moekeontour trekt door Kroatië en verder naar Griekenland
in dit blog vind je onze reis door Kroatië en de heen- en terug weg naar Griekenland langs het land
30-08-2006
Het heeft gesneeuwd
30/08/2006 Het heeft heel de nacht gesneeuwd. Daarom dat ik deze nacht kou heb gehad. Als René buiten stapt met Amber, schrikt hij. Dit hebben we niet verwacht. Tijdens het ontbijt overleggen we wat we verder zullen doen. Hier blijven lijkt ons zinloos daarom besluiten we de terugreis naar België aan te vatten. Ik ben zeker dat er vele tevreden zullen zijn. We nemen de weg naar Feldkirch en Bergenz. Dan gaat het langs de nationale baan naar Ravensburg, Stuttgart, Heilbronn, Ludwigshafen naar de stad Worms. Daar is een Wohn-mobile parking. Nu is het in de buurt toch een kermis zeker met een groot rad. Nadat we onze mobilhome geparkeerd hebben, slenteren we naar de kermis en lopen gezellig tussen de massa bezoekers. Gelukkig is het beter weer en schijnt de zon.
29/08/2006 Wat een rot weer!!! Het was deze nacht koud en we hebben slecht geslapen. Als we pas op weg zijn begint het terug te gieten. Bij het buiten komen van het Oetztal neem ik de afslag naar St. Anton am Voralberg. Onderweg zie ik de wegwijzer naar het Kaunertal staan en sla hier af. We zijn hier vroeger al geweest en weten dat dorpjes zoals Prutz, Kaltenbrunn en Feichten pareltjes zijn aan de Oostenrijkse kroon, maar vandaag hebben we pech, alles is nat en triestig. Aan de Mautstelle gekomen staat er op een bord "Kaltes Weter" en "Nebel". Dus keren we om, want betalen en dan niets zien van de natuur vinden we dom. Dan maar verder naar St. Christoph, een dorpje iets voorbij St. Anton. Daar weten we een parking, boven op de Arlbergpass. In de winter hebben we hier enkele prachtige wandelingen in de sneeuw gemaakt, maar nu is het alleen om te overnachten en dan zien we morgen wel wat we gaan doen.
28/08/2006 De zon is weer weg. Toch beslissen we om vandaag hier een wandeling te maken. Eerst gaan we naar het Oetzi Dorf en later naar het dorpje Umhausen zelf. Het is hier wel mooi maar zonder zon is het wel triestig. We hopen dat het morgen beter weer wordt. We trekken dan verder, hopelijk de zon tegemoet.
27/08/2006 Met mij gaat het beter maar het weer laat het nu afweten. Het heeft deze nacht geregend en nu hangen er nog donkere wolken. We besluiten verder te rijden naar het Oetztal, misschien is het daar beter weer. In Sölden aangekomen zien we dat er een Radmarathon van 238km door de bergen wordt gehouden. Ik parkeer ons opzij van de baan en te voet gaan we verder. Er is veel volk op de been. Je hoort zelfs Nederlands en Vlaams praten. Het is voor de 25ste keer dat deze marathon wordt gehouden. We slenteren hier wat rond en zien de eerste renner aankomen. Het is een Italiaan en hij wordt door de menigte toegejuicht. Amaai zo een afstand door de bergen, dat moet je toch maar aankunnen. Tegen de avond rijden we naar Umhauzen. Daar weten we een parking waar we kunnen overnachten. Het is in de buurt van het Oetzi-dorf en een pizzeria. René gaat niet koken, we gaan een pizza eten. Mhhhhhhhhhh lekker.
26/08/2006 Het gaat niet. Ik heb deze nacht slecht geslapen en heb nog veel pijn. René gaat met Amber wandelen. Ik rust, smeer zalf en lees, wat kan een mens anders doen. Het is hier op de camping nog een komen en gaan van verschillende mobilhomes. De meeste blijven hier maar een nachtje staan en rijden dan door. René komt terug met een enthousiast verhaal over de wandeling, welke hij gemaakt heeft. Ja, hij moet mij nog doen watertanden. Misschien kan ik morgen mee.
25/08/2006 De zon schijnt en we gaan wandelen. We nemen de lift aan de kabelbaan tot het eindstation. Dan gaat het te voet naar de Elferhütte. Het is flink klimmen. Door het mooie weer hebben we hier een prachtig uitzicht op het dal. Onze wandeling gaat verder naar de Karalm. Eerst klimmen en dan stevig dalen. Onderweg houden we halt om wat op adem te komen. We hebben deze wandeling in 1985 gemaakt en toen ging het wel iets gemakkelijker. Vooral het dalen wordt moeilijk voor mij. Mijn heup begint terug pijn te doen en ik ben blij als we de Karalm bereiken. We eten en drinken iets en stappen dan door naar de Pinnisalm. De wandelweg loopt langs een riviertje, dat vol stenen en boomstronken ligt. Ik herinner mij dat een paar jaar geleden hier een sneeuwlawine vanaf de Innsbruckerhütte door het dal is geraast. Gelukkig werd er toen niemand gekwetst. De laatste meters tot de camping is voor mij een zware beproeving. Thuis gekomen smeert René mij in met Voltarenzalf. Hopelijk is het morgen beter, want we willen nog wat genieten van de prachtige natuur en mooie weer.
24/08/2006 We houden een vergadering om te overleggen wat we de volgende dagen gaan doen en waar. We willen in Oostenrijk nog enkele weken blijven en wandelingen maken. Nu is het natuurlijk de vraag "waar". René opteert voor het "Stubaithal" en ik voor het "Wilden Kaizer gebirgte". Nu is Stubaithal langer geleden, van in 1987, dus kiezen we daar voor. We vertrekken van uit Brunico en nemen de S12 inplaats van de A22. Ik rij liever langs de kleine dorpjes. Zo rijden we door Mittewald en Sterzing. Rechts naast ons zien we in de hoogte de Europabrug liggen. In Gries am Brenner zijn we de grens al voorbij. We zijn weer in Oostenrijk. In Schönberg neem ik de afslag naar het Stubaithal. Omdat het zolang geleden is dat we hier geweest zijn, lijkt alles zo erg veranderd, toch herkennen we hier nog vele plaatsen, zoals Fulpmes, Neustift en Ranalt. Ik rij tot Mutterberg. het einde van het dal. Hier zijn er vele lege grote parkings, maar we mogen op geen enkele blijven overnachten. Ik keer dan maar terug en ga in Neustift op de camping staan. We weten dat in Tirol en de omgeving van Wenen het verboden is vrij te overnachten. In de andere provincies hebben we nog nooit problemen gehad. Wanneer we een goede plaats hebben gevonden op de camping, stappen we naar het centrum. Hier herkennen we nog vele winkels en hotels. We gaan op een terras iets drinken, René Weissenbier en ik een tasje koffie met Apfelstrudel, je zit in Oostenrijk voor iets hé. Dan begint het te donderen. Dat moest er nu nog bijkomen. Als het morgen maar beter wordt.
23/08/2006 We gaan vandaag het mondaine Cortina d'Ampezzo bezichtigen. Het stadje ligt prachtig tussen de bergen. We gaan window-shoppen, want de prijzen zijn niet voor onze geldbeugel. Gelukkig zijn de winkels gesloten tot 16h. en word ik niet in verleiding gebracht om toch iets te kopen. De kleding is hier duur maar van een zeer goede kwaliteit. We slenteren langs de wandelstraat, die deze zomer met bronzen beelden is versiert. Ze zijn zo levensecht dat we in het begin denken dat het echte mensen zijn. Ze zijn gemaakt door een Amerikaan, die er heel de wereld mee rondreist. Er is een beeld bij met een zwarte labrador en we laten Amber er naast posseren. Vele mensen komen dichterbij om ook een foto te maken. Van Cortina gaat het dan langs de Valle di Landro naar Brunico. Daar weten we een parking aan het zwembad. Toen we in de winter naar de Kronplatz geweest zijn hebben we hier ook gestaan. We gaan hier iets drinken, ik een Sneeuwwitje en René een Weizenbier.
22/08/2006 Dag Slovenië, hallo Italië. Weer een ander land, weer een andere taal en onze vertrouwde euro. In Travisio rijden we de grens over en vervolgen onze weg door de bergen langs de S355. We rijden midden in de hoge toppen van de Alpen. De kleine bergdorpjes liggen er nu vredig bij, wachtend op de toeloop van de wintertoeristen. We passeren verschillende grote skiegebieden zoals Sappada en Campolongo. In het dorpje St Stefano di Cadore vinden we een camperparking. Het dorpje zelf heeft een hele reeks bronzen beelden in het midden van de hoofdstraat staan. Ze stellen vooral spelende kinderen voor maar ook een figuur, die volgens ons de winter moet verjagen. Tot onze vreugde schijnt nu nog wel de zon. We hopen dat het nog zo enkele weken blijft, want we willen nog gaan wandelen in de Oostenrijkse bergen.
21/08/2006 We gaan met de rekenmachine in de hand boodschappen doen in de Konzum, een grootwarenhuis keten van Kroatië. We hebben nog 350 kn. en die willen we hier nog besteden. Dan gaat het de grens Kroatië-Slovenië over. Deze keer gaat het veel gemakkelijker dan op de heenreis. We nemen de autostrade naar Lubjana. Het binnenland van Slovenië heeft veel weg van Oostenrijk. Ook de gebouwen doet er ons aan denken. In het dorp Smlednik vinden we het hotel Kann waar we kunnen overnachten, water tanken en lozen en zelfs een plons in het zwembad nemen en dat alles voor de prijs van 10 euro.
20/08/2006 Er is vandaag nog een kleinzoon jarig. Het is vandaag de beurt aan Yannick. Hij wordt 11 jaar en wordt natuurlijk door ons gefeliciteerd. Ook hij is wat treurig omdat ik er niet bij ben maar ik troost hem met de belofte dat we hun verjaardag uitgebreid zullen vieren als we terug thuis zijn. Ons verblijf in Kroatië is bijna voorbij. We rijden richting Karlovac en passeren in Turanj een buitenmuseum van oorlogstuig. Ik keer om want daar willen we wel eens een kijkje gaan nemen. Je kunt hier tanks en afweergeschut van het Kroatische leger zien. Ook een neergestort gevechtsvliegtuig en een soort verplaatsbare brug op een tank. De gebouwen rondom zijn allemaal stuk geschoten. Vele Kroaten komen naar hier als naar een bedevaartsoord. We zien ze zelfs bidden voor een tank. Voor die mensen was het een oorlog om hun onafhanlijkheid en vrijheid terug te krijgen. We vervolgen dan onze weg richting Zagreb, meer bepaald naar Samobor. Op 30 km van de hoofdstad ligt deze barokke stad tussen de bergen aan de Gradna. We parkeren buiten het stadje want door het eenrichtingsverkeer rijden we het stadje binnen en dan terug buiten. We wandelen dan naar het koning Tomislav-plein. Het plein staat vol terrasjes. Samobor is gekend als buitenverblijf voor de inwoners van Zagreb. We gaan op een terras zitten om de plaatselijke specialiteiten te proeven. Het is een soort gebak, de Samoborska kremsnica, een soort Tom Pouce met lichtere kreem, en de enige aperitief van Kroatië, de Bermet. Het is best lekker, wat bitter met een lichte frambozen smaak. We zoeken buiten Samobor een parking in de buurt van een supermarkt. Zo kunnen we morgenvroeg eerst boodschappen doen voor we verder trekken naar Slovenië.
19/08/2006 We moeten nu beslissen langs welke route we naar huis rijden. We zouden graag iets meer zien van Slovenië dus wordt het de route door het binnenland. De baan brengt ons door Sinj, Knin, Gracac, voorbij de Plitvice meren en daar neem ik de afslag naar rechts. We zien een wegwijzer naar een grot, de Bavacéve Spilje en daar zal wel een parking zijn. Langs een bochtig, smal baantje komen we uit op de parking van de grot. Ze is niet groot maar we kunnen hier rustig overnachten.
Primosten, het zusterstadje van het Istrische Rovinj
18/08/2006 Vandaag verjaart Dominique, mijn kleindochter. Ze wordt 9 jaar. We bellen haar op om haar te feliciteren. Ze vindt het natuurlijk niet zo leuk dat ik niet bij haar ben. Daarna brengen we een bezoek aan Primosten, één van de mooie Kroatische stadjes. Het was vroeger een eiland maar werd later door het dempen van het water verbonden met het vasteland. Primosten betekent "over de brug" en werd bewoond door vluchtelingen ten tijde van de oorlog met de Turken. Nu floreert het stadje dankzij het toerisme. Je kunt rond het oude stadje wandelen en helemaal boven op de heuvel staat een kerk. Buiten het oude gedeelte staat een mooie fontein, waar Amber gebruik van maakt om een fris bad te nemen. Later vervolgen we onze route naar Sibenik en aan het National Park Krka zoeken we de parking op om daar te overnachten. Deze keer staan we hier helemaal alleen. We zetten onze stoeltjes buiten en genieten van een wijntje, een "Babic" specialiteit van Primosten. Het is nog lekker ook, hier leef je zoals God in Kroatie.
17/08/2006 In Opuzen nemen we de weg naar Metkovic, een grote grensstad. Nu blijven we altijd naast de grens met Bosnië-Herzégovina rijden. Onderweg in Vrgorac gaan we boodschappen doen. Langs de baan zijn grote werkzaamheden bezig met het aanleggen van een autostrade. Deze autostrade moet Zagreb verbinden met de grens van Albanië. Onderweg is er een wegomleiding en ze sturen ons langs een smal baantje,welk door de tanks zullen gebruik zijn. Niet aangewezen om met een mobilhome op te rijden, maar het kan nu eenmaal niet anders. Oef, in Grabovac komen we terug op de grote baan. Daar rijdt een boer met zijn tractor voor ons. Hij rijdt opzij om ons door te laten en steekt dan zijn hand op. Van Stestar Ovac rijden we naar Trilj en Sinj. Daar neem ik de afslag naar Split. Langs een mooie brede baan komen we door vele tunnels in Solin aan. Hier hebben we tijdens de heenreis op de parking de nacht doorgebracht en dat gaan we nu ook weer doen.
16/08/2006 Na de was en strijk nemen we afscheid van de camping-uitbater. Nu gaat het richting Dubrovnik want mijn haar moet geknipt worden. Nu is het niet zo eenvoudig de mobilhome te parkeren. We moeten tot de haven rijden om een plaatske te vinden. Dan gaat het door nieuw-Dubrovnik naar het oude gedeelte. René zet zich op een terrasje en ik ga naar de kapper. Met een fris kopke kom ik weer buiten. Nu kan ik weer voort tot we thuis zijn. We rijden verder naar het schiereiland Peljesac en in Mali Ston gaan we op de parking aan de Adriatische Zee staan. Het is hier drukker dan op de heenreis. maar dat is ook gezellig.
15/08/2006 We nemen een rustdag op de camping. We hebben 5 wasmachines te doen en we moeten het ook droog krijgen. Gelukkig is het goed weer en droogt het goed. We staan hier op de camping met nog een paar Belgen. Zij zijn niet zo lang van huis weg en kunnen ons het laatste nieuws van ons Belgenland vertellen. Het doet deugd iets van thuis te horen.
14/08/2006 Het heeft heel de nacht geonweerd maar nu schijnt de zon weer. Gelukkig kunnen we nu met een gerust hart vertrekken. Het gaat langs de kustweg naar Kotor. Daar neem ik de gewone weg ( dat had ik beter niet gedaan) Het ligt vlak naast het water maar op een zeker moment wordt het geweldig smal. Ik kan er amper door en soms komen er zelfs nog tegenliggers. Ook een autobus komt van de ander kant, ik moet mij dan achteruit op de oprit van een huis rijden. Het is wel prachtig hier met mooie oude huisjes en kleine strandjes. Oef, we komen zonder kleerscheuren in Kotor aan. We nemen dezelfde weg als op de heenreis. Aan de grens met Kroatië hebben we weer een slecht gehumeurde Montenegrijnse politieagent maar de Kroatische is dan weer zeer vriendelijk, vooral als ik hem groet met"Dobradan". Hij kijkt onze reispassen na en zet een stempel bij de andere en wenst ons nog een goede reis toe. Joepie we zijn terug op bekende grond. Het doet goed om terug in Kroatië te zijn. We gaan eerst naar de "Getro" boodschappen doen en dan rijden we naar camping "Kate" want het wasgoed stapelt zich weer op. René zegt dat ik er moe uitzie, maar wat wil je met alles wat we de laatste dagen hebben meegemaakt.
13/08/2006 Wat een weer!!!!! Deze nacht is er een hevig onweer losgebroken. We zien langs alle kanten bliksem. Toch rijden we door naar de kust. In Podgorica, hoofdstad van Montenegro, neem ik de verkeerde afslag en we komen op een secundaire weg naar Centinje. We komen in een dorpje terecht dat helemaal onder water staat. We moeten omkeren en op zoek gaan naar een andere weg naar Budva. Het is nu een echte wolkbreuk en we moeten op zij gaan staan, want we zien niets meer. Gelukkig staan we boven op een heuvel. We zien het water naar beneden stromen. Na een tijdje kunnen we verder en we komen terug op de baan naar Budva. Hier is het nog erger gesteld. We zien een hele camping, waarvan de caravans door de kracht van het water op elkaar geduwd zijn. In de stad heerst een echte chaos. De straten staan vol auto's. Op een kruispunt zien we politie. Wij denken dat ze het verkeer wat regelen, maar nee er is een botsing gebeurd en ze staan een pv. op te maken i.p.v. het verkeer wat te regelen. Zelfs de brandweer en ziekenwagens kunnen niet door. Langs alle kanten wordt er getoeterd. Eindelijk kan ik uit het kluwen ontsnappen en doorrijden. Nu staan we boven Budva op de parking van een oud vervallen restaurant. We blijven hier overnachten want wie weet wat ons nog te wachten staat.