En al ben je vertrokken
en zie ik je nog nauwelijks
tenzij met gekromde rug
in de verte
dan toch blijf ik je volgen
tot de laatste stip verdwijnt
achter de grenzen
van het woord horizon
het schreien is me vergaan
tranen gedroogd als zoutzuilen
in de kleffe wind
ik zou willen sterk zijn
zoals een kleine leeuw kooien
maar ik ben te zwak en te broos op stelt
mijn innerlijke pedalen raderen overmaats
ik zit gewoon in zak en as
nu je vertrokken bent
ik denk met de noorderwind
die richting moet ik kiezen
Ingrid Lenaerts
|