Jelke met haar vriendinnetje Ine (met wit bloesje)
Over mijzelf
Ik ben belinda, en gebruik soms ook wel de schuilnaam plinneke.
Ik ben een vrouw en woon in maaseik (belgië) en mijn beroep is arbeidster.
Ik ben geboren op 25/05/1976 en ben nu dus 48 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: fitness, msn, fuiven.
ik heb een lieve man en 2 schattige kindjes, een hondje en nog 2 vogeltjes.
Als je een kind hebt en graag een huisdier wil, denk dan eerst twee keer na. Er zijn namelijk een aantal punten waar je op moet letten.
Als je kind nog erg jong is, dan kun je beter een jong katje of een jonge hond aanschaffen. Die kan dan samen met je kind opgroeien en wennen ze vanzelf aan elkaar. Als je al een hond hebt is het heel belangrijk dat je de hond niet vergeet! Honden hebben nog weleens de neiging om jaloers te worden en misschien je kind wat aan te doen, omdat die dan opeens alle aandacht krijgt.
Met katten gaat het meestal makkelijker. Het belangrijkste waar je op moet letten dat je je kind niet alleen laat met een kat, want die kunnen op of bij het hoofdje gaan liggen, omdat dat lekker warm is, maar het kan zijn dat je kind dan geen lucht meer krijgt.
Als je kind wat groter is en begint te lopen dan zal de hond of kat menig keer ten prooi vallen aan je kind of andersom. De meeste kinderen leren daar snel van als ze een haal gekregen hebben, maar leer je kind wel dat ze het beest niet aan de staart mogen trekken etc.
Een konijn is een huisdier wat je goed met kinderen kunt houden, want die zit over het algemeen in een kooi die ze niet open kunnen maken. Als dat wel lukt is je kind erg sterk of heeft hij/zij de leeftijd om er verantwoordelijk mee om te gaan. Zorg dat het konijn wel aan je kind went, zodat het beest niet zomaar gaat bijten.
Hamsters kun je met kleine kinderen beter niet aanschaffen, omdat ze op een bepaald moment nieuwsgierig worden en willen zien wat er in het kooitje zit waar ze net niet bij kunnen. Ze zullen de meest onmogelijke stunts uithalen om bij de kooi te kunnen. Deze kooitjes gaan ook iets makkelijker open dus is er ook nog het gevaar dat je kind er een hamster uitpakt en van dichtbij wil bekijken. Ze weten alleen niet dat je niet te hard mag knijpen en dan kan het gebeuren dat de hamster doodgeknepen wordt.(ik spreek uit ervaring met mijn zoontje!)
Knip uit het witte karton een strook die om je hoofd past. Maak de strook ongeveer 8 cm breed. Knip de veer uit het gekleurde karton en bestempel de veer aan beide kanten met de stempelstiften. Maak met de stempelstiften de strook mooi. Meet de strook om je hoofd en niet het vast. Knip dan uit het crêpepapier een groot vierkant (je kunt wanneer het crêpepapier nog opgevouwen is vier keer afrollen en dan afknippen) wat je vastniet rondom de strook. Je krijgt dan een 'bolhoedje'. Als laatste niet je de veer aan het crêpepapier. Je kan nog je naam erop zetten zodat je zwarte Piet helpt met je naam te herinneren. Hij is het vast weer vergeten.
Hoe zit dat nou precies met die amandelen? Het lichaam van de mens is uitgerust met een uitgebreid lymfekliersysteem om infecties te bestrijden. Een onderdeel daarvan zijn de neus- en keelamandelen. De keelamandelen zitten in de keel links en rechts van de huig. De neusamandel zit boven het zachte gehemelte achter de neus; links en rechts van de neusamandel begint de buis van Eustachius. Er bestaat ook nog een tongamandel, achter op de tong, maar die geeft zelden problemen. Soms raken de amandelen ontstoken als ze de hoeveelheid binnenkomende ziekteverwekkers niet aankunnen. De amandelen zwellen dan op. Bij de neusamandelen kan dit zorgen voor een voortdurende neusverkoudheid, slecht kunnen slapen, snurken, veel door de mond ademen en oorontstekingen. Als de keelamandelen opspelen kan dit keelpijn en slikklachten geven en zelfs moeheid, hangerigheid, slechte eetlust en slechte adem teweegbrengen. Zeer grote keelamandelen kunnen zelfs de ademhaling belemmeren.
Amandelen Keelamandelen zijn amandelvormige orgaantjes. Elk kind heeft twee keelamandelen en een neusamandel. Zij bestrijden als een soort poortwachters de ziektekiemen die door de neus en de mond willen binnendringen. Als de keelamandelen een aankomende infectie bestrijden, worden zij groter en zijn zij goed te zien achter in de keel. De neusamandel zit achter de huig en is voor ouders minder makkelijk te ontdekken.
Operatie Het knipppen van de keelamandelen is een operatie die tonsillectomie wordt genoemd. De ingreep gebeurt onder narcose. Verreweg de meeste van deze operaties worden uitgevoerd door met een snelle handeling de amandel met een speciale tang als het ware van zijn steel 'af te knippen'. Het bloed dat uit het wondje komt, mag niet in de luchtpijp komen en moet direct door het kind worden uitgespuugd. Daarom mag de narcose niet langer duren dan tot net na het moment waarop de laatste amandel is geknipt. De pijn die een kind voelt na de korte narcose, in combinatie met het spugen van bloed, verklaart voor een deel waarom de kinderen deze ingreep zovaak als traumatisch ervaren.
Wel of niet knipppen? Het is niet duidelijk in welke mate opgezette en ontstoken keelamandelen van invloed zijn op de gezondheid van een kind. Ook KNO-artsen verschillen daarover van mening. Bij één en hetzelfde kind zal de ene arts adviseren de amandelen te laten knippen, terwijl de andere arts zal aanraden ze te laten zitten. Iedereen is het er echter wel over eens dat het nodig is de keelamandelen te knipppen als ze zo groot zijn dat tijdens de slaap de ademhaling soms hapert doordat de luchtweg wordt afgesloten.
Huisartsen verwijzen kinderen met keelklachten niet meer zo vaak als vroeger naar de KNO-arts. Doorverwijzing wordt pas overwogen als een kind in de loop van een jaar meer dan vier keelontstekingen heeft gehad. Bij kinderen die erg veel last hebben van vocht achter het trommelvlies (slijmoortjes), wordt soms de neusamandel weggehaald. Als deze kinderen geen duidelijke keelklachten hebben, is het niet zinvol om ook de keelamandelen te laten knippen.
Het is voor ouders soms niet eenvoudig een goede beslissing te nemen. Bij twijfel is het vaak verstandig om gewoon een periode af te wachten. De operatie is zelden spoedeisend. Naarmate kinderen ouder worden, bouwen ze meer weerstand op. Kinderen van zeven jaar en ouder krijgen dan ook minder vaak keelontstekingen dan jongere kinderen. Ouders die ongerust blijven omdat ze het gevoel hebben dat hun kind niet goed gedijt, zouden met hun huisarts kunnen bespreken of het zinvol is een kinderarts te raadplegen.
Misvattingen Keelamandelen krijgen vaak de schuld van heel wat kinderkwaaltjes. Dat is niet terecht, want ze werken juist als ziektebestrijders. Als de keelamandelen hun werk doen en een aankomende infectie bestrijden, worden ze groter. Dat wil nog niet zeggen dat ze eruit moeten. Dit is één van de misvattingen rondom keelamandelen. Er zijn er meer.
Het is een misvatting dat het knippen van de keelamandelen de behandeling bij uitstek is voor kinderen die slecht eten, lastig zijn, zich slecht kunnen concentreren of leerproblemen hebben;
Het is een misvatting dat het knipppen van de keelamandelen voor hele jonge kinderen minder traumatisch is dan voor schoolkinderen;
Het is een misvatting dat het knipppen van de keelamandelen op de kinderleeftijd minder pijnlijk is dan op volwassen leeftijd.
Peet is mijn broer. De kinderen zien hem heel graag. Als hij eens op bezoek komt, worden jorn en jelke wild. Dan willen ze met hem spelen en gek doen!Ze laten hem niet met rust.
Verwarm de oven voor op 160 ºC. Zeef de bloem met het bakpoeder in een kom. Maak een kuiltje in het midden en doe daarin de stroop en de specerijen. Roer alles vanuit het midden goed door elkaar en maak een stevig deeg. Smeer een bakblik in met margarine, druk er knikkers van het deeg op en bak ze in een matig warme oven in circa 15 minuten lichtbruin en gaar. Je kan controleren of het gaar is door er met een naald in te prikken. Wanneer deze droog blijft, is het gaar.
Het is niet 123 te zeggen wanneer je kind toe is aan zakgeld, de een is er eerder toe dan de ander. Toch kun je zeggen dat er ongeveer vanaf een jaar of 6 een kind meer belangstelling krijgt om over een eigen geldje te beschikken. Het is een goede gelegenheid om te experimenteren met geld en dat kun je beter doen met 50 eurocent dan later met 500 euro!
Bepaal van te voren wat je kind van het zakgeld moet betalen, mag hij of zij het vrij besteden of is er een deel wat gespaard moet worden om bijvoorbeeld een kadootje voor broer of zus te kopen. Je kunt bijvoorbeeld ook af spreken dat er b.v geen snoep van gekocht mag worden. Blunderen is toegestaan met zakgeld, meteen alles uitgeven betekent dat er op een later moment iets niet gekocht kan worden.
Als het kind ouder is geworden kun je al begeleidend handige tips meegeven. Uitleggen dat het bijvoorbeeld handig is meerdere winkels te bezoeken als je iets wilt kopen, even kijken wat het kost bij een andere winkel scheelt misschien wel een week zakgeld! Ook is het handig te leren dat je een bonnetje vraagt als je die niet krijgt, als iets kapot is of geruild moet worden! Kinderen zijn soms bang om dit te vragen.
Soms is het even de tanden op elkaar houden als je kind weer knikkers of prulding heeft gekocht. De eigen ervaring is heel waardevol, je kind leert van een miskoop, spaart misschien langer door voor iets wat niet snel stuk gaat of denkt wat langer na voordat hij of zij wat koopt. Tijdens je eigen aankopen kun je je kind laten zien waar je zelf op let. Het is beter het zakgeld niet als sanctie middel te gebruiken, als je dit of dat niet doet dan................
Onderstaand overzicht geeft aan wat er gemiddeld aan zakgeld wordt gegeven aan kinderen. Pas bedragen aan als er ook andere zaken als kleding, abonnementen enz van moeten gekocht. Deze bedragen kunnen dan wat aan de lage kant zijn. leeftijdzakgeld per week 6-7 jaar minder dan 1,15
Jorn zit met 16 kindjes in de klas. En als er iemand jarig is, moet iedereen een tekening maken. Vandaag moest Jorn een tekening maken voor Arend. Die is deze week jarig.