Bij de eerste ware lentezon de kermis in het dorp Jeugd is uitgelaten, opgetut macho of kortgerokt Geurtjes van friet en oliebollen tussen de kraampjes De kermisventers houden prijzenslag bij de beurten Vier maal op de paarden molen en een beurt gratis Twee maal tien eendjes vissen en vier prijzen
Het spiegelpaleis laat je kennnismaken met je vervormde ik Een grote griezel van een spin gooit je de hoogte in laat je vallen als een baksteen om heerlijk te gillen De pommme d'amour-man biedt je rode liefde aan Of een net van suikerspin op stok tegen betaling
Een geverfde blondine schelt in het frans naar de durvers Allez roulez,allez roulez messieurs rommelt uit haar micro Voor een toertje onder het groene laken van de snelle rups De terrassen zitten oevervol wandelaars tetterend en taterend Over de lange winter die eindelijk rechtsomkeer maakte En dan nog met de Kermis ,alsof hij het wist de deugeniet Dat hij niet meer blijven moest bij dit lentefeest.
Ingrid Lenaerts
|