Dit stukje proza was een opdracht van "schrijvenonline.org naar aanleiding van het verdwenen vliegtuig.
Eén van de Créators zat in zijn gemakkelijke leunstoel. Voor Hem stond een welgevulde tafel. Naast Hem zat zijn beeldschone vrouw. De Créator zag er verveeld uit. Ondanks Zijn welstand scheen hij niet gelukkig te zijn. Hij knipte met de vingers en gebood zijn aansnellende bediende om het enorme flatscreen in werking te stellen.
"Laat mij de planeet zien die ik duizenden eonen geleden creëerde. Hoe is de naam ook al weer van dat kleine rondcirkelende bolletje?"
"U noemde het "de blauwe planeet", mijn Meester, ook wel "aarde".
"Juist. Ik had daar grootse plannen mee. Schiep ik ook niet een zon, een maan en miljoenen sterren en een beeld naar Mijn gelijkenis?"
"Ja Meester, U gaf hem de naam Adam en U droeg hem op de aarde met al zijn schepselen goed te verzorgen. Omdat hij zich eenzaam voelde creëerde U uit één van zijn ribben een vrouw om lief te hebben."
"Ik herinner het me", zuchtte de Créator, "Ik heb er zes dagen aan gewerkt en op de zevende dag zag ik dat het goed was en rustte ik uit. Laat mij de stand van zaken eens zien."
De aarde met al zijn wel en wee verscheen op het flatscreen.
De creator leefde op bij het zien van de prachtige natuurbeelden, bij de schoonheid van de zeven kunsten, bij het zich bewust worden van het menselijke vernuft. Hij zag ook alle wreedheid, het oorlogsgeweld, de vervuiling van de oceanen en van het luchtruim.
"Ik begrijp het niet", zei hij verontwaardigd. "Ik heb de mens het Paradijs gegeven. Er is voedsel en plaats genoeg voor iedereen. Waarom die jalouzie omtrent andermans geloof en cultuur? Waarom moeten ze zo nodig Mijn "blauwe planeet" bezoedelen? Kijk, daar raast weer zo´n vliegend voorwerp door Mijn mooie blauwe lucht."
Zijn wijsvinger priemde richting het vliegtuig. Een grote steekvlam deed het ontploffen en in zee storten.
"Sluit het scherm", brulde hij boosaardig. "Ik zal over een aantal eonen nog eens gaan zien. Misschien zijn ze dan iets wijzer geworden."
De Creator besefte niet dat Hij zelf de aanstichter was van al dat leed. Hij had een beeld geschapen naar Zijn gelijkenis!
|