moekeontour trekt door Kroatië en verder naar Griekenland
in dit blog vind je onze reis door Kroatië en de heen- en terug weg naar Griekenland langs het land
18-08-2006
Primosten, het zusterstadje van het Istrische Rovinj
18/08/2006 Vandaag verjaart Dominique, mijn kleindochter. Ze wordt 9 jaar. We bellen haar op om haar te feliciteren. Ze vindt het natuurlijk niet zo leuk dat ik niet bij haar ben. Daarna brengen we een bezoek aan Primosten, één van de mooie Kroatische stadjes. Het was vroeger een eiland maar werd later door het dempen van het water verbonden met het vasteland. Primosten betekent "over de brug" en werd bewoond door vluchtelingen ten tijde van de oorlog met de Turken. Nu floreert het stadje dankzij het toerisme. Je kunt rond het oude stadje wandelen en helemaal boven op de heuvel staat een kerk. Buiten het oude gedeelte staat een mooie fontein, waar Amber gebruik van maakt om een fris bad te nemen. Later vervolgen we onze route naar Sibenik en aan het National Park Krka zoeken we de parking op om daar te overnachten. Deze keer staan we hier helemaal alleen. We zetten onze stoeltjes buiten en genieten van een wijntje, een "Babic" specialiteit van Primosten. Het is nog lekker ook, hier leef je zoals God in Kroatie.
17/08/2006 In Opuzen nemen we de weg naar Metkovic, een grote grensstad. Nu blijven we altijd naast de grens met Bosnië-Herzégovina rijden. Onderweg in Vrgorac gaan we boodschappen doen. Langs de baan zijn grote werkzaamheden bezig met het aanleggen van een autostrade. Deze autostrade moet Zagreb verbinden met de grens van Albanië. Onderweg is er een wegomleiding en ze sturen ons langs een smal baantje,welk door de tanks zullen gebruik zijn. Niet aangewezen om met een mobilhome op te rijden, maar het kan nu eenmaal niet anders. Oef, in Grabovac komen we terug op de grote baan. Daar rijdt een boer met zijn tractor voor ons. Hij rijdt opzij om ons door te laten en steekt dan zijn hand op. Van Stestar Ovac rijden we naar Trilj en Sinj. Daar neem ik de afslag naar Split. Langs een mooie brede baan komen we door vele tunnels in Solin aan. Hier hebben we tijdens de heenreis op de parking de nacht doorgebracht en dat gaan we nu ook weer doen.
16/08/2006 Na de was en strijk nemen we afscheid van de camping-uitbater. Nu gaat het richting Dubrovnik want mijn haar moet geknipt worden. Nu is het niet zo eenvoudig de mobilhome te parkeren. We moeten tot de haven rijden om een plaatske te vinden. Dan gaat het door nieuw-Dubrovnik naar het oude gedeelte. René zet zich op een terrasje en ik ga naar de kapper. Met een fris kopke kom ik weer buiten. Nu kan ik weer voort tot we thuis zijn. We rijden verder naar het schiereiland Peljesac en in Mali Ston gaan we op de parking aan de Adriatische Zee staan. Het is hier drukker dan op de heenreis. maar dat is ook gezellig.
15/08/2006 We nemen een rustdag op de camping. We hebben 5 wasmachines te doen en we moeten het ook droog krijgen. Gelukkig is het goed weer en droogt het goed. We staan hier op de camping met nog een paar Belgen. Zij zijn niet zo lang van huis weg en kunnen ons het laatste nieuws van ons Belgenland vertellen. Het doet deugd iets van thuis te horen.
14/08/2006 Het heeft heel de nacht geonweerd maar nu schijnt de zon weer. Gelukkig kunnen we nu met een gerust hart vertrekken. Het gaat langs de kustweg naar Kotor. Daar neem ik de gewone weg ( dat had ik beter niet gedaan) Het ligt vlak naast het water maar op een zeker moment wordt het geweldig smal. Ik kan er amper door en soms komen er zelfs nog tegenliggers. Ook een autobus komt van de ander kant, ik moet mij dan achteruit op de oprit van een huis rijden. Het is wel prachtig hier met mooie oude huisjes en kleine strandjes. Oef, we komen zonder kleerscheuren in Kotor aan. We nemen dezelfde weg als op de heenreis. Aan de grens met Kroatië hebben we weer een slecht gehumeurde Montenegrijnse politieagent maar de Kroatische is dan weer zeer vriendelijk, vooral als ik hem groet met"Dobradan". Hij kijkt onze reispassen na en zet een stempel bij de andere en wenst ons nog een goede reis toe. Joepie we zijn terug op bekende grond. Het doet goed om terug in Kroatië te zijn. We gaan eerst naar de "Getro" boodschappen doen en dan rijden we naar camping "Kate" want het wasgoed stapelt zich weer op. René zegt dat ik er moe uitzie, maar wat wil je met alles wat we de laatste dagen hebben meegemaakt.
13/08/2006 Wat een weer!!!!! Deze nacht is er een hevig onweer losgebroken. We zien langs alle kanten bliksem. Toch rijden we door naar de kust. In Podgorica, hoofdstad van Montenegro, neem ik de verkeerde afslag en we komen op een secundaire weg naar Centinje. We komen in een dorpje terecht dat helemaal onder water staat. We moeten omkeren en op zoek gaan naar een andere weg naar Budva. Het is nu een echte wolkbreuk en we moeten op zij gaan staan, want we zien niets meer. Gelukkig staan we boven op een heuvel. We zien het water naar beneden stromen. Na een tijdje kunnen we verder en we komen terug op de baan naar Budva. Hier is het nog erger gesteld. We zien een hele camping, waarvan de caravans door de kracht van het water op elkaar geduwd zijn. In de stad heerst een echte chaos. De straten staan vol auto's. Op een kruispunt zien we politie. Wij denken dat ze het verkeer wat regelen, maar nee er is een botsing gebeurd en ze staan een pv. op te maken i.p.v. het verkeer wat te regelen. Zelfs de brandweer en ziekenwagens kunnen niet door. Langs alle kanten wordt er getoeterd. Eindelijk kan ik uit het kluwen ontsnappen en doorrijden. Nu staan we boven Budva op de parking van een oud vervallen restaurant. We blijven hier overnachten want wie weet wat ons nog te wachten staat.
12/08/2006 We vervolgen onze route richting Kroatië door Kosovo. Aan de grens van Macedonië is er geen probleem maar Kosovo in rijden is een ander paar mouwen. Ik stop aan de grenspost en een politieagent komt ons zeggen dat onze autoverzekering niet geldig is in Kosovo. Ik vraag mij af hoe dat kan, want op de heenreis was er geen probleem. Een Frans sprekende vrouw komt er bij staan en nu blijkt dat dat al 5 jaar zo is. We kunnen er niet onderuit en René gaat met de papieren naar een kantoor die ons wordt aangewezen. Het kost ons 30 euro. René gaat dan naar de politie en hij krijgt een transitkaart, welke moeten afgeven worden als we Kosovo verlaten. Nu kunnen we weer verder. Zoals op de heenreis komen we vele UNO en KFOR jeeps, vrachtwagens en tanks tegen. Zaterdagmiddag, marktdag, en dan met de mobilhome dwars door Pristina, hoofdstad van Kosovo. Dat is als een file in Parijs, maar na veel geduld en gezucht komen we er toch door. Dan is het richitng Mitrovica. In Ribarice naderen we de grens van Kosovo met Servië. De politieagent neemt de reispassen en transitkaarten aan en knikt tevreden. We mogen verder rijden. Nu nog de politie van Servië. Ook aan hem geef ik de reispassen en autopapieren. Hij bladert en bladert door de reispassen en gaat dan naar zijn overste. Wij denken wat kan er nu weer verkeerd zijn? Een andere komt met onze reispassen in de hand naar ons en zegt dat we de Servische grens niet over mogen en dat we terug naar Macédonië moeten rijden en daar Servië binnen zonder eerst langs Kosovo te rijden. Wij staan natuurlijk versteld, want op de heenreis was er geen probleem. Raar maar waar, van Servië naar Kosovo is er geen probleem maar van Kosovo naar Servië gaat niet. Een andere agent komt er bij en zegt ons dat we terug naar Pristina moeten rijden en dan naar Pec en daar kunnen we de grensovergang van Kosovo-Montenegro nemen en dat is wel toegelaten. Dat is een 150 km omweg maar het zal dan wel moeten. Wij keren en aan de grens met Kosovo, welke we juist overgereden zijn, moeten we onze transitkaarten terug vragen. René legt alles aan de politie uit, ook aan de soldaat van KFOR die er naast staat met zijn geweer in aanslag. Gelukkig zijn zij niet zo moeilijk en krijgen we onze kaarten terug. Slecht gehumeurd rijden we richting Pristina en daar de baan op naar Pec. Tot onze opluchting laten ze ons aan deze grenspost Montenegro binnen. Zo dat hebben we weer gehad. Dit vergeten we nooit meer. Sinds hun onafhankelijkheid een feit is hebben de Montenegrijnen niet stil gezeten en zijn de wegen allemaal opgelapt. In 3 maanden tijd ligt er overal nieuwe asfalt en is er geen enkele putteke meer. Zalig om te rijden. Naast een verlaten tankstation zet ik de mobilhome op de parking. Ik ben moe en we gaan hier overnachten.
11/08/2006 Het is nog bewolkt, maar toch droog. We gaan nog inkopen doen in Florina. We kopen twee fardes sigaretten want hier zijn die veel goedkoper. Dan tanken we de naftbak nog vol zodat we tot Montenegro toekomen. We rijden zonder problemen de grens van Republiek Macédonië over . Het is wel aanpassen, slechter wegen en een andere schrijfwijze. We nemen nu de autostrade, het is betalend maar met euro gaat het ook. Zo vorderen we goed op en komen we in de late namiddag in Skopije aan. We gaan weer op de parking van het hotel "Alexander" staan. Zo we hebben afscheid genomen van Griekenland met een heel klein hartje. Het is zo fantastisch geweest en we komen zeker nog terug. Ons hart blijft in Griekenland achter.
31/05/2006 We hebben goed geslapen. We wijken wat af van onze route en rijden van Skopije naar Tetovo door de bergen. Het is een prachtige route met bijna geen verkeer. In Orchid nemen we de weg naar Bitola. Daar wacht ons een beeld die we nooit zullen vergeten. Voor we Bitola binnen rijden liggen er links en rechts enorme vuilnisbelten. Daarop zien we krotten gemaakt van ijzeren of plastieken platen. De kindjes lopen rond tussen de vuilnis en zoeken naar....? We hebben in Kroatië en Kosovo veel armoede gezien maar dit overtreft toch alles. Waar is het geld naartoe dat door de Europese Unie gegeven werd om hier alles terug op te bouwen en de mensen te helpen? Waar is het geld naartoe dat ze bij ons hebben ingezameld om hier de grootste noden te ledigen? Dat zijn vragen die we ons stellen, maar ja dat is allemaal politiek. In stilte rijden we verder tot de grens met Griekenland. De politie en douane zijn hier heel vriendelijk en wensen ons een goed verlof toe.
Van Montenegro naar Servië, Kosovo en Federal Republic Macédonië
30/05/2006 We hebben een gesprek met een Montenegrijnse jongenman gehad. Hij werkt in het huis dat feitelijk de Nationale Natuur en Bossenbehoud Organitatie herbergt. En wij denken dat het een ruïne is. De jongen spreekt heel goed Engels, en dank zij hem komen wat te weten over Montenegro. Wij krijgen van hem een kalender met mooie foto's. Hij wijst ons ook de weg, want sommige wegen zijn nog niet veilig. Zo we nemen afscheid en ik beloof een mailtje naar hem te sturen als we thuis zijn. Na nog eens 100km putten komen we aan de Servische grens. Eerst de politie dan de douane, iedere keer wachten tot ze teken doen dat we tot bij hen mogen rijden. Dan uitleggen wat onze reisplannen zijn, papieren laten zien en wachten, wachten en wachten. Met de nodige stempels in onze passen mogen we doorrijden. Een paar kms verder de grens met Kosovo, dat wel tot Servië behoort maar een eigen statuut heeft. Hier ook eerst politie en dan douane. Al onze papieren worden gekontroleerd en weer ons relaas over onze reisplannen en we krijgen een transitkaart. Die is maar een week geldig, maar we rijden vandaag tot door tot Macédonië. We rijden nu van Mitrovica over Pristina naar Skopje. Kosovo blijkt inderdaad niet zo veilig te zijn. We moeten verschillende keren stoppen voor de politie, maar het is altijd om te vragen of er geen problemen zijn en zij wensen ons iedere keer een goed verlof toe. We kruisen enorm veel jeeps van de UNO en KFOR. Zelfs tanks en soldaten met het geweer inaanslag hebben op vele hoeken van de straat post gevat. De mensen zelf laten ons gerust en kijken zelfs niet naar ons om. Het voelt hier aan alsof iedereen doet wat hij wil. Wat ons opvalt is dat er zoveel garages zijn en tweedehands (wrakken) autoverkopers. Wat voor wrakken je hier ziet rondrijden maar ook karretjes getrokken door paarden kom je dikwijls tegen. We zien een hele colonne legerwagens en tanks en in stilte hoop ik dat we zonder problemen kunnen doorrijden tot aan de grens. Gelukkig het lukt,en aan de grens Kosvo- Macédonië vlot het wonderwel goed en opgelucht nemen we de weg naar Skopje. Hier zien we een Belg rijden, die van vreugde begint te klaxonneren. Wat het toch doet ver van huis een landgenoot te zien. Ik rij hier wat rond en aan het Aleksander Hotel vinden we op de parking een overnachtingsplaats. Het is een geweldig enerverende dag geweest, maar al bij al toch een geweldige belevenis.
29/05/2006 Ik had in de krant gelezen dat de Tara-canyon een omweg waard was. Zo dus nemen we in Mojkovac de weg links naar de canyon. Het gedeelte welke met de mobilhome te volgen is, vinden wij niet zo uitzonderlijk. Misschien als je verder met de kano of rafter vaart dat het wel spectaculair mooi is, volgens krant zo mooi als de Grand-Canyon, maar dat kunnen we nu niet bevestigen. Iets voorbij Pljevlja moeten we de grens van Servië over. Plots eindigt de asfalt en door het zand bereiken we de grenspost. Op een plaatje staat stop, maar René zegt om door te rijden. De douanier maakt zich kwaad en doet teken dat ik moet blijven staan. Na enkele minuten mag ik dichter bij komen. Ik stop vlak voor hem en geef hem onze reispassen en papieren van de mobilhome. Hij spreekt alleen Servisch en roept er een meisje bij, die wel enkele woorden Engels spreekt. Zo houden we een hele conversatie en plots neemt hij een papiertje schrijft er iets op en geeft het aan mij. Blijkt dat zijn vrouw Engels spreekt en hij geeft ons haar GSMnummer zodat we, indien we op onze terugreis langs hier komen, naar haar kunnen bellen en dat we dan bij hun moeten komen eten.Zo iets hadden we zeker niet verwacht. In Prijepolje rijden we rechts naar Bijelo Pole en Berane. Deze baan loopt langs de Lim en is wel veel mooier dan de vorige. In Gostun moeten we voor de tweede keer de grens Servië-Montenegro over, nu zonder problemen. De bedoeling is om in Berane te overnachten, maar nergens is er een plaatske waar we volgens ons rustig kunnen staan. Hier zien we voor de eerste keer echte armoe. Heel de stad leeft op de straat en het is er heel druk. Er zijn vele kleine winkeltjes naast elkaar en hun goederen staan gewoon buiten. We rijden verder tot Andrijevica en naast een oud vervallen huis kunnen we blijven overnachten. Hier staan we gerust.
28/05/2006 Na vele omwegen vinden we Stari Bar, een dorp dat in 1979 door een aardbeving werd verwoest. Toen verlieten de inwoners het dorp om aan de kust in hun nieuwe dorp Novi Bar te gaan wonen. Stari Bar werd een spookstad en nu kunnen wij tussen de ruïnes rond wandelen. Hier en daar wordt wel iets gerestaureerd maar dat is niet veel. Na het bezoek vervolgen we onze weg naar Podgorica, de hoofdstad van Montenegro. Amaai, wat voor wegen zijn het hier.Het is alsof na de oorlog geen enkele baan werd hersteld.Daar door vorderen we niet zo snel als we wensen, maar de prachtige natuur maakt veel goed. Vooral de Moraca-kloof is adembenemend mooi. We rijden door vele onverlichte tunnels. Ik rij voorzichtig en de tegenliggers profiteren daar van. Aan een roodlicht blijf ik staan maar als het groen wordt rijden de tegenliggers nog altijd door. Ik wordt het beu en vertrek. Plots blijven ze allemaal staan en laten me door. Ha zo rijden ze hier. Wel de recht van de sterkste ga ik ook eens uitproberen. René is er niet gerust in maar zonder kleerscheuren komen we in Kolasin aan. Ik parkeer de mobilhome op een pleintje en René gaat aan een inwoner vragen of we hier mogen blijven overnachten. Dat blijkt geen probleem te zijn. Onze eerste Montenegrijnse dag is voorbij en is goed meegevallen.
27/05/2006 We nemen afscheid van Kroatië, het mooie land met de vele kleine dorpjes, prachtige steden en mooie natuur. Het is een tot ziens, want op onze terugweg komen we terug langs hier. Aan de grens met Montenegro moeten we al onze papieren laten zien. Echt vriendelijk zijn de douaniers niet, feitelijk blaffen ze ons af. Misschien hebben ze niet goed geslapen. Het is wel eigenaardig alles terug in euro geprijsd te zien staan want hier wordt met euro betaald. Van af Herceg Novi rijden we langs een baai met twee kleine eilandjes. In de havenstad Kotor houden we halt. Rond het stadje ligt een indrukwekkende muur van 5km lang en 3 tot 15m dik en op vele plaatsen 20m hoog. Het pittoresk stadje heeft zijn middeleeuwe trant bewaard. Van Kotor rijden we naar Budva. Het is hier geweldig druk, dus laten we dat maar links liggen en rijden door richting Bar. Onderweg stoppen we om een foto van het eiland Sveti Stefan te maken. Het is een hoteleiland waar je moet betalen om als niet-gast een bezoekje te kunnen brengen. In Novi Bar zoeken we een overnachtingsplaats en die vinden we naast een atletiekplein, vlak naast de zee.
Bezoek aan Dubrovnik, parel van de Adriatische Zee
26/05/2006 In de garage zijn ze heel vriendelijk. Ze willen ons direkt voort helpen en gelukkig hebben zij wel de juiste lamp. We kopen nog twee reservelampen want je weet maar nooit. René houdt de mechanieker goed in de gaten, want zo gemakkelijk is het niet. Er moet van alles los geschroeft worden om een nieuwe lamp te steken. Zo nu zijn we gerust en kunnen we naar Dubrovnik rijden, maar daar een parkeerplaats vinden is niet zo gemakkelijk. Ik volg de wegwijzer tot een parking maar deze is alleen voor auto's. Ik keer terug en in een enkelrichtingstraat heb ik geluk. Ik zie een parkeerplaats juist groot genoeg om de mobilhome te parkeren. We klappen de buiten spiegels wel toe, je kunt nooit weten en dan gaat het richting oud Dubrovnik. Het is een prachige stad en weten dat ze tussen oktober 1991 en juli 1992 konstant onder vuur heeft gelegen van uit de bergen. In het Sponzapaleis wordt een diareeks vertoont met beelden uit de oorlog en hoe ze na de oorlog volledig verwoest was. Zo zie je ook foto's hangen van soldaten die gesneuveld zijn tijdens de oorlog. Ik ga op zoek naar een kapper want mijn haar moet dringend geknipt worden. In een zijstraatje vind ik er één en ik kan direkt plaats nemen op een stoel. Met een kort fris kopke kom ik terug buiten. René zit op een terrasje met Amber en ik ga er tevreden bij zitten. Na een taske koffie wandelen we verder door de oude stad. Ik zou heel de stad kunnen beschrijven maar dan ben ik morgen nog bezig, zo veel is er te zien. Moe komen we terug aan de mobilhome en de stad uit rijden is veel gemakkelijker dan er in komen. Ik rij naar een camping want we moeten een wasje doen en een sanitaire stop. Zo we staan hier goed op camping Kate in Milni, misschien dat we hier wel een dagje blijven. We zullen wel zien.
25/05/2006 We vervolgen onze route langs de Neretva-delta, dat wordt gevormd door 12 armen van de rivier. Het is een vruchtbaar gebied, dat vooral fruit opbrengt. We naderen dan een stukje land dat Kroatië heeft moeten afstaan aan Bosnië-Hertsegovina, nl. de havenstad Neum, zodat Bosnië nog een uitweg had naar de zee. We overschrijden tweemaal de grens zonder problemen. Vanop de kustweg nemen we de baan rechts naar het schiereiland Peljesac. In het dorpje Mali Ston houden we halt. Het is een bijzonder oud dorpje, vooral bekend om zijn mossel- en oesterteelt.Rond Mali Ston en Ston, het dorpje verder ligt een muur om hen vroeger tegen de vijand te beschermen. Daar op het eiland veel wijngaarden liggen en een goede wijn wordt geproduceerd, ga ik in een klein winkeltje een flesje kopen. Ik krijg de vriendelijk hulp van de eigenares bij de keuze van de wijn. Die zal strakjes geproefd worden. Er loopt maar één hoofdweg tot iets voorbij Orebic. Af en toe krijgen we een prachtig zicht op de zee en de kleine dorpjes, die verspreid liggen tussen de bergen. We verlaten Peljesac en worden dan door politie tegengehouden. Hier moet je overdag met lichten aanrijden en nu blijkt dat het rechterlicht stuk is. Wij hebben wel een stel reservelampjes bij maar de agenten zijn niet te vermurwen en we moeten een boete betalen. Normaal is het 500 kuna maar omdat we buitenlanders zijn, is 300kn voldoende. De agent in kwestie vraagt dan nog of we wel zoveel geld bij hebben en ik , eerlijk zoals ik ben, zeg ja. Had ik nu gezegd dat we niet zoveel geld hadden moesten we misschien minder betalen. We moeten dus op zoek naar een garage, want de lampjes welke we bij hebben blijken nu niet de juiste te zijn. Voorbij Dubrovnik vinden we een Fiatgarage maar ze is nu al gesloten. We blijven hier nu overnachten zodat we morgenvroeg direkt het licht kunnen laten herstellen.
24/05/2006 We gaan op zoek naar de Cetina-kloof. Volgens boekje begint deze kloof midden Omis. Op de Cetina zelf kan men raften en er zouden vele wandelroutes zijn. We stoppen op een parking waar de rafters gewoonlijk aankomen. Daar kruisen we de weg van een Duits koppel die ook op zoek zijn naar een wandelroute. Zoals wij moeten ze ook vaststellen dat we die hier niet zullen vinden. We laten Amber dan maar genieten van een fris bad in de rivier. Plots zie ik een waterslang naar de oever zwemmen met een vis in haar bek. De slang gaat een gevecht aan met de vis, die veel weerstand biedt en onverrichter zake moet ze hem loslaten en verdwijnt terug het water in. Ik heb medelijden met hem en gooi hem vlug terug in zijn natuurlijke biotoop. Tot mijn opluchting zwemt hij weg. Zo ik heb weer een goede daad gedaan. Maar al bij al moeten we terugkeren naar de mobilhome zonder een wandeling gemaakt te hebben. We troosten ons met een mooie rit langs het Biokovo-massief naar de Makarska-rivièra. We stoppen in het stadje Makarska zelf. Het heeft een met palmen omzoomde havenpromenade en een mooi plein met trap naar de kerk. We vervolgen onze weg langs de kust en aan het Bacinska-meer vinden we een overnachtingsplaats.
23/05/2006 We zeggen vaarwel aan Salona en rijden een 8 km verder naar Klis, dat bestaat uit drie dorpjes onderaan een fort. Dit fort heeft een Oostenrijkse, Venetiaanse en Turkse invloed gehad, zodat het wel een mengelmoes is van stijlen, maar is heel goed bewaard gebleven. Dan rijden we van Split langs de Kastela naar Togir. Dit is een middeleeuws stadje gebouwd op een eilandje, dat met een brug verbonden is aan het vasteland. Het is hier enorm druk. Het is markt en door de vele autobussen, welke een plaatske zoeken om hun lading te lossen, is er een lange file. Op een openbare parking kunnen we parkeren. Dan is het gewoon met de stroom mensen mee gaan en we komen op het centrale plein. Blijkt dat we niet veel kunnen zien want de kathedraal en het mooiste Venetiaans paleis, het Cipiko-paleis, staan in de steigers en kunnen niet bezocht worden. Alleen de voormalige rechtbank is te bezichtigen. We wandelen dan langs de kade tot aan het fort van Kamerlengo. We laten Amber in het water zwemmen want het is weer zeer warm. We gaan aan de kraampjes onze groenten en fruit kopen. Dat is hier lekker vers en nog goedkoop ook. Het is nu namiddag en we overleggen wat we gaan doen, verder rijden of hier blijven. We beslissen door te rijden naar Omis langs de Jadranska Magistrala, de prachtige kustweg. In het dorpje Zadvarje vinden we een heerlijk rustig plekje om te slapen.