Op reis
Hei schat, laat ons de auto nemen : we gaan op reis; jij zegt waarheen. Naar Duitsland, Frankrijk of Bohemen of overal ergens nergens heen...
Wij stoppen niet en blijven rijden tot er een nieuw landschap verschijnt : gouden bergen, heuvels of weiden waarop een sappig zonnetje schijnt...
Men spreekt er gek, gebruikt er rare woorden. Massa's bloemen en bomen ruisen er luid een vrolijk lied in ongekende akkoorden en vogels kwetteren hun vreugde uit...
We zullen daar zeker niet verdwalen : want alle wegen staan al op de kaart. 't Is onnodig om te weg te vragen; de GPS heeft die klus geklaard...
En mocht de wagen het begeven -je weet dat zoiets soms kan zijn- zal dat de pret toch niet bederven : dan nemen we gewoon de trein !...
© Fons Wilms 09.07.2019
|