(Op de wijze van 'Ze zullen hem niet temmen...')
De Vlaamse Leeuw is uit de tijd.
Leve:
De Vlaamse Geit!
In Vlaanderen leeuwen vinden, zoek die dan in een kooi.
Het beest is meest een standbeeld, of anders bruin geklooi!
Papieren leeuwen, vaandels, 't roert menig Vlaamse held.
Een haan kan men niet melken, de geit, ons geit, die telt.
Refrein:
Zij laat zich ook niet temmen, ons mooie vranke geit.
Te samen met haar bokske, springt ze de hele tijd.
Ze is al beeld van Vlaanderen, een halve eeuwigheid.
Geen Vlaamser wijf te vinden, die baard en horens heeft,
Dwars is ze en dwars draagt ze, maar melk en kaas ze geeft.
't Karakter lijkt op Vlaanderen, soms is 't een echt schandaal.
Van links naar rechts zo bokkig, al lust ze wel een Waal!
Refrein:
Zij voelt als Vlaamse vrouwen, zo lief en soms behekst.
Gehoornd duivels mysterie, groenvretend en toch gekst.
Ze neemt er veel te grazen en droomt diep in haar stal.
Van bokken, bokkenrijders in onbeperkt getal.
Refrein:
De droom van Vlaamse leeuwen is uit en uit de tijd.
De angst voor vreemd en anders moet weg, en ook de nijd.
Laat lach en liefde leven, de bok en ook de geit.
Wat nooit of nooit mag minderen, is solidariteit!
Refrein:
J.V.