Als hij er al is mag hij blijven. Als hij er nog niet is moet hij maar spoedig komen. Ik heb het over de zon. Hij is er nog niet. De lucht is nog grijs. Er hangt wat verre mist. De wind is matig en komt uit het noorden. Ik hoor Annemiek kuchen, dat betekent dat zij ook aan Morpheus armen is ontsnapt. Vandaag houden wij toezicht op de tuinmannen, die bij mijn zoon een nieuwe tuin aanleggen. Natuurlijk houden wij geen toezicht op hun werkzaamheden, maar moeten er voor zorgen, dat ze op tijd te drinken krijgen. De rest van de week hebben we vrij. De huisarts heeft me door verwezen naar de orthopeed. Daar moet ik vandaag een afspraak mee maken. De wachttijden zijn volgens de huisarts niet zo lang. Nu maar afwachten wat die orthopeed te vertellen heeft. Voor de vrijmarkt op zaterdag heb ik geen rommeltjes bij elkaar gepakt. Misschien het volgende jaar, als ik mijn berging op orde heb. De meeste rommeltjes verdwijnen naar de berging. Dingetjes, die je toch niet meer gebruikt. Misschien zijn het hebbedingetjes voor een ander. Ik ga zaterdag zelf wel snuffelen. Je weet maar nooit hoe een koe een haas vangt. Ik wens iedereen een heel genoeglijke dag.
|