13 MARCHE D'ETE / LES CASTORS DES COMOGNES DE VEDRIN / FRANC-WARET / 22 JULI 2006.
13E MARCHE DETE
LES CASTORS DES COMOGNES DE VEDRIN.
FRANC-WARET.
Franc-Waret is een deelgemeente van Fernelmont. Wat een landelijk residentieel dorp in Naams Haspengouw. Het heuvelachtige reliëf is uitstekend geschikt voor prachtige wandelingen.
Franc-Waret heeft een 17de eeuws kasteel van Franc-Waret, dat omringd word door grachten en in een Franse tuin ligt, spijtig dat de tuinen niet meer zo mooi zijn dan enkele jaren. De met hagen afgezette perken staan er nog verzorgt bij maar de verzameling rozen is verdwenen, vroeger moest men betalen om de tuin te bezoeken, nu kun je er zo in.
Het klassieke Lodewijk XV woning is prachtig gelegen met de kerk wat verderop en de merkwaardige boerderijen. Het dorp telt een aantal erg mooie boerderijen zoals deze van de Haute-Fontaine, Graux en andere.
We wandelen door de prachtige streek en komen in het dorpje Gelbressée met mooie huizen in lokale steen. De grote boerderijen die bescherm patrimonium zijn indrukwekkend.
In Bierwart een nader dorpje komen we langs boerderij Vieux-Tilleul waar duizenden grijze eekhoorntjesslakken gekweekt worden. Zo hebben we en fijne wandeling door deze mooie en aangename streek. Als we terug via het domein naar het kasteel van Franc-Waret wandelen komt het einde van een prachtige wandeling in zicht.
Kasteel van Fernelmont
Omdat we in Fernelmont zijn gaan we even het kasteel van Fernelmont bezoeken, een vesting uit de 16de eeuw omringt door een vijver, is een mooi voorbeeld van een middeleeuwse woontoren of donjon.
Spijtig het kasteel is alleen te bezoeken op zondagnamiddag, maar de omgeving is prachtig met de ernaast gelegen kasteelhoeve en het landelijke karakter van de omgeving.
Ode aan de Stroop van Loon is een gedicht geschreven in het Loons dialect door wijlen Jan Bellefroid.
Ich iët niks liëver as de Stroop van Loon, Die se mich op menne joste boitram smiërde! Ich vont heum zoe lekker en zoe bootegewoon, Van eej da os mam mich, as keent, laupe liërde.
Toen woore de buim nog zoe hoog as 'n hoos En de appels en piëre zoe dik as 'n voos. De weeje stoënte vol bê hoogstammig freut, Da nooit of d'r nimmand jonde gespeut.
En as den opgank, ilke wee in de bleuj stont, Dan luëp et wetter al oot menne mond, Ich daach dan wir truk oin de Stroop en oin Loon, Zoe goed en zoe lekker en zoe bootegewoon.
MARCHE D'APRES MIDI / LES GODASSES EN FOLIE - LINCE / SPRIMONT.
Vandaag wandelen we in de prachtige streek van Sprimont. Ondanks de hitte is het hier prachtig om te wandelen. We krijgen vele stukken door prachtige holle wegen waar veel schaduw is en het is aangenaam om te wandelen.
Sprimont gekend door zijn steengroeven en zijn steenmuseum, in Lince kunnen we de prachtige steen zien die in bijna al de huizen verwerkt is de geel-bruine kleur in de zon heeft wel iets, zowel de gewone huizen als de boerderijen hebben gebruikt gemaakt van deze prachtige steen.
Ook de beschermde boerderij midden in het veld is gebouwd met dezelfde steen, gewoon prachtig.
We wandelen door de prachtige streek en genieten van de omgeving. Over de beekjes en door de bosjes.
Geweldige wandeling, met mooie en aangename plekjes, mooie gebouwen in een streek met een rijk "steen" verleden.
In deze moderne tijd kunnen we ons niet voorstellen welke inspanningen er geleverd werden om fruit te bewaren voor een langere tijd. Einde 19de eeuw en begin van de 20ste eeuw waren de mensen al gelukkig als ze een keteltje stroop konden stoken. Ze hadden niet de keuze die wij vandaag hebben om iets bij de boterham. In tegenstelling tot vandaag waar men tonnen "goed fruit" vernietigd, was het in die tijd, jacht op wat rebut van appelen en peren. In haast elk gezin en zeker in de grotere gezinnen werden zij tot stroop gestookt. Men was zich spoedig bewust van de waarde van deze lekkernij op de boterham.
Waar het oorpsronkelijk op de Leuvense stoof begon, verhuisde het bij de mensen die een achteruit hadden, omwille van de stoomvorming, al spoedig onder een pannenafdak. Daar het een herfst en winterbezigheid was bij onguur weer werden aan het afdak aanpassingen gedaan. Het werd dicht gemaakt, en men bekwam het typische dak van de stroopstokkers op de boerderijen. Nu nog kan men op plaatsen in de dorpen boerderijen zien met het typische dak. De nok werd van beide kanten niet volledig gedicht maar kreeg wel met enig hoogteverschil een overkapping.
HET ONSTAAN VAN DE STROOPFABRIEKEN.
Met de tijd verminderden het aantal stokkers, men werkte samen, de installaties werden groter, stroop werd handelswaar. Na de zoveelste samensmelting behield Borgloon nog 3 stroopfabrieken.
MPF(Meekers-Poncelet Frerés)
CWS(Charles Wijnants Soeurs)
WG (Wijnants- Groenendaels)
Naast appelen en peren werden ook suikerbieten gestookt. Oorspronkelijk werd stroop verhandeld in kuipjes en emmers. Men moest uitwegen voor d eklant. Nadien kwamen dozen van 5kgr en uiteindelijk kwam men tot de mooie sierdozen zoals ze nu door verschillende verzamelaars nog steeds vergaard worden.
Door de grote bedrijvigheid van de stroopfabrieken kregen de Lonenaars de spotnaam "Strooplekkers". Nu word die naam met fierheid gedragen en zijn we blij dat de vroegere stroopfabriek Wijnants-Groenedaels beschermd als industrieel monument en gekocht door de gemeente Borgloon binnen zeer korte tijd opnieuw Loonse stroop zal stoken, Uit Vrolingen, waar nog een ambachtelijke stroopstokerij is, zal de fam Bleus stroop komen stoken in Borgloon.
VAKANTIETOCHT / DE SCHOVERIK / DIEPENBEEK 03/07/2006.
VAKANTIETOCHT
DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
Vakantietocht en een hittegolf wat moet je meer hebben, een gratis wandeling door de Schoverik met een frisse pint erbij, en we krijgen een zon overgoten ozonvolle wandeling, gelukkig zijn we voormiddag gaan wandelen en hebben we verschillende stukken met bos gehad.
We wandelen langs de Dautenvijvers deze ontstonden door ontginning van ijzererts Vanaf 1869 maakt men melding van ontginning in Diepenbeek. Het erts werd voor een groot deel uitgevoerd naar de smeltovens van Luik en het Rijnland. Gewassen en geladen kostte het erts in 1870 voor 1000kgr / 6,30 frank. Nu is het een uniek natuurgebied met een verscheidenheid aan watervogels. Nu de zomer er is zijn de waterlelie aan bloeien en op de vijvers zijn ze een tapijt van bloemen.
We komen ook langs de Pomperikvijver deze ontstond door zandwinning voor de ophoging van de Verbindingslaan. De 15meter diepe vijver ontstond in 1966-1967. Nu wordt hij gebruik door de Diepenbeekse visserclub. Een andere waardevol gebouw is het kasteel van Diepenbeek.
Diepenbeek was een vrijheerlijkheid. Die in 1433 verdeeld werd. En er werd een nieuw kasteel gebouwd waarvan de toren nog overgebleven is.
We wandelen verder en komen vlug in de schaduw van de Dorpsbeemden. Waar de Schoverik knuppelpaden aangelegd hebben.
We wandelen ook een stukje langs de Demer. De Schoverik heeft zijn best weer gedaan om ons een heel mooie wandeling aan te beiden in Diepenbeek.
Eén van de buitenwijken van Maastricht wijk 13 is ons wandeldoel vandaag. Het wordt een prachtige wandeling naar Kanne. Maar eerst wandelen we door de wijk met oude prachtige huizen en steken de Jeker over en genieten van de prachtige watermolen.
We komen in het Jekerdalnatuur tuinen. Hier kunnen natuurliefhebbers de verschillende planten en dieren leren die op de kalkhoudende grond voorkomen. Eerst komen we aan het wandelpark en dan wandelen we langs de paarden kwekerij.
We gaan verder en genieten van de omgeving we komen langs de wijngaard van de Apostelhoeve.
We wandelen door het bos en komen aan de Sint Pietersberg een prachtig gebied met veel natuur. Begraasd wordt de St Pietersberg met Mergellandschapen. Nu kompen we aan de Motte, een kasteelberg uit de middeleeuwen en zon 8 meter hoog. Van de bebouwing is niet veel meer over maar men wil de motte bewaren.
Nu komen we aan de grens met België. In de verte zien we het kasteel van Neerkanne.
Opnieuw wandelen we door een natuurreservaat en komen aan de Duivelsgrot.
Nu wandelen we Kanne binnen. We komen aan de Kapel van het Heilige Graf. Een prachtig gebouw. Aan de overzijde staat Huis Poswick.
We wandelen door Kanne en gaan terug naar het kasteel van Neerkanne. Met zijn prachtige tuin en zijn wijngaarden. Het kasteel van Neerkanne is prachtig tegen de blauwe hemel.
Van aan het kasteel hebben we een prachtig zicht op de St Pietersberg. Terug klimmen we het bos van Neercanne binnen en genieten volop van al het moois. Een aangename en ontspannende wandeling onder tropische temperaturen.
MARCHES DES LEGENDES / LES LEGENDES DE FLORZE / FLORZE 01/07/2006
MARCHE DES LEGENDES.
LES LEGENDES DE FLORZE.
FLORZE-SPRIMONT.
De streek rond de Ourthe en de Ambléve is een streek van legenden, met personages die uit de verbeelding ontsproten zijn en wier verhalen een mengelmoes zijn van Keltische mythologie, middeleeuws bijgeloof en volksdevotie. Op het platteland lijken de kruispunten soms wel plekken waar men het Kwade zou kunnen tegenkomen op zielen om in te palmen. Op die kruispunten werden tal van kruizen en kapellen opgericht om de duivel te bestrijden. Men weet maar nooit!
We vertrekken uit het pittoreske dorpje met veel huizen in blauwe steen en groet herenhuizen, we komen al vlug aan het chateau de Florze gelegen aan de rand van het dorp met indrukwekkende omgeving.
De ommuurde boerderij en kasteel met vierkante torens zijn een beeld in het landschap. Het prachtige golvend landschap waar de dorpje in liggen verscholen, alleen de daken steken boven het groen uit.
We wandelen langs de landerijen en weilanden, met mooie vergezichten. Eindeloze zichten gewoon prachtig, dan hier en daar een indrukwekkende boerderij dikwijls met een inrijpoort gelegen in het groene landschap.
Kapellen en kruizen op de hoeken van de straten we volgen en stukje van de autoroute les legendes n komen in Rouvreux en in Sougne-Remouchamps. Ook komen we Sprimont met zijn steengroeven en zijn steenmuseum mooie huizen in lokale steen altijd de moeite om te bekijken.
Zo komen we terug langs de bossen en langs de vallei prachtig is het hier wel en aangenaam om te wandelen. Een fijne en aangename wandeling.
De Loonse Heerlijkheid Jesseren was achtereenvolgens in het bezit van diverse adellijke families van Heers, van Jesseren, Cannarts en van dn Creeft. waardoor er een verbrokkeling van het grondgebied optrad. De middeleeuwse burcht van de heren van Jesseren stond op een heuveltje achter de kerk. Op het grondgebied van de gemeenten situeerden zich verder het Loons cijnshof Berg, het Loons leen Hofrijs en het niet nader genoemde Luiks laathof.Vanaf 1547 kwam Jesseren onverdeeld in de macht van het geslacht van Heers.Vanaf 1557 kwam het grafaschap Heers toe aan Baron N.E. de Stockem, zijn nakomelingen droegen tot aan het Ancien Regime de titel van Heren van Jesseren.Door het Franse bestuur werd Jesseren een zelfstandige gemeente en dit bleef zo tot in 1970. Toen werd Jesseren met Overrepen tot de gemeente Kolmont versmolten, deze gemeente is geen lang leven beschoren en in 1977 word Jesseren een deelgemeente van Borgloon.
Jesseren is een straatdorp, in 1723 werd de kerk gebouwd in vroeg-classicistische stijl en 1919 werden de zijbeuken gebouwd.
Het sobere interieur waar de geschilderde kruisweg van de Luikse schilder M. Aubé hang en het verzorgde kerkje is aangenaam om te zien.
Een ander gebouw is het kasteeltje met vierkante toren en het stationsplein met het enige bewaard gebleven station in de fusie Borgloon.
Aan het station van Jesseren vestigde zich de "Grande Siroperie Limbourgeoise" spijtig veel is er niet van overgebleven alleen een vage naam op de gevel van het gebouw.
Jesseren is ook een landbouwdorp met vele indrukwekkende vierkantshoeven en boerderijen.
De spoorwegzate is fietspad geworden en brengt de fietser door het prachtige Haspengouwse landschap.
Voor de tweede keer strijkt ARTUATUCA-Festival van Vlaanderen neer in onze gemeente Borgloon. Op 7,8,9 en 14,15,16 juli is het FEEST IN DE STAD. Deze editie van het kunsten-erfgoed-festival focus zich voornamelijk op het stroopfabriek.
De Loonse stroopfabriek verteld door vroegere arbeiders is het onderwerp van de toneelvoorstelling 'STROOP' gebracht door Queeste.
Doorlopend is er een wijktentoonstelling met verhalen en foto's van omwoondende, vroeger en nu. Een fototentoonstelling over het station en het treinverkeer anno 1900.
Aardig dorp in de Oostkantons, aan de noordrand van het Hertogenwoud. Gelegen aan de voet van de Hoge Venen. Het schilderachtige pottenbakkersdorpje ligt op slechts op enkele kilometer van Aken. Raeren werd bekend door zijn pottenbakkers, die er sinds de 14de eeuw hun handwerk uitoefenden en in de 16de en 17de eeuw internationaal beroemd werden.
Hun producten zijn sinds 1963 in de burcht Raeren tentoongesteld. In deze burcht werd een pottenbakkerijmuseum ingericht dat in zijn soort uniek is. Na de teloorgang van de pottenbakkerij waren de Raerense steenhouwers, die de rijke blauwsteenvoorraad van hun streek te gelde maakten en ver over de grenzen van Raeren een uitstekende faam hadden.
Ook nu nog getuigen tal van blauwsteenhuizen, waterburchten en kapelletjes in verschillende gehuchten van het dorp, evenals de St Niklaaskerk van hun perfectie.
De burcht van Raeren, de oorspronkelijke donjon uit het einde van de veertiende eeuw kwam in 1583 in het bezit van Philips van Lomont, die de woonvleugel vergrootte en de torens toevoegde. Hij bouwde ook de weermuren en de twee dienstvleugels.
Nu ziet de burcht er uit als een berde rechthoek, vanaf de weg ziet men eerst het imposante logies gedeelte, de woonvleugel met torentjes, nog gedeeltelijk omgeven door grachten. Over een stenen brug verleent een portaal toegang tot het binnenhof. We bezoeken het museum met honderden potten de gehele geschiedenis van het pottenbakken van Raeren word verteld.
Op enkele tientallen meters van de burcht ligt nog een ander kasteel dat evenzeer onze aandacht trekt, met name het Huis Raeren. Deze donjon was zonder twijfel de oorspronkelijke zetel van de vijftiende eeuw in het bezit van de familie Van Bastonge.
Een lid van deze familie liet het huidige kasteel bouwen. Door grachten omgeven behoudt de donjon aan de buitenzijde nog grotendeels zijn oorspronkelijke gedaante. Alleen het dak en sommige vensters zijn in de achttiende eeuw gewijzigd.
Aan de drie gevels bemerkt men ook kantelen die het niveau van de dakrand werden dichtgemaakt. De gezellige omgeving van de kastelen, de taverne en de aangelegde parking de blauwstenen huizen alles tezamen een prachtig geheel, het valt mij nu op dat de boerderij aan het kasteel van Raeren nog altijd gebruikt wordt als landbouwbedrijf.
Het kasteel van Raeren en de omgeving zijn een bezoek meer dan waard.
WANDERUNG RUND UM HAUSET / MICKY-MÃUSE HAUSET 25/06/2006
INTERNATIONALE WANDERUNG RUND UM HAUSET.
MICKY-MÄUSE HAUSET.
HAUSET.
Hauset is een dorpje aan de Geul, deel van de gemeente Raeren. Het wordt door midden gesneden door de Geul. Een prachtige wandelgebied in het Aachener Wald.
Grote boerderijen en kastelen, landschapen om van te dromen. Dat is het wandelmenu van vandaag. We komen langs de ruïne van burg Raaf een 11de eeuwse slottoren.
Dan de St Rochuskapel 1722 met een kruis in draad van de scheidingslijn tussen Oost en West Duitsland. Ook zien we hier de prachtige 17de en 18de eeuwse panden en boerderijen.
We wandelen verder en komen in het dorpje Eynatten, een juweeltje van bouwkunst verschillende prachtige gebouwen en kastelen, beschermde monumenten. Vooral het Huis Amstenrath is een juweeltje spijtig dat we geen duidelijke foto hebben kunnen maken.Dit door grachten omgeven kasteel wordt ook Herrenhaus of Kleines Haus genoemd.
We wandelen door het dorpje en genieten van de mooie huizen en kastelen, dikwijls gebouwd met grachten omgeven. Het dorpje Eynatten is een museum op zijn eigen. Prachtige huizen, boerderijen en gezellige straatje met groene hoekjes waar je rustig kunt genieten van al het moois.
Tijd hebben we genoeg en we genieten van al het moois. We keren terug naar Hauset, passeren door een privé weg waar we langs de oude watermolen op de Geul en de paardenboerderij.
Op de hoek van de weg staat de volgende kapel-1899- de zoveelste vandaag. We gaan even binnenkijken de deur staat open, we schrikken even als we er een lijkkist zien staan, het is hier blijkbaar de gewoonte om de overledenen van het dorp in de kapel te zetten en zo kunnen de dorpelingen afscheid gaan nemen.
Wat verder staat een prachtige boerderij uit 1692 de onderbouw in steen en de verdieping in vakwerk. Nog wat verder en we komen aan ons eindpunt. Een aangename en leerzame wandeling.
Wandelen in Haspengouw op een zonnige zomerdag door de velden waar de graangewassen stilaan beginnen te rijpen, waardoor het landschap meer kleur krijgt, hier zijn nog uitgestrekte open vlakten die alleen onderbroken worden door wat bomen, licht golvend landschap.
In Overrepen staan nog verschillende grote vierkantshoeven die getuigen zijn van de vroegere rijkdom van Haspengouw.
Nu zijn vele van deze boerderijen omgebouwd tot woning voor verschillende gezinnen of dienen als vakantiewoning. We wandelen Schabos binnen hier staan honderden vakantiehuisjes, het is wel aangenaam om hier door te wandelen en het is heuvelachtig met nu en dan eens stevige klim. We verlaten Sint-Huibrechts-Hern en wandelen Neerrepen binnen.
We komen aan de Binkelhoeve, de imposante vierkantshoeve vind je aan de rand van het dorp in de ongerepte Haspengouwse natuur, de rustig gelegen kasteelhoeve van 1756, deze monumentale hoeve behoorde vroeger tot het kasteel van Neerrepen. Het is nog één van de weinige bedrijven waar alle stallen binnen het vierkant van de vierkantshoeve zijn gelegen. Deze nog actieve hoeve met rundvee en akkerbouw en verschillende neerhofdieren, ook hebben ze vakantie appartementen.
De toegangspoort heeft een prachtig fronton en onder de poort wonen een 30 tal zwaluwen, die er een drukte van belang maken alle nesten hebben jongen en het is een schouwspel om het aan en af vliegen gade te slaan.
Vanop de koer van de boerderij kun je het kasteel zien, maar wat verder is er een privé weg naar het kasteel en we vragen aan de eigenaar of we een foto mogen maken van het kasteel, heel vriendelijk laat hij ons de toegangsweg afwandelen om een foto van het kasteel te maken.
Het kasteel omvat een toren uit 1592 en een classicistisch woonhuis. Op de toren kan men het Wapenschild van Lambert van Repen, de vermoedelijke bouwheer van het kasteel terugvinden. We komen nu aan de St Lutgeruskerk, tegenover in de gildezaal is controle. We wandelen terug het dorp binnen en gaan langs een tuin waar een stoomlocomotief staat. We proberen er een foto van te maken.
We wandelen door de holle weg en komen zo terug in Overrepen.
Vandaag is het Open Tuinweekend en de tuin van de Familie Houbrechts-Wouters is ook open en de wandelaars zijn er hartelijk welkom. We worden met open armen ontvangen door de gastvrouw en worden deskundig rondgeleid in deze prachtige tuin. De verzameling van daglelies mag er zijn. Een fijne en aangename tuin. Zo komen we terug aan de kerk en hier eindigt onze wandeling met de Tongerse Wandelvrienden.
De tuin van de Familie Houbrechts-Wouters kan iedere zondag van juli bezocht worden. Inlichtingen www.daglelies-online.be.
Toen de Franse revolutie een einde maakte aan het Ancien Régime werden alle privileges en titels van steden afgeschaft. Borgloon verloor ook zijn stadstitel. Het duurde tot 19 juli 1985 bij Koninklijk Besluit toen kreeg de fusiegemeente Borgloon zijn titel van stad terug. Bij de inhuldiging van het gerestaureerde stadhuis op 10 september 2000 werd het nieuwe perron van Loon onthuld.
Het ranke monument van vier meter hoog, vlak tegenover het stadhuis van Loon, boogt op een eeuwenoud verleden. In de Luikse steden gold het perron als merkteken van de vrijheidszin en de democratie. Het was het zinnebeeld bij uitstek van de stedelijke vrijheden.
Perron te Luik
De tien " goede" Loonse steden kregen gaandeweg van de Loonse graven hun stadsrechten en richtten dan hun perron op,in navolging van het voorbeeld te Luik.Historici zijn het er alleszins over eens dat Loon en Hasselt voor 1200 onder de Loonse steden gerekend worden. Uit latere bronnen blijkt dat er vier poorten toegang verleenden tot de stad: de Keulerpoort; de Graethempoort; de Wellerpoort en de Steenerpoort of Tongersepoort. De markt was het hart van de stad en het knooppunt tussen de poorten. Daar stond het perron in het centrum van de markt vlak tegenover het stadhuis 't sgrevenhuys. In de stadsrekening van 1619 noteerde de Loonse historicus J.Daris dat er 12 florijnen betaald werden "pour mettre la croix sur le perron. Ce perron trouvait au milieu du marché". Op een plattegrond van 1732 kun je duidelijk het perron zien. De symboliek van het perron kan als volgt beschreven worden: de trappen drukken de verhevenheid uit tussen de spreker en de toehoorders.
De stoere zuil vertegenwoordigt de maatschappij en is het teken van macht, gezag en heerschappij. In navolging van het Luikse perron, dat in 1478 vernield werd, hebben bepaalde perrons de ring ook gekopieerd waarmee de zuil samengehouden werd. De bekroning van de zuil bestaat uit een pijnappel en een kruis.
De pijnappel zou het symbool zijn van de verzamelde gemeenschap en de schubben duiden op de afzonderlijke leden. Het kruis verwijst naar de geestelijke macht van de prins-bisschap te Luik.
In 2005 ging de gevangenis van Tongeren dicht. Vanaf nu kun je een kijkje nemen achter de tralies.
De gevangenis van Tongeren word een museum. In 1844 werden hier voor het eerst in de Belgische geschiedenis gevangenen in een strafinrichting met afzonderlijke cellen ondergebracht.
Tot april 2005 was deze gevangenis permanent in gebruik, met de opening van de nieuwe gevangenis in Hasselt kwam er een einde aan de rol van de gevangenis in Tongeren.
Aan de hand van intervieuws, filmbeelden, foto's en documenten tonen ons het leven in de gevangenis.
Met de tijdelijke openstelling van de voormalige gevangenis van Tongeren geeft het provinciebestuur van Limburg ons een alternatief aanbied.
De gevangenis van Tongeren is de oudste gevangenis van België. Ze werd gebouwd op de plaats van een voormalig minderbroederklooster. tijdens ons bezoek kunnen we alle cellen en gangen bezoeken en de wandeling volgen.
Alles geeft ons een eng gevoel. Dit is de eerste keer dat we een gevangenis bezoeken en we hopen dat we nooit hoeven te verblijven.
We hebben nog wat tijd en gaan eens kijken naar het pas gerestaureerde Munthuis waar de tentoonstelling "de geboorte van een stad" is.
Het prachtige 16de eeuws laat Gotisch burgerhuis met de munttoren aan de achterzijde en aangelegde tuin, gewoon prachtig. we komen ook langs het Spaans huis in vakwerkbouw eind 16de -17de eeuw.