Vosselaar 23 10 2015

We gaan van start !

Het heeft wat voeten in de aarde gehad maar we gaan eindelijk van start met het DNA onderzoek om een test te ontwikkelen om epilepsie bij de Drentsche Patrijshond op te sporen.

We bedoelen wel de definitieve start want “bezig” waren we al sinds half augustus met de vorming van een werkgroep om alles in orde te maken, om ons langs allerlei media te informeren, om DNA gespecialiseerde labo’s te contacteren, om dan uiteindelijk aan de universiteit van gent te belanden.

Door professor dr. Alex Van Zeveren, professor genetica aan de diergeneeskundige faculteit te Merelbeke te contacteren werden we uitgenodigd op de unief bij professor dr. Luc Peelman. Het waren Willeke Loots en ons baasje die op 8 oktober naar Merelbeke reden om te gaan horen wat de beide professoren ons te bieden hadden en wat er van onze kant tegenover stond.

Op onze vraag aan professor dr. Peelman of zij aan de Ugent voor ons een DNA profiel van de Drentsche Patrijshond konden opstellen was het antwoord dat dit met de huidige stand van de wetenschap nog niet mogelijk was . Wat professor wel kon aanbieden was een onderzoek om een test te ontwikkelen om epilepsie specifiek voor de Drentsche Patrijshond op te sporen. Ook een test om PRA op te sporen bij de Drent behoorde tot de mogelijkheden. Maar deze test leek Willeke en ons baasje niet mogelijk omdat er zich te weinig lijders aan PRA bij de Drenten te vinden zijn.

Want dat was een voorwaarde om aan de test te kunnen beginnen. Wij moesten minstens 10 nesten opsporen waar zich primaire epilepsielijders hadden geopenbaard. Uit die nesten hadden we bloedstalen nodig van minstens 1 lijder aan de ziekte en een bloedstaal van minstens 1 of meer epileptische vrije honden. Dat leek ons meer dan haalbaar, maar voor PRA zijn bij de Drenten niet zoveel nesten bekend opdat we aan de noodzakelijke eisen konden voldoen. Zodoende behielden wij de zo belangrijke epilepsie test.

Het mooie van het aanbod van de professor was ook nog eens dat hij de test aan ons gratis kon aanbieden. De test kaderde immers in een doctoraatsthesis. Dat wil zeggen dat een kandidaat doctor vier jaar de tijd krijgt om opzoekingen te doen die tot een bruikbare test gaan leiden. Dat zijn opdrachten die vanuit de universiteit zelf komen zonder inmenging van commerciële labo’s. Ons baasje en Willeke konden wel een gat in de lucht springen van zulk een genereus aanbod. Zij hadden een groot lot gewonnen voor de Drentsche Patrijshond !

De fokkers zijn immers tot op heden afhankelijk van de goodwill van andere fokkers en hondeneigenaars om te weten of de door hen gekozen dekreu niet zelf drager of lijder is van het foute gen dat van hun hond een overdrager maakt van de vreselijke ziekte die epilepsie is.

Want het zit zo in elkaar… we hebben drie verschillende honden in de genetica. We hebben epilepsie vrije honden die de zieke niet hebben en ook niet kunnen doorgeven. We hebben dragers van de ziekte die in bepaalde omstandigheden de ziekte kunnen overdragen maar zelf niet ziek zijn. En we hebben de derde soort, dat zijn de lijders van de ziekte die dus ook epileptisch aanvallen krijgen.

Maken we nu een combinatie vrije teef met een vrije reu dan kan geen van de nakomelingen vererfbare epileptische krijgen. Wanneer we een vrije hond met een drager van de ziekte koppelen dan gaan de helft van de nakomelingen ook drager van de ziekte zijn maar ze worden niet ziek, maar kunnen op hun beurt weer wel de ziekte doorgeven aan hun pups. Gaan we nu een drager met een drager koppelen krijgen we lijders aan de ziekte, die ook effectief ziek kunnen worden. Met lijders gaan we in principe niet fokken wat ook logisch is. Maar in sommige zeer kleine rassen gaan ze toch soms lijders met een vrije kruisen, dan krijgen ze ook enkel dragers die op hun beurt niet ziek worden.

Om nu die gevaarlijke dragers te kunnen vinden hebben fokkers die test nodig. Want uitwendig kan je geen epilepsiedrager herkennen en zo zou de fokker toch per toeval twee dragers kunnen kruisen en zo zieke dieren fokken. Een heel belangrijke test dus.

De twee vorige weken zijn de leden van de werkgroep dus op zoek geweest naar de nesten waar zich lijders in bevonden. Dan moesten de baasjes opgespoord worden en wat opmerkelijk was… niemand aan wie werd gevraagd of ze een bloedstaal van hun hond ter beschikking wilden stellen weigerde zijn of haar medewerking.

De volgende week zal dus in het teken staan van de mensen met hun honden naar de dierenarts te laten gaan om een bloedstaal te laten afnemen. Dat bloedstaal moet dan binnen 24 uur aan de universiteit afgeleverd worden. Koelen van het bloed maakt de transport tijd iets langer mogelijk. Maar we moeten wel van het hoge noorden van Nederland tot aan Maastricht en tot onder Brussel bloedstalen collecteren en netjes afleveren in Gent. Dus enige coördinatie is wel noodzakelijk anders loopt het zeker in het honderd

Het is een uitdaging die we tot een goed einde gaan brengen in de hoop dat we alle fokkers bewust kunnen maken van de noodzaak om wat extra centjes te spenderen om hun teefjes en dekreuen te laten testen op epilepsie en zo veel leed te besparen aan de honden en hun baasjes !

Belle & co