In 2017 herdachten we de Slag van Passchendaele.
Dat was een uiterst bloedige, gruwelijke en vrij zinloze slag die 100 jaar geleden uitgevochten werd in de Ieperse Salient.
Om die verjaardag met de gepaste luister te herdenken schreef Piet Swerts (°1960) een koorsymfonie op teksten van de Engelse soldaat-dichter-componist Ivor Gurney (1890-1937).
Swerts hoeven we nauwelijks nog voor te stellen.
Deze Limburgse musicus geniet internationale faam als componist, pianist en dirigent. Hij is professor aan het Leuvense Lemmensinstituut en is door het grote publiek gekend dankzij werken zoals ‘Zodiac’ (opgelegd vioolconcerto voor de Elisabethwedstrijd) en ‘Rotations’ (opgelegd pianoconcerto voor diezelfde wedstrijd).
Ivor Gurney kwam in 1917 aan op het Ieperse front.
Hij was zeer geschokt door het oorlogsgeweld en de nefaste invloed ervan op het landschap. ‘Een verschrikking’, zo schreef hij in zijn gedichten. De natuur en de bomen waren een vaste inspiratiebron voor zijn compositorisch en poëtisch oeuvre. Vandaar dan ook de titel ‘A symphony of trees’.
Hij dichtte zowat 50 stukken over Ieper.
De boom wordt gebruikt als een metafoor van alle menselijke emoties.
Er werden daarnaast enkele gedichten van vrouwelijke dichteressen (Charlotte Mew en Margaret Postgate Cole) gebruikt om ook het vrouwelijke element in dit oorlogsdrama aan bod te laten komen.
Piet Swerts leerde de gedichten van Gurney kennen via Piet Chielens, de conservator van het In Flanders Fieldmuseum in Ieper. Het was ook Chielens’ idee een groots muziekwerk te laten creëren n.a.v. 100 jaar Passchendaele.
Piet Swerts bestudeerde dit thema gedurende 7 jaar en nam 2 jaar om deze koorsymfonie te componeren.
De compositie bestaat uit 19 delen waarin koor, orkest en solisten elkaar spontaan afwisselen, aanvullen en ondersteunen.
Het werk start met een sterke opener van het orgel die dan overgaat naar koor en orkest. Daarna treedt er een grote verstilling op.
De symfonie eindigt met een trage maar grootse climax. En zo vormt het hele werk een grote spanningsboog zonder dipjes maar met een sterke structuur.
Viermaal gebruikt Swerts het gedicht ‘Memory, let all slip’ als ankerpunt, leidmotief in dit meer dan 83 minuten durende opus.
Vier orkestrale interludia brengen rust en sfeer en maken de overgang tussen de verschillende delen.
Het gebruik van de hoorn in ‘Interludium I’ en het daaropvolgende ‘Klaaglied’ verwijst duidelijk naar de bossen en de heuvels van Ieper.
Interludium II is een duidelijke verwijzing naar het beginthema.
Na de krachtige intro en het intieme Klaaglied horen we het boeiende lied ‘The silent one’ waar de tenor geregeld ostinaatgewijs bijgetreden wordt door het koormotief ‘the silent one’.
De dreigende doodsklok is constant aanwezig zonder opdringerig te worden. Allemaal voorbeelden van een doordachte structuur en beschrijvende sfeerschepping.
In 2015 werden 138 bomen, olmen, geplant als herinnering aan de Ieperboog. Ook hiernaar verwijst de symfonie.
Het getal 138 speelt bij Swerts een sleutelrol in de compositie. 1 – 3 – 8. Constant hanteert de toondichter deze hele en halve toonafstanden en combineert hij – naar het voorbeeld van Fauré’s Requiem - mineur- en majeurakkoorden om de gewenste tragische, droevige, klagende, berustende en bij wijlen heroïsche klanken te bekomen.
Bij het componeren heeft Piet Swerts opvallend veel rekening gehouden met de akoestiek van de Ieperse Sint-Maartenskathedraal waar de creatie plaats vond. Hij koos resoluut voor een grote koorbezetting (348 zangers) met jeugd- en kinderkoren naast gemengde koren, een groot symfonisch orkest, twee orgels (het kathedraalorgel en een orkestorgel) en twee zangsolisten (sopraan en tenor).
De wereldcreatie vond plaats op 15 september 2017. Op 16 september volgde een tweede uitvoering.
Beide concerten werden opgenomen en de voorliggende Phaedra-cd is een combinatie van beide performances.
Het Symfonieorkest Vlaanderen, de sopraan Lee Bisset, de tenor Thomas Blondelle en de 11 koren stonden onder leiding van David Angus.
Om het koor extra tot zijn recht te laten komen werd geopteerd voor een U-opstelling rond het orkest. De kinderkoren zongen nu eens boven op het oksaal en dan weer beneden. De trompettist – een directe verwijzing naar The Last Post – speelde vanuit een nis boven het orkest. De hoornist en paukenist waren apart opgesteld.
Omwille van de galm gebruikte de componist slechts één snel deel. De rest is breder en trager.
Uiteraard zijn er schoonheidsfoutjes – onvermijdelijk in een live-uitvoering – maar deze gaan ongemerkt aan u en mij voorbij. Koren, soli en orkest kwijten zich zeer goed van hun taak. Het geheel klinkt zeer homogeen en gedisciplineerd, stemmig, sereen, wrang en stil waar het moet en krachtig en stoer waar het mag.
50 jaar na Brittens War Requiem, 100 jaar na de horror in en om Ieper en ongeveer 150 jaar na Benoits De Oorlog hebben we opnieuw een machtige en eigentijdse oorlogs- en vredescompositie. Van een Vlaams componist!
Schitterend gecomponeerd door Piet Swerts, voortreffelijk uitgevoerd door David Angus en de zijnen, technisch vakkundig geregistreerd en aantrekkelijk uitgebracht door Luc Famaey en heel zijn Phaedra-ploeg. Meer dan zomaar een aanrader….
Luisteren en genieten! Hopelijk komt de wereldvrede vanzelf mee….
A symphony of trees
An homage to Ivor Gurney and Ypres
Piet Swerts
In Flanders’ Fields 98
www.phaedracd.com
|