Ik ben fons, en gebruik soms ook wel de schuilnaam folion.
Ik ben een man en woon in de omgeving van Antwerpen (België) en mijn beroep is niet meer belangrijk sinds ik op pensioen ben....
Ik ben geboren op 15/08/1946 en ben nu dus 77 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: .
heel gevarieerd : bij goed weer zitten wij in de tuin of op de fiets... Anders schilder ik wel eens wat en heel af en toe pleeg ik ook wel eens een gedichtje...
'k Tracht elke dag te genieten van het leven ...
Beoordeel dit blog
aemechtig
'aêmechtig' : het machtige gevoel om soms je adem te verliezen...
08-08-2018
Afscheid
Met pijn in het hart, tranen in de ogen en een krop in de keel
moeten wij u meedelen dat na ruim 20 jaar ons
Sammeke
verhuisd is van onze schoot naar de kattenhemel.
't Ging al een tijd niet goed met hem; zijn rug was stijf en zat wat klem; zijn pootjes trilden als een riet maar slapeloosheid had hij niet...
Al na een ochtendtoertje wat moe ging hij dan naar zijn mandje toe waar hij daarna de ganse dag in zijn nestje te slapen lag...
De rakker is nu heengegaan; zijn mandje blijft nu hier leeg staan; maar één ding weten wij gewis : dat hij nu in de hemel is...
Hij is daar vrolijk en nooit bang en hij slaapt daar nu dagen lang; heeft nooit meer pijn; nooit meer verdriet en slapeloosheid kent hij niet...
Een vlotte, welbespraakte meid was op een dag haar stemmeke kwijt. En zoiets zit beslist niet goed, vooral als je iets zeggen moet... Ze zocht en zocht... en vol verdriet zei ze :"Ik vind mijn stemmetje niet ... Hoe ik ook zoek : 'k vind het niet meer !.." Toen ze dat zei, toen had ze het weer...
Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar. Eindelijk is het ogenblik daar waarop ik niets meer hoef te doen. Ik ga namelijk met pensioen. Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar.
Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar. Nooit meer heibel in de klassen, nooit meer bergen paperassen. Nooit zal ik nog ruiten zetten of na 't vechten wonden betten; Nooit als laatste 't licht uitdoen, nooit meer bedeltochten doen; nooit meer 's morgens vroeg de bussen nooit meer angst of woede sussen. Ik herhaal graag nog een keer : Nooit, nooit, nooit, neen, neen, nooit meer ! Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar.
Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar. Nooit stel ik 's morgens nog de vraag : "Wel, jongen, hoe is 't vandaag ?" Nooit krijg ik nog tekeningen nooit komt men nog bij mij zingen, nooit meer sint of kerstman spelen nooit meer liefde en leed delen. En het is echt niet gelogen : 'k krijg wat water in mijn ogen. Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar.
Hip, hip, hip... Hip, hip... Hoe raar. Wat mij nu toch wel verblijdt zijn die zeeën vol met tijd. Ik kan wandelen, ik kan fietsen of een dag lang lekker nietsen. Ik kan schilderen, ik kan vissen, ik kan metselen, ik kan klussen, ik kan de tuin een kuisbeurt geven; ik kan fluiten, ik kan leven ! Hip, hip, hip... Hip, hip... HOERA !