te gast bij Wim Helsen, Ronald Giphart met een gedicht van Martinus Nijhoff
Haar laatste brief
Verwijt mij niet dat ik lichtzinnig was omdat ik liefgehad heb zonder trouw en zonder tranen heenging. Want een vrouw komt nooit, als zij bij voorbaat niet genas,
de wond te boven ener tederheid die op toekomstig leven is gericht. Ik moest mij wel hernemen voor een plicht waartoe ik onbemerkt ben voorbereid.
Zeg zacht mijn naam, en ik ben in het vertrek: de bloemen staan weer in de vensterbank, de borden in het witte keukenrek.
Want meer van mij bevindt zich in die klank dan in de jeugd waarom je van mij houdt, mijn bijna-jongensborst, mijn haar van goud.
Uit ‘Nieuwe Gedichten’, 1934, Martinus Nijhoff
De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, de =-knop. Giphart in gesprek met Helsen, https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/3/winteruur-s3a26/ 11min56
Over Ronald Giphart : https://nl.wikipedia.org/wiki/Ronald_Giphart Over Martinus Nijhoff : https://nl.wikipedia.org/wiki/Martinus_Nijhoff
m
|