals de kiwi zijn extreem zeldzaam geworden, er zijn er nog een aantal, naar het schijnt samengebracht op enkele eilanden voor de kust, maar de gemiddelde Nieuwzeelander heeft er nooit één in het wild gezien. Alhoewel we zulk eiland bezocht hebben, zijn we de beesten toch in een dierentuin moeten gaan zoeken. Andere speciale soorten zijn er wel, waarvan sommige zo tam geworden zijn , dat ze achter je aan lopen voor eten. Pelsrobben zie je zowat overal langs de kusten, maar pinguins zijn héél wat moeilijker te vinden. Nieuw-Zeeland is in de eerste plaats groot en weids, overal waar je kijkt kan je je blik op oneindig richten, het licht doet er pijn aan je ogen, ook bij een betrokken lucht heb je een zonnebril of een klep nodig. Nergens wordt de einder bezoedeld door kunstmatige bouwsels van de mens. Dit wordt mede veroorzaakt doordat er nagenoeg geen hoogbouw is, alle woonhuizen zijn gelijkvloers, soms een half eerste verdiep, zelden staat er een wat hoger gebouw. Enkel de twee grote steden zijn anders. Industrie hebben we nauwelijks gezien, dit land is toegespitst op landbouw en veeteelt. Wel hebben we een windfarm gezien welke een volledige (middelgrote) stad van elektriciteit voorzag. De mensen lijken er niet gestresseerd, zeker niet op het zuid eiland . Kom je een restaurant of winkel binnen, dan wordt je snel genoeg bediend en ook ontvangen als een geëerde gast. Het personeel heeft de tijd om een praatje met je te maken en heeft er plezier in het je echt naar de zin te maken.Op het noord eiland is het al minder goed, hier is meer volk en meer toeristen, alhoewel globaal toch de goodwill de boventoon voert. Enkel noordelijk van Auckland, waar de meer verwende inlandse toeristen vakantie houden, is het bijna zoals hier. In het algemeen vonden we Nieuw-Zeeland de moeite om naar toe te gaan, maar er zijn ook vele mooie landschappen dichter bij huis voor ons, Europeanen.
Zilvervaren: wordt beschouwd als symbool van NZ- wordt verwerkt in allerlei gadgets.
De foto's hierboven geven de acht eerste sites van de geotoer weer. Ook de boulders behoren tot de geologische eigenaardigheden van deze streek, zie afbeeldingen bij de vierde dag.