De Slaperdijkxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Na De Aanleg loopt de huigdige N359 richting Koudum over de z.g.n. Slaperdijk. Deze dijk deed echter nooit als waterkering dienst Deze dijk werd ooit gemaakt voor het geval andere dijken zouden doorbreken. Vandaar de naam "slaperdijk". In een oude Leeuwarder Courant vond ik een artikel over het ontstaan van deze dijk. Dit verhaal over deze dijk wil ik u niet onthouden.
Leeuwarder Courant
Maandag 27 Juni 1927
TUSSCHEN FLIE EN LAUWERS
IX
Heemumer Oldeferd o.a (vervolg)
De paalworm
Aan onze kusten komt een weekdiertje voor, dat de oneigenlijke naam ,,Paalworm draagt en de merkwaardige eigenschap bezit in te boren in de houtdelen onzer zeeweringen. Deze weet het van den ondergrond tot de laagwaterlijn zóó te doorknagen, dat ze op het laatst bij den eersten den beste storm afknappen en teniet gaan
..
Tot zover het citaat uit de Leeuwarder Courant over de paalworm. Di thad zo te begrijpen is grote gevolgen.
Herstel van het paalwerk hielp maar korte tijd omdat ook de nieuwe palen snel aangetast werden.
Wel werd er getracht de dijken te beschermen met zware keien uit Noorwegen.
Het provincie bestuur van Friesland kon echter niet afwachten of dit middel (wat later succesvol bleek) zijn voordelen had bewezen.
Er werd besloten tot het opwerpen van een drietal slaperdijken (dijken die het water moeten keren als de oorspronkelijk zeewerende dijk doorbreekt) om de gevaarlijkste punten te beveiligen. De eerst slaperdijk die werd aangelegd was de Koudumer Slaperdijk.
Volgende citaat (over de Koudumer Slaperdijk) uit het artikel van de Leeuwarder courant.
De Koudumer Slaperdijk, tot welks aanleg jhr Douwe Burmania op 8 maart 1732 den eersten stoot gaf en tot uitvoering waarvan de Staten den 13n Augustus d.a.v. last gaven. Hij loopt van het Workumer Nieuwland langs de Kolderdam over de Gronzen- waar bij de Kolderbrug een schutsluis gelegd is- tot aan Koudum; verder van den zuidoostkant van dit dorp naar de Galamadammen-waar een ruime en sterke sluis gebouwd werd- en van daar naar de hooge gronden van Hemelumer-Nijeburen. Verder is in de Oude Vaart, ten zuioosten van de Galamadammen, een duikersluis gelegd en werd later ten behoeve der waterlozing in 1775 in het noordelijk gedeelte van den Slaperdijk, aan het Workumer Nieuwland nog een sluis gebouwd. De uitvoering was in handen gesteld van den grooten waterbouwkundige Willem Loré, bijgestaan o.a. door den bouwmeester Claes Bockes Balek. De noodtoestand der provincie, het ver gevorderde jaargetijde, dat men met steeds langere zorgtegemoet zag, en schaarsheid van werkvolk noopte tot het inroepen van de hulp van krijgsvolk.
Drie batailljons en tien regimenten Friesche infanterie uit de garnizoenen Leeuwarden, Groningen. Kampen en Deventer werd order gegeven om zich ten spoedigste naar den Zuidwesthoek te begeven. Den 18den Augustus vertrok reeds het eerste bataillon met 22 trekschepen van Leeuwarden naar Workum en spoedig daarop kon het geheele legertje, met de overige werklieden 2000 man tellende, aan den arbeid gaan, welke tot 20 September door goed begunstigd weer, doch daarna door gure regens en winden zeer vertraagd werd.
Den 14den was de dijk tot op het bezoden na voltooid en kon het krijgsvolk grootendeels naar zijne garnizoenen terugkeren; uit vrees voor moegelijke onheilen bleven echter 6 compagnieen ter overwintering in Sloten Staveren achter.
Op 1 december 1732 was, in weinig meer dan drie maanden, het geheele werk voltooid en op buitengewone wijze een dijk van 1500 roeden lengte en 180 voet breed midden door laaggelegen streken en diepe wateren opgeworpen en waren bovendien drie sluiswerken daarin aangebracht, hetgeen de provincie in totaal op F 125.000 kwam te staan. Wie, die dit massale gevaarte uit de lage landen van den zuidwesthoek ziet oprijzen, denkt er tegenwoordig nog aan den bekwamen leider Loré , aan de helpende hand van ,,het Friesche krijgsvolk of zelfs ook maar aan den simpelen paalworm, welke dit monument noodzakelijk maakte?
(*) Ook het beslaan van houtwerk met ,,wormnagels, spijkers met groote platte koppen, bleek later een goed beveiligingsmiddel te zijn.
|