Ik heb ergens gelezen : 'De toekomstige wereld zal solidair zijn of zal niet zijn ". Wat zegt de filosofie over het begrip 'solidariteit' ? De Amerikaan Richard Rorty concludeert in één van zijn boeken dat de meeste problemen bestaan vanwege een gebrek aan solidariteit. Maar, zegt hij, het is niet iets dat van nature tussen mensen bestaat. Solidariteit heeft voor Rorty niets te maken met identificatie. Het kan wel gecreëerd worden als mensen nadruk leggen op overeenkomsten en verschillen onbelangrijk achten. Het gaat er niet om dat iemand een andere cultuur, religie of huidskleur heeft. Om solidariteit te voelen hoeven we niet hetzelfde te zijn. Er is slechts één vraag van belang : 'Lijd jij pijn' ? Als ik deze vraag kan stellen en ik een bevestigend antwoord ontvang, wordt er solidariteit gecreëerd en zal ik mij inzetten om die ander te helpen. Lyotard1945.
Toen ik enkele jaren geleden met pensioen ging waarschuwde mijn omgeving voor de komende verveling, de leegte zonder werkjob. De verveling heeft in onze 24-uurs economie een slechte naam. Men verafschuwt haar en tracht haar uit het leven te verdrijven. De leegte waarmee de verveling ons dreigt te confronteren is ondraaglijk ! Maar wat is dat voor een leegte die ons in momenten van verveling tegen alle weerstand in wordt geopenbaard ? Zowel Heidegger als Verhoeven, twee overleden filosofen, zijn de verveling en leegte bijzonder goed gelegen. De verveling is de totale vrijheid, niet door een keuze ingedamd. De verveling biedt ons een kans op authentiek menselijk bestaan. We zouden haar (de verveling) in ere moeten herstellen ! Wie zich nooit verveeld is niet vrij, wie met alle middelen de verveling bestrijdt, bestrijdt de vrijheid. Leve de senioren die zich iedere dag vervelen ...
Volgens markies de Sade is het grootste genot een vader die met zijn getrouwde dochter de liefde bedrijft terwijl hij bij haar een hostie inbrengt. Zo pleegt hij vier misdaden tegelijk : overspel, incest, blasfemie en een verboden seksuele daad waarop in zijn tijd de doodstraf stond. Het genot komt dus, volgens de Sade, voort uit de overschrijding. Hoe verbodener, hoe geiler. Tegelijkertijd beroept de Sade zich op het Verlichtingsdenken. De mens moet zich laten leiden door zijn verstand. God bestaat niet. De moraal en de wetten zijn nergens op gebaseerd. Toch stevent zijn filosofie af op een paradox : In een wereld waarin alles is toegestaan, is het sadeaanse genot onmogelijk. de Sade vertegenwoordigde het absolute kwaad in zijn tijd.