Deel door ons uw liefde uit
aan wie honger heeft en pijn.
Laat ons waar verdeeldheid is
uw vredestichters zijn.
Ons verlangen is alleen,
Heer, maak ons hart bereid,
dat door heel ons leven heen
uw liefde wordt verspreid.
Deel door mij uw liefde uit,
aan een medemens die lijdt.
Leer mij meer vervuld te zijn
met uw bewogenheid.
Mijn verlangen is alleen,
Heer, maak mijn hart bereid,
dat door heel mijn leven heen
uw liefde wordt verspreid.
Openbaar uw koninkrijk
aan wie zoekt, aan arm en rijk.
Giet een stroom van liefde uit,
dat in ons en door ons, o Jezus,
uw liefde wordt verspreid.(2x)
Deel ons door uw liefde uit
tot de einden van de aard'.
Dat zich waar de dood nu heerst
nieuw leven openbaart.
Maak ons als uw werkers klaar
en sterk ons in de strijd,
tot wij mogen oogsten waar
uw liefde wordt verspreid.
Openbaar uw koninkrijk
aan wie zoekt, aan arm en rijk.
Giet een stroom van liefde uit,
dat in ons en door ons, o Jezus,
uw liefde wordt verspreid.(6x)
Deel door ons uw liefde uit,)
maak ons hart bereid. )4x
Deel door ons uw liefde uit,)
ja wij zijn bereid. )2x
Deel door mij uw liefde uit )
ja ik ben bereid. )2x
Wat ogen zien dringt binnenin het hart. Het kan ons blij maken of ook heel verdrietig. Het kan ons soms zo diep raken, dat we er ziek van zijn. Ogen zijn de vensters van ons hart. Wie ze opent voor het licht, voor de zon overdag, voor de mooie dingen en voor de sterren in de nacht, is een blij en gelukkig mens. Met licht en meer moois in onze ogen komt er kleur in ons anders zo grijze leven. Want onze ogen weerspiegelen de liefde van Jezus. Een liefde, door Hem gegeven!
Uit het hart
Jouw Hemelse Vader die je heeft geschapen, die zoveel van je houdt, weet alles wat er zich in jouw hart afspeelt. Hij begrijpt en kent jou volkomen, Hij vraagt je om de juiste keuzes te maken! Hij verlangt niets liever dat Hij fier zou zijn op jou, dat je het pad der wijsheid zou blijven volgen! Het is niet altijd gemakkelijk, en je hebt vooral lef & doorzettingsvermogen nodig, maar dit alles is niet te vergelijken, met het liefdevolle geschenk dat je zal verkrijgen! Hij weet nu wat je denkt & wat je nog zou willen 'plannen'... Daarom vraag ik je : ook voor mij komt de tijd dat ik het aardse zal verlaten. Maar zou je dan niet blij & verheugd zijn als je weet, dat ik in het Hemelse paradijs zal blijven wachten op... jou !!! Filip V. (26-09-04)
IK BEN DE ALFA EN DE OMEGA GEBED IS DE SLEUTEL VAN DE OCHTEND
EN DE GRENDEL VAN DE AVOND.
20-02-2016
2 Korintiers 4:17-18
De geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft. Wij richten ons niet op de zichtbare dingen maar op de onzichtbare, want de zichtbare dingen zijn tijdelijk, de onzichtbare eeuwig. -- 2 Korintiers 4:17-18
Daarna zal zich dit voltrekken: Ik zal mijn geest uitgieten over al wat leeft. Jullie zonen en dochters zullen profeteren, oude mensen zullen dromen dromen, en jongeren zullen visioenen zien. zelfs over slaven en slavinnen zal ik in die tijd mijn geest uitgieten. -- Joel 3:1-2
Omdat God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld. Kolossenzen 3:12
de wijsheid van boven daarentegen is vóór alles zuiver, en verder vredelievend, mild en meegaand; ze is rijk aan ontferming en brengt niets dan goede vruchten voort, ze is onpartijdig en oprecht. Jakobus 3:17
Kortom, de wet hield toezicht op ons totdat Christus kwam, zodat we door ons vertrouwen op God als rechtvaardigen konden worden aangenomen. Maar nu het geloof gekomen is, staan we niet langer onder toezicht, want door het geloof en in Christus Jezus bent u allen kinderen van God. -- Galaten 3:24-26
Zo spreekt de Heer : Zoals regen of sneeuw neerdaalt uit de hemel en daarheen niet terugkeert zonder eerst de aarde te doordrenken, haar te bevruchten en te laten gedijen, zodat er zaad is om te zaaien en brood om te eten – zo geldt dit ook voor het woord dat voortkomt uit mijn mond: het keert niet vruchteloos naar mij terug, niet zonder eerst te doen wat Ik wil en te volbrengen wat Ik gebied.
Maar toen de goedertierenheid en mensenliefde van onze Heiland (en) God verscheen, heeft Hij, niet om werken der gerechtigheid, die wij zouden gedaan hebben, doch naar zijn ontferming ons gered door het bad der wedergeboorte en der vernieuwing door de heilige Geest, die Hij rijkelijk over ons heeft uitgestort door Jezus Christus, onze Heiland.
Broeders en zusters, er zijn verschillende gaven, maar er is één Geest; er zijn verschillende dienende taken, maar er is één Heer; er zijn verschillende uitingen van bijzondere kracht, maar het is één God die ze allemaal en bij iedereen teweegbrengt. In iedereen is de Geest zichtbaar aan het werk, ten bate van de gemeente. Aan de een wordt door de Geest het verkondigen van wijsheid geschonken, aan de ander door diezelfde Geest het overdragen van kennis; de een ontvangt van de Geest een groot geloof, de ander de gave om te genezen. En weer anderen de kracht om wonderen te verrichten, om te profeteren, om te onderscheiden wat wel en wat niet van de Geest afkomstig is, om in klanktaal te spreken of om uit te leggen wat daar de betekenis van is. Al deze gaven worden geschonken door een en dezelfde Geest, die ze aan iedereen afzonderlijk toebedeelt zoals Hij wil.
De Geest is in de gemeente de bron van de meest verscheidene gaven. Door hen werkt Hij en wordt ook bron van diepe eenheid onder het Godsvolk.
De geboorte van Johannes de Doper is iets uitzonderlijks. Elisabet was onvruchtbaar en haar man Zacharias was ook al oud. Zoals in de oudtestamentische geboorteverhalen komt een engel de geboorte voorspellen samen met de opdracht die het kind zal vervullen in de toekomst. Hij geeft ook een teken: Zacharias zal spraakloos zijn tot op de dag waarop de voorspelling zal vervuld zijn.
Toen Herodes koning van Judea was, leefde er een priester die Zacharias heette en tot de priesterafdeling Abia behoorde. Zijn vrouw, Elisabet, stamde af van Aäron. Beiden waren vrome en gelovige mensen, die zich strikt aan alle geboden en wetten van de Heer hielden. Ze hadden geen kinderen, want Elisabet was onvruchtbaar, en beiden waren al op leeftijd. Toen de afdeling van Zacharias eens aan de beurt was om de priesterdienst te vervullen, werd er volgens het gebruik van de priesters geloot en werd Zacharias door het lot aangewezen om het reukoffer op te dragen in het heiligdom van de Heer. De samengestroomde menigte bleef buiten staan bidden terwijl het offer werd gebracht. Opeens verscheen hem een engel van de Heer, die aan de rechterkant van het reukofferaltaar stond. Zacharias schrok hevig bij het zien van de engel en hij werd door angst overvallen. Maar de engel zei tegen hem: ‘Wees niet bang, Zacharias, je gebed is verhoord: je vrouw Elisabet zal je een zoon baren, en je moet hem Johannes noemen. Vreugde en blijdschap zullen je ten deel vallen, en velen zullen zich over zijn geboorte verheugen. Hij zal groot zijn in de ogen van de Heer, en wijn en andere gegiste drank zal hij niet drinken. Hij zal vervuld worden met de heilige Geest terwijl hij nog in de schoot van zijn moeder is, en hij zal velen uit het volk van Israël tot de Heer, hun God, brengen. Als bode zal hij voor God uit gaan met de geest en de kracht van Elia om ouders met hun kinderen te verzoenen en om zondaars tot rechtvaardigheid te brengen, en zo zal hij het volk gereedmaken voor de Heer.’ Zacharias vroeg aan de engel: ‘Hoe kan ik weten of dat waar is? Ik ben immers een oude man en ook mijn vrouw is al op leeftijd.’ De engel antwoordde: ‘Ik ben Gabriël, die altijd in Gods nabijheid is, en ik ben uitgezonden om je dit goede nieuws te brengen. Maar omdat je geen geloof hebt gehecht aan mijn woorden, die op de voorbestemde tijd in vervulling zullen gaan, zul je stom zijn en niet kunnen spreken tot de dag waarop dit alles gaat gebeuren.’ De menigte stond buiten op Zacharias te wachten, en de mensen vroegen zich af waarom hij zo lang in het heiligdom bleef. Maar toen hij naar buiten kwam, kon hij niets tegen hen zeggen. Ze begrepen dat hij in het heiligdom een visioen had gezien; hij maakte gebaren tegen hen, maar spreken kon hij niet. Toen zijn tempeldienst voorbij was, ging hij terug naar huis. Korte tijd later werd zijn vrouw Elisabet zwanger. Ze leefde vijf maanden lang in afzondering en zei bij zichzelf: ‘De Heer heeft zich mijn lot aangetrokken. Hij heeft dit voor mij gedaan opdat de mensen me niet langer verachten.
Zacharias werd door de engel letterlijk door stomheid geslagen toen deze hem de vraag stelde hoe hij kon weten of dit spreken van hem wel waar was. Misschien vinden we dat Zacharias overdreven behandeld werd. Negen maanden niet mogen spreken… dat is nogal wat… En toch… Deze negen maanden waren voor Zacharias beslist een tijd van diepe genade; een tijd waar hij in stil gebed kon nadenken over Gods beloften. En uit het prachtige gebed bij de geboorte van zijn zoon kunnen we opmaken dat dit geen verloren tijd was geweest. Wij leven in een tijd waarin veel gepraat wordt, en alles schijnbaar bepraat moet worden. Iedereen is maar aan de praat, alsof het heil voort zal komen uit al dat menselijke getater. Natuurlijk kan God ook aanwezig zijn doorheen ons spreken, maar soms is het ook goed af en toe te zwijgen, zeker als het over de diepere zaken van het leven gaat; over God, zijn beloften, zijn spreken, zijn roepen, enz..; Het zou misschien niet slecht zijn moest de wereld gedurende negen maanden door stomheid geslagen worden. Wat zou het stil zijn… heerlijk stil… Misschien leren we terug luisteren naar Gods stem diep in ons hart, die we over het algemeen maar dàn kunnen waarnemen waneer het stil is rondom ons, en vooral ook wanneer we zelf stil zijn, wanneer we zelf zwijgen. We zouden misschien een geweldige rijkdom in dat zwijgen ontdekken, een vermogen ontwikkelen dat ons tot écht luisteren aanzet… Het zal een tijd van genade zijn: een tijd waarin God z’n tijd neemt, en ons de tijd geeft, om Hem héél diep te ontmoeten, voor Hem te knielen, bij Hem te vertoeven, naar Hem te luisteren… Wat we kunnen doen is zelf dagelijks tijd maken om te zwijgen, om in stilte bij God te verwijlen, gewoon bij zijn woord aanwezig zijn. Het is niet makkelijk in het gebed onze agenda stil te leggen, onze eigen interpretaties van wat we lezen en denken stop te zetten, of gewoon de gegeven stilte niet vol te bidden met allerlei gebeden en teksten… Stil zijn bij de Heer… het is niet makkelijk, maar zo wezenlijk belangrijk. Dagelijks hiervoor tijd vrijmaken… misschien maken we wel een hele mooie en diepe weg door wat betreft ons leven naar en in de Heer.
‘Ik ben de Heer, je God, Ik neem je bij je rechterhand en zeg je: Wees niet bang, Ik zal je helpen. Wees niet bang, kleine Jakob, arm volk van Israël, Ik zal je helpen – spreekt de Heer –,de Heilige van Israël is je bevrijder. Ik maak van jou een scherpe dorsslede, een nieuwe slede met dubbele sneden. Bergen zul je dorsen en vermalen, van heuvels laat je niets over dan kaf. Je zult ze wannen, en de wind neemt ze op, de stormwind jaagt ze uiteen. Dan zul je juichen om de Heer, je om de Heilige van Israël gelukkig prijzen. Armen en behoeftigen zoeken water; niets! Hun tong verdroogt van de dorst. Ik, de Heer, zal hun antwoord geven, Ik, de God van Israël, zal hen niet verlaten. Ik laat op kale heuvels rivieren ontspringen en bronnen in de valleien. In de woestijn laat Ik meren ontstaan, uit dorre grond borrelt water op. Ik plant in de woestijn ceder en acacia, mirte en olijf, en Ik laat in de wildernis den, kamperfoelie en cipres opschieten. Dan zullen zij zien en beseffen, begrijpen en erkennen dat de hand van de Heer dit heeft verricht, dat de Heilige van Israël dit alles schiep.’ ‘Ik ben de Heer, je God, Ik neem je bij je rechterhand en zeg je: Wees niet bang, Ik zal je helpen. Wees niet bang, kleine Jakob, arm volk van Israël, Ik zal je helpen – spreekt de Heer –, de Heilige van Israël is je bevrijder.’
Zo lezen we vandaag bij Jesaja.
Het mag duidelijk dat Jesaja hier profeteert over de komst van Christus, Jezus, de ‘Heilige van Israël’. ‘Wees niet bang’ om zijn komst, schrijft hij. Woorden van lang geleden, maar in wezen nog even actueel; woorden voor ieder van ons.
Want laat ons eerlijk zijn: diep vanbinnen zijn we soms bang van de Heer. We houden van Jezus, we zijn blij dat Hij bij ons is, we zijn dankbaar om zijn liefde voor ieder van ons, maar anderzijds… diep vanbinnen zijn we soms angstig.
We zijn angstig onszelf te verliezen, ons helemaal te moeten prijsgeven aan de liefde. We zijn bang ons veilig wereldje te moeten verlaten omwille van wat het evangelie vraagt. We zijn angstig te moeten veranderen, en altijd en ten volle te moeten gaan liefhebben.
Puur menselijk gezien is het een begrijpelijke angst. Het is alsof we onszelf moeten afgeven, alsof we alles uit handen moeten geven, alsof ons ‘ik’ helemaal moet verdwijnen.
En inderdaad, laat ons zeggen zoals het is: het evangelie vraagt jezelf te verliezen in de Heer, je ten volle te verlaten op Hem, je te schenken aan Hem, opdat Hij door jou heen tot leven kan komen, kan beminnen, vergeven, aanraken, oprichten.
In wezen verliezen we daarmee ons ‘ik’ niet, integendeel. Wie het klaarspeelt zich ten diepste te schenken aan de Heer zal juist z’n diepste en meest waarachtige ‘ik’ ontdekken; het ‘ik’ dat God voor je droomt en wenst, het ‘ik’ – zoals al dikwijls vermeld hier .waarvan God gezegd heeft dat Hij het geschapen heeft naar zijn beeld en gelijkenis.
Konden we maar eens de diepe innerlijke vrede en vreugde bevroeden als vrucht van het zich totaal schenken aan Jezus.
Lieve mensen, laten we in gebed alle angst van ons afleggen. Geef je angst aan de Heer en sluit je in zijn armen. Hij is de Vriend die naast je zit, je Levensgezel die in je woont, je Broer die je in God zal brengen.
Hij zal je tot een vredevol en liefdevol mens maken, zoals Hijzelf is. Hij zal zijn vrede en zijn liefde in naam van God met jou te delen. Je zal één worden met Hem: geen twee maar één. Zalig.
Toen Jezus verderging, volgden Hem twee blinden die luidkeels riepen: ‘Heb medelijden met ons, Zoon van David!’ En nadat Hij een huis was binnengegaan, kwamen de blinden naar Hem toe. Jezus vroeg hun: ‘Gelooft u dat Ik dit kan doen?’ Ze antwoordden: ‘Zeker, Heer!’ Daarop raakte Hij hun ogen aan en zei: ‘Zoals u gelooft, zo zal het ook gebeuren.’ En hun ogen gingen open. Jezus waarschuwde hen uitdrukkelijk: ‘Zorg ervoor dat niemand het te weten komt!’ Maar na hun vertrek verspreidden ze het nieuws over Hem in de hele omgeving.
Jezus vroeg de blinden: ‘Gelooft u dat Ik dit kan doen?’ Ze antwoordden: ‘Zeker, Heer!’ Daarop raakte Hij hun ogen aan en zei: ‘Zoals u gelooft, zo zal het ook gebeuren.’ En hun ogen gingen open. Geloven is meer dan met de lippen belijden dat we geloven. In wezen is geloven is een act van de mens; een act van
overgave; overgave aan de Heer die in ons en bij ons is.
Wanneer wij dus bijvoorbeeld zeggen in de geloofsbelijdenis: ‘Ik geloof in Jezus Christus, Gods enig geboren Zoon’, dan zeggen wij eigenlijk: ‘Ik geef mijn hart aan Jezus, enige Zoon van God’.
Of: ‘Ik geloof in de heilige Geest’, zeggen wij eigenlijk: ‘Ik laat het waaien toe van Gods Geest diep in mezelf’.
Geloven is dus een beweging van de mens naar de Heer toe.
De gelovige geeft zich aan Christus, aan de liefde van zijn Geest.
In wezen is geloven een gebedshouding van voortdurende toewijding aan God in Christus in de liefde van zijn Geest.
Dikwijls vraagt men: ‘zijt gij gelovig?’ Spontaan zeggen we dan ‘ja’, en waarschijnlijk terecht.
Maar zijn we ons bewust van de inhoud van dit antwoord.
Want eigenlijk zeggen we: ‘Ja, ik geloof, want ik leef in overgave aan de Heer’.
Dat is nogal wat.
Dat heeft namelijk verregaande consequenties in het beleven van Gods liefde.
Ook al mag geloven een act zijn van de mens, het is niet louter mensenwerk.
In wezen is geloven zelfs op de eerste plaats gave; gave door God zelf gegeven.
Wij kunnen maar geloven omdat God deze gave in ons legt in zijn Geest.
Bedoeling is open te staan voor deze gave, naar haar te verlangen, ons in haar te wentelen. Niet om in haar verstrikt te raken, maar juist om diep bevrijd te worden van ons valse ik dat leeft vanuit en rond zichzelf.
Geloof doet ons leven vanuit Christus waaraan we ons geschonken hebben.
Besluit: geloven is gave van God én act van de mens.
Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon, Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft. -- Hebreeen 1:1-2
De wereld staat in brand. Mensen kampen met angst en onrust.
De jeugd vraagt zich af of deze huidige wereld nog wel een positieve toekomst kan bieden.
Het lichaam van Christus op aarde heeft het antwoord.
Maar wat gaat ze de wereld bieden? Een hele dure show op zondag waar men flink voor mag betalen om de kerkstenen te bekostigen?
Een dode religie waarin we mogen dansen naar de pijpen van de voorganger? Een humanistisch verbond waarin we gemaakt lief voor elkaar zijn en in geen enkele opzicht verschillen van de wereld?
Of gaan we ze bieden wat ze werkelijk nodig hebben: het Koninkrijk van God. Vrede, innerlijke rust, liefde, genezing, heelheid, compleetheid, bestemming, bevrijding, doden die worden opgewekt....
De schepping wacht op de zonen Gods die het Koninkrijk verkondigen en demonstreren.
Men wacht niet op een dode en dure religie
. Daar zijn er al genoeg van in de wereld namelijk.
Doorgaan met onze show op zondag zal daarom geen verandering brengen in de naties. Zij hebben het Koninkrijk nodig....
Heb je wel eens gehoord van Agnes Bojaxhiu uit Albanië? Ze was een heel eenvoudige vrouw, die nooit heeft gestudeerd. Ze is nooit getrouwd geweest en heeft nooit een eigen auto gehad. Maar ze had een enorme droom: ze wilde haar geloof handen en voeten geven door voor de stervenden en de allerarmsten te zorgen.
De meesten van ons kennen Agnes als Moeder Teresa, winnares van de Nobelprijs, en iemand die overal ter wereld de grootst mogelijke bewondering oogstte. Het grootste deel van haar leven besteedde ze aan de zorg voor arme en stervende mensen in Calcutta. Maar door middel van de organisatie die zij begon: ‘Zusters van Liefdadigheid’, raakt haar droom ook vandaag nog miljoenen mensenlevens overal ter wereld.
Hoe je vandaag ook over je leven denkt, je bent geschapen om een ‘bijzonder iemand’ te zijn. Jij kunt een betekenisvol leven leiden! Natuurlijk heeft niet iedereen zo’n indrukwekkende bestemming als Moeder Teresa. Maar daarmee ben je niet minder belangrijk! Veel mensen denken dat als iets zichtbaar is, het van meer betekenis is, dan iets wat onzichtbaar is. Maar dat is niet waar. Vaak gebeuren juist achter de schermen de belangrijkste dingen. Wij zijn allemaal belangrijk. Kleine daden kunnen soms grote gevolgen hebben.
Jaren geleden wilden twee jongens een evangelisatiedienst bezoeken. Maar de zaal zat helemaal vol en ze konden geen plekje vinden. Toen ze om wilden keren kwam iemand van de zaalwacht naar hen toen en zei: ‘Kom maar jongens, ik zorg wel voor een plekje.’ Hij liep met de jongens mee en begeleidde hen naar twee plekjes voorin, in het midden van de zaal. Die avond namen deze jongens Jezus aan in hun hart en werden christen. Eén van hen was Billy Graham, die miljoenen mensen tot Jezus heeft geleid. Was deze simpele daad van deze zaalwacht betekenisvol? Ja zeker!
Uit dit voorbeeld blijkt wel dat sommige mensen veel kunnen betekenen zonder dat ze nu direct zo opvallen. Betekenisvol betekent niet automatisch ‘in het oog springend’. Kijk maar naar je lichaam. Je neus is best een opvallend onderdeel van je gezicht, maar je kunt er wel van buiten als het moet. Als ik mijn neus verlies, dan valt dat wel op, maar ik kan nog wel verder leven. Maar als ik bijvoorbeeld mijn lever of mijn hart zou kwijtraken, dan heb ik echt een probleem. Dan zou ik sterven. De delen van je lichaam die je niet ziet, zijn hard nodig en vaak zelfs belangrijker dan de delen die je wel ziet!
Dit geldt ook voor de gemeente, ook wel het Lichaam van Christus genoemd. Alle onderdelen van het lichaam hebben een belangrijke functie. Iemand als Billy Graham heeft veel bekendheid gekregen met wat hij allemaal heeft gedaan, maar ook de onopvallende zaalwacht leverde zijn eigen unieke bijdrage. We zijn dus allemaal belangrijk.
Toen de Farizeeën Jezus vroegen wanneer het Koninkrijk van God zou komen, antwoordde Hij hun: ‘De komst van het Koninkrijk van God laat zich niet aanwijzen, en men kan niet zeggen: “Kijk, hier is het!” of: “Daar is het!” Maar weet wel: het Koninkrijk van God ligt binnen uw bereik.’ Tegen de leerlingen zei Hij: ‘Er komt een tijd dat jullie ernaar zullen verlangen een van de dagen van de Mensenzoon te zien, maar jullie zullen die dag niet meemaken. Dan zullen de mensen tegen jullie zeggen: “Kijk daar!” of: “Kijk hier!” Maar doe dat niet en schenk er geen aandacht aan. Want zoals de bliksem licht geeft wanneer hij van de ene naar de andere kant van de hemel flitst, zo zal de Mensenzoon verschijnen. Maar eerst moet Hij veel lijden en door deze generatie verworpen worden.’
Jezus zegt tot ons: ‘De komst van het Koninkrijk van God laat zich niet aanwijzen, en men kan niet zeggen: “Kijk, hier is het!” of: “Daar is het!” Maar weet wel: het Koninkrijk van God ligt binnen uw bereik.’
Het huis waar we wonen, de plek waar we werken, de plaats waar we mensen ontmoeten, de gemeenschap waartoe we behoren, de school of univ waar we studeren, onze straat, dorp of stad,… allemaal plaatsen waar Jezus tot ons komt.
In die zin is het Rijk Gods voortdurend midden onder ons.
Daar is Hij, bemint Hij, roept Hij op. Christus’ aanwezigheid is voor onze lichamelijke ogen niet altijd zo duidelijk.
Maar wie kijkt met de ogen van het geloof, met de ogen van de Geest, zal de Heer aanwezig weten.
Dit ‘aanwezig weten’ zal voor de gelovige meer en meer een vanzelfsprekendheid worden in de mate dat hij zich geeft aan die aanwezigheid.
Hij zal zich maar al te graag nestelen in Christus’ tegenwoordigheid, opdat hij die gelooft,weet dat Christus de bron is van zijn liefhebben, en dat hij van Hem de genade zal krijgen te kunnen liefhebben naar Gods wil.
En meer dan hij zal vermoeden zal Jezus door hem heen al weldoende rondtrekken; zijn genade gevend aan allen die hij (Hij) ontmoet en waarvoor hij bidt. Ja, het Rijk Gods is midden onder ons. Laat ons ‘ja’ zeggen, in de liefde van de Geest
Besef je wel dat je Gods creatie bent. Je bent zijn kunstwerk! Zijn handen hebben jou gevormd en gemaakt tot de persoon die je nu bent.
In Psalm 139 wordt dat prachtig verwoord: ‘U hebt mij immers in de buik van mijn moeder gemaakt? Mijn hele lichaam werd door U geweven. Ik prijs U, omdat U mij zo prachtig hebt gemaakt. U zag elk van mijn botten, terwijl zij in het verborgene werden gemaakt. U zag mij al toen ogen mij nog niet konden zien. Elke dag van mijn leven stond toen al in Uw boek opgeschreven.’ Psalm 139:13-16 (HB)
God heeft je geschapen. Hij bepaalde elk detail van je lichaam, de kleur van je huid en haar, de lengte van je neus. Misschien ben je er niet tevreden over, maar dat zou niet zo hoeven te zijn.
In Gods ogen ben je perfect. Hij bepaalde ook de talenten die je zou krijgen en je unieke persoonlijkheid.
Jij bent bijzonder en uniek
. Er bestaat geen kopie van jou. Niemand bezit die eigenschappen die jou zo uniek maken! Dat betekent dat er niemand op aarde is die de rol, die God voor jou in gedachten heeft, van je over kan nemen.
God heeft je heel bewust samengesteld met een bepaald doel voor ogen. Je kwam als een volledig toegeruste baby uit de baarmoeder. Je bent hemels maatwerk! Al zou je de hele geschiedenis napluizen, je zou niemand zoals jij kunnen vinden.
Niemand reikt uit naar anderen op de manier zoals jij doet. Niemand spreekt jouw woorden. Niemand lacht op dezelfde manier als jij. Niemand heeft dezelfde unieke eigenschappen die jij bezit. Van jou is er maar één, dus wees jezelf.
Er zijn al zoveel anderen. God wil dat jij jezelf bent.
We hebben allemaal een unieke vingerprint, maar ook een unieke ‘soulprint’. Dat is misschien nog niet wat jij op dit moment ziet als je naar jezelf kijkt, of wat anderen van jou zien.
Maar het is wel datgene wat God voor ogen heeft. God wil dat je van binnenuit groeit en ontwikkelt tot wie je bent. God heeft je nooit gevraagd om iemand anders te zijn. Maar hij roept je op om het beste uit jezelf te halen.
Gods plan voor jou is dat je de beste versie van jezelf wordt, maar op dit moment zijn er misschien twee versies van jou. Er is de jij zoals God je bedoeld heeft en er is de jij zoals je vandaag bent.
Je echte identiteit ligt vaak diep verborgen door alle pijnlijke dingen die we hebben meegemaakt. Jezus wil je meenemen in een proces van genezing en herstel. Hij wil je helpen jouw unieke identiteit te ontdekken! Neem de tijd om dicht bij God te zijn en laat je beïnvloeden door zijn liefde.
Luister naar zijn hart dat klopt voor jou. Het is essentieel voor een gezond emotioneel leven dat je weet dat je geliefd bent, hoe dan ook.
Die liefde zorgt ervoor dat je je niet meer laat leiden door goed- of afkeuring van andere mensen. Gods liefde is de sleutel tot zelfaanvaarding en tot het ontdekken van wie jij werkelijk bent.
Weten wie je bent schept eigenheid en houvast. Dat geeft zoveel rust en maakt het leven zo ontspannen. Je voelt je vrij. Het is nooit te laat om degene te zijn die je bent!
Zorgen over je financiële situatie, zorgen over je gezondheid, zorgen over wat voor toekomst je kinderen eigenlijk hebben.
Bezorgdheid is een staat van emotionele gejaagdheid.
Het is angst voor wat er zou kunnen gebeuren of juist niet zou kunnen gebeuren.
Het is denken in termen van: Stel je voor dat….?
Wat als… Het is trouwens normaal dat je gespannen bent voor een moeilijk examen of dat je je zorgen maakt om je tiener die om 12.00 uur thuis zou zijn, maar al een uur te laat is.
Maar als die zorg overgaat in angst en die angst je meevoert naar paniekgevoelens, dan is dat niet normaal.
Ook is het goed om onderscheid te maken tussen tijdelijke bezorgdheid, zoals in deze voorbeelden, en een voortdurende geneigdheid tot bezorgdheid.
Er zijn mensen die zich constant zorgen maken over van alles en nog wat.
Door die voortdurende zorgen verkeren ze in een continue gespannen toestand en gaan ze gebukt onder de zorgen.
Die bezorgdheid is voor hen als een grote ruwe jutezak vol lasten die ze met zich meezeulen.
Bezorgdheid levert niets positiefs op, maar het leidt wel tot veel negatieve gevolgen.
Het geeft stress, spanning, vermoeidheid, wantrouwen en angst. En het steelt je slaap, je hoop, je levensvreugde en je energie.
Weet je wat Jezus zei over bezorgdheid? Doe het niet…! Hij zei: ‘Maak je geen zorgen over jezelf en over wat je zult eten of drinken, noch over je lichaam en over wat je zult aantrekken…. Maak je dus geen zorgen voor de dag van morgen, want de dag van morgen zorgt wel voor zichzelf. Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen last.’ Matteüs 6:25,34
Waarom is het zo belangrijk om je bezorgdheid in te leveren? Omdat de kern van je zorgen maken ongeloof is.
Je zorgen maken is zonde. Jezus zegt in Matteüs 6 dat de ongelovigen zich daarmee bezig houden.
Als we piekeren dan hebben we in feite geen vertrouwen in God. Het is ten diepste een wantrouwen tegenover de Vader, die ons verzekert dat Hij zelfs voor een vallend musje zorgt.
Hier ligt de belangrijkste sleutel. De wortel van bezorgdheid is het niet vertrouwen op de beloften en kracht van God.
Bezorgdheid is twijfelen aan het karakter van God.
Dus wat er ook gebeurt in je leven, vergeet nooit dat God te vertrouwen is.
Als God voor vogels zorgt, dan zal Hij nog veel meer voor jou zorgen.
Hij is je Vader! Hij wil voor je zorgen.
Als je naar Hem toegaat kan Hij alle zorgen van jouw schouders afnemen en je vertrouwen geven dat Hij voor jou zorgt! In het boek ‘Zwerfster voor God’ schrijft Corrie ten Boom het volgende: Aan het eind van de week zwierf ik, een beetje doelloos door de stad. (New York) Ik ging naar de YWCA (een christelijke organisatie voor jonge vrouwen) om de rekening van mijn kamer te betalen. Degen die me hielp keek me medelijdend aan. ‘Het spijt me, maar onze ruimte is zo beperkt, dat we u hier niet langer kunnen laten blijven. Eén week is het maximum. Hebt u al een ander adres? ‘Ja, ik weet alleen nog niet wat het is.’ ‘Dat begrijp ik niet,’ zei ze, een beetje verwonderd. ‘God heeft een andere kamer voor me,’ legde ik uit. ‘Hij heeft me alleen nog niet verteld wat het adres is. Maar dat geeft niet. Hij heeft me door Ravensbruck geleid. Hij zal me in Amerika niet in de steek laten.’
Opeens schoot het meisje iets te binnen. ‘Ach, dat is waar , er is een brief voor u gekomen.’ Vreemd, dacht ik, toen ze me de envelop gaf.
Hoe kan ik nou een brief krijgen? Niemand weet waar ik logeer.
Maar toch was het zo.
Ik las hem gehaast en zei toen tegen het meisje: ‘Mijn adres is en de 190th Street.’ ‘Maar waarom zei u dat niet meteen?’ vroeg ze.
‘Omdat ik het nog niet wist. Het stond in deze brief. Een vrouw, die ik niet ken, schrijft me: ‘Ik hoorde u spreken in de Joodse gemeente. Ik weet dat het zo goed als onmogelijk is om in New York een kamer te vinden. Mijn zoon zit op dit moment in Europa, dus , kunt u, als u wilt, zijn kamer gebruiken in de tijd dat u in New York bent.’
Het meisje was nog meer verbaasd dan ik. Maar ja, misschien had ze nog nooit een wonder meegemaakt.’ Corrie vertrouwde volkomen op God! En jij? Door Jan Pool
Al vanaf de eerste minuut na je geboorte worden je prestaties gemeten: Hoeveel weeg je? Adem je goed? Ben je gezond? Zijn je reflexen in orde? Op zich is het natuurlijk uitstekend dat je gezondheid direct wordt getest, maar het meten houdt vervolgens nooit meer op… Veel ouders willen graag dat hun kind uitblinkt, vroeg praat, snel leert lopen, de hoofdrol speelt in de musical en in het voetbalteam de topscoorder is.
Ongemerkt wordt een kind vooral beloond voor wat het doet en leert het subtiel en onderhuids deze les: je bent waardevol door wat je doet. Ben je succesvol, dan zijn je ouders blij en houden ze van je. Maar als je niet voldoet aan de verwachtingen van je ouders, dan voel je hun teleurstelling of stress. En dat is het laatste wat je wilt. Dus ga je nog meer je best doen. Onwillekeurig neem je die manier van denken over in je groei naar volwassenheid. Je denkt dat presteren de enige manier is om liefde en aanvaarding te krijgen. Je hoopt dat anderen je bewonderen om wat je voor elkaar krijgt. Mensen met deze innerlijke overtuiging worden vaak heel gedreven personen.
Als je zo in elkaar zit, dan kun je alleen blij met jezelf zijn als je goede dingen doet, als je succesvol bent, als je presteert. Maar als het een keer tegenvalt, dan voel je je waardeloos. Je bent altijd verwikkeld in een ongezonde competitie. Je ziet alles als een wedstrijd met een winnaar en een verliezer. Winnen geeft je aanzien, winnen geeft je een goed gevoel, winnen maakt je belangrijk, winnen maakt je waardevol. Dit komt niet alleen tot uiting op je werk, maar ook in hoe je omgaat met je vrienden. Zelfs tijdens een kinderspelletje ‘mens-erger-je-niet’ word je geconfronteerd met jezelf.
Maar hetzelfde systeem werkt ook door in je relatie met God. Je doet hard je best om God te behagen, een goede christen te zijn. Je voelt je goed als je ’s ochtends uitgebreid tijd met God hebt doorgebracht. Maar als het er niet van is gekomen, voel je je schuldig en denk je dat God vast niet meer zoveel van je houdt. De leugen die er heel subtiel onder schuilgaat, is dat je Gods goedkeuring moet verdienen. Je komt onder de tirannie van het ‘moeten’ terecht, maar je houdt continu het gevoel dat je het nooit helemaal goed doet en dat je God elke keer weer teleurstelt.
Fouten maken mag Ik weet uit eigen ervaring hoe het is, want jarenlang was ik zelf zo’n gedreven man. Ik wilde presteren, ook naar God toe. Totdat een simpel, waar gebeurd verhaaltje mij de ogen opende.
Begin jaren negentig werden er elk jaar conferenties georganiseerd door het Kana comité. Op één van die conferenties was Brent Rue, een Amerikaanse voorganger, de hoofdspreker.
Hij vertelde dat hij op een keer in de tuin bezig was om nieuwe plantjes te poten. Op dat moment kwam zijn zoontje Jonathan van vijf aanrijden op zijn fietsje. ‘Papa, mag ik helpen?’ Brent wist dat het een grote puinhoop zou worden, maar wat zei hij? ‘Graag Jonathan. Papa vindt het geweldig fijn als je hem helpt.’ Het jongetje gooide zijn fietsje aan de kant, rende naar de schuur om zijn eigen schep te halen en begon als een gek te spitten in de tuin. De aarde vloog over het pad en de kuil werd veel te diep, maar Brent zei: ‘Goed gedaan, jongen. Pak jij nu het plantje maar!’ Terwijl Jonathan wegrende om het plantje te halen, gooide zijn vader snel wat aarde terug in de veel te diepe kuil. Als snel was Jonathan weer terug, maar met de onbesuisde, onhandige motoriek van een vijfjarig kind, knakte hij de steel van het plantje middendoor. Kapot! Zijn vader glimlachte mild en zei: ‘Geeft niet hoor Jonathan, kan gebeuren.’ Waarop Jonathan vroeg of hij dan nog verder mocht helpen. Natuurlijk mocht dat en zo werkten ze verder. Uiteindelijk zette Jonathan vijftien plantjes in de tuin, waarvan er tien onherstelbaar beschadigd waren. Toen hij klaar was, zag de tuin eruit als een slagveld, maar Jonathan rende enthousiast met zijn moddervoeten de pasgeboende kamer in en schreeuwde blij naar zijn moeder: ‘Mama, ik heb plantjes in de tuin gezet en papa heeft me geholpen!’ Ondertussen was papa de troep aan het opruimen. Maar vond hij dat erg? Welnee!
Deze Brent was voorganger van een Vineyardgemeente met tweeduizend leden, maar maakte op zeker moment een aantal fouten. Hij was teleurgesteld in zichzelf en diende zijn ontslag in. Zijn ontslagbrief lag klaar om op de post te worden gedaan, maar eerst ging hij wandelen in het bos. Hij voelde hoe God heel dichtbij was en tot zijn hart sprak.
‘Weet je nog, die situatie met die plantjes met Jonathan? Wat een puinhoop maakte hij er van, hè!’ Ja, dat wist Brent nog goed.
‘Vond je het erg?’
‘Welnee, ik ben toch zijn vader!’
‘Vond je het niet vervelend om zijn troep op te ruimen?’
‘Welnee, hij is mijn zoon, dat deed ik graag voor hem.’
‘Brent, jij bent mijn kleine Jonathan. Ik zie ook wel dat jij er een troep van hebt gemaakt, maar ik ben blij met je. En ik ben er om jouw troep op te ruimen.’
Zo is onze Vader! Hij maakt zijn liefde niet afhankelijk van wat jij kunt of doet. Je prestaties noch je fouten hebben ook maar enige invloed op zijn onvoorwaardelijke liefde voor jou. En Hij is er ook om jouw troep op te ruimen!
Laat die waarheid alsjeblieft goed tot je doordringen!
Ik ben LUC, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Lucky.
Ik ben een man en woon in Moorsele (belgie) en mijn beroep is RUST........
Ik ben geboren op 30/12/1952 en ben nu dus 71 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: computer,,Muziek Fietsen en proberen niet mijn wil te doen maar deze van de Heer.
ben gehuwd met fabienne
De Geest van God is geen spookbeeld of hersenschim. Hij is onder ons aanwezig, voelbaar en tastbaar. Hij spreekt soms uit de blik in onze ogen. Je ziet hem in de mensen die verdraagzaam zijn en respectvol omgaan met elkaar. Je voelt hem in dat liefdevolle gebaar of die hartelijke handdruk. De Geest van God is de scheppende kracht die bruggen slaat over de diepste kloven, die mensen bij elkaar brengt en conflicten ombuigt in begrip en verzoening. Het is de energie die bergen kan verzetten en mensen boven hun kleinheid uittilt - de levensadem van God die mensen bezielt en in beweging zet.
Afscheid nemen is verdrietig, afscheid nemen is niet fijn afscheid nemen is iemand verlaten bij wie je graag zou willen zijn.
Afscheid nemen is die blik vol liefde en die aai over je bol afscheid nemen zijn die tranen je schiet er helemaal van vol.
Afscheid nemen zijn die woorden "Ik hou van jou, dag lieve schat. Je bent altijd bij me, want jij zit hier, diep in m'n hart."
Soms is het afscheid maar voor even soms voorgoed of voor een lange tijd maar wat je samen hebt mogen beleven dat raak je echt, nee nooit meer kwijt.
Parel
Je bent een parel, die zeer kostbaar is je naam staat onuitwisbaar in Mijn hand geschreven. Ik heb je zelf gemaakt om tot Mijn eer te leven je bent een parel, die zeer kostbaar is.
En eens zal Ik je roepen aan Mijn zij Mijn kind die roeping is zo hoog verheven. Uit liefde gaf ik jou Mijn eigen leven, ja, eenmaal zul je stralen aan Mijn zij.
Je bent nu nog op reis, het einddoel is in zicht, houd Mij maar stevig vast en luister naar Mijn stem. Aan d’einder gloort het nieuw Jeruzalem, daar zul je eeuwig leven in Mijn licht.
Je bent een parel, die zeer kostbaar is.
Dit gedicht is voor jou! Als je je alleen voelt je hart gebroken is of bezeerd als je bang bent voor wat komen gaat als je lief hebben hebt verleerd als je jezelf niet durft te zijn als je verteerd wordt door verdriet dan is dit gedicht voor jou want God vergeet je niet Hij wacht op je hij kent je vragen Hij zegt: “geef mij je last, dan kunnen we het samen dragen”. En langzaam zul je merken daar kun je van op aan, dat jij alleen nog je rugtas vasthoudt de inhoud is naar Hem overgegaan Als je je bedrogen voelt eenzaam en heel klein als je door de bomen het bos niet meer ziet en er misschien zelfs niet meer wilt zijn als je verstrikt zit in de netten van de zonde en niet weet hoe je daar uit moet geraken dan is dit gedicht voor jou Jezus zal het in orde maken Hij weet als geen ander hoe pijn voelt en wat een mens soms moet doorstaan Voor jou en mij is Hij uit liefde door enorm zware beproevingen gegaan Hij kijkt naar jou met een bewogen hart en een liefdevolle blik in Zijn ogen en wacht tot je Hem vragen zult je tranen te gaan drogen Dit gedicht is voor jou. Waarom? Is misschien je vraag. omdat God ontzettend van je houdt, grijp toch Zijn uitgestoken hand vandaag….