Van de paardentram naar de Dampoort tot de Hermelijn naar Flanders Expo
23-11-2007
O. vervoer Gent (187a)
Drie-asser 342 aan de terminus op het Maria-Hendrikaplein, voorafgegaan door een rijtuig van lijn 4. Let even op de aanduiding "10 doorstreept - Rabot". (Foto: W. Gogaert - 1970, alvorens het tweede spoor ten dienste van de eerste PCC's voor lijn 4 werd gelegd)
Uitzonderlijk aan het lijnnummer 10 is alvast het feit dat het tijdens de ontwikkeling van het Gentse openbaar vervoer niet minder dan drie levens heeft gekend, die niets met elkander te maken hadden. Een eerste ter aanduiding van de lijn naar Melle (zie item 189a), over het tweede wordt zo dadelijk verder gehandeld, het derde als deeltraject "Sint-Pietersstation - Wondelgem-Industrieweg" bij de uitbreiding van lijn 1 naar Evergem op 24 maart 1989... Ook wat betreft de rolfilm valt een merkwaardigheid te vermelden: geen andere lijn had twee kleuren op de band, groen naast het lijnnummer, rood uiterst rechts. Na een kort bestaan van 3 januari 1932 tot 15 november 1933 op het traject Sint-Pietersstation - Muide, werd lijn 10 overgenomen door lijn 9 (zie hoger). Op 2 oktober 1940 kwam lijn 10 weer in voege tussen de Muide en Sint-Pieters, terwijl de verbinding tussen het station en Ledeberg het nummer 9 behield. Behalve het feit dat op 24 mei 1946 de terminus in de Voormuide werd vervangen door het ringspoor langs de Sassekaai (* eveneens van toepassing voor de lijnen 4 en 5), bleef de reisweg langs het Rabot en de Rozemarijnbrug ongewijzigd tot aan de vervanging van de drie-assers door PCC's op 1 april 1974 en zelfs nog lang daarna. Pas op 29 september 1986 versmolten 4 en 10 tot de lijnen 40-43 (Moscou - Gent-Zuid - Korenmarkt - Muide - Rabot - Sint-Pietersstation).
Drie-asser 401 uit de reeks 394-405 met lage zijdelingse beplating en "lanterneau" op het dak, aan de terminus "Arsenaal", in dienst op lijn 9. De rolfilm is klaargezet voor een afreis naar het Sint-Pietersstation.
Drie-asser 376 verlaat de terminus aan het Maria-Hendrikaplein om langs de zuidelijke lanen van de stad, de Sint-Lievensbrug, de Eggermontstraat en de Hoveniersstraat de Brusselsesteenweg en het Arsenaal te bereiken. (foto: H. De Herder - 20 mei 1956)
De nieuwe tramlijn 9 was ontstaan ten gevolge van de sluiting van het Zuidstation op 7 oktober 1928. Op de Sint-Lievenslaan moesten aanvankelijk slechts enkele honderden meters enkel spoor worden gelegd om een kortere verbinding te realiseren tussen Ledeberg en het Sint-Pietersstation, dat plots enorm aan belangrijkheid won. Aan Ledebergse kant bleef de lijn slechts enkele weken beperkt tot het uiteinde van de Hoveniersstraat, want vanaf 16 januari 1929 werd de nieuwe terminus het Arsenaal te Gentbrugge. Na de aanleg van een dubbel spoor op de Coupure Rechts en in de Begijnhoflaan kwam op 16 april 1930 een nieuwe uitbreiding in voege tot aan het Rabot, alwaar gemeenschap was met lijn 1. Op 3 januari 1932 werd lijn 9 echter ingekort tot het traject Arsenaal - Sint-Pietersstation, terwijl het gedeelte naar het Rabot, dat intussen langs de Blaisantvest was doorgetrokken tot aan de Muide, het nummer 10 kreeg. Doch reeds op 16 november 1933 werd lijn 10 afgeschaft en bediende lijn 9 weer de gehele reisweg Arsenaal - Sint-Pietersstation - Rabot - Muide. Dit bleef zo tot lijn 10 definitief in voege kwam op 2 oktober 1940. Tot en met 13 september 1963, de laatste dag van de tramexploitatie, pendelde "de negen" tussen het Arsenaal en Gent-Sint-Pieters.
Drie-asser 301 aan de ingekorte terminus van lijn 8 nabij de samenloop van de Krijgslaan en de Kortrijksesteenweg.
In januari 1960 werden de plannen bekend gemaakt voor de herinrichting van het kruispunt aan "De Sterre" en "...het uitvoeren van belangrijke openbare werken die het verkeer vlotter moeten laten verlopen en de veiligheid van de weggebruiker kunnen verhogen..." Tegelijk werd aangekondigd dat weldra het verkeer op lijn 8 zou geschieden bij middel van een autobus, "...waardoor het mogelijk zal worden de hinderlijke tramsporen uit te breken..." De omgeving van het café werd het eerst aangepakt, maar de tram verdween er slechts gedeeltelijk. De minst omvangrijke stadslijn kende nog een poosje een ingekorte versie tot aan het kruispunt van de Kortrijksesteenweg met de Krijgslaan, waar een overloopwissel was geïnstalleerd.
Drie-asser 385 aan de terminus "In de Sterre". Op de voorgrond is nog het reeds gedeeltelijk uitgebroken enkel spoor van de voormalige NMVB-lijn Gent-Geraardsbergen te zien, die komende van Merelbeke en Zwijnaarde daar het ringspoor van lijn 8 tweemaal dwarste, om vervolgens langs de Voskenslaan en -tunnel naar het Maria-Hendrikaplein te leiden. Verder wordt op deze opname duchtig publiciteit gemaakt voor een befaamde Gentse brouwerij, zowel boven het café als op één der reclamepanelen van het tramrijtuig... (foto: R. Temmerman - 21 februari 1960)
De "gewone" drie-asser 385 verlaat de keerlus aan het Maria-Hendrikaplein en zet koers naar "De Sterre" via de Clementinalaan en de Kortrijksesteenweg. (foto: R. Temmerman)
Het "tonneke", prototype 301 van de Gentse drie-assers, werd in definitieve versie op het net ingezet vanaf eind 1925 en bleef bijna vier deccennia lang een vertrouwd beeld op lijn 8. In tegenstelling tot de 104 drie-assers die tussen 1926 en 1934 in de werkhuizen te Gentbrugge werden samengesteld, had het rijtuig een iets afgeronder voorpaneel, waardoor de plaatsing van rolfilmkasten niet meteen tot de mogelijkheden behoorde. Het trammetje verlaat hier het Maria-Hendrikaplein voor een kort ritje naar "De Sterre". (foto: R. Temmerman - 1962)
Reeds vanaf 16 januari 1913, enkele maanden voor de opening van de Wereldtentoonstelling, werd een nieuwe tramlijn ingereden tussen het Sint-Pietersstation en "De Sterre" langs de Kortrijksesteenweg, waar zich de hoofdingang bevond. Rijtuigen "type Expo" van de lijnen 4 en 7 namen er toen dit korte eindje bij. Van een lijnnummer 8 aldaar was voor het eerst sprake op 26 april 1922. De reisweg werd op 9 december 1923 uitgebreid met een nieuw gedeelte tussen het met Pasen 1923 in gebruik gestelde ringspoor rond het Maria-Hendrikaplein en de Rozemarijnbrug langs de Albert-, Groot-Brittannië- en Martelaarslanen. een historische verlenging van lijn 8... Door de openstelling van de nieuwe Rozemarijnbrug voor alle verkeer op 21 december 1925, werd lijn 2 staduitwaarts verlengd tot aan het Sint-Pietersstation, inclusief het traject naar "De Sterre", waardoor het nummer 8 een poos uit de circulatie verdween. Dat bleef zo tot 12 augustus 1928, toen lijn 2 op haar beurt werd beperkt tot "Arsenaal - Sint-Pieters". De 8 werd heringevoerd tussen het station en "De Sterre" en die toestand bleef gehandhaafd tot 19 augustus 1962, de laatste dag van de tramexploitatie aldaar. Door de korte reisweg was nergens een overloopwissel voorhanden. Een voordeel voor het trampersoneel was dan weer dat ze "eindeloos" rondjes konden rijden, dank zij het ringspoor aan elk eindpunt...
Twee drie-assers van het type "sécheron" waaronder de 322, aan het uiteinde van het enkel spoor naast de berm van de spoorlijn Gent-Antwerpen. Links de "barakskes" in de Motorstraat, noodwoningen die na de oorlog werden opgericht. "Tijd zat", vermits de trammannen lustig zitten te keuvelen... (foto: E.J. Bouwman - winter 1961)
Terminus van lijn 7 op de Antwerpsesteenweg ter hoogte van de Verkortingstraat te Sint-Amandsberg. Alhoewel het hier om een deeltraject ging werd het cijfer 7 toch niet met een rode lijn doorstreept. Het rijtuig staat klaar voor een nieuwe reis naar het Sint-Pietersstation via de Dampoort, Sint-Jacobs, het Van Arteveldeplein, Gent-Zuid en de Heuvelpoort. (foto: R. Temmerman - 16 juli 1963)
De terminus van lijn 7 op het Maria-Hendrikaplein. Drie-asser 320 met rolfilm in de stand "7 Sint-Amandsberg" sluit aan bij motorwagen 354 in dienst op lijn 4. Terwijl "de vier" het traditionele succes bij de reizigers ondergaat wachten de soldaat en zijn meisje nog even om in het rijtuig van lijn 7 te stappen. (foto: "Koninklijke Belgische Vereniging der Vrienden van het Spoor" - 12 september 1959)
In een eerder rubriekje werd reeds melding gemaakt van een nieuwe dienst voor lijn 7 vanaf 16 juli 1922 tussen Sint-Amandsberg en de drie stations Dampoort, Gent-Zuid en Gent-Sint-Pieters. De terminus bleef voorlopig de wissel aan de Verkortingstraat, waar het spoor gemeenschappelijk werd uitgebaat met de stoomtram naar Lochristi. In 1932 werd de lijn via de Grondwetlaan en de Hogeweg verlengd tot onder de spoorwegviaduct, waar de eigen bedding eindigde vlakbij de Motorstraat. Het was het sluitstuk van een hele gamma netuitbreidingen tussen 1920 en 1932. Als een rode draad doorheen het bestaan van deze tramlijn liepen de problemen met de Lousbergbrug, die ofwel al te vaak moest geopend moest ten behoeve van de drukke scheepvaart aldaar, ofwel om de haverklap moest hersteld worden. Bovendien werd ze tijdens de Tweede Wereldoorlog tweemaal venield. Tijdelijke omleidingen onder de benaming "7 doorstreept" en zelfs een oorlogslijn 17 moesten trachten in die onderbrekingen te verhelpen. Toen de Nieuwe Bosbrug in november 1963 was heraangelegd, waren daar geen tramsporen meer op aangebracht. De lijn werd toen al een tijdje omgeleid langs lijn 5 tussen het Van Arteveldeplein en Sint-Jacobs en lijn 3 langs Steendam en Dampoortstraat, waardoor het traject op de Kasteellaan het eerst definitief werd verlaten. Lijn 7 was in die zin uniek, dat ze in twee fasen werd vervangen door een autobusdienst: eerst gedeeltelijk vanaf 1 januari 1964, toen bussen en trams elkaar afwisselden of een licht afwijkende reisweg volgden, uiteindelijk volledig vanaf 1 juli dat jaar.
Drie-asser 340 rechts in beeld draagt op het zijpaneel een plaatje van lijn 4, terwijl de rolfilm "6 Meulestede" aanduidt. Het rijtuig bevindt zich in de Voormuide en zal over de Muidebrug rijden om er vervolgens ook lijn 6 te doorlopen. (foto: R. Temmerman - 21 februari 1960)
In een dienstbericht van 5 oktober 1957 voor het ETG-personeel lezen we: "...De rijtuigen van lijn 4 zullen insgelijks lijn 6 bedienen. Tot 9 uur zullen dierijtuigen om de beurt tot de Muidebrug en de Meulestedebrug rijden. De rolfilms zullen in de avonddienst vanaf de Sint-Niklaasstraat de vermelding "Meulestede" dragen..."
Drie-asser 386 aan de terminus van lijn 6 op het Redersplein. Alle huizen in beeld zijn reeds geruime tijd gesloopt. Links het tramhuisje dat aldaar in het begin van de jaren twintig werd opgericht. Een dergelijk type verscheen ook aan "De Sterre", de Heuvelpoort en Bijlokehof.
AFLEVERING 16 (WEEK VAN 19 TOT 25 NOVEMBER 2006) TERUG BESCHIKBAAR !!! ===========================
Drie-asser 377 op het eindje spoor nabij het politiecommissariaat in de Muidepoort. Rechts onder is het enkel spoor te zien dat over de Muidebrug leidde en dienst deed als aan- en afvoerweg voor de rijtuigen. (Foto: R. Temmerman - 10 september 1962)
In de rubriek "eindpunten van de Gentse tramlijnen in de glorietijd van de drie-assers" zijn we aanbeland bij lijn 6. Tot 20 februari 1913 maakte het traject tussen de Muidebrug en die van Meulestede deel uit van lijn 2 "Stelplaats - Keizerpoort - Gent-Zuid - Kouter - Korenmarkt - Sassepoort - Meulestede". In mei 1914 werd op de vrijwel rechtlijnige trambaan aldaar enkele dagen geëxperimenteerd met de sleepbeugel. Die nieuwe wijze van stroomafneming werd veel beter bevonden dan de trolley, maar door de Eerste Wereldoorlog werd het systeem pas in het najaar van 1919 veralgemeend op al de lijnen. Lijn 6 lag erg geïsoleerd, dat is duidelijk merkbaar op een plan van het Voorhavengebied. Zo werden na het opblazen van de Muidebrug in mei 1940 de rijtuigen 376 en 377 volledig ontmanteld en over het water gebracht, om daar de dienst te verzekeren tot eind mei 1942, toen een voorlopige, beweegbare noodbrug op boten was opgebouwd. De lijn beschikte slechts over één spoor, met een mogelijkheid tot kruisen ter hoogte van de Manchesterstraat, vlakbij het Voorhavenplein. Plannen om een dubbel spoor aan te leggen waren er al sinds 1917, maar ze werden nimmer gerealiseerd. De "zesse" werd vier maanden na lijn 8 het tweede slachtoffer van de "autobussenrage", de nieuwe wind die door de burelen van de pas opgerichte MIVG joeg. De laatste ritten waren gepland voor 31 december 1962, maar door de hevige sneeuwval de dagen voordien die samenviel met een gedeeltelijke personeelsstaking, reed op 28 december de laatste tram de Muidebrug over richting stad, zonder dat de Meulestedenaars konden vermoeden dat ze hun vertrouwd transportmiddel nooit meer zouden weerzien...
Geparkeerde tramrijtuigen 394, 392 en ? van de lijnen 5 en 7 voor de ingang van de Sint-Annakerk, in afwachting dat ze op drukkere tijdstippen terug zullen worden ingezet. (foto: Bazin, 1957)
Al eerder werd vermeld dat naar aanleiding van de Wereldtentoonstelling te Gent in juni 1913 een keerlus rond het Van Arteveldeplein werd aangelegd om een betere dienstverlening te kunnen verschaffen aan de duizenden bezoekers die via Gent-Zuid in de stad aankwamen. In de jaren vijftig en zestig bewees die keerlus haar nut door het tijdelijk parkeren voor de ingang van de Sint-Annakerk van rijtuigen van de lijnen 5 en 7 buiten de spitsuren. Na de vervanging van de drie-assers door autobussen, op 1 juli 1964 voor lijn 7 en op 1 juni 1965 voor lijn 5, geraakte de lus in onbruik. Ze werd weggenomen bij de heraanleg van het plein in 1970-71. ________________________________________________________________
Drie-asser 329 aan de terminus "Muidebrug"", in dienst op lijn 5. Zoals de rolfilm het aangeeft zal de volgende reis via de Voormuide naar Zwijnaarde gaan. (foto: E.J. Bouwman - oktober 1964)
Lijn 5 werd op 10 april 1929 in noordelijke richting uitgebreid door een verbinding te verwezenlijken met lijn 4 langs de Priesterstraat (thans Doornzelestraat) en het Heilig Kerst. De Voormuide werd daardoor de terminus van de lijnen 4 en 5. Later kwam daar nog lijn 10 bij, terwijl lijn 5 er definitief verdween na de verbussing van de lijn op 1 juni 1965.
De eindhalte op eigen bedding aan de Zwijnaardsesteenweg ter hoogte van "Café Terminus".Enkele reizigers verlaten tramrijtuig 395. De rolfilm is reeds aangepast voor de terugreis naar de Muidebrug.
Oorspronkelijk liep de lijn van de Verkortingsstraat aan de Antwerpsesteenweg te Sint-Amandsberg naar de Dampoort en de Zuidstatie, waar aansluiting was met lijn 4, die langs de Lammerstraat, het Sint-Pietersplein en de Heuvelpoort verder rond de stad leidde. In maart 1913 werd lijn 5 naar de Heuvelpoort en verder via de Normaalschoolstraat en de Zwijnaardsesteenweg naar een secundaire ingang van de Wereldtentoonstelling ter hoogte van de Sint-Pieters-Aalststraat (nu Elf Julistraat) doorgetrokken. Door de gedeeltelijke trajectwisseling met lijn 7 op 16 juli 1922 vormde lijn 5 vanaf toen de verbinding tussen het Stapelhuis aan het Handelsdok, Gent-Zuid en de Zwijnaardsesteenweg, langs de Ham, de Kongostraat, de Minnemeersbrug, de Bibliotheekstraat, Sint-Jacobs, de Keizer Karelstraat en de Zuidstationstraat. Op 26 juli 1931 werd de lijn verder uitgebreid naar de "Blokhuizen" aan de Zwijnaardsesteenweg, waar "Café Terminus" ons de voormalige eindhalte nog steeds in herinnering brengt. In feite was de vermelding "Zwijnaarde" op de rolfilm wat te hoog gegrepen, want wie echt naar het centrum van die gemeente moest en over geen ander vervoermiddel beschikte dan zijn beide onderste ledematen, was te beklagen. Trouwens, die eindhalte lag nog net op Gents grondgebied...
Drie-asser 333 op het uiterste punt van de keerlus rond de Sint-Niklaasstraat: het uiteinde van Klein Turkije. Daar vertoefden ze vaak een tijdje, zonder het andere tramverkeer op de Korenmarkt te hinderen.
Lijn "4 barré - Korenmarkt", een begrip voor elke tramreiziger die zich langs de kortste weg wou verplaatsen tussen het Sint-Pietersstation en het centrum van de stad of vice-versa. Het principe van een snelle, aanvullende verbinding tussen lijngedeelten met een groot reizigersaanbod was ontstaan tijdens de Wereldtentoonstelling van 1913, toen vaak veel tijd en energie werd gestoken op veraf gelegen trajecten en anderzijds de gewone rijtuigen de mensenzee amper of zelfs helemaal niet konden verwerken. Zo kwamen tussen 15 juni en 5 juli 1913 in een ijltempo twee lussen klaar, de ene voor de lijnen 5 en 7 rond het Van Arteveldeplein nabij het station Gent-Zuid, de andere tussen de Sint-Niklaasstraat en de Veldstraat via Klein Turkije en de Korenmarkt. Na de Wereldtentoonstelling besloot de trammaatschappij ze te behouden. De lus rond de Sint-Niklaaskerk werd het laatst bereden op de avond van 30 augustus 1984 door een PCC van lijn 12 (Sint-Pietersstation - Korenmarkt).
Hier bereikt drie-asser 339 via het ringspoor langs de Sassekaai, dat in gebruik werd gesteld op 24 mei 1946, de terminus aan de Muidebrug, tevens de eindhalte voor de rijtuigen van de lijnen 5 en 10. In die tijd gebeurde het wel vaker dat sommige passagiers de laatste meters voor de stopplaats niet meer meereden... (foto: 12 september 1951)
Terminus van lijn 4 aan het Maria-Hendrikaplein. De rolfilm vertoont "4 Muidebrug". Altijd veel volk op de kortste verbinding tussen het Sint-Pietersstation en het stadscentrum (maar niet steeds de snelste).
Van bij de aanvang van de elektrische tramexploitatie in Gent was lijn 4 de langste en belangrijkste. De accutrams en later de trolleyrijtuigen reden van de Sint-Jacobskerk helemaal rond het zuiden van de stad naar de Korenmarkt langs de Keizer Karelstraat, Gent-Zuid, het Sint-Pietersplein, de Heuvelpoort, het Citadelpark, Gent-Sint-Pieters, de Kortrijksepoortstraat, de Nederkouter, de Schouwburgstraat en de Korte Meer. Tijdens de Wereldtentoonstelling in 1913 reden de rijtuigen in gemeenschap met lijn 7 zelfs langs de hoofdingang tot aan "De Sterre" en kwam er een "4-barré avant la lettre" in voege tussen het station en de Korenmarkt via een lus rond de Sint-Niklaaskerk. Zoals eerder vermeld werd op 10 januari 1914 de lijn enerzijds ingekort tot het traject Sterre - Sint-Pieters - Korenmarkt, anderzijds dan weer uitgebreid tot aan de Muide, door een gedeelte van lijn 2 over te nemen. Gedurende tientallen jaren bleef de reisweg nagenoeg ongewijzigd (*de lijn naar "De Sterre" werd een afzonderlijke lijn), inclusief de vertragingen in de smalle straten tussen het station en de Korenmarkt. Pas op 2 juli 1984 had een drastische koerswijziging plaats: lijn 1 (Moscou - Van Beverenplein), toen reeds uitgebreid tot Wondelgem-Industrieweg, nam aan de Korenmarkt het gedeelte van lijn 4 naar de Muidebrug over en werd lijn 4: Moscou - Muidebrug. Tram 4 nam dan weer het traject Korenmarkt - Wondelgem van de oude lijn 1 over en werd lijn 1: Sint-Pietersstation - Wondelgem. Om het voor de reizigers allemaal niet te ingewikkeld te maken werden de oorspronkelijke rolfilmkleuren behouden: het blauw van de vroegere lijn 1, nu 4, het rood van de vroegere lijn 4, nu 1.
Nog een tweede opname van een rijtuig aan de terminus van lijn "3 doorstreept" op de Rooigemlaan, midden een winters tafereeltje. We bemerken drie-asser 320 aan het uiteinde van het enkel spoor voorbij de wissel. De rolfilm staat gedraaid op "3 doorstreept - Heirnisplein".
Drie-asser 325 met aanhangwagen uit de reeks 65-72 geparkeerd op het Emiel Braunplein, richting Klein Turkije, klaar om de rit langs lijn 4 naar het Sint-Pietersstation aan te vangen. Foto uit 1958, kort voor de afbraak van de huizenrij. Rechts een gedeelte van het belfort.
NOG VEEL MEER OVER HET GENTSE OPENBAAR VERVOER!!!
Bekijk ook het blog "MIVG" van Dany !!!! ________________________________________