Sommige zwemmers trachten hun ogen te beschermen en zetten
een zwembrilletje op.
Omdat dit vooral een bescherming moet
bieden tegen irritatie door het chloor en een te lage pH wordt
het ook wel een "chloorbrilletje"genoemd.
Het zwemmen met een dergelijk brilletje aan de wateroppervlakte
is geen probleem. De situatie verandert volledig als het hoofd bij
het onder water zwemmen, duiken of plankspringen volledig onder
water wordt gebracht.
Indien een zwemmer zich een halve meter onder water bevindt,
ondervindt zijn lichaam een druk van 1,05 atmosfeer.
Zijn weefsels staan dan wel onder deze verhoogde druk,maar dat
behoeft voor de lucht in luchtwegen en bijholten niet het geval te zijn.
De druk in deze organen kan nog 1 atmosfeer bedragen. De ruimte tussen de ogen en het brilletje is een kunstmatige bijholte
waarin de druk 1 atmosfeer bedraagt. Deze druk kan niet verhoogd
worden, met andere woorden, een zwembrilletje laat zich niet bijblazen
zoals een duikbril.
Door het drukverschil kan er vocht uit de slijmvliezen treden.
Dit verschijnsel staat bekend onder de naam "squeeze", letterlijk:
uitpersen. Aangezien ook het losmazige weefsel van de oogleden onderhevig
is aan het verschijnsel squeeze, kan er vocht uittreden, hetgeen
resulteert in het dichtzwellen van de oogleden, soms zelfs in
verbloeding ervan. Mochten de ogen erg gevoelig zijn voor de zuurgraad of voor het
chloor dan is slechts een duikmasker, waarbij de neus zich in
het masker bevindt, toegestaan bij het onder water zwemmen. De zwemmer kan in dat geval de druk binnen wel gelijk maken
aan de de druk buiten, door via zijn neus lucht in het masker naar
behoeven bij te blazen, wanneer de druk op de ogen en op het oor
(trommelvlies) onaangenaam begint te worden.
Geef de informatie door !
|