Wat ze zegt dat klinkt overjaars en duister niet te ontwarren in zijn context van heden tot verleden loopt de weg over zandkuilen en rotsapartijen
Ze kan de werkelijkheid moeilijk inschatten nu deze als een doolhof geen uitgang biedt. haar gedachten zijn als vlinders vertrokken uit haar hoofd naar een ander focuspunt
Haar lichaam weegt als lood van onmacht Ze lijkt verzeept met gaten in de kennis als een oude brokkelkaas zonder cohesie.
Om den treure grijpt ze mijn hand dat ik haar troosten zou in deze dagen. Ik ben haar zo erg nabij.
Ingrid Lenaerts
|