Blanche het witgepoederde manwijf in het cabaret
laat zich portretteren in uitdagende poses
schuwt het choqueren niet als haar grote revolte
wanneer zij wijdbeens en dwars alles overstoelt
zoals een blauwkous sigarettenpijpje in de mond.
Ze gaat neerzitten bij de toonbank aan de tap
en vraagt stoer haar glas Amer Picon tot de rand
waaraan ze nipt en weet dat iedereen kijkt
Blanche zingt over pijn en domheid in de achterban
overvrouwenleed en ergernis van kansarme ratten
De stem van een bombardon en sourdine
verlaat haar volle boezem met overtuigingskracht
ze wordt moe,, kijkt meewarigtussen het rookgordijn
wanneer zij eenzaam halfdronken in slaap valt .
Ingrid Lenaerts
|