Mijn stamboom wordt steeds bijgewerkt door middel van persoonlijke opzoekingen in allerlei archieven. Ik mocht gebruik maken van het reeds gedane opzoekingswerk van andere amateur-genealogen onder meer Jef Guldentops, Sylvain Minoodt, Antoon Petillion, Luc Petillion en vele anderen.
Deze blog heeft als enige functie een vergaarbak te zijn van de info, voor het merendeel her en der op het internet verzameld. Op de een of andere manier houdt het verband met de stamboom. Voor de stamboom kan u terecht op http://gw.geneanet.org/hubert24. Om privacy redenen zijn de gegevens van <100 jaar enkel toegankelijk voor wie over een paswoord beschikt. Mocht iemand bezwaar hebben tegen weergegeven info, laat het mij weten, deze info wordt dan onmiddellijk verwijderd.
genealogie families Guldentops - Boone
Stamboom Hubert Guldentops
zie: http://gw.geneanet.org/hubert24
Een beetje van alles... het familiale heden en verleden... van pure roddels, mythen en sagen tot onverbloemde waarheden...
Onder het motto 'als hij het kan kunnen ze het allemaal' mocht ondergetekende twee verschillende types trolleybus uittesten te Gent... Uiteindelijk werd door De Lijn voor geen van beide types gekozen maar voor een hybridebus, in afwachting van de eventuele 'vertramming' van lijn 3 te Gent. Zou dit iets zeggen over de kwaliteiten van de testpiloot ? Links de trolleys zoals zij vandaag nog rondrijden in de Genste binnenstad en waar ik mijn dagen mee vul.
Ik ben een afstammeling van de vijfde generatie van Benedictus Boone.
Maw Benedictus is de grootvader van mijn overgrootvader (Remigius Remi Boone).
Benedictus zelf was koster en zijn oudste (Fredericus) en jongste zoon (Leopoldus) werden dat respectievelijk in Kwaremont en Zeveneken.
Leopoldus werd in Zeveneken opgevolgd door zijn oudste zoon Karel August die gedurende een periode een schepenambt in zelfde gemeente waarnam.
De twee volgende zonen van Leopoldus, Camillus Maria en Maria Theodorus Leonardus, werden beide priester, de daaropvolgende dochter huwde een apotheker en de jongste, Remigius, werd apotheker te Gent.
Remi werd, als apotheker, opgevolgd door zijn zoon Robert Boone (mijn grootvader).
Aloysius Teurrekens1842-1910 koster eerste te Voorde, nadien te Gentbrugge Gehuwd met Frederika Torrekens.
Ik ben een afstammeling van de 4de generatie van een nicht van Frederika Torrekens.
Elke parochie kent tientallen, soms honderden, vrijwilligers die een belangrijke rol spelen in het dagelijkse functioneren van de kerk. Sommigen treden regelmatig op de voorgrond. Anderen zijn vooral stille werkers achter de schermen. Één ding hebben ze gemeen: de kerk kan niet zonder hun inzet. Neem nou: de koster.
Koster komt van het Latijnse woord custos, wat deurwachter of bewaker betekent. De koster bewaakt de kerk en de inventaris. Koster is een heel oude functie. Al in het jaar 251 schrijft paus Cornelius dat elke kerk een sleuteldrager nodig heeft. Eeuwenlang behoorde het kosterschap tot de zogenaamde lagere wijdingen, net zoals de acoliet en de lector. Deze functies werden gezien als een eerste stap naar het priesterschap. Later bepaalde het concilie van Trente (1545-1563) dat ook leken de functie van koster kunnen uitoefenen en het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) bepaalde dat ook vrouwen koster kunnen worden. Voordien waren vrouwelijke kosters alleen in kloosters te vinden.
Lange tijd hing er rond het kosterschap een zweem van geestelijkheid. In veel parochies was bepaald dat de koster ongehuwd moest zijn. Ook werd van hem onberispelijk gedrag gevraagd: cafébezoek, carnaval vieren, al te uitbundige kleding dragen was verboden. De koster moest voortdurend beschikbaar zijn en zelfs als hij een keer de parochie wilde verlaten, moest hij vooraf toestemming aan de pastoor vragen.
In het nieuwe kerkelijk wetboek wordt de koster niet meer apart genoemd. En de meeste parochies hebben ook geen betaalde koster meer in dienst, maar een vrijwilliger. Dat neemt echter niet weg dat een koster onmisbaar is en dat zijn taken eerder uitgebreid zijn dan ingeperkt. Want in veel parochies doet de koster nu wat een van de geestelijken vroeger deed: de zorg voor de misdienaars, het noteren van misintenties of het maken van doopafspraken. Daarnaast blijft hij of zij natuurlijk zorgen dat het kerkgebouw er piekfijn uitziet voor de vieringen
'Deze pagina geeft informatie over mijn activiteiten en projecten, en dient als startpunt voor iedereen die graag wat meer over mij wil weten. Ik ben voortdurend bezig met het aanvullen van de verschillende secties met interessante informatie. Het loont dus de moeite om af en toe eens te komen kijken voor nieuwe dingen!'
Hubert Guldentops is een neef van een ouder van Xavier Janssens.
Pastoor gaat met pensioen ALVERINGEM - Antoon Petillion heeft zijn laatste mis opgedragen in de Sint-Audomaruskerk van Alveringem. Hij was er 24 jaar pastoor. De man is 74 en gaat met pensioen, al blijft hij niet in zijn zetel zitten. Antoon Petillion werd in Boezinge geboren op 15 december 1933. Hij is priester gewijd in 1960 en gaf een tijd les aan het Klein Seminarie in Roeselare. Op 8 september 1972 benoemde de bisschop hem tot medepastoor in Dadizele. Hij werd op 11 juni 1984 pastoor in Alveringem. Nu, 24 jaar later, gaat hij met pensioen naar Ieper.
'De mensen zijn overal gelijk. Toch zal ik mijn parochianen missen. Het is goed volk. Ik zal voor hen altijd hun pastoor blijven', zegt Antoon Petillion. 'Ik kende nog de luxe van pastoor te zijn met één parochie. Wat mij in die 24 jaar het meest vreugde verschafte? Ik zag mijn kerkgebouw van binnen steeds mooier worden. Toen ik hier arriveerde was het net een koeienstal. Ik bewaar ook mooie herinneringen aan mijn vele huisbezoeken. Bovendien kon ik nog elke zondag rekenen op zo'n 150, 200 mensen in de mis.'
Antoon Petillion krijgt geen opvolger meer als pastoor van Alveringem. Voortaan is Jaak Perneel federatiepriester voor zowel Beveren, Stavele, Leisele, Izenberge als Alveringem. Pastoor Petillion zal in Ieper niet in zijn luie zetel gaan zitten. Hij blijft er onder meer actief als hulppriester. (mma)
Het Nieuwsblad dd 08/01/2008
Hubert Guldentops is een zoon van een nicht van E.H. Antoon Petillion.
'In the town of Fleurbaix, the marriage records from 1567-1675 show several members of the Petillon family there(24). Within this region is a small village by the name Pètillon. It was apparently from this village that the family took its name. The town name was derived from the verb "petiller" which in Old French meant boiling with anger, furious, or very agitated.'
Vlgs. Luc Petillion: Petillon heeft verder niets te maken met het werkwoord petiller zoals de auteur stelt. Het is een Oud- Frans woord dat stekelig uitsteeksel betekent en meestal wordt vertaald door naald (b.v. de angel van een insect of de uitsteeksels van naaldbomen) (zo kwam in Vlaanderen ook de familienaam Naelde voor). Of de familie zijn naam dankt aan de plaats, dan wel omgekeerd, dient verder onderzoek nog uit te wijzen
Herk Van, Van den Her(c)ke, (van) Her(c)ke, Van Herck(e), Van Hercq, Van Herque, Van Erk, (van) Erck, Vannercq, Van Harck(e), Har(c)k, Harcq, Herckx, Herks, Herx
Familienaam afgeleid van de plaatsnamen St.-Lambrechts-Herck en Herk-de-Stad (Limburg). Waarbij de Herk de rivier is die er stroomt.
1. Verwijzing naar het volksvoedsel bij uitstek 'bonen': mogelijk afgeleid van een beroepsnaam die ernaar verwijst, kweker, planter, ...
of misschien wel gebruikt als misprijzende naam voor iemand die dan maar vergeleken werd met de geringe waarde van een boon.Mogelijk is er zelfs een verbinding met de vroegere manier van stemmen door middel van een boon.
2. Patroniem afgeleid van Bonifacius of van Bono (Germaanse voornaam).
In 1935 publiceerde Marie Gevers het verhaal 'Guldentop', het verhaal over de 'brigand' uit de Franse tijd die een geregelde bezoeker is van het kasteel Mussenburg.
Sinds zijn onthoofding op de Grote Markt van Antwerpen op 30 oktober 1799 doolt de geest van Cornelius Guldentops rond in de omgeving van het kasteel Mussenburg. Hier werd hij in 1799 door de gendarmen aangehouden, na een schot in zijn been. Zijn gestolen bezittingen zou hij verborgen hebben op het domein Mussenburg. Het onthoofde spook is nu op zoek naar zijn verborgen schat.
Bron : Dr. R. VAN PASSEN, Geschiedenis van Edegem, 1974 Edegem, p. 215.
Archives & Musée de la littérature asbl
Centre de recherche et de documentation littéraires et théâtrales de la Communauté française de Belgique
Qui est Guldentop ?
Il ne faut jamais effrayer le vol du rêve avec le revolver de la réalité.
Que faire de la vie, si tous les Guldentop de lenfance nous manquent ?
Marie Gevers, Guldentop, Labor, « Espace Nord », p. 100
« Guldentop », mot quon pourrait traduire en français par « Tête dor », était un bandit de grand chemin, un séducteur, un espiègle.
Il fut décapité sous le régime français, à la fin du XVIIIe siècle. La légende dit quayant perdu la tête et donc la mémoire, il cherche sans relâche le lieu où il a caché son trésor.
Le dossier de son arrestation, dont il existe une copie aux AML, y révèle notamment que la blessure à la jambe de Guldentop sétait aggravée jusquà la gangrène et quil fallait, pour que lexécution soit conforme aux règles, absolument trouver une chemise rouge !
Cest un fantôme unique en son genre. Il vécut longtemps dans la région dAnvers, précisément à Missembourg, propriété où Marie Gevers passa son enfance, grandit et éleva ses enfants, notamment Paul Willems.
Dans les récits quelle nous a laissés, Guldentop apparaît tantôt sous les traits dun maraudeur, tantôt sous ceux dun beau jeune homme blond, tantôt sous ceux dun pendu, parfois sous la forme dune branche qui cogne contre la vitre.
Les activités du fantôme ne sont jamais prévisibles, il samuse à retourner les chambres, à nouer les queues des vaches, à effrayer les forts à bras. Cest un courant dair poli envers les dames. Il les salue lorsquil les croise.
En 1922, Marie Gevers, alors âgée de 39 ans, publie dans Ceux qui reviennent dix récits où se dessine la silhouette de Guldentop. Augmentés de cinq autres, ils paraîtront en revue, puis en volume dans la célèbre collection Durendal en 1935.
Mais les pages trop souvent fermées dun livre ne pouvaient retenir longtemps un Guldentop.
Depuis quelque temps, il sest mis à hanter les murs et les rayons des AML. Sa curiosité et son goût des trouvailles nont pas disparu avec lâge. En dilettante, il parcourt les dossiers profondément enfouis ou les plus surprenants ; parfois sempare dun texte avant même que les archivistes naient eu le temps de bien lexaminer, et le fait resurgir de façon toujours imprévue.
Nous ne résistons pas au plaisir de vous montrer la photographie que Paul Willems a prise du fantôme lorsque Guldentop hantait encore Missembourg. Ceux qui lont croisé en nos murs disent quil na pas changé
Etablissement Guldentops was een Belgische vliegtuigbouwer van voornamelijk lichte sportvliegtuigjes.
Guldentops werd in 1930 opgericht in Evere door de Brusselse Jef Guldentops. Deze had al enige vliegtuigen ontworpen bij Orta-St. Hubert, maar begon daarna voor zichzelf. Hij ging samenwerken met René Bulté. Op basis van de C-1, een ontwerp uit de Ort-St. Hubert tijd, ontwikkelde hij het meest succesvolle vliegtuig uit zijn carrière, de Saint Michel SG-2. Er werden er negen gebouwd waarvan één versie met gesloten cockpit. In 1937 zei Jef Guldentops de samenwerking met René Bulté op, waarna de fabriek in 1939 de deuren moet sluiten
Vliegtuigtypen
Saint Michel SG-2
Sportvliegtuig, tweezits hoogdekker, propeller
"Orta St Hubert build the designs of Jef Guldentops, who served in Beaumarais during World War One. The Guldentops machines were pleasant small training and touring aircraft but the production stayed limited. Comparing with aircraft industries in other countries, the Belgian aircraft builders were not very successful working mainly on small series for the local needs." voor volledig artikel zie: http://www.baha.be/Webpages/Navigator/Belgian_Aviation_History/Industry/sabca.htm
Waarom lijden... als de wonderpil en -zalf bestaat ?
In België is reclame voor geneesmiddelen enkel toegelaten voor medicatie die zonder voorschrift bij de apotheker te verkrijgen is.
'Genezing in 24 uren SNOT. Wie zijne lieve duifjes, hennen en andere vogelen van die wreede ziekte wilt genezen vraagt de Anticeptic Volatil aan 1,30 franc de flech, per post bij Apotheek Remi Boone.'
De eerste steen van de brouwerij werd in 1892 aan de Hasseltsestraat gelegd door Charles Van Herck. In 1900 nam zijn zoon (op 16 jaar) de brouwerij over van zijn vader. In 1933 kreeeg Henricus een zwaar ongeval met paard en kar en stopte de eigen brouwaktiviteiten. Werd bierdepot van de brouwerij Haacht. Op 10 mei 1940 werd het brouwershuis door de Duitsers beschoten. Charles vluchtte met zijn zoon Henricus en kleindochter Edmée naar Frankrijk. Tijdens de vlucht stierf de zieke Charles. Hij werd in Frankrijk begraven. Na de oorlog werden de gebouwen verdeeld. De enige zuster van Henricus erfde het brouwershuis, Henricus de brouwerij en de voormalige maalderij. In 1955 werd alle activiteit stop gezet. Henricus was te oud geworden en een opvolger was er niet. Edmée liet de gebouwen afbreken en bouwde er een nieuw huis. Na het overlijden van haar echtgenoot verkocht zij de villa en vertrok naar Schaffen.
Hubert Guldentops is een neef van de 3de generatie van Carolus Henricus Van Herck.
Immers:
Henricus Joannes Van Herck
Maria Anna De Bruyn
zijn tegelijkertijd
de ouders van Carolus Henricus Van Herck
voorouders van de 4de generatie van Hubert Guldentops