Ach beste vriend, het is een droef verhaal Als iemand is ontslagen uit het hospitaal Dan beseft hij wat hij altijd heeft geweten Dat al zijn schoonheid stilaan is versleten
Het smalle harde bed waarin men wordt gedropt Het feit dat de natuur het lichaam heeft gefopt De hospitaalervaring is een harde wrede les Men wordt gedwongen om te pissen in een brede fles
Midden in de nacht wordt men soms opgeschrikt Het angstzweet dat men naast het flesje heeft gemikt Het is wreed, onhandig en zeker mensonwaardig Hoewel na ietwat oefening lukt het best al aardig
Het is een droef verhaal,, ik zit hier nog te zuchten Ik moet naar buiten om eens mijn verdriet te luchten Gelukkig kreeg ik gisteren nog vrienden op bezoek Bedankt, bedankt, jullie hart is als van peperkoek
Deze morgen bij het ontwaken Kon ik niet vlot uit bed geraken Mijn benen deden pijn en zinderden Het waren scheuten die mij hinderden
Uiteindelijk geraakte ik toch uit bed Maar, waar had ik nu mijn sloefen gezet? Na wat gezoek heb ik ze toch gevonden Mijn sloefen stonden waar ze altijd stonden
Zoals steeds was mijn pijama verrompeld En zo ben ik die draaitrap afgestrompeld In de keuken zat een vrouw, ze keek content Maar het probleem was, ik had haar niet herkend
Goede morgen mevrouw, wat doet gij hier ? De vrouw keek boos en noemde mij een klier Ik ben je vrouw, gij oude stomme kloot !! Ik herkende haar stem en schaamde mij dood
Bij het ontbijt wist ik eigenlijk niet wat ik at Het was brood, maar het smaakte als patat Dit was vreemd en ik vroeg mij af waarom Ik nam de koffie, maar stootte het kopje om
Toen hoorde ik een scherp rinkelende toon Ik sprong recht en holde naar de telefoon Ik nam de hoorn af en had mij pas gemeld Toen er iemand luid aan de voordeur had gebeld
Aan de telefoon hoorde ik niets en ik legde dicht Ik ging naar de voordeur en daar stond een verre nicht Ik groette haar en zei dat ze binnen komen zou Die nicht zei:Stomme kloot, ik ben je vrouw !
Ik ging naar de dokter en vertelde hem mijn probleem En toen vroeg hij :Heb je nog krampen in je houten been? De dokter bekeek mij heel schrikbarend aandachtig Ik merkte dat hij vreemd keek, ietwat neerslachtig
De dokter bewoog niet toen ik uit zijn kamer sloop Voor die sukkel is er waarschijnlijk geen hoop Ik zou wel zoeken naar een passende kuur Ik ging naar huis, maar belandde bij de buur
Mijn buurman was verrast en vroeg wat ik kwam doen Ik zei dat ik thuis was, maar weg moest tegen de noen s Middags ging ik weg naar het huis ernaast Die vreemde vrouw was daar ook en keek ietwat verbaasd
Ik heb ze allemaal bezocht Omdat dat van de Meester mocht
De aarde draait omheen de zon Men zegt dat al het leven hier begon Dat is niet waar en ík kan het weten Er is leven op al die andere planeten
Als ons verblijf hier stopt, begint een nieuwe reis Niet denken ! Een mens geraakt daaruit niet wijs Het aardse licht verdwijnt; dat is wat ik weet Ik zie dat want ik kom van een andere planeet
Hoeveel dagen nog te gaan ? Een mens denkt daar bijwijlen aan Hoeveel dagen zijn er al voorbij ? Die gedachte maakt wel niemand blij
Is het einde wel een nieuw begin ? Een nieuw begin van God weet wat En als dat zo is, wat is dan de zin Van alles wat men hier op aarde had ?
Waarschijnlijk is ons zijn op aarde Zo zinloos als iets maar kan zijn Het zijn is schijn en heeft geen waarde En dus is het leven een fictieve lijn
Maar waar loopt die lijn dan wel naartoe ? En waar komt die fictieve lijn vandaan ? Van al dat denken wordt een mens zó moe Zeker is dat wij allemaal de laan uit gaan
Intussen weet men niet hoeveel dagen nog te gaan Als men dat weet ,dan sterft men al een beetje Leef dus van dag tot dag, denk er maar niet aan Geloof in het hier en nu, want dan leef je
Jantje zag eens pruimen hangen vertaald in komisch Engels
Johny saw es proimen hanging
Johny saw es proimen hanging Oh ! As chicken eggs so groot It seemed that Johny would go plucking While his father 't him forboad. He thinks: as I will be very clever Then my father sees it not On this tree so full of prumkes He will not have it in the mot. So Johny clautered in the prumetree Stack his pockets full of fruit But he mistrapped on a tackske And fell down, flack on his snoot. All the prumes were spice now And the spice ran out of his brook It dripped softly in his couses Johny did not darf to look. And again he was not lucky Cause his father came there oan And he gave him such a ramling He could fourteen days not goan. That is how end the silly story Of little John, the proimenthief Even, with een lot of goesting he did it never more upnief
Het stond in de sterren geschreven Ik stapte nu uit het aardse leven Op weg naar het rijk van de Heer Wat wenst een brave mens nog meer ?
Aan de poort van de hemel stond een oude bode Ik ben Pieter;zei hij, geef mij je toegangscode Ik begreep dit niet en wist niet wat ik hoorde Pieter keek nors omdat mijn gedrag hem stoorde
Ik dacht altijd dat goed gedrag werd beloond En goed gedrag had ik mijn ganse leven getoond Maar Pieter zei dat de hemel was geautomatiseerd God was een machine die op computercodes functioneert
Daar stond ik dan, ontmoedigd en gefrustreerd Van die toestand had de kerk ons niets geleerd Ik denk nu dat zelfs de priesters dat niet wisten En dat ook zij en de kerk zich levenslang vergisten
Dan ben ik op mijn stappen terug gekeerd Nu had ik voor altijd mijn lesje wel geleerd Ik leef nu terug op aarde en ben best tevreden Weg met hel en hemel, ik blijf nog wat beneden
Met vijftig jaren ziet een man Abraham Een man begrijpt niet hoe dat allemaal kwam De toekomst bekijkt hij met ogen uit het heden Waarschijnlijk is de toekomst korter dan het verleden
Een zucht , een kreuntje en een droeve blik Hij leert de knepen van de niet zo jonge slimmerik Hij krijgt plots interesse in algemene esthetica Smeert in het geniep oogzalfjes en cosmetica
Bij de vrouwen ligt het anders, zij zien Sarah Zij begrijpen het wel, maar denken Insh Allah Zij joggen, diëten en fitnessen als een lieve lust Zij zijn wat ouder, maar zijn zich daar niet van bewust
Een zucht, een kreuntje en een droeve blik Ze verstoppen alles via extreme kosmetiek Sommigen geven toe aan hun eigen fantasie Gaan bij de dokter voor plastische chirurgie
Abraham en Sarah beseffen maar al te goed Dat zij comedie spelen, denken dat het moet In deze maatschappij is er geen plaats voor verval Uiterlijk vertoon en schijn heersen nu overal
Weet jij nog hoe het kleuterleven was Met al die kleine bengels in de klas ? Toen waren er geen gemengde klassen De meisjes mochten de jongens niet zien plassen
Wat toen de juffrouw zegde, zou gebeuren Iedereen in het blauw, geen andere kleuren Die kleine bengels moesten worden opgevoed Zij moesten leren wat niet mocht en wat er moet
God was toen de baas, die man wist alles best Niet denken jongens ! Zo werden wij verpest Als wij daaraan twijfelden, kregen wij een lel En wie niet onderdanig was, ging zeker naar de hel
Vandaag is daarvan haast niets nog gebleven Nu durven de kleuters de juf een schop te geven En vele ouders raken helemaal van hun stuk Als hun kinderen spreken van shit en fuck
Vroeger was het te weinig en nu is het teveel Ouders en leraren trekken niet aan hetzelfde zeel Beiden willen plezier en geld, maar ook kinderen En het zijn deze laatsten die hen veelal hinderen
Zoals velen heb ik die strenge opvoeding ervaren Maar al die regeltjes hebben mij niet kunnen bedaren Na de school maakten de overheden mij steeds banger Ik nam een roekeloos besluit en werd dan liedjeszanger
Misschien is vandaag de allerlaatste dag Dat dit kleine kereltje nog leven mag Toch zal ik gans mijn leven denken Aan wat ik dat ventje nog kon schenken
Waarom werd een kind nu toch geboren Als het zo jong het leven heeft verloren ? Is het zo dat God de mensen bemint ? Is Hij een vijand van het jonge kind ?
Een klein kind sterft toch nooit alleen Meestal heeft het de ouders om zich heen Een kind zien sterven is hard, dat weet je De ouders sterven dan ook een beetje
Maar kleine kinderen sterven niet Zij zijn weg omdat je ze niet ziet Maar zij blijven in gedachten voor altijd Zij leven verder in tijdloze eeuwigheid
Zucht ! Vanavond weer gaan eten ! Lachen en grollen, zeker weten Peter wordt dat toch stilaan moe Hij is weer aan het gewone toe
Vroeger at hij kip met het nieuwe jaar Nog nooit gehoord van champagne en caviaar Vandaag is dàt zelfs niet meer goed genoeg Ook hij eet die kul waar hij niet om vroeg
De meesten onder ons hebben nooit geweten Dat men vroeger zelden appelsien kon eten Vandaag eet men vruchten uit verre landen Niet met mes en vork, maar met de handen
Met nieuwjaar kreeg men nieuwe wanten Men wil dat niet meer, men wil diamanten Velen hebben geen geld, dat hebben ze niet Dus kopen ze die dure dingen op krediet
En dan de kindjes met de nieuwjaarsbrief Oppassen, want zij hebben ons toch zo lief En dan klinkt het van: Allerliefste peter Hoe meer je ons geeft, hoe beter
En dan geeft peter geld voor een kusje Maar de oude man voelt zich wel het knusje Peter denkt aan vroeger en wordt stil Het wordt nooit meer zoals hij het wil
En hij zucht en zal dus vanavond gaan eten Hij zal lachen en grollen, zeker weten Triestheid wordt met nieuwjaar best vermeden Verboden te denken aan een blij verleden
De katten waren beste maatjes Met helemaal dezelfde smaakjes En voelde de een zich wat ziekjes Dan gaf de andere steeds zachte likjes
Al jaren waren zij in hetzelfde huis Beiden voelden er zich gelukkig thuis Op een dag kon Poesje niet meer eten Een insect had haar in haar bek gebeten
Langstaart lag er stilletjes naar te kijken Wilde van Poesjes mandje echt niet wijken De veearts zei dat Poesje toch al oud was Dat hij de dood in haar koude oogjes las
De volgende dag is Poesje dan gegaan Langstaart kon dat eigenlijk niet verstaan Hij kon niet eten en lag stil in zijn mandje Maar ja, katten hebben een klein verstandje
Poesje werd in de tuin begraven En wat wij Langstaart ook nog gaven Hij was veranderd en wachtte langzaam af Tot ook hij een plaatsje kreeg in Poesjes graf
Het kind nam zijn peter bij de hand En leidde hem naar de fietsenstand Het kind zweeg en peter zei ook niets Het kind wees in de richting van een fiets
Peter richtte zijn blik op een roestig ding De fiets vertelde hoe het hem verging Niemand was in hem nog geïnteresseerd De tand des tijds had zijn gestel verteerd
Het kind rammelde eens aan een wiel Het rammelde tot het uit de kader viel Toen heeft het kind aan een band gevoeld Peter begreep wat het kindje had bedoeld
Hand in hand gingen beiden dan terug Peter legde zijn hand op kindjes rug Stilletjes maakte het kind aan peter diets Pas op jezelf of je wordt een oude fiets
Misschien geef jij daarom geen moer Maar er zijn ook kinderen in Darfoer Nieuwjaar is voor hen niet zo bekend Niet zoals onze kinderen, rot verwend
Ik wil dit en ik wil dat. En wel direkt ! Oma wordt kregelig als ze dat alemaal merkt Maar niet alleen de kleintjes zijn zo verwend Hun ouders hebben nooit wat anders gekend
Nu wordt die kleine kwaad en driftig Hij kijkt naar oma met oogjes oh! zo giftig Venijnig stampt hij met de voetjes op de grond Alsof op de ganse wereld alleen hij bestond
Opa neemt de kleine engerd op zijn knie Zacht vertelt hij de jongen iets .en zie Plots wordt de kleine stil, weg zijn de kuren Opa, wil jij mijn gameboy naar die kindjes sturen ?
Zoals elke week maai ik weer het lange gras Een werkje waarvan ik nooit begeesterd was Ik heb geen groententuin : ach mijn god ! Ik ken geen verschil tussen wortel en sjalot
Ik maai het gras omdat mijn vrouw dat zegt Het waarom daarvan heeft zij nooit uitgelegd Een gazon is onkruid dat steeds weer groeit Zoals gezegd, maaien heeft mij nooit geboeid
En dan de rozen en die hinderende planten Die hinderdingen staan ook aan alle kanten Ik rijd met de machine als een lenige akrobaat Bloemenschoonheid is iets dat mij helemaal ontgaat
Ik rijd maar naarstig verder, steeds over en weer Dat stomme maaien ondermijnt mij, meer en meer Vele jaren geleden dat deze dwaasheid ooit begon Ik hou niet van gras, eerder nog van groene beton
Na een paar lange uren is het werkje dan geklaard Zakken vol gras heb ik weeral eens vergaard Mijn vrouw roept dat ik de kanten nog moet doen Ik zet mij recht en gehoorzaam als een stomme oen
Je begrijpt dat ik geen fanatieke tuinman ben Dat ik van al wat groeit de beginselen niet ken Voor mij is een tuin een plaats rondom het huis En als ik een tuin heb, dan is dit per groot abuis
De kantjes zijn geknipt en alles is zoals het hoort Een kort moment heeft de tuin mij ooit bekoord Mijn vrouw merkte dat ik van de tuin kon genieten En als beloning mocht ik dan de bloemen gieten
Ik zit in een tuinstoel en val in diepe gedachten Wat je van een tuinman echt niet zou verwachten Mijn vrouw loopt rond van bloem naar plant Zij inspecteert elke door mij geknipte buitenkant
Mijn blik staat op oneindig, mijn verstand op nul Dat maaien en dat knippen,vind ik flauwe kul Mijn vrouw loopt glunderend heen en weer en keurt Het help niets, volgende week is het weer mijn beurt