Het gedicht dat hier onder staat, heb ik meer dan dertig jaar geleden geschreven voor iemand, die vroeger bij mij op school zat. Hij werd thuis helemaal ingekapseld en was daar niet gelukkig mee. Een paar jaar geleden is hij overleden. Dit gedicht, ooit getypt met een Olivetti dat nog nergens was opgeslagen, vond ik terug in een oude map.
Het heeft niet geholpen ,
GIFPIJLEN
Gifpijlen schoot jij naar mijn ziel. Er kwamen gaten in. En nu is hij leeggelopen!
Tralies van jouw pijnen omingen mij. Jij eist al mijn aandacht. Vele jaren sterf jij al. Is zelfbeklag jouw enig doel? Hoor! Luister: buiten klinkt een lied. Een lied over vrijheid en zijn wie je wil. Wie je kan zijn! Een Internationale?
Maar jouw zieke hoofd, dat splijt er van. Maar ik wil luisteren naar dat lied. Ik wil het leren zingen. En bloemen wil ik plukken gaan. Bloemen, die jij zegt, te haten. Want ik hoor te weten, hoe jij lijd,t om wat jij al jouw leven lang doorstaat.
Bij het lijden dat jij draagt, zijn bloemen ongehoord. Men lacht niet niet bij een stervende. wier hoofddoel geesteslijden was.
Bij jou voel ik mij op bezoek. Mijn hele wereld werd het huis. Waar jij rondloopt in een pegnoir. Terwijl ik al het werk verricht, en jij er kletst en kwekt. Toch vlucht jij voor jouw vrouw-zijn en voor het moederschap. Een dom geloof is jouw excuus, om mijn Man-zijn te vertrappen. Jij hebt mij ingekapseld en van de wereld afgeschermd. Jij hebt op mijn geluk getrapt. En er komt modder uit jouw mond.
Met jou, schijnheilig heiligje. valt niet te leven. Alles, wat jij nu ontwijkt, dat zal jou ook ontglippen, in een: in voor jouw negatief hiernamaals!
Ach! waren alle vrouwen heilig, hoe verdorven, zou dan de wereld zijn!
Gifpijlen schoot jij in mijn ziel. Nu zijn er gaten in. En hij is leeggelopen. Er staat een pantser om mijn ziel. Jouw pijlen, keren als een boemerang terug naar jou! . Wie kan de gaten dichten Kan dat een andere vrouw, die mij Haar hart laat lezen?
Haras Mormolus. 23 mei 1977
|