Klik op het logo om de site van LCH-Belgium te bezoeken.
Walter en Blanca peters van LCH-patiëntenorganistaie provincie Antwerpen
Hugo Delestinne voorzitter LCH-Belgium vzw
Darleen H.
Dank u LCH Sponsors
Teller: 2805,00 euro
Marie-Louise Piedfort Jerome Boons Josepha Boogaerts Hoskens-Piedfort Hoskens kinderen Jan De Luyck G.A.R Schuurbiers Depoorter - Deroo Caeyzeele-Mondelaers Piedfort-Don Porto Carero Huyghe Freddy Vancraesbeek-Delestinne Breugelmans-Van Leuven Delestinne Hugo en Karin Callewaert Pieterjan en Lore Peter Bienenstock Bruylandt - De Astis De Rooy & Zonen Van Riel - De Kockere Eddy Gorrens Sauvillers - Bellens Janssens - Van Loon Janssens - Paradis Van Looy - Horemans Bellens Robert Horemans Maria Van Dyck - Meeuws Symens Wilfried The Oak bvba De Somer - Goor Delestinne Paul Buyens Walter Goossens Jan Pulmans Victor FF-Architekten bvba Somers - Nys Adriaenssens Anoniem Michelet - Blomme Anoniem Don Porto Carero - Van Riel Pierre Vanderhegghen Poffe Christian
Sponsors logistieke ondersteuning
"In Den Eik" Gierle
Hermans tweewielers Hapert en Reusel
Jef en Ingrid Lewiske Dirk Plees Bart en Margo Radio Lichtaart Monik en Walter (Gamarthe)
Pedro op weg naar en terug thuis van een... pelgrimsfietstocht naar Santiago de Compostela
Pedro, Luus en Martien fietsten van Gierle naar Santiago de Compostela ten voordele van LCH-Belgium vzw
U kunt nog steeds dit project steunen door te storten op het nr.: 734-3771750-11 LCH-Belgium vzw, Hoogstraat 22B/4, 3360 Bierbeek Met vermelding van "Pedro cycling4lch"
28-06-2009
Logroño, de ooievaarsstad
Logroño is een behoorlijk grote stad met gezellige winkelstraten, die bekend staat om haar ooievaars. Logroño ligt precies op een kruispunt van hoofdwegen. Logroño is een levendige, maar minder interessante stad met 115.500 inwoners van wie er velen betrokken zijn bij de handel in de wijnen van de Rioja die hier worden aangevoerd. Logroño is de hoofdstad van de provincie Rioja en wie in de herfst komt, kan er de wijnfeesten meemaken.
Het silhouet van de stad wordt beheerst door de barokke torens van de kathedraal en de spitse vieringtoren van de Santa Maria. Boven de hoofdingang van de plaatselijke Sint Jacobuskerk staat een oorlogszuchtige Santiago meer dan levensgroot afgebeeld als Matamoros oftewel Morendoder. Zijn paard vertrapt een groot aantal Morenschedels. Volgens de legende zou Jacobus in de slag bij Clavijo persoonlijk de christelijke legers hebben aangevoerd en de overwinning bezorgd.
De kathedraal, bekend als Santa Maria la Redonda, is 15de eeuws en kreeg in 1742 de onvermijdelijke aanpassing aan de barokstijl te verduren. Het exterieur is van weinig belang; binnen zijn alleen de koorstoelen uit de 16e eeuw en enkele kapellen het bekijken waard. De Iglesia de Santa Maria del Palacio was oorspronkelijk de residentie van Alfonso VII en werd in de 12de eeuw door de Orde van het Heilige Graf tot kerk omgebouwd; korte tijd later volgde de uitbreiding met de opvallende, piramidevormige vieringtoren. Interessant is alleen het altaarstuk van Aernout van Brussel in de Capilla Mayor. De Iglesia de San Bartolomé, tussen beide genoemde kerken in gelegen, heeft nog een door de school van Navarra beïnvloed gotisch portaal met beeldhouwwerk dat ons het leven van de schutspatroon laat zien.
Op de route naar Santiago de Compostela ligt in Murazabal de kerk van Santa Maria de Eunate.
Eenvoudig, origineel en mysterieus staat de kerk te schitteren in een open landschap. Het achthoekige grondvlak en de kloostergang die erom heen loopt, maken de kerk anders dan iedere andere Romaanse tempel. Het niet verklaarde mysterie van haar oorsprong en het indrukwekkende interieur wekken de belangstelling op voor deze tempel, die vroeger hospitium voor pelgrims, grafkapel, baken en wegwijzer voor wandelaars, een Christelijke cultusplaats en een aards heiligdom voor zoekers naar esoterische krachten was.
De kerk is in 1170 gebouwd, maar haar oorsprong is niet duidelijk: sommige geschiedkundigen denken dat zij misschien het werk was van de tempeliers en het hospitium van de Orde van Sint-Jan, terwijl de volkstraditie de bouw toeschrijft aan een koningin of dame wier graf onder de stenen ligt, en dat de kerk daarom dienst deed als grafkapel. De ontdekking van graven tussen de zuilen en de kloostergang en de overblijfselen van een graf aan de voet van de toegangsdeur, waaronder een pelgrimsschelp is aangetroffen, bevestigen dat het een kerk was waar pelgrims werden begraven.
Het bouwwerk met zijn achthoekige grondvlak is, net als het Heilige Graf te Jeruzalem en andere twee bouwwerken van de Camino de Santiago, omringd door een fraaie galerij met 33 bogen, met versierde kapitelen. De harmonie van het achthoekige grondvlak wordt doorbroken door de vijfhoekige abside en een vierkant torentje dat tegen de epistelzijde is aangebouwd. Op de buitenmuren worden ramen met open constructies en blinde ramen afgewisseld met twee toegangsdeuren. De deuren aan de noordzijde, aan de kant waarlangs de Jakobsweg loopt, zijn rijk versierd, terwijl de andere, die naar het westen uitkijken, eenvoudiger zijn.
Beklimming Col de Ibañeta, uit Pedro's dagboek...
26 mei 9.00 uur. Start in Gamarhte met uitgeruste benen en hoofd, althans dat zou moeten na een rustdag. Het verloopt al vlug anders dan verwacht. De aanloop naar Saint Jean Pied de Port is al best zeer lastig en in het stadje zelf wordt er uitgebreid halt gehouden om boodschappen te doen en koffie te drinken. De benen worden opnieuw zwaar en het werk is nog niet eens begonnen. Het is daarenboven koud en bewolkt, het ziet er naar uit dat het ieder ogenblik zal regenen. In Arnéguy begint de eigenlijke klim, aanvankelijk niet steil tot Valcarlos.
Daar begint het serieuse klimwerk en het begint ook te regenen en ik laat de anderen gaan. Ik dring niet aan om hun tempo te volgen. Ik besef nu al dat mijn eerste col op de Camino een lijdensweg zal worden. Tijdens het klimmen kan ik zelfs niet genieten van de omgeving, het regent onophoudelijk en hoe hoger ik klim hoe meer mist er hangt. Enkele malen zet ik voet aan grond om de druk van de benen te halen en te drinken. Waar ben ik mee bezig flitst het door mijn hoofd. Ik denk dan aan mijn belofte om de steentjes naar Cruz de Ferro te brengen en dat is nog een heel eind. Doorbijten dus en terug de fiets op en stoempen en trekken. Het gaat echt heel moeizaam en als dan nog het verkeer even toeneemt is de pret er helemaal af als er al pret aan te beleven was... Het kleinste verzet wordt aangesproken en ik kan alleen maar hopen dat ik het rond blijf trappen. Vrij rustig klim ik verder onder het motto van 'traag, trager, traagst', wie had me dit weer voorgezegd... Ik neem in volle mist en regen de ene bocht na de andere en het stijgingspercentage gaat ook de hoogte in. Maar ik voel zo iets van binnen dat ik het zal halen en dat stemt me blij. Plots duikt in de mist de naamplaat van "Ibañeta 1057m" op. Een kleine korte 'yes' gaat over mijn lippen en dankbaar maak ik een kruisteken. Foto nemen van de kapel en de top en daarna zo vlug mogelijk naar de slaapgelegenheid die Mart en Luus ondertussen reeds hebben vastgelegd. Het was een zware dag, mentaal en fysiek, maar de eerste 'grote hindernis' werd genomen...
"Madamme s'il-vous-plait, connaissez-vous les Belges"? We moesten in dit kleine dorpje aan de voet van de Pyreneeën de weg vragen naar Monik en Walter, het Vlaamse koppel dat hier al enkele jaren woont.
Correctie: We wonen hier nog geen jaar ! Pas op 26 juni vieren we ons 1 jaar Baskenland! Op 25 juni 2008 zijn we in Edegem vertrokken en de dag erna zijn we in Gamarthe aangekomen. (Dixit Monik)
Monik en Walter verwelkomen ons zeer hartelijk, hun beide hondjes, Kara en Kwispel voelen zich in hun nopjes met het bezoek. Inkwartieren, douchen en onze vuile was (laten) doen. 's Avonds een lekkere maaltijd, blog verzorgen en tevreden naar bed, oh ja, morgen een rustdag...
Na het ontbijt nog een keer het blog aangepast. Met Walter en Monik een bezoek brengen aan Saint Jean-Pied-de-Port lijkt me een zeer leuk idee. Ook René uit Nijmegen opnieuw ontmoet daar in StJPdP. Hij zal ons morgen vergezellen over de Col de Ibañeta. We weten nu ook waar we de Jacobusstempel kunnen ophalen in St JPdP. Het stadje is zeer toeristisch en ik krijg de indruk dat er tal van 'nep-pelgrims' rondlopen. Wie ben ik echter om dit te zeggen? Wat ben ik in de ogen van de naderen?...
We hebben ook even het in aanbouw zijnde huis van Monik en Walter gaan bekijken. In de namiddag komt Ludo Docx op bezoek, priester-activist en vechter voor de Basken in de streek. (zie ook vorig log). Chris en Sooi komen ook op bezoek en nemen onze overbodige ballast mee naar huis! Het wordt echt gezellig wanneer iedereen aan tafel geniet van de maaltijd van Monik, incluus het kaasdessert en de wijn.
Chris en Sooi nemen de tenten mee, ballast minder dus. Met een opgedragen dikke knuffel (van Lewiske aan mij) neem ik afscheid van Chris en Sooi. Dagboek inschrijven, verder nog enkele gezellige uurtjes samen met Monik en Walter. Morgen wacht een zware dag en hopelijk is het weer opnieuw zonnig. Radio Lichtaart hebben we live vanuit de huiskamer gedaan, een toffe babbel met Gust en iedereen in Lichtaart en omstreken weet nu dat er Vlamingen woningen in Gamarthe. Gamarthe, waar ligt dat ergens?...
Onze Heer heeft rare en goede kostgangers op z'n wereld lopen...
We ontmoetten op 25 mei Ludo Docx, priester-activist en diensdoende pelgrimsontvanger in de Frans-Baskische landsgemeente Saint Palais (Donapaleu). Ludo was te gast bij het Vlaamse gezin Walter en Monik te Gamarthe, waar wij ook waren uitgenodigd om te overnachten en een dagje rust te nemen. Ludo verdedigd al 19 jaar de belangen van de pelgrims en ook de belangen van de Basken in de streek. Ludo is een gezellige wat (te) rechtsgezinde man. Een man met levenswijsheid, een man die weet wat doorzetten betekent. Ludo wordt door zijn soms (te) krasse uitspraken niet altijd even geliefd en graag gezien. Ludo is een Belg, pardon, een Vlaming in Baskenland...Ludo is een toffe man, afkomstig uit Berlaar-Heikant een Vlaming in hart en nieren. Ludo is een man waarvan men veel kan leren...Une nouvelle histoire belge à Donapaleu...
Uit "Tribune des Lecteurs", Berriak samedi 16 mei 2009 "Nos amis belges accueillent les pèlerins" était le titre d'un article en première page du journal de Saint-Palais dus vendredi 24 avril dernier...
Uit het dagboek van Pedro...22 mei. Door de Landes fietsen is niet alleen lichamelijk maar vooral psychisch zwaar, volle en halfvolle glazen... Ik denk na over hetgeen reeds is gepasseerd. Ik denk na over hetgeen wat verleden noemt. Ik denk na over hetgeen wat komen moet en dat, ja dat baart me zorgen. Het halfvolle glas geeft me waanideeën... Ik zie ineens reusachtige bergen voor mijn ogen verschijnen. Bergen met grijpgrage handen die me afduwen, terug naar beneden en handen die me weigeren omhoog te trekken...Het volle glas geeft eindelijk zon, rugwind en 25°C aan temperatuur...
Realiteit is dat ik fiets over lange rechte vlakke wegen. Langs metershoge kaarsrechte dennenbomen. Het lange oneindig lijkend recht stuk waar ik momenteel door fiets heeft geleden onder de zware voorjaarsstorm zeg maar orkaan. Afgeknakte bomen, omgewaaide electriciteitspalen, afgerukte daken, kortom een triestig aanzicht op de oh zo serene Les Landes.
Toch is niet alles recht en vlak in Les Landes, er zijn ook riviertjes waar de wegen naar toelopen en terug van weg lopen via een serieuse helling...Moustey wijst me er op dat ik nog een goeie 1000km voor de boeg heb. Les Haut Landais in Moustey is een stopplaats voor een verfrissing, deze auberge wordt uitgebaad door een Nederlands echtpaar. Ik ben er niet alleen, meerdere pelgrims hebben weet van deze plek...
's Avonds wordt er gestopt in Labouheyre en slapen doe ik in de refugio van Jacques en Jacqueline, toepasselijke namen voor het runnen van een refuge voor pelgrims op weg naar Santiago...Luus, Mart, Esther, Eric en de mooie Delphine zijn mijn compagnons...
Remember de ontmoeting in Commensacq met een oude vrouw die me vertelde dat haar vriendin ook op pad is naar Santiago de Compostela...per autobus weliswaar. Zo heeft iedereen zijn eigen manier om de 'Camino' te ondergaan...
18 mei: Lezay - St Jean d'Angély, 72km Ontbijt: 08.00 uur Start: 09.00 uur Het weer: Zonnig met bewolking, later overwegend bewolkt, temperatuur: 15-20°C "Het wordt opnieuw veel klimmen. Vandaag hellingen van 6% à 7% en meer. Afzien op de fiets. Afzien om te pelgrimeren, lijden is een boetedoening...
We overschrijden de 1000km ter hoogte van Melle (ja, in Frankrijk is ook een Melle en waarschijnlijk ook 'de man van Melle'). Op en af, fietsen langs hoge hagen en toch niet geheel uit de wind zittend. Door het Fôret d'Aulnay waar we ons bij één van de vele carrefours van weg vergissen en zo uitkomen in een onooglijk klein dorpje, Gâtebourse genaamd. In het bushokje (lievelingsplek van Luus en Mart om een eetstop te houden) aldaar is het tijd voor de broodmaaltijd. Stokbrood met kaas en soep. Verder naar Aulnay. De benen zijn redelijk, nog steeds na de zware hellingen...reeds 40km afgelegd. Door de rustdag van gisteren is de moreel opnieuw goed. In Aulnay bezoek gebracht aan eglise St. Pierre. Een stiltemoment gehouden.
We fietsen door vele kleine dorpjes en gehuchten waar de tijd is blijven stil staan. Ik waande me soms enkele eeuwen terug...zoals ik me die tijd voorstel uiteraard. Met nog enkele heftige klimmetjes bereiken we St. Jean d'Angély. Op de markplaats ontmoeten we opnieuw Benny en Gre uit Drenthe. Na wat inkopen gedaan te hebben zoeken we de camping op (via een grote omweg).
Tent opzetten, douchen en eten. Broodje met kaas en twee amandelkoeken. Om 18.30 uur radio Lichtaart opgebeld, live gesprek met Gust. Luus heeft ook haar stem laten horen in de Kempen rond Lichtaart. Van uit de telefooncel nog naar Wis gebeld en dan slapen en morgen vroeg uit de slaapzak om het campingritueel uit te voeren...en verder op weg naar de Atlantische kuststreek... Totaal aantal kilometer gefietst tot op heden: 1054km"
We verbleven in Tours, een verplichte halte voor een pelgrim...
13-14 mei... Een pelgrim op weg naar Santiago de Compostela maakt een stop in Tours, vooral een bezoek aan de basiliek Saint Martin kan en mag niet ontbreken... Tours is de hoofdstad van het departement Indre-et-Loire, regio Centre de la Loire, aan de Loire en de Cher.
Tours was in de Gallische tijd de hoofdplaats van het volk van de Turones. Sinds de 3de eeuw was het de residentie van bisschoppen, van wie de bekendste H. Martinus (in 371 tot bisschop gekozen) was. De stad vormde gedurende de middeleeuwen een van de voornaamste middelpunten van cultuur. In 1154 werd Tours met het omliggende land, Touraine, deel van het graafschap Anjou onder het Huis Plantagenet, dat ook in Engeland regeerde; in 1205 werd het aan de Franse Kroon getrokken. Het hedendaagse Tours is een belangrijk regionaal centrum en er is belangrijk toerisme. De stad is zetel van een rooms-katholiek aartsbisschop en herbergt een universiteit, een conservatorium, een studiecentrum betreffende de renaissance, een academie voor schone kunsten en tal van andere culturele instellingen.
Links, de basiliek St. Martin Rechts, de toegangspoort voor de Pelgrims
Het beroemdste bedevaartsoord van Frankrijk is het graf van de heilige Martin of Martinus, de apostel van de Galliërs. Als zoon van een Romeinse volkstribuun, volksleider, in 316/17 geboren in Sabria/Pannonia en in Pavia opgevoed, trad Martin op 15-jarige leeftijd in het Romeinse leger. In deze tijd vond de beroemde manteldeling van Martin plaats voor de toren van Amiens. Na het doopsel te hebben ontvangen op 18 jarige leeftijd was hij leerling van de heilige Hilarius van Poitiers. Na enkele jaren van kluizenaarschap op het eiland Gallinaria bij Genua stichtte hij in 361 het eerste klooster op Gallische grond en in heel Europa in Ligugé bij Poïtiers. In 371 werd hij door het volk gekozen tot bisschop en hij stichtte in 375 het klooster Marmoutiers. Hij stierf op 8 november 397 tijdens een zielzorgreis in Candes bij Tours.
Als eerste niet-martelaar verwierf Martin al snel na zijn dood algemene verering, die ook tot uitdrukking kwam in de pelgrimsreizen naar zijn graf. Ter ere van de overleden bisschop werd in circa 470 een basiliek gebouwd, waarin zijn stoffelijke resten werden bijgezet. In totaal vijf pausen maar ook Karel Martel (675-714) en Karel de Grote (768-814) namen deel aan de beroemdste bedevaart van de Middeleeuwen.
12 mei...op weg naar Tours... We noemden ze steevast "meneer en madam Petit", is trouwens ook hun familienaam, als we het hadden over die ene chambre d'hôte bij Villiersfaulx. Heel het verdere verloop van onze trip naar Compostela werden beide inwoners van Thoré aan Les Morines aangehaald als het voorbeeld van vriendelijk ontvangst...
In Villiersfaulx zelf was geen slaapgelegenheid te vinden. Gevraagd aan twee heren aan het plaatselijk schooltje en deze beide toffe begroeters stuurden ons 2 km terug naar Thoré, daar was wel een chambre d'hôte. Inderdaad in Thoré-Houssay vonden we voor die dag een onderkomen. De vier musketiers, René uit Nijmegen was de vierde pelgrim, werden eerst wat twijfelend aanschouwd, maar vlug werden we onthaald zoals het nog niet eerder was gebeurd.
Net van de fiets gestapt stond de karaf wijn al op de tuintafel. Vijf minuten later wisten we welke kamer we zouden delen. Ook werden we uitgenodigd om 's avonds de table d'hôte te gebruiken. De pot 'reusel' (wie heeft dat potteke met vet op de tafel gezet...) kwam eerst op tafel en ja proeven moesten we, vervolgens nog een karaf wijn, nu een vin rouge du maison. De tongen kwamen los en mijn Hollands gezelschap begon zowaar ook Frans (met veel haar) te praten... Madamme Petit had zich uitgesloofd om soep met brood, patatten met boontjes en varkensfilet te bereiden met als toetje een crème brulée die ietwat te nat was uitgevallen... Natuurlijk was er ook nog de traditionele Franse kaas... Meneer Petit vertelde honderduit over zijn mini boerenbedrijf, over varkens en geiten, patatten en wijn. Over hun kinderen, over hun broers en zusters, die blijkbaar allen op de een of ander manier mee het bedrijf runden. Over zijn 25 jaar oude Mercedes, over zijn overjaarse tractors en Spirou, de hond, die 'likte' mee aan de pot... De gezellige en naar het eind toe luidruchtige avond werd afgesloten met een coup de Whisky van eigen brouwsel. En of dat we geslapen hebben... 's Morgens stonden beide kranige 'oudjes' paraat om een overheerlijk, meer dan Frans ontbijt te serveren.
Salut M et Mme Petit, merci beaucoup pour l'accueil... Het volledige adres van de charmante chambre d'hôte met table d'hôte: Hubert et Annette Petit, Les Morines, 41800 Houssay, gelegen tussen Châteaudun en Tours midden de graanschuur van Frankrijk...
5 mei een voorteken..? Onder een druilende regen (motregen dus) vertrokken we in Honnecourt sur Escaut. Bij het passeren van een grot hielden we halt en stelden vast dat deze grot een replica is van de Lourdesgrot. Na een gebedje voor beter weer en voorspoed op onze tocht begon het plots feller te regenen. De heilige Bernadette begon zowaar echt te wenen. Zou dit een of ander voorteken zijn? Ik was trouwens de dag voordien het Maria-medaillonnetje verloren, ook een slecht voorteken?
In Gouy zijn we de Scheldebron gaan bezoeken en daar gebeurde het dan. De val van Pedro, hij geraakte niet uit de klikpedaal met alle gevolgen. Val op de 'slechte' knie en op de 'slechte' schouder...Na de eerste zorgen toegediend door Luus ging de rit verder en Pedro... hij keek somber...
In Berlancourt vroegen we om een slaapplaats maar de vrouw des huizes was nu net de gastenkamers aan het schilderen. De traan van Bernadette had al duidelijk haar werk gedaan... Verder naar Bussy waar het plots ophield met regenen (zou de traan van Bernadette opgedroogd zijn?) en waar we gratis onderdak kregen in een gîte. "La Ferme de La Cressonniere", een grote en gezellige gîte, helemaal voor ons alleen...merci monsieur Codron, merci beaucoup!
Foto's: Pedro Zie ook: klik op de foto van de gîte
Bezienswaardigheid op de Camino, O.L.V. - kathedraal van Tournai
De derde dag fietsten we verder langs de Dender van Geraardsbergen richting Doornik, Tournai pour les Wallons. In mijn dagboek schreef ik op 3 mei: " Doornik zou een mooie stad kunnen zijn indien men er wat zou aan doen". Hiermee bedoel ik dat de stad een minder nette indruk geeft dan de toeristische info laat uitschijnen... Doch is er één monument zeker het bekijken waard, de kathedraal met haar vijf torens! Helaas was de O.L.V.-kathedraal gesloten wegens werkzaamheden.
De Onze-Lieve-Vrouw kathedraal van Doornik is één van de mooiste religieuze monumenten in het Westen. Verschillende andere kerken hebben er op dezelfde plaats gestaan sinds de opkomst van het Christendom in onze streken.
Het hedendaags bouwwerk heeft een middenbeuk en een dwarsbeuk in Romaanse stijl, geheel gebouwd in de XIIde eeuw en een Gotisch koor uit de XIIIde eeuw. Boven de kruisbeuk verrijzen vijf torens, wat de kathedraal een onvergelijkbaar groots aanzien verleent. (Lees meer...)
Foto's: foto links: wandelbloggers foto rechts: Pedro
Ontmoetingen op de Camino... Dag 2, even van de route afwijken om de Abdij van Affligem te bezoeken en een stempel voor ons stempelboekje te halen...
We werden er ontvangen door een broeder uit Lisse (NL). De broeder had het goed gezien dat we dorst hadden en bood ons hun abdijbier aan. Het gesprek ging vooral over het waarom dat we naar Compostela fietsten. LCH klonk niet zo bekend in de oren van de broeder, we hebben dan lang gepraat over 'wat is LCH'... De broeder verzekerde ons dat het eerste gebed zou gewijd worden aan de LCH-patiënten. Na nog gepraat te hebben over koetjes en kalfjes fietsten we verder met een voldaan gevoel...ook het lekkere abdijbier zat enkele kilometer in de benen...
Ontmoetingen op de camino... Langs de Nete ter hoogte van Duffel hoorden we doedelzakmuziek. De eerste ontmoeting op onze camino was in de maak. We stopten even en deden een babbel met de doedelzakspeler. Mart legde zelfs een euro in de doedelzakspeler zijn tas. "Ach neen", zei de man, "dat hoeft niet, ik speel hier langs de Nete in de vrije natuur omdat mijn vrouw liever heeft dat ik niet thuis oefen..." De doedelzakspeler zagen we later terug in Gierle tijdens onze thuiskomst. Patrick luisterde onze thuiskomst op met enkele prachtige nummers...
Sint Jacobuskapel in Lier. De oorspronkelijke Sint-Jacobskapel dateert uit 1383, maar werd herhaaldelijk herbouwd en gerestaureerd. In de 17de eeuw diende ze als parochiekerk voor de Spaanse troepen, die in Lier gelegerd waren. Vandaar ook de benaming "Spaanse Kapel". De wapenschilden van de Spaanse provincies herinneren aan deze periode. Na zware beschading tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de Sint-Jacobskapel nogmaals heropgebouwd. De poort links naast de kapel gaf vroeger toegang tot het Sint-Jacobsgodhuis, dat in 1848 gesloopt werd. Hier woonden twaalf bejaarden in aparte huisjes.
Lewiske had voor de terugkomst van het Compostela-trio een meer dan hartelijk ontvangst georganiseerd. Fietsvrienden, kennissen, collega's en familie wachtten de fietsers op. Doedelzakspeler Patrick, de eerste ontmoeting op weg naar Compostela, luisterde het geheel op. Ook Darleen, LCH-patiëntje, met haar mama en papa waren er alsook Walter en Blanca, peters van het LCH-project van de provincie. Een verrassend onthaal dat menig traan deed wegpinken. Pedro bedankte de aanwezigen om hun hartelijk onthaal en ook Luus en Martien hadden niets dan lof over de manier waarop ze hier in Gierle werden ontvangen. Darleen had nog enkele verrassingen klaargemaakt voor de fietsers en Walter Buyens wist ons nog te melden dat er 2805,00 euro werd bijeengefietst ten voordele van het LCH-project. In totaal werden er 2398 km afgelegd door Pedro en zijn twee Hollandse fietsvrienden Luus en Martien. Geïntresseerden die nog willen storten ten voordele van het project kunnen dat blijven doen. (Zie bijlage)
Door en door nat, rillend van de kou maar binnenin toch een beetje warm... Santiago werd bereikt. Moe, meer dan moe, leeg gereden op die laatste beklimmimgen naar Santiago de Compostela toe. Fietsen door de drukke stad is evenmim gemakkelijk met die Spaanse autobestuurders die weinig respect hebben voor de fietser... Even dwalen we langs de ring om via een ommetje dan toch op het plein vóór de kathedraal aan te komem. Het is 17.00 uur plaatselijke tijd wanneer René uit Nijmegen het enige licht is dat we zien in de pletsende regen en op een troosteloos pelgrimsplein... René uit Nijmegen heeft onderweg naar Santiago tijdelijk onze 'vierde man' geweest, een pelgrim ontmoet een pelgrim en René zal als pelgrimsvriend in ons hart blijven... Na de eerste indrukken opgedaan te hebben zoeken we en habitaciones op. 'Hostal Mafer' wordt het, een klein pension waar we een kamer huren voor 3 nachten. De hospicia is een vriendelijke dame die de zeer vriendelijke allures heeft van een zorgelijke 'kotmadam'. Overbezorgd legt ze ons in de watten en droogt zelfs de natte doorweekte kleren...
Woensdag 10 juni wonen we de pelgrimsmis bij. Een mis die redelijk verstoord wordt door een meute toeristen. Van enige stilte en dito moment is geen sprake ondanks de aanmaningen van een priester-koster. We leven nu eenmaal in een wereld waar inkomsten belangrijker zijn dan een stilte-moment... en Santiago leeft van de inkomsten van de toerist en ook van die van de pelgrims... de habituees aldaar kennen echter geen verschil.
Donderdag 11 juni: Santiago de Compostela is een oude stad met veel mooie gebouwen en die zijn we nu aan het bewonderen. Morgen, 12 juni, om 9.00 uur verlaten we Santiago, per bus naar de luchthaven, via Madrid en Charleroi terug naar Gierle, waar het op 1 mei allemaal begon... De tocht in het teken van los-laten, in het teken van ont-moeten, in het teken van be-lijden en ook vooral in het teken van de steun aan LCH...
Darleen en de vele andere LCH-patiënten het gaat jullie goed en wij hopen dat onze tocht voor jullie een steun betekende...
Beste blogbezoekers, vanaf heden zullen er op dit blog aanvullingen gebeuren op de verslagen over Pedro's camino... teksten en foto's zullen de al boeiende reportage van Margo aanvullen...
Stempelboekje vol zegels die bewijzen dat je op de camino de bijzondere pelgrimplaatsen hebt aangedaan...
Olé, olé, we hebben wat te vieren. Pedro, Luus en Martien zijn vanavond aangekomen in Santiago, de langverwachte eindbestemming. Jammer genoeg zijn de weersomstandigheden barslecht, veel regen en koude temperaturen. Vannacht zullen ze overnachten in een klein hotelletje. Morgen halen ze hun geloofsbrief, in het Latijn, een document als bewijs van hun camino. Om 12.00 u volgen ze dan de mis in de kathedraal. Ook morgen zullen ze hun fietsen inleveren bij de fietsbus. Deze bus zal hun fietsen vervoeren naar België, waar ze in de loop van volgende week zullen arriveren en opgehaald kunnen worden. Het pelgrimstrio zelf zal vrijdag aankomen met het vliegtuig in Charleroi. De dagen daartussen kunnen ze hopelijk genieten van de apotheose van hun camino. Misschien staat er nog een bezoek aan Cabo Fisterra op het programma, maar dit zal afhangen van de weersomstandigheden. Ik denk dat Pedro heel erg moe en voldaan naar huis zal terugkeren. Wis is alvast enorm blij en opgelucht dat Pedro in Santiago is aangekomen, en ze kan nu beginnen aftellen naar zijn thuiskomst. Een dikke, dikke proficiat voor Pedro, Luus en Martien en we kijken er naar uit om ze te begroeten in Gierle!!
Ik weet niet of er nog een verslag zal volgen van de volgende dagen, dus ik ga niet schrijven 'tot morgen', we zien wel. In ieder geval vond ik het fijn om iedere dag verslag uit te brengen. Groetjes, Margo
Vanochtend is het pelgrimstrio vertrokken vanuit Paradela voor een rit vn 47 km, in barslecht weer! Pedro geeft aan dat ze als het ware verdrinken, daarbij komt dat dit weer ook gevaarlijk is voor de fietsers, omdat de automobilisten vrij snel en kort bij de pelgrims rijden. Luus en Martien vinden echter dat dit weer bij de camino hoort, toch houdt Pedro liever van de zon: mas calor por favor! De vele honderden pelgrims die ze tegen komen, stappen 'en silencia' verder. Blijkbaar ervaart iedereen de camino toch wel anders! Vanavond zullen ze overnachten in een hotel in Melide, namelijk hotel Carlos voor pelgrims. Nog eventjes, ...
Noot: foto's zijn aanklikbaar gevolgd door meer nieuws over de CAMINO ***** Bron van de teksten: Bezinningsboekje voor de Compostela-pelgrim ***** Op pelgrimstocht gaan is los-laten allerhande dingen, maar ook: je zekerheden. Je leert vertrouwen.
Op pelgrimstocht gaan is achter-laten: je vertrouwde omgeving, maar ook: een stuk verleden. Je trekt de toekomst tegemoet.
Op pelgrimstocht gaan is toe-laten: nieuwe ervaringen en nieuwe mensen, maar vooral ook: nieuwe levenszin. Je hoopt te vinden
"Peregrino, onde vai o seu destino?" "Onde éque a vida me leva, meu filho!" "Pelgrim, waarheen gaat uw bestemming?" "Waar het leven mij naar toe leidt, mijn zoon"
Ik wil de Camino fietsen, mezelf naar Santiago de Compostela brengen. Het zal me sterken en als ik het haal ben ik een pelgrim.
Pelgrim zijn is de steen, die je meezeult, onderweg achterlaten; en nieuwe stenen vinden om met je leven iets moois te bouwen
Pelgrim zijn is je pelgrimsstaf nemen en op weg gaan, je kleine zekerheden verlaten om te ervaren wat en wie de Grote Zekerheid is, en daarop mogen steunen, als op een staf.
Mezelf tegenkomen is onherroepelijk, waaruit ik zal leren... ***** Bouwkunst en cultuur wil ik opnemen en toevoegen om te bewaren...
Een moment van stilte zal ik koesteren en de rijkdom hiervan ervaren...
Alles beleven, alles ondergaan, dankbaar ben ik mijn naasten omdat zij mij dit alles gunnen...
Pelgrim zijn is je een stuk van de weg voelen worden; je over bergen en grenzen heen werken, geloven dat het doel voor je ligt...
Pelgrim zijn is doorheen de schoonheid van de natuur iets van de Kunstenaar vermoeden en geloven dat Hij ook jou wil kneden en vormen, dat Hij ook in jou zijn schoonheid wil leggen...
Pelgrim zijn is het brood breken met anderen en méér terug krijgen dan je gegeven hebt; je leven delen met een vriend en voelen dat de Andere mee fietst.
Pelgrim zijn is je laven aan de bron en ervaren hoe levend-gevend water kan zijn; is op zoek gaan naar de diepste bron van jouw leven
Pelgrim zijn is het kruis van jouw leven niet langer wegstoppen maar het opnemen en ontdekken dat je het dragen kan.
Pelgrims zijn is fluiten van vreugde omdat je doorheen veel zweet en moeite het Doel in zicht krijgt
Pelgrim zijn is jouw kleine hand in Zijn grote hand leggen, geloven dat jouw Naam in Zijn palm geschreven staat, vertrouwen dat Hij je draagt en nooit laat vallen.
Pelgrim zijn is een schelp vinden, er blij om zijn, maar ook weten dat het maar een halve schelp is; er zeker van worden dat je pas lééft als je jouw oren, jouw handen als een schelp opent voor anderen...