**
Mijn vader, een échte man, ge weet wel, die van vroeger...of zoals hij altijd zelf zei: "the king of his castle" kon meestal heel plezant uit de hoek komen.
Hij was vrijwel altijd opgeruimd en goedgehumeurd en ik herinner me toch dat hij veel lachtte, veel zong, graag een deuntje floot, enfin toch zeker zo lang alles verliep zoals hij het wenste. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Moeder, een échte vrouw, ge weet wel, die van vroeger...die alles deden; ze werkte buitenhuis, kuistte zelf, kookte alle dagen en naaide al onze kleren zelf.
Wij waren met vier kinderen, een écht gezin, ge weet wel, zon gezin van vroeger, twee jongens en twee meisjes.
De jongens werden opgevoed zoals het hoorde om later ook échte mannen te worden en de meisjes om later échte vrouwen te worden.
De jongens floten dus ook regelmatig een deuntje of zongen een liedje terwijl wij, de meisjes hun kamer opruimde, met moeder na het eten de afwas deden en s zaterdags mee de kuis deden.
Maar ik dwaal af, ik wou het over ons vader hebben.
Meer bepaald over zijn toefke haar.
Boven op zijn hoofd, netjes in het midden stond nog een toefke haar, het zullen er een twintig of dertigtal geweest zijn denk ik, het kunnen er enkele meer geweest zijn, ik heb ze nooit geteld.
Daarrond was er een woestijn...niks....toch aan zijn oren en daar begon terug een haargroei dat netjes als een kroon rond zijn hoofd hing.
Mooi kort geknipt, zoals dat vroeger hoorde natuurlijk.
Maar zijn toefke haar bovenaan bestond uit lange haren. Die mochten niet kort geknipt worden, nee...die moesten lang blijven om de barre vlakte errond te bedekken.
Vader zelf was er echt van overtuigd dat die vlakte erdoor bedekt werd, maar niets was minder waar.
Elke ochtend stond hij, zoals steeds, goedgeluimd op, gooide de deur van onze slaapkamer open en riep lachend: Wakey, wakey...rise and shine!.... en o wee als we dan niet onmiddellijk rechtveerden.
Zes personen die op tijd moesten vertrekken naar school of werk, dat vroeg een beetje organisatie, zeker omdat er niets, maar dan ook niets de routine van vader s morgens mocht storen.
Voor zes personen was er één badkamertje en één WC... de tijd die iedereen daar mocht besteden was uitgemeten tot op de seconde.
In de living hing een grote spiegel. Die spiegel was ook van kapitaal belang bij het ochtend toilet, zeker voor die twintig lange haren in het toefke van vader.
Hij had langer werk met het goedleggen van die enkele haren, dan met de rest van zijn toilet.
Toen hij uit de badkamer kwam, netjes gewassen en geschoren, dan had hij zijn achteruitkijkspiegel altijd bij en nam hij plaats voor de grote spiegel.
Eerst bekeek hij zichzelf lachend in de spiegel en zei tegen zichzelf met een brede grijns en met een knipoog: God...its difficult being so handsome.... waarop hij zich omdraaide, met zijn achteruitkijkspiegel naar de achterkant van zijn hoofd keek in de grote spiegel en dan minutieus, met de kam, haartje per haartje evenwijdig verdeelde over zijn kale kruin. De afstand ertussen moest perfekt gelijk zijn.
Het was nog in de tijd van de Lotion Petrole, die zorgde ervoor dat elk individueel haartje dan ook tegen zijn schedel bleef plakken. Haarlak was niet voor échte mannen.
Hij hoopte ook stiekem dat die flinke massage met de Lotion Petrole zijn dode haarcellen weer tot leven zou wekken.
Deze dagelijke ceremonie nam toch wel enige tijd in beslag.
Vanaf het moment dat hij zelf tevreden was over het resultaat draaide hij zich om naar ofwel moeder, ofwel naar één van de kinderen voor een laatste inspectie.
Liggen ze allemaal goed? vroeg hij elke dag, waarop wij natuurlijk bevestigend antwoorden, we hadden geen tijd om tegen te spreken en trouwens dat zou hem heel ongelukkig gemaakt hebben.
Pas veel jaren later, toen mijn broers ook kaal werden en hun toefke er afscheerden, hebben we vader aangeraden om dit ook te doen.
We moesten natuurlijk het geschikte ogenblik afwachten.
Op een winderige dag waartegen zelfs de Lotion Petrole niet bestand was, vlogen de haartjes allemaal over en weer.
Verdorie, al dat haar in mijn ogen sakkerde vader... het gepast moment was aangebroken.
Afscheren alles riepen we in koor, ge hebt er niets dan last mee.
Toch heeft het nog een hele tijd geduurd, tot hij zijn eerste lange reis naar Australië maakte, om de nodige moed op te brengen.
Toen we hem later, minus zijn toefke zagen zei hij moedig: het moest eraf, anders heb ik veel te veel werk op reis, deze coupe zal veel gemakkelijker zijn om te onderhouden, dan hangt mijn haar niet voortdurend in mijn ogen .
Met ingehouden lach en een heel serieus gezicht gaven we hem allemaal groot gelijk.
Hij was eindelijk van zijn haarprobleem verlost.
|