De Smet leerde begin oktober tijdens zijn strandvakantie in Sousse een Tunesische man kennen. 'Toen we intiem werden in de tuin van een verlaten hotel, stonden twee minuten later plots politieagenten rond ons. Ik werd in de boeien geslagen, hij niet. Ik ben er vrij zeker van dat die man voor de politie werkte', zo verklaart hij.

Omdat homoseksuele contacten verboden zijn in Tunesië, werd De Smet veroordeeld tot drie jaar effectieve gevangenisstraf. Zijn vrienden en familie wisten aanvankelijk niet dat hij in een Tunesische cel zat. Pas toen collega's in de Gentse gevangenis het bizar vonden dat de cipier niet kwam opdagen, werd duidelijk dat hij Tunesië nooit had verlaten.

'Mijn familie heeft een goede advocate in de arm genomen. Zij maakte dat mijn straf in beroep werd veranderd in zes maanden effectieve celstraf. Omdat ik al meer dan de helft van mijn straf had uitgezeten, mocht ik de gevangenis daags voor de jaarwisseling verlaten. Geen dag te vroeg, want ik ging er mentaal kapot', klinkt het.

'Meer dan drie maanden heb ik op de grond gelegen. Geen bed. Geen matras', aldus De Smet. 'Ik werd er behandeld als een beest.'