Het huis versteende in zijn gedachten vol vergane glorie en oude weelde Een eenzame eredame naast grotere adel die allen onder dezelfde sluier zuchtten Jaren leegstand of nog één oude bewoner die opbokste tegen de tijd in de avenue
Eens pronkte het met zijn prachtige tuin bloemenperken en schaduwrijke terrassen de kamers waren luchtig en rijk versierd duurzaamheid stelde geen vragen. Er werd gelachen gedanst en gefeest gemind, gevloekt geroddeld geknarsetand knechten waren de werkers van het laatste uur met al hun beste krachten omdat het hoorde.
Langzaam op zwarte sokken sloop het verval langs de ramen vermomd als een leger ratten die uiteindelijk de scpeter overnamen en er hun koninklijke burcht bouwden stelden geen waarom kenden geen daarom hun antwoord kreeg je vanzelfsprekend
Ingrid Lenaerts
|