Hij aait lieve zoals de poes die zich uitstrekt op de sofa ligt te soezen in de middagzon het dier is een beetje behaagziek krols Lieve gromt tevreden zoals een bruine beer
Honing steelt zijn buik rond blij beer te zijn met het amechtige gevoel van zwaar gelukspunt Hij consumeert een beetje lip likkebaart en noemt haar ma Belle Helène zijn lieve lijfje
Met de diepblauwe ogen zoals water in een baai van het land in de zon zijn appeltje tegen de dorst met de zoete woorden van gesmolten chocolade waarin zij verzinken naar een romige wereld toe
Voor wie het raden wil
|