Alweer verjaren tot je overjaars wordt
van de lange dagen op deze wereld
lachte de honderdjarige Miet
Ik ben nog goed bij de pinken
ze verkopen mij geen appels voor peren
grapte ze toen men haar vierde
met betuttlende woorden
van kranig oudje in ons midden
Ik word er niet graag aan herinnerd
dat ik hier al zo lang ben zei ze
terwijl ze nog meezong
lang zal ze leven in de gloria.
Grappig hé besloot ze, zo honderd jaar
en het is precies alsof het niets is.
Op alle volgende jaren
en doe ze nog eens vol de glazen
proost piepte ze.
Ingrid Lenaerts
|