Stralende toekomst?
Op 26 april 1986 ontplofte 1 van de 4 reactoren in de kerncentrale
in Tsjernobyl. Dit is een stad gelegen in het noorden van Oekraïne,
waar voor de ramp 15.000 inwoners waren, nu woont er zo goed als
niemand meer. Het was het zwaarste kernongeluk ooit.
De oorzaak
was een samenloop van fouten en omstandigheden. Iets wat, zoals men
hier en overal vertelde, helemaal niet kon geschieden. Nu natuurlijk
zegt men hier en op alle kernplaatsen dat Tsjernobyl iets helemaal
apart was dat niet, helemaal niet, met onze superveilige kernreactoren
kan - en vooral mag vergeleken worden.
Nochtans geleek de manier van doen van onze overheid, na die ramp, zeer sterk op die van de Sovjet-Unie (SU) van toen.
Men
verzweeg in de SU eerst dat er ook maar iets gebeurd was voor de eigen
bevolking. Slechts toen in Zweden, duizend kilometer van Tsjernobyl,
een dag later alarm werd geslagen door de duizelingwekkende stijging
van de radioactieve straling, werd schoorvoetend toegegeven dat er (een
beetje) stront aan de knikker was.
Eerst op 27 april kwam de
evacuatie van de omwoners op gang; na tien dagen waren ca. 135.000
mensen geëvacueerd in een straal van 30 kilometer rond de ontplofte
kernreactor.
Maar vijf dagen na de explosie op 1 mei -
paradeerde het Rode leger lustig in Moskou. De sovjetleiders vertelden
daar niets over de ramp, alleen hun familieleden werden naar veiliger
plaatsen gebracht.
Toen de metingen in alle Europese landen tilt
sloegen, ook in België, brachten de sovjets zeer verwarde berichten.
Ja, er was een reactor ontploft, maar men was aan het blussen met zeer
effectieve stoffen. Nadien bleek dat door de helikopters heel wat
radioactief stof werd opgewaaid dat door de wind verder verspreid werd.
Tevens werd brandend grafiet aan de lucht blootgesteld zodat in de
eerste dagen nog meer radioactiviteit vrij kwam.
Na meer dan een week, raakte de reactor eindelijk toch min of meer geblust door hem in een soort sarcofaag te begraven.
De
vermeldingen van de gevolgen bleven zeer spaarzaam en soms
tegengesteld. Eerst was er sprake van enkele slachtoffers, nadien
groeide dat getal uit tot ongeveer 25.000. Maar volgens het Comité van
Liquidatie zijn er wel 100.000 slachtoffers tengevolge van
blootstelling aan de radioactieve straling.
Bepaalde
internationale organisaties, bekommerd om de kernindustrie, erkennen
slechts 31 brandweermannen als slachtoffers; diegenen die direct na de
ramp in de ontplofte reactor zijn beginnen te blussen...
Gezondheid
Heel wat onderzoeken betreffende de gevolgen van de kernexplosie
werden de afgelopen jaren door diverse onderzoekers verricht. Ze
spreken elkaar heel dikwijls tegen, zodat de schrikwekkende cijfers in
het net van de verwarrende informatie verdoezeld raken.
Zo werd in
de regio Gomel (die de hoogste graad van radioactiviteit kende) 50
procent meer leukemiegevallen vastgesteld onder kinderen, in
vergelijking met de cijfers vóór de ramp. Anders ingestelde
onderzoekers rapporteerden dat er géén significante verhoging was bij
kinderen
Over volgende zaken is men het echter op internationaal
niveau wel eens: bij tenminste 1800 kinderen en adolescenten,
rapporteert de Wereldgezondheidsorganisatie in 2002, ontwikkelde zich
schildklierkanker als gevolg van de ramp.
Men vreest dat bij
inwoners die kind of jongere waren ten tijde van het ongeluk, de
kerngerelateerde ziekten de komende decennia zal stijgen tot meer dan
8000 (over oude mensen wordt, zoals in heel de wereld gebruikelijk, niets vermeld. Noot J.V.).
Ook
erkent men als direct gevolg van de kernramp een ernstige toename van
het aantal borst-, long- en maagkankers. Tevens wordt toegegeven dat de
gezondheidstoestand van mensen in de getroffen gebieden zeer zwak is.
Gevolgen van de kernramp in België
In België was in 1986 de besmetting nogal afhankelijk van het weer.
Op plaatsen waar het regende werd de radioactiviteit neergeslagen. Wat
niet wil zeggen dat er bij droog weer geen radioactiviteit gemeten
werd.
Naast de omgevingsstraling werd vooral de activiteit in luchtstof, gras, bladgroente, melk en vlees gemeten.
Wat
de juiste cijfers aangaat, die zijn moeilijk te vinden voor België. Het
Belgisch Studiecentrum voor Kernenergie (SCK) spreekt in zijn rapport
over de gevolgen van het ongeval in ons land, niet specifiek over
metingen maar over schattingen. Ook wordt dikwijls de voorwaardelijke
tijd gebruikt bijvoorbeeld: De schildklierdosis van een jong kind dat
hoofdzakelijk van de meest besmette melk zou gedronken hebben, zou 4
mSv bedragen voor het eerste jaar na Tsjernobyl.
SCK schrijft ook herhaaldelijk geruststellend dat de radioactiviteit na de kernproeven in de jaren 1960 tot 4 maal hoger was.
Gezondheidseffecten volgens SCK
In België was de supplementaire stralingsblootstelling tengevolge
van het ongeval klein vergeleken met de gemiddelde
stralingsblootstelling van onze bevolking. Zelfs gebruikmakend van de
meest pessimistische risicocijfers aangaande kankerinductie en
aangeboren of erfelijke afwijkingen, is het niet mogelijk om een
eventuele toename in het licht te stellen.
Preventie volgens SCK
De hoge schildklierdosissen en het optreden van schildklierkanker
bij jongeren in de besmette regios rond Tsjernobyl, waren het gevolg
van een onvoldoende bescherming van de schildklier bij een ongeval (voilà, met SCK in Tsjernobyl had men daar voorzeker net zo min gezondheidsproblemen gehad als hier bij ons. Noot J.V.).
Maatregelen
zoals binnenblijven, deuren en ramen sluiten tijdens het overtrekken
van de radioactieve wolk, beschermen niet alleen tegen het actieve
jodium, maar ook tegen de andere stoffen die in de wolk aanwezig zijn (zo simpel kan een kernramp bestreden worden! Noot J.V.)
Besmettingen in de voedselketen
Ook hier blijft SCK zeer positief. In mei 1986 voerde men op
uitgebreide schaal metingen uit van verscheidene voedingswaren, waarvan
de meerderheid een besmettingsniveau ver onder de geldende normen
vertoonde. Iets verder geeft SCK wel toe dat bladgroenten zoals
spinazie, zeer gevoelig waren voor besmetting. Gras al evenzeer, dus
ook melk via de koeien, zodat op afzonderlijke boerderijen, zoals SCK
dat beschrijft, de melkbesmetting wel degelijk hoge waarden heeft
bereikt. Paddenstoelen, waarschuwt SCK ernstig, zijn lange tijd
gevaarlijk gebleven. En als zoiets toegegeven wordt door het Belgisch
Studiecentrum voor Kernenergie, dan moet het wel erg geweest zijn!
Zouden die duivelse behekste paddenstoelen in België die hele radioactieve wolk opgeslokt hebben?
Richtwaarden voor besmette landbouwproducten
Tot slot erna kwamen alleen goede voornemens voor de toekomst vermeldt SCK dat op het ogenblik van de ramp (men had nog nergens de mogelijkheid van een ramp overwogen blijkbaar. Noot J.V.)
er geen eenduidige richtwaarden waren voor besmettingsniveaus waaronder
men landbouwproducten mocht verhandelen, en waarboven er maatregelen
nodig waren.
Onze overheid (bijna) in actie
De eerste metingen van dramatische stijging van de kernwaarden in
België door automatische meetstations nabij Namen, werden door vakantie
van de personeelsleden niet opgemerkt. Op 27 en 28 april werd Miet
Smet, staatssecretaris voor Leefmilieu op de hoogte gebracht, alsook
Premier Martens, ministers Tindemans en Nothomb. Paul Schonken, en F.
Eggermont, deskundigen die nochtans ook met vakantie waren, speelden
daarbij een belangrijke rol.
De rol van het SCK in deze was zo goed als onbestaande. Miet Smet
zweeg, ze verkoos geen onrust te zaaien in deze vakantieperiode.
Praktisch
kwam alleen de toenmalige weerman Armand Pien in beeld, die het had
over een kernramp met als gevolg een radioactieve wolk, die gelukkig
van België wegwaaide.
Ongerust door vele reacties uit meerdere
Europese landen, die gewaagden van een onoverzienbare milieuramp als
gevolg van de ontploffing van de kernreactor in Tsjernobyl, riep
Premier Martens de regering samen. Maar ook daar verdedigde Miet Smet
haar stelling dat het beter was geen paniek te zaaien en de bevolking
geruststellend in te lichten, en enkele adviezen te geven, onder meer
om de bladgroenten goed te spoelen. Kort daarop sprak de Waalse
minister Ducarme staatssecretaris Smet tegen, zodat de verwarring
compleet was.
F. Eggermont, deskundige met vakantie, sprak in de
media zijn grote ongerustheid uit. Ondertussen was het begin mei en de
straling in Tsjernobyl nam nog toe. Armand Pien, die nattigheid voelde,
te meer daar regen op komst was, wilde in zijn weerbericht volledige
informatie geven. Maar dan werd Pien door de autoriteiten (vergeef me, maar zoals dikwijls is het niet mogelijk er namen op te plakken, gezien de ene het op de andere stak J.V.)
verplicht van uitsluitend over het weer te berichten en over Tsjernobyl
enkel te zeggen dat er een radioactieve wolk ontsnapt was die ons land
niet bedreigde.
In de kerncentrale van Doel is men ondertussen
verbijsterd door de veel te hoge stralingswaarden. Het hoofd van de
stralingsbescherming zegt nadien, niets gedaan te hebben gezien dat dit
zijn taak niet was
Wel werd Miet Smet gealarmeerd.
Op 5 mei ging men in België over tot de orde van de dag.
Eventjes buitenland
In o. a. Polen, Oostenrijk, Italië, Duitsland en Nederland worden
maatregelen genomen die bestaan uit het tegenhouden van vrachtwagens
die uit richting Tsjernobyl komen, controle van melk, koeien op stal te
houden, geen bladgroenten te verbruiken, enz.
(Op 4 mei regent het
in ons land, maar nog steeds niets aan de hand volgens de
staatssecretaris, die zich steunde op het feit dat er geen precieze
normen waren die konden overschreden worden.)
In buurland Nederland meldt men echter dat onder meer spinazie besmet is.
Ondertussen
raakte bekend dat er 8,4 miljoen mensen werden blootgesteld aan
verhoogde radioactieve straling. Een gebied van ongeveer 150.000 km² -
dat is de helft van Italië in Wit-Rusland, Oekraïne en Rusland werd
zwaar besmet. Sinds 1990 is er een duidelijke toename van
schildklierkanker bij personen die als kind aan de radioactieve
vervuiling werden blootgesteld.
In Groot-Brittannië zijn er
vandaag, toch op een afstand van 1500 km van Tsjernobyl, boerderijen
met weiden die nog te veel radioactiviteit uitstralen
Terug naar België
Over de gevolgen in onze kontreien is zo goed als niets bekend.
We
mogen stellen dat Tsjernobyl kernenergie over heel de wereld een
gigantisch zware klap toebracht. In januari 2003 hadden Kamer en Senaat
de uitstap van de kernenergie goedgekeurd. De uitdoofoperatie zou
tussen 2015 en 2020 geschieden, aldus de Paars-Groene regering
Verhofstadt 1. Maar we zouden niet in België zijn mochten er niet
opnieuw stemmen opgaan om kernenergie, met de enorm gevaarlijke afval
waarmee men geen weg weet, een tweede kans te geven. Vlaams Belang is
steeds een fervente voorstander van nucleaire energie geweest. CD&V
is gelijk gewoonlijk mossel noch vis ook in deze. Jean-Marie Dedecker
trekt de VLD weg van het Paars Regeringsakkoord en vecht - roept - voor
kernenergie.
Ondertussen hebben de mensen tijdens de jongste
oliecrisis, ook diep in de portemonnee moeten tasten om de veel te hoge
gasrekening te betalen. En laat nu Oekraïne efkens de gaskraan een
beetje dichtdraaien, en dus wil Minister Verwilghen een nieuwe studie
over de nucleaire energie (heel wat beleidsmensen vragen studies tot
die schrijven wat ze wensen). De VLD zegt nu:De kerncentrales gaan
niet dicht als er tegen dan geen alternatieven zijn. En ondertussen
hebben de alternatieve en hernieuwbare energieën: windkracht,
bio-energie, biomassa-enegie, warmtekracht-koppeling enz. het
natuurlijk uiterst moeilijk.
"Deze mix van hernieuwbare energieën
hebben we grotendeels zelf in handen en maken de uitstap uit
kernenergie mogelijk zonder veel problemen, terwijl onze
afhankelijkheid van dikwijls onbetrouwbare partners sterk vermindert",
schrijft Dirk Draulans in de 'Knack' van januari 2006.
Nucleaire (on)veiligheid december 2005
FANC, dat is het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle, staat
in voor de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de
gevaren uit ioniserende straling.
Het Agentschap dient ook neutrale en objectieve informatie inzake stralingsbescherming en nucleaire veiligheid te verschaffen.
Daarvoor
is ondermeer een meetnet (TELERAD) opgericht voor de nucleaire
controle. TELERAD moet tevens een belangrijke rol spelen bij het in
werking stellen van nucleaire noodplannen.
(http://www.fanc.fgov.be/nl/presentation.htm)
Maar wat ziet ons oog?
De Standaard van 7 december 2005 zet in grote druk: Het blijft wachten op nucleair veiligheidsplan.
-Dat FANC niet goed functioneert is de laatste tijd pijnlijk duidelijk geworden.
Onder
Verhofstadt 1 kreeg het FANC de opdracht om koninklijke besluiten te
schrijven om de fysieke beveiligingsmaatregelen vast te stellen ter
bescherming van de kerntechnologie.
Dat was als gevolg van de
aanslagen van 11 september in de VS. Want natuurlijk was en is er
schrik voor aanslagen op onze kerncentrales.
Denk maar eens aan
Doel, dat uniek in de wereld gebouwd werd op 30 km van de havenstad
Antwerpen en tegen een paternoster van chemische en uiterst brandbare
installaties en fabrieken aanleunt.
Twee en een half jaar later is het FANC nog niet klaar met de teksten. schrijft De Standaard'.
Bij minister van Binnenlandse Zaken Dewael, bevoegd voor FANC, klinkt
het dat de teksten bijna klaar zijn. Er is geen vertraging in dit
dossier, aldus woordvoerder Panneels. Het enige wat nog nodig is, is
één overleg.
Precies een jaar geleden verspreidde Binnenlandse Zaken identiek
dezelfde boodschap. Het plan is klaar, maar wordt nog verfijnd,
verklaarde de woordvoerder toen. Tot daar De Standaard' van 7
november 2005.
Uit dit alles blijkt ook dat onze verantwoordelijke
minister veel en veel meer bezorgd is om arme luizen uit te wijzen, dan
om op te komen voor de bedreigde nucleaire veiligheid van onze ganse
bevolking.
SP.A-kamerlid De Coene, die Dewael had gevraagd om een
onafhankelijke doorlichting door een externe organisatie, kreeg, gezien
het uitdijende schandaal, toch een positief antwoord van de minister.
Daarenboven
lekte nog uit dat het FANC al jarenlang blundert en toch hoge kosten
maakt, tevens is uitgekomen dat het meetnet TELERAD, dat één miljard
oude franken kostte, sedert 2000 niet meer werkt. En als toetje meldt
kamerlid De Coene dat drie van de vier directeurs van het FANC
onbekwaam zijn, volgens een externe doorlichting van Korn/Ferry.
Het
is daarbij goed om weten dat ook in deze onverkwikkelijke zaak een
aantal klokkenluiders hun job op het spel hebben gezet om beweging in
deze doodenge affaire te krijgen.
Het is overduidelijk, hoop ik toch, dat nucleaire energie geen
gewone krachtbron is, want bij de minste vergissing door de techniekers
of door ons gewoon licht corrupte of niet geïnteresseerde beleid, de
gevolgen voor ons én voor ons nageslacht niet te overzien zijn!
Jef Vergif