Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Mailinglijst

Vercauteren-home@telenet.be


Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Zoeken in blog

HET SCHARNIEREND SCHUURTJE II
de actieve 60 plusser
Begin te lezen van 1st verhaaltje !
26-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FOTO OP DE SNELWEG

Nadat ik een paar nachten onrustig geslapen had, opgeschrikt door dromen over aperitiefdrankjes, barbecue- recepten en boodschappenlijstjes, was het dan eindelijk zover : manlief, de jarige leeuw vierde met vrienden en familie met liefst twee barbecuefeestjes zijn 76ste verjaardag. Eén dag nadien, nadat alle ‘Happy birthdays’ gezongen, alles opgegeten en alles leeggedronken was, kon ik eindelijk adrenalineloos een volledige dag ontstressen. De volgende dag gingen wij de caravan uit de winterstalling halen en kon mijn slaap opnieuw verstoord worden door allerlei vakantie- inpaklijstjes.

Voor wij met onze caravan richting zuiden vertrokken, hoorde ik op het allerlaatste journaal, dat de transportsector een studie zou laten uitvoeren. Ze wilden nu wel eens weten hoe het komt dat bij meestal dodelijke ongevallen er zoveel vrachtwagens betrokken zijn. Ik vraag me af of die transportsectorambtenaren ergens heel hoog in een ivoren toren zitten te slapen. Waarom huurt die sector niet eens zelf een truck en zet daar twee avontuurlijke controleurs, met het juiste rijbewijsin. Ze kunnen dan de autosnelwegen wat afschuimen en lekker de trein vrachtwagens voorbijsteken. In de federatietruck zit de ene controleur aan het stuur en steekt op het linker baanvak alle bumperklevende camions voorbij, terwijl zijn medepassagier probleemloos in de cabines kan turen. Een beetje intelligente reflectie kan al vlug die peperdure studie uitsparen. Als ze zo langs die file manoeuvreren kunnen ze moeiteloos vaststellen wat die beroepschauffeurs allemaal uitvreten behalve normaal rijden. Al snel kunnen ze de volgende conclusies aan de sector overhandigen. Sommige truckcowboys hangen geeuwend over hun stuur en slalommen knikkebollend, gedrogeerd of dronken van het rechter op het linker baanvak, liefst met een oplegger vol gevaarlijke goederen achter zich. Ze peuteren in hun neus, kettingroken en slingeren over de weg met hun mobieltje tegen hun oor aangedrukt. Ze trappen onverwachts op de rem als ze eventjes hun facebook- vrienden checken. De verveling druipt over het asfalt. Als het giet van regenen wordt deze wateropspattende vrachtwagenkaravaan  één doffe ellende. En een heel goede raad, als er werkzaamheden aangekondigd worden, kan je beter met je kleine nederige autootje tussen die onoplettende, lusteloze mastodontenbestuurders wegblijven. Voor je het weet, vergeten zij, door hun drukke bezigheden, af te remmen en wordt je eigen kleinere statussymbool tussen twee botskampioenen tot schroot vermalen. Met een beetje geluk, kan jij het nog navertellen op de spoedafdeling. De transportsector wil onze Belgische chauffeurs verplichten om een opfrissingcursus- rijvaardigheid te volgen. Wat is het nut hiervan? Dit zou echter volledig Europees aangepakt moeten worden. Niet alleen wij Belgjes, die weer heiliger dan de paus willen zijn, moeten gekeurd worden, terwijl de rest van Europa ongestoord met gangstertrucks blijven rondrijden. Ik denk dat wat meer psychologische screening en onderzoek naar de gedragscode van het vrachtwagenrijdend Oost Europees tuig hier veel meer nut zouden hebben. Wij, die regelmatig een toertje Zuid Europa maken, kunnen er van meespreken.

 Wij rijden met onze sleurhut over de Autoroute du Soleil . Voor ons slingert een oplegger heen en weer tot zelfs over de pechstrook . Het is al meteen duidelijk dat de chauffeur van Poolse afkomst alles doet behalve gewoon chaufferen. Hij realiseert zich nauwelijks dat hij zijn baanvak verlaat. Als we deze wegpiraat voorbijsteken,  zien we dat hij driftig zit te sms’en.  Een beetje verder rijden er drie Roemeense opleggers op enkele meters achter elkaar. Zij scheuren over de snelweg  met een constante cruisecontrole- snelheid van meer dan de toegelaten 90km per uur.  De (t)rucker van de laatste vrachtwagen loert naar een videoscherm dat bovenaan in het midden van zijn voorruit geplaatst is. Ik kan niet zien welke film er gedraaid wordt, maar aan de roodheid van zijn gelaat vermoed ik dat het porno is. De chauffeur van de middelste camion bladert juist in de krant die opengeslagen op zijn knieën ligt, de pagina’s wapperen in de wind bij het openstaande raam . Alleen de voorste van de drie snelheidsduivels lijkt normaal te functioneren. Het zijn tenslotte niet allemaal potentiële doodrijders.

Het lijkt wel dat mannen die in een auto of in een vrachtwagen stappen alle automobilistenwaardigheid verliezen. De lelijke eigenschappen zoals toeteren, vingertje omhoog, schelden en met de grote lichten flikkeren komen dan plots bovendrijven. Snelheidsbeperkingen zijn er vooral voor al die anderen. Zij voelen zich heer en meester en een kansspelletje flitspaal- verschalken behoort tot het summum van alle uitdagingen. Ook manlief leeft soms met een iets te zware voet en calculeert steeds een 5 km per uur meer op de toegestane snelheid in. Als we rond Lyon rijden mogen de gewone auto’s 90 km per uur en staat er een verbodsteken dat auto’s met caravans maar aan 70 km per uur de bocht in mogen. Maar zoals gebruikelijk wuift hij smalend mijn opmerking, licht superieur weg. Hij gelooft niet dat een flitspaal onderscheid kan maken tussen een gewone auto en een auto die zijn huis achter hem aansleurt. Een beetje verder langs de snelweg staat de fotograaf. Taddaa! De kleine hufter blijkt echter een superintelligent paaltje te zijn, want we zijn nog maar net met 90 km/u op zijn hoogte of de flash gaat af. ’t Zal een mooie foto zijn. Manlief met een gezicht vol ongeloof en ik ernaast met een verbeten neerhangende mond. Manlief beweert nog steeds, dat de flitser de ons voorbijstekende auto betrapt had, maar ik betwijfel het. De toekomst zal het uitwijzen! Straks valt er weer een omslag met het politie-embleem in onze Belgische brievenbus. Wie niet horen wil, moet betalen. Manlief sakkert dat hij het eventjes uit het oog verloren was (dag Jan!). Ik zucht gelaten. Waar ik, in meer dan twintig jaar niet in gelukt ben, zal de Autoroute du Soleil wel in slagen.  In Frankrijk temt men leeuwen!

Sim                                                              26 augustus 2015   Aubenas/Ardèche

 

 

 

 

Bijlagen:
flitspaal3.png (284.4 KB)   

26-08-2015 om 17:06 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (1)
12-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE REUZEKES VAN BORGERHOUT
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Ik weet zeker dat jullie dit al eens allemaal meegemaakt hebben. Je staat in je potten te roeren of je wast de auto en je neuriet mee met de radio en dan is er plots dat liedje, dat niet meer uit je hoofd weg te branden is. Eerst heb je het nog niet volledig door maar als je ’s avonds naar bed gaat, dreunt het nog steeds door je hersenpan. Zo liep ik vorige week, ganse dagen van; “Wie heb ik aan de lijn, halo, halo”, te zingen. Niet dat ik zo’n fan van K3 ben, maar het pinnetje van de platendraaier in mijn bovenkamer bleef constant op de Télé Romeo hangen. Gek werd ik van dat gekweel in mijn hoofd! Net toen ik dacht dat ik overnacht het deuntje kwijtgeraakt was, hoorde ik het ’s morgens opnieuw op de radio en wat dachten jullie…De oorworm had zich in mijn hersenen gedraaid. Het K3 trio fietste met me mee naar de markt en zelfs winkelen ging op het tempo van een geneuriede en luidop zingende: “ Halo, halo!” Soms keken de mensen mij een beetje vragend aan, met zo’n blik van: “Wie is die vrouw die mij goedendag zegt, ik ken haar helemaal niet!” Een enkeling zei wat aarzelend een halo terug, een beetje beschaamd, dat hij mijn naam vergeten was en mijn gezicht bij hem totaal geen herkenning opriep. Als ik het wandeltempo op polonaise niveau bracht, keek manlief me soms een beetje geërgerd aan.  Ik deed nog juist niet de ingestudeerde showdanspasjes na. Tik, tik met de wandelstokken op “Halo, halo, mijn télé Romeo…”

Ach, ik zat zelf een beetje verveeld met mijn repertoire. Ik probeerde allerlei andere liedjes te fluiten of hardop te zingen in de hoop de meidengroep voor eens en voor altijd uit te drijven. Zelfs “The show must go on” en de Power of Love” twee van mijn lievelingsnummers, die normaal toch echt als een paardenmiddel zouden moeten werken, kregen het kindergezang van de Rosse, Blonde en de Zwarte niet uit mijn kop. K3 bleef maar in mijn schedel ronddreunen. Zodra ik ’s morgens de ogen opende, waren ze daar en lieten mij op een uptempo van: “Wie heb ik aan de lijn…” de traptreden naar beneden huppelen. Ze waren onuitroeibaar. Het was natuurlijk een ongelijke strijd, drie tegen één. …” Ze overleefden nu al bijna een ganse week in mijn schedeldak. Ik had een onvernietigbare muzikale kronkel in mijn hersens gekweekt.

En dan, op het moment dat je denkt dat je kierewiet wordt en overweegt om hulp te zoeken of toe te treden tot de zelfhulpgroep “Hoe krijg ik dat lied eruit” verdwijnt het deuntje in je persoonlijke dampkring.  De vrijgekomen stilte in mijn hoofd was oorverdovend en plots waren daar weer alle geluiden van de dag. Wat mij het meeste opviel was opnieuw het zoemen van manlief. Als een vrolijke dikke hommel loopt hij zoemend naast mij. Toen ik dit fenomeen enkele jaren geleden voor het eerst waarnam, wist ik niet goed wat ik hoorde. Het begon op momenten van stress en onzekerheid. Als het klusje boven zijn pet groeide, zoemde hij een oplossing bij elkaar. Maar nu zoemt manlief op alle mogelijke onverwachte momenten vrolijk door het leven..Toen wij elkaar pas kenden zong hij nog uit volle borst, minstens één keer in de week zijn echte lijflied. Op de fanfaretonen van ‘Stars and Stripes forever’ zong hij: “Wij gaan naar het land van Hawaai. Naar het land van de wiegende wijven. Daar lopen ze bloot in de wei. En van a 1 en van a 2, ze kunnen me krijgen!” Met het ouder worden, verdwenen de zwoele buikdanseressen met de strooien rokjes uit zijn hoofd en kwamen er vier dikke reuzen voor in de plaats; De Reuzekes van Borgerhout. Op stressmomenten steekt de reus zijn kop boven water. Nu zingt manlief niet, hij neuriet niet, hij fluit niet, mijn echtgenoot zoemt het liedje. Ik weet het, jullie worden best jaloers want een knoopjesafdraaiende en gonzende partner, dat heeft niet iedereen. Ik wilde dus wel eens weten waar dit zoemverschijnsel plots vandaan kwam. Volgens manlief zat het al jaren in de familiestamboom rond te gonzen en had zijn grootvader dit zoemgedrag ook. Dus zonder meer met de genen meegekregen. Het spijtige van de zaak is dat manlief zijn zoemrepertoire nu al jaren uit één enkel liedje bestaat: “De reuzekes van Borgerhout”. Al wie daar zegt, de reus die komt, de reus die komt, ze liegen daarom, kere weer om, reuzeke, reuzeke, kereweerom reuzegom…”Maar dan  woordeloos,  alleen een neuzelig gezoem. Al meer dan 300 jaar, telkens in september worden de Reuzen van Borgerhout weer van stal gehaald en stappen en draaien ze in een optocht door de straten. Mijn grootouders, langs vaders kant woonden hun hele leven in Borgerhout. Dus kan ik mij nog levendig voorstellen hoe ik als klein kind met ma, pa, bompa en bomma naar deze optocht ging kijken. Borgerhout had een hele brede winkelstraat die vanuit de volkse levendige gemeente helemaal tot in het centrum van Antwerpen doorliep. Borgerhout had een eigen bioscoopzaal, een heel bekend ijssalon en er waren diverse stijlvolle tapijt- meubel- schoenen- en kledingwinkels. In de jaren zeventig verdwenen al deze chique handelszaken één voor één. Ze werden vervangen door pita/shoarma- restaurantjes, thee/drugshuizen, waterpijpcafés en multiculturele kasbahwinkeltjes. Ik zou niet weten waarom, maar Borgerhout werd vanaf toen in de Antwerpse volksmond Borgerocco genoemd. Ik heb me zelfs laten wijsmaken dat in één van de laatste optochten grote Fatima reuze poppen mee opstapten. Maar dit terzijde. Van zo lang wij samen zijn, gingen manlief en ik nog nooit samen naar deze Reuzenstoet kijken en behoort dit optochtmelodietje niet tot de klassiekers in onze CD verzameling . Ik vermoed dus dat dit Reuzenliedje nog een overblijfsel van een onverwerkt jeugdtrauma moet zijn dat ergens in de krochten van zijn brein gestockeerd bleef. Enfin, ik kan mij levendig voorstellen hoe tegemoet komende wandelaars, ons vorige week over straat zagen lopen: Zoem zoem, kere weer om reuzeke, reuzeke, halo, halo mijn télé Romeo, reuzeke, reuzeke…zoem zoem..

We waren met onze kleinzoon een weekje aan zee toen die plots aan manlief vroeg: “Bompa waarom doe je dat?” “Wat Matteo?” “Awel bompa, zo zoemen!”

Manlief  lachte en keek mij eerst bestraffend aan omdat hij dacht dat ik kleinzoontje een hint gegeven had. Niet dus.”Heu, dat is zingen hé.” De kleine opdonder keek echter met een vragend engelengezichtje naar bompa op:  “Bompa, dat is toch niet zingen hé, het is net of Maya de Bij rond mijn hoofd zoemt! En bompa waarom brom jij steeds hetzelfde liedje? Altijd datzelfde melodietje is keivervelend hoor!” Ja, de waarheid komt uit een kindermond! Sindsdien probeert manlief van zijn reuzenlied af te kicken en komt er soms wel al eens een ander melodietje uitgezoemd maar van enige grote vooruitgang in het zoemrepertoire is tot op heden alsnog geen sprake.

Vanmorgen zette ik de radio luid terwijl ik met stofvod en swiffer rondliep. Ramsey Shaffy zong vanuit het hiernamaals: “Laat me, laat me mijn eigen gang maar gaan..” En ik kweelde mee! Ik zong het de ganse dag. Bij het uitruimen van de afwasmachine, bij het tafeldekken, onder de douche en op weg naar bed. Misschien geeft Ramsey het al na één dag op maar ik vrees ervoor. Dus als straks de vrienden komen barbecueën, moeten ze niet schrikken als ik, bij het ronddelen van de sla, het vlees en het dessert luidop zing van “Laat me, laat me mijn eigen gang maar gaan.. laa aat me, laaaat me, ik heb het altijd zo gedaan!”  Dat betekent dan niet dat ik alle hulp weiger hoor, maar gewoon dat Ramsey, K3 eruit gewipt heeft en hij zich nu in mijn bovenkamer gesetteld heeft.

 

Sim,   laat me, laat me….

mijn eigen gang maar gaan                             Edegem 13 augustus 2015

12-08-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (2)
09-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HIER EINDIGT DE BESCHAVING

Ik weet niet hoe het met jullie gesteld is, maar het fenomeen “reacties op dagbladartikels” houdt mij hevig  bezig. Sinds jaren lees ik gratis de kranten via het internet en ik kan niet aan de lokroep weerstaan om telkens weer de reacties op de artikels, van al die anonieme aliassen eventjes open te tikken. Bij het lezen van al die reacties lijkt het wel, dat in dit land iedereen wel zijn eigen mening dringend wereldkundig moet maken of plezier vindt in het afzeiken van andersdenkenden. Het is alsof je de beerput opent en het rioolpersluchtje rond je hoofd komt stinken. Ik begrijp nog steeds niet ten volle waarom de internet dagbladen een forum geven aan een Yor, een James kont, een tisaltijdwat, een Vlaams kieken of een Zeurpiet.  Ik weet, na al dat lezen ondertussen dat de meeste respons geschreven werd door simpele zielen of platvloerse judassen die al hun anonieme pesterijregisters opentrekken om hun gefrustreerde ergernis ergens te kunnen lozen. Ongelofelijk hoe mensen met blijkbaar een hersencapaciteit van een mini garnaal en een nog kleinere portemonnee-inhoud plots al hun frustratie en jaloezie als ‘would be’ journalisten moeten ventileren. De virtuele ruziestokers verkondigen, via reacties aan de krant en op allerlei sociale media zoals Twitter of Facebook ongezouten hun mening. Ze vallen op een laffe naamloze achterbakse manier, politiekers, bekende Vlamingen en hun collega- reactieschrijvers (die niet hun zelfde mening toegedaan zijn) met pijnlijke scheldkanonnades aan.  

Het liefst zouden ze nog een cyberoorlog ontketenen, met elkaar via de webcam op de vuist gaan of virtueel met rotte eieren en overrijpe tomaten willen smijten. De meesten zijn boosaardige hufters die uit pure verveling de moraalridder willen uithangen.

Vroeger kocht mijn vader een papieren krant, mompelde wat, riep vervolgens verontwaardigd wat naar mijn moeder, en daarmee was de kous af. Diegenen die thuis geen luisterende partner hadden, trokken naar een of andere bruine kroeg en hingen daar aan de toog, achter pot en pint, wat tegen elkaar te ouwehoeren. Na een nachtje leuteren over foute toestanden en hun ongenoegen over de interne- en wereldpolitiek uitgestort te hebben, sleepten ze zich dan als menselijk wrakhout richting thuis om daar hun roes uit te slapen. Vandaag de dag bestaan er bijna geen buurtcafés meer, is het sociale luisterende oor zoek en riskeer je op je bek getimmerd te worden als je andersdenkend, verkeerdelijk het foute antwoord geeft. Dus verplaatst de platvloerse woordenstrijd zich achter de computer, de pc of de tablet. Lekker anoniem met een alias als, Poeki, dakdekkertje, Humpidumpie of Deug niet, durven deze zwak begaafden alle, zangers, sportlui of Belgische seksuologen, die het in het buitenland waargemaakt hebben, met een zekere minachting en afgunst afkraken. O wee de enkeling die deze bekende Vlamingen een hart onder de riem wilt steken en positief uit de hoek komt, die krijgt de volledige beerputkritikasters over zich heen.

Als er om 7 uur ’s morgens een krantenartikel verschijnt, dat er die nacht op de Vlaamse wegen zich weer vier jongeren te pletter hebben gereden, staan er om 5 na 7 honderden, weliswaar goedbedoelde ‘innige deelnemingen’ en ‘sterkte’ reacties te lezen van een Mallebabbe, een Hubie , een Lief huisvrouwtje of een Sariemarijs. Op één enkeling na die ‘eigen schuld, dikke bult’ neergepend heeft. Denken die simpelen van geest nu werkelijk dat de rouwende familie die ochtend niets anders aan zijn hoofd heeft dan na zo’n ongeval al deze reacties te gaan lezen? Als de Minister voor Asiel en Migratie, Theo Francken met zijn hoofd in de ochtendpers komt, dan zie je onmiddellijk aan de reacties van welke kant van de zetelverdeling de schrijfsels komen. Onder het pseudoniem van  Filip de Zomer, ssjef en Rechts worden er allerlei simplistische oplossingen aangereikt om de toestroom van armoe- illegalen tegen te gaan en kunnen er volgens hen niet genoeg teruggestuurd worden. Een ander verhaal krijg je van Rooiemia, Boeleke, Hubu en Linkseteo, die vinden dan dat zwarte Theo niet genoeg vluchtelingen binnenhaalt en er, in hun ogen, teveel uitwijst. Diezelfde schrijvers maken dan later een reactiebocht van 180 graden als Theo met een plan komt om 2500 extra bedden voor asielzoekers te voorzien in een kazerne ergens in hun eigen gemeente. Onmiddellijk worden er dan niet mis te verstane moordlustige haatcampagnes gelanceerd.

Maggie de Block, Minister voor Asiel en Migratie, in een vorige regeringssamenstelling, werd prompt de populairste vrouwelijke minister nadat ze een, in de media opgevoerde, compleet geïntegreerde, vlot Nederlands pratende, hard werkende maar een volledig uitgeprocedeerde 18 jarige Afghaan terug naar Afghanistan retourneerde. Maggie is nu Minister van Volksgezondheid en krijgt nu bakken kritiek. Een Sprietje, een dieetgoeroe en een Robinhoet, die juist zelf een taartje naar binnen schoven,( terwijl ze met vuile roomvingers snel een vette kwetsende reactie tikten)  beoordelen in alle anonimiteit, onze obesitas- Rubensvrouw op haar lichaam en niet op haar beleid. Ja hoge en vooral dikke bomen vangen veel wind.

Op een artikel over de Gay Parade in Antwerpen, tuimelen stante pede een tweehonderd reacties over elkaar de krant binnen. Nog nooit heb ik op zo’n korte tijd zoveel synoniemen voor het woordje homo of lesbo gelezen. Notoire homohaters, zoals een Godismetu, Lulleman en een Engeltjemoeten hun purgerende shit over deze, volgens hen, schaamteloze optocht uitstorten. Deze zedenpredikers, die nog steeds beweren dat holebi zijn een ziekte is, moesten tot in hun liezen, purperpaars van schaamte worden. Hopelijk krijgen ze in de toekomst een zoon of een kleinzoontje die alleen met een pop onder zijn arm,  in een roze pamper wil rondlopen of een babymeisje dat hun in de puberteit komt vertellen dat ze volgens ‘hem’ een stukje te weinig heeft. ’t Zal ze leren.

Als Vlaams Minister van Dierenwelzijn, Ben Weyts niet van zijn standpunt afwijkt dat onverdoofd schapen slachten niet meer in onze Westerse beschaving thuishoort, krijg je meteen een soort fonetische analfabetische reacties van een Momo, een Pitalover en een Abia3, die vinden dat zij als gasten in ons land en als nieuwe Belgen het recht hebben om voor hun Offerfeest ritueel te slachten. Daartussen staan dan de schrijfsels van Puck, Minoeke, Wafwaf en Flipper2, alle dierenactivisten, honden- en poezenliefhebbers en Gaia sympathisanten die de verstandige Minister toejuichen.

Vorige week verscheen er in de internetkrant een artikel over klagende burgers. Na drie jaar strijd, met politie interventies, proces verbalen enz werden zij nog steeds niet door de gemeente au serieux genomen. Zij klaagden over lawaaioverlast, verkeerd geparkeerde auto’s voor hun deur en tegen hun poort rotzooi achterlatende,brakende en pissende klanten van een restaurant/café in de buurt. Ten einde raad staken zij hun koppen bij elkaar, lieten een petitie rondgaan en lieten ze in hun eigen voortuin een bord plaatsen met de woorden ‘Hier eindigt de beschaving’. Direct kwam er een reactie van de restaurantuitbater, want waarschijnlijk wie het schoentje past, trekke het aan. Nu woon ik niet in de buurt en ik weet dus niet of de klachten gegrond zijn, maar iets zal er wel van waar zijn anders zouden de mensen er niet stilaan genoeg van krijgen. Of het plaatsen van zulk ‘reclamebord’ nu de juiste oplossing was om een oplopende burenruzie alsnog uit te praten, betwijfel ik, maar de omwonenden kregen nu wel een forum op de plaatselijke ATV nieuwszender en een meteen luisterend gemeenteoor. Nadat een journalist (die waarschijnlijk op een gratis etentje in het restaurant uit was) een volgens mij niet geheel onpartijdig artikeltje in de krant deed verschijnen, was het besmeurde hek van de dam. Elke lawaaizoekende tamtamklant,  kroeg- of klaploper en potentiële herrieschoppers, of zij daar in de buurt woonden of niet, kropen achter hun PC’s en begonnen in de krant met diepe minachting de desbetreffende goedgeboerde villa bewoners de huid vol te schelden. Zelfs de mogelijke immobilië- waarde van hun huizen kwam sommige jaloerse schrijvers de strot uit en gaven deze rijke stinkerds geen reden tot klagen. Ook iedere meelevende burger die het aandurfde begripvol te reageren, werd met bagger overgoten.  Het is meer dan duidelijk dat niet alleen in Schilde de beschaving eindigt, maar achter alle computerschermen waar anonieme aliassen, censuurloos en schaamteloos hun drek over de krantenlezers uitstorten. Weet U Mevrouw of Mijnheer, welk het alias van Uw wederhelft is? Leest U met flikkerende oogjes over zijn of haar  schouder mee, wat zij allemaal ongegeneerd op de sociale media durven schrijven. Of krijgt U het ongemakkelijk warm van plaatsvervangende schaamte als U al die beerputergernis van Uw partner ongewild onder ogen krijgt? Ik hoop dan maar dat alle bekende Vlamingen, politici  en ‘mede van repliek genietende schrijvers’, in de toekomst deze reacties niet meer openklikken, want niemand blijft tenslotte onberoerd na al die randdebielenkritiek. 

Wat er in die hoofden van die virtuele ruziestokers omgaat is moeilijk te begrijpen. Dus bij deze, als Heethoofdje, Pierewaaier, ArmVlaanderen en Criskras zich, na het lezen van dit verhaaltje herkennen en jullie jezelf misschien aangesproken moesten voelen om een reactie achter te laten:” Be my guest!” Na elke blog is er een plaats voorzien waar jullie ophemelende reacties zoals; “Leuk geschreven” of vernietigende kritiek zoals; “Simone is een supertrut, die denk dat ze schrijfster is of wat allemaal nog meer kunnen achterlaten. Lezen zal ik ze echter niet. De beschaving eindigt achter jullie computer…niet achter de mijne.

09-08-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
04-08-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.WERELDRECORD

Manlief bereidt zich voor om in het Guinness World Record boek 2015 te verschijnen. Manlief wil het wereldrecord knoopjesdraaien halen. Hij heeft, samen met mij, al gedurende meer dan een twintigtal jaren goed kunnen oefenen. Hij heeft zich ondertussen, zonder noemenswaardige concurrentie, probleemloos tot in de halve finale gedraaid. Ik zie jullie de wenkbrauwen al fronsen en peinzen tot welke sporttak ‘knoopjesdraaien’ dan wel behoort! Ik zal het eventjes proberen uit te leggen. Manlief haalt uit de kast een juist versteld en gestreken hemdje en knoopt dit daarna dicht. Niets bijzonder hoor ik jullie denken.  Later op de avond laat hij zich lekker op de sofa onderuitzakken en geeft zich vervolgens over aan zijn tic ‘het knoopjesdraaien’! Onbewust cirkelen de kleine witte hemdsknoopjes tussen zijn plukkende vingers tot de draad het uiteindelijk begeeft. Het knoopje vind ik dan later, in het beste geval, ergens op het tapijt of tussen de sofazetels terug. In het slechtste geval verdwijnt het minuscule knopje overnacht ergens in de knoopjeshemel. In de grote knopen verzamelzak moet er dan een vergelijkbaar exemplaar gevonden en met bijbehorende kleur terug aangenaaid worden. Ik hoor jullie al reageren: “Waarom leer je hem dit dan niet af?” Denken jullie nu echt dat ik nog geen enkele poging ondernomen heb? Ik heb manlief, met naald, draad en schaar achternagezeten en geroepen dat hij vanaf nu zijn eigen averij maar moest herstellen. Manlief haalt dan glimlachend zijn schouders op, legt zich op de sofa en begint aan het volgende knoopje. Olie op het knoopjesvuur? En wie, denken jullie dat er met de vinger gewezen wordt, die arme man die er slonzig, knooploos bijloopt of die luie huisvrouw, die bedankt voor de eeuwigdurende reparaties. Ik weet het, we hebben allemaal, na meer dan een kwarteeuw huwelijk of samenwonen, wel ergens een partner zitten met een tic, waarvan je stilaan krankjorum wordt. Toen we verliefd waren vond ik het zo schattig en ontwapenend als manlief met zijn ene hand in mijn hand en zijn andere knoopjesdraaiend naast me op de sofa zat. Het leek wel een knuffelde kleuter met een teddybeer. Maar na 20 jaar knoopjesverstelwerk heb ik het stilaan wel een beetje gehad. Waarom knaagt hij niet aan zijn nagels? Die groeien kosteloos en zonder echtgenootreparaties probleemloos terug aan! Waarom draait hij in een ontspannen- of thrillermoment geen pijpenkrullen naast zijn oren? Juist ja, het grijze haar wordt ondertussen niet lang genoeg meer en valt liever uit dan als ‘tic nerveux’ dienst te doen. Ik hoor hordes vrouwen zich nu bedenkelijk afvragen, waarom ik toch te klagen zou hebben, want zelf kunnen ze wel encyclopedieën volzeuren over alle ergernissen die hun wederhelften oproepen…Ja we weten ondertussen dat de meeste mannen geen lades en kasten sluiten en zich uit de situatie proberen te redden met: “Wat ik eruit gehaald heb, moet er straks toch terug in, dus liet ik ze maar gewoon openstaan.” Of hebt U ook zo’n exemplaar in huis dat na een afwasje, niets, maar dan ook letterlijk niets op de juiste plaats terugzet. U kookt al meer dan 30 jaar in diezelfde keuken, met dezelfde kasten waar alle huisraad, potten, pannen, tassen en koppen al gedurende het ganse huwelijksleven op identiek dezelfde plaats staan, maar manlief presenteert je na al die jaren nog steeds een afwas- huisraad- zoektocht. Of heb je ook zo’n slechthorende editie, die nooit luistert en alleen hoort wat hij wil horen. Dames, hoe we ook trachten hun gezellige oude dag met ons gezanik te verstoren,  besef voor eens en voor altijd; mannen blijven kleine kinderen en kunnen na de trouwpartij, en cours de route, nooit meer veranderd worden. Hoe groen al het houtwerk*, door alle ergernissen in de loop van de relatiejaren verkleurd werd, meestal is ‘what you see, is what you get and …even less’.  Dus zet ik voor de duizendste keer’ met liefde’ opnieuw een afgedraaid knoopje terug aan het hemd. Ik zet een streepje in mijn notaboekje en hoop dan dat manlief , met zijn discipline ‘knoopjes afdraaien’, ooit samen met de poging polonaisedansen, het langste traject dominosteentjes laten vallen, het meeste hamburgers eten, het langst op een paal zitten en het grootste kussengevecht op een dag in het Guinnes World Record boek zal mogen staan.

 

*groen hout zijn : ruzie tussen man en vrouw

 

Sim,                       4 augustus 2015 en op weg naar het wereldrecord!

Bijlagen:
knopen.jpg (13.7 KB)   

04-08-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
28-07-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DECADENTE VERVEELEPIDEMIE

Vraagt een Brits zoontje aan zijn mama: “Mama wie is mijn vader?” “Ach”,  zegt de moeder dan, “dat is totaal niet belangrijk, Magaluf.” Mama had tijdens één welbepaalde vakantie op Mallorca, ’s nachts onder de zuiderse sterrenhemel, brakend tussen de stoelen van de openlucht dancing, uitbundige seks. Daarna verdreef ik, op een onchristelijk vroeg ochtenduur, mijn kater met een potje ‘kerktrapneuken’ en op het heetste van de dag, op het strand tussen alle andere toeristen, trok de tiende copulerende landgenoot een gescheurde condoom van zijn Big Ben en liep al het vocht mijn zonnende poesje binnen. En mama had daarna echt geen zin meer om uit te ‘vogelen’ wie er knieschaafwonden op de kerktrappen opgelopen had of wie er met blaren op zijn wippende, getatoeëerd  achterste rondliep. Maar mama is heel tevreden met haar vakantiesouvenir, hoor Magaluf, alleen mag je later niet naar Mallorca op reis zonder mama!”.

Nu moet je je voorstellen, dat je afgezien hebt van een vakantie op het party- eiland Ibiza en met het ganse gezin vakantie viert op Mallorca, in het plaatsje Magaluf.  In je hotel, juist naast je duurbetaalde hotelkamer, daveren de kamerwanden onder het lawaai van je Britse vakantieburen die “shaggen” als konijnen. De ene na de andere Union Jack, die zich superman waant, springt zich in laveloze toestand te pletter omdat hij van het ene terras naar het andere tracht te springen of vanaf zijn balkon poogt in het zwembad te duiken.  Je wandelt er met je koters van 6 en 8 langs de vloedlijn, als er zich plots een zwaaiende vleesperiscoop vanuit het zand opheft en onder Brits comazuipend applaus,er zich een bruin vakantiesletje laat op neerzakken. Leuk om aan je kroost nu het verhaaltje van de bijtjes en de bloempjes aanschouwelijk uit te leggen. Of dat je als gezinsuitje, met de kindertjes, wat lekkers gaat drinken of eten op een gezellig terrasje en dat daar juist een zuipende sloerie een tiental lallende macho’s oraal bevredigt in ruil voor de volgende consumptie. Wat is dat toch met die Britse feestvierende en seksueel uit de bol gaande vakantiejeugd? Heeft de verveelepidemie overal bij onze jeugd toegeslagen?  Ook hier barsten alle festivals uit hun voegen. Zonder drank en drugs kan men blijkbaar geen feest meer vieren. Van alle hoeken van de wereld werden de buitenlandse nitwitfinanciers per vliegtuig naar Tomorrowland -België gehaald. Terwijl onze jeugd klaagt dat ze in armoede afglijden, nu de uitkeringen van de schoolsubsidies verminderd worden, vinden ze toch blijkbaar zonder probleem genoeg geld om de gigantische festival entreegelden te betalen. Alle bekende en minder bekende Vlamingen, “would be” sport- kook- en andere vedetten kwamen pro deo, op het mega event, hun kop laten zien. Net zoals alle klagende omwonenden, door de festivalgangers azijnpissers genoemd, werden ook dit jaar de weergoden, op hun wolk heen en weer geschud en door het bass- lawaai uit hun slaap gehouden. Zij openden stante pede hun hemelsluizen boven de joelende en dansende meute. Net als het ballet van de stervende zwaan, fladderde de hossende massa met hun armen op en neer, gehuld in blauwe plastieken regenponcho’s op het ritme van de DJ bonk- muziek. 80.000  man met regenjassen en rubberlaarzen of gewoon half naakt, stampten drie nachten zeiknat in de modder.  Het moet allemaal kunnen, elke generatie heeft recht op zijn eigen ‘movement of change’ op zijn explosieve uitbarsting van vernieuwing of decadentie. 46 jaar geleden, hadden wij onze eigen Woodstock- festival ervaring. 400.000 hippies, beschilderd met vlinders en bloemen in het haar, op één festivalweide. Wij werden destijds hotemetoot van het snerpende gitaarspel van Jimi Hendrix en gingen uit de bol als Joan Baez, “we shall overcome” zong. Wij deelden, als langharige Christusfiguren en ‘make love not war’- verspreidende Maria Magdalena’s bloemen en drugs uit.  Nu betaalt men op Tomorrowland  met parels, letterlijk parels voor de zwijnen in het festivalslijk. Ach ook hier zullen er wel, in de festival- campingtentjes rampetampend kindjes gemaakt zijn. Als binnen 9 maanden een ongehuwde moeder een “Boompje” laat inschrijven in de geboorteregisters, dan lachen de ambtenaren zich schuddebuikend te barsten.  Ik ben er van overtuigd dat al deze feestgangers zich ook binnen 40 jaar te pletter zullen lachen, als ze de confronterende foto’s of selfies van zichzelf en hun carnavaleske verklede vrienden terugzien.

 

Sim,                   gestoord door het TML lawaai

28-07-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
24-07-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OVER WORSTENBROOD EN ORANJEGEKTE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Het leven op onze aarde hangt aan elkaar met een hoop tradities. Zo komen wij, in onze westerse wereld nog maar net op de wereld of we krijgen al, als baby, een geut doopwater over onze hersens. Sommige kinderen worden via de communie de volwassen, religieuze wereld binnengehaald. Wij trekken onze maagdelijk witte slepen bij huwelijken de kerk in en laten ons door een menigte huilende mensen op het einde van ons leven soms de kerk uitdragen, zonder dat wij of de rouwende familie ooit eender, dan bij vorige beschreven gebeurtenissen, ook maar in een God geloofd en één stap in de kerk gezet hebben.  Maar het is en blijft voor sommigen nog steeds traditie. Uit al deze religieuze toestanden heeft men wel een paar traditionele familiefeesten overgehouden. Moesten die er niet zijn, dan liet de familiestamboom prompt zijn bladeren vallen en vielen de meeste gezinsfeestjes zonder pardon in het water. Met Pasen eten we ons massaal een ei- en chocolade-infarct. Met Kerstmis, om de zo gezegde geboortedatum van Jezus te vieren, slachten wij massaal kalkoenen, drinken we ons een delirium tremens en vreten we ons een cholesterolverstopping. Met Driekoningen kan je de tanden stukbijten op de verstopte boon in de taart. Op het Suikerfeest proppen sommigen zich tot een diabetesaanval vol baklava  en tijdens het Offerfeest drijft het vet op de schapenstoofpotjes de indigestiestatistieken de hoogte in. De Joodse gemeenschap viert dan weer in december Chanoeka  (lichtfeest) met aardappelkoeken en latkes. Met Verloren Maandag, ‘verliest’ de Antwerpse bevolking zich in worstenbrood en appelbollen. Met oudejaarsavond schrokt men in België kreeft en kaviaar, kiept men flessen champagne binnen, alsof het allemaal gratis is, en zijn er in Nederland oliebollen. Dit alles met of zonder vuurwerk.

Veel tradities gaan van generatie op generatie over. Zo heb je het gansrijden in sommige Vlaamse polderdorpen. Vroeger werd een levende gans met olie besmeerd, ondersteboven aan een paal opgehangen. De mannen reden er te paard  onderdoor en moesten er, in één keer, de kop van de gans kunnen aftrekken. Misschien heette die gans wel ‘Jut’ en komt daar de uitdrukking; ‘ De kop van jut zijn’ wel van? De traditie bestaat nog steeds, maar gelukkig werd de levende eend door een namaak exemplaar vervangen. In Vlaanderen had men blijkbaar toen er tijd  een middel gevonden om het dierenasielaanbod behoorlijk te verminderen door het afmaken van levende beesten. Vroeger dronk men in Geraardsbergen levende visjes en smeet men in Ieper spartelende katten van de belforttoren. Goddank heeft men ook deze vervangen door pluche speelgoedpoezen en heeft Gaia het aquariumborreltje kunnen verbieden.

Eén april is ook zo’n aloude traditie. Overal ter wereld tracht men op die dag iemand te foppen. De één april fopdag is ontstaan, omdat juist op deze dag een visser de zogezegd grootste vis in de geschiedenis met een simpele hengel bovengehaald had.  Daar komt dus ook de benaming aprilvis van…hahaha, neen hoor gefopt! De juiste verklaring van deze traditie is tot op heden nog steeds niet helemaal achterhaald, maar het is en blijft één van de leukste dagen van het jaar.

Een hoop nieuwe tradities komen echter vanuit Amerika onze kant uitwaaien. Zo hebben wij ondertussen een secretaressedag, waarop elke typemadame van haar baas een bloemetje verwacht. Oh wee als deze dag vergeten of overgeslagen wordt, want dan kan je het, als chef, de rest van het jaar wel schudden. Halloween is ook zo’n ‘transocean’- debielenfeestje, waarbij we met zijn allen als lugubere gekken, verkleed in skeletten, monsters of satanische moordenaars met uitgeholde pompoenkoppen bij elkaar op de stoep belletje- trek gaan doen en om snoep gaan bedelen. En wat dacht U van de ondertussen ingeburgerde traditie, om ondanks de fors uit de pan rijzende elektriciteitsprijzen, tijdens de kerstperiode onze voortuinen en gevels overmatig lichtgevend te versieren. Sinds we al jaren, in de aanloop van het kerstgebeuren, met suikerzoete Amerikaanse happy end versies van White Christmas- films overspoeld worden, hebben wij nu ook in België verschillende malloten die hun gans huis met hevig gekleurde flikkerlichtjes, glinsterende blauwe kerstsleeën, fonkelende groene en roze kerstbomen en schitterende Kerstmannen optuigen. Vanuit een ruimtecapsule kan men het energieverslindende straatje probleemloos in de donkere nacht zien oplichten.

De volgende traditie zou ik eender onder de noemer carnavalsgekte willen catalogeren. De Nederlandse oranjegekte. Wie hiermee begonnen is mag Joost  weten, maar blijkbaar weet Joost dus ook niet alles. Bij alle mogelijke traditionele optochten, zoals de circusvertoning op Koning(inne)dag , tooit heel Nederland zich eensgezind in oranje. Heel der straten worden oranje geverfd en sinaasappelkleurige idioten zwaaien zichzelf een tenniselleboog als de Koninklijke poppenkast in een gouden koets voorbij komt rijden. Erger wordt nog de oranjegekte bij voetbalwedstrijden. Hier tooien ze zich met kaasbolhoeden, façon Beatrix, allerhande petten met Hollandse molentjes en hup, Holland hup bustehouders. De oranjemeute gaat, met de Hollandse driekleur op het aangezicht geschilderd, op het oorlogspad. Ze drinken zich het apelazarus, slopen vervolgens na de voetbalnederlaag, bloeddorstig, hele stadscentrums en laten een oranje vernielspoor achter zich. Mogelijk krijgt dit soort tradities stilaan ook voet aan wal in België, want toen de Rode Duivels weer als ‘de Belgische super glue’ opgevoerd werden, scandeerden, riepen, vochten en zopen, een heleboel als duiveltjes verklede en met de Belgische driekleur vol gekliederde Vlamingen en Walen, zich gebroederlijk onder tafel.

In Thailand heeft men de traditionele Long Neck vrouwen. Hier hangen de moeders nog steeds gouden ringen rond de hals van de meisjes, zodat hun schouders naar beneden gedrukt worden en hun hals langer lijkt, dit alles om de  toeristen te plezieren en geld in het laatje te krijgen In Afrikaanse landen is de vrouwenbesnijdenis nog steeds een overleveringsritueel en in sommige grauwe en enge moslimlanden zijn een partijtje vrouwensteniging en homo’s ophangen nog steeds traditionele toppers.

In Spanje vinden we de jaarlijkse traditionele stierenloop. De stieren worden door een hoop haantjes opgejut en door de straten van Pamplona gejaagd. Deze dieren beleven hier misschien de stierenvechterwraak van hun leven. Soms worden er machojongens door de stieren vertrappeld en een overmoedige wordt somtijds op de horens de straat in gecatapulteerd. Een enkeling met toreadorallures krijgt een punt van de hoornen tussen zijn Spaanse klokkenspel en wordt onder luid applaus en Olé-Olé- gejuich van de menigte met de ambulance afgevoerd. Ik ben er zeker van dat deze, nu voortplantingsloze,  corrida- man nog lang over deze traditie zal nadenken.

En dan is er nog de traditionele kleding. We moeten niet ver meer reizen om al die verschillende klederdrachten te zien.  Bij ons in Antwerpen zie je ze allemaal rondwandelen. Je kan hier Duitsers met Lederhosen en het bekende pluimpje op de hoed, gearmd met de Trachtendirnd- vrouw zien rondstampen en tulbandmannen en prachtige Indische schonen, met in de wind opbollende pastelkleurige zijden sarongs, zien flaneren. Afrikaanse vrouwen met ingevlochten wolvlechtjes en vrolijke gekleurde kledingprints,die vrolijk tegen hun zwarte huid afsteken,  slenteren kakelend en lachend door de straten.  Op een straathoek staat een Peruviaan panfluit te spelen in een poncho in allerlei kleuren van de regenboog. In andere wijken zie je vooral sombere zwartglanzende Jodenkostuums, pruikendames en djellaba’s in allerlei soorten en maten, alleen het provocerende islamitisch hoofddoekje roept bij sommige Belgen en Nederlanders nog wat controversie op. Alleen toeristen met Schotse kilts, Vietnamese hoedjes, Mexicaanse sombrero’s en Nederlandse klompen zie je hier niet rond kuieren, maar we weten dat deze attributen in het land van herkomst nog vrolijk gedragen worden. Zo heeft iedereen zijn eigenheid, zijn tradities, geloof , bijgeloof  en feesten.

Terwijl U dit leest, gaat het leven op aarde gewoon zijn gangetje. Er wordt nog steeds gedoopt, gevreeën, gehuwd, gescheiden, gevochten, gemoord en gestorven. Er wordt nog steeds traditioneel gekookt, gegeten, gefeest en gedanst.

Kunnen wij God, Jezus, Allah, Mohammed, Jahweh en al die andere aanbeden goden en de horrorsprookjes van de Bijbel, de Koran en de Thora niet eens, als proef, voor een jaartje of twee afschaffen? Eens kijken wat dit met de mensheid doet?  Misschien vindt de wereldbevolking het leven zonder die vermanende geloofsdwang wel heel bevrijdend en fijn.

We schaffen alle religieus getinte tradities en etentjes af. Alleen voor 1 april, de stierenloop en het gansrijden willen wij nog een uitzondering maken. Ik probeer nog ‘traditiegetrouw’ elke week een verhaaltje te schrijven, gewoon om jullie te laten glimlachen en sommige te doen nadenken. Maar of ik het nu meen of niet, schrijf of niet, de wereld draait nog steeds om zijn as en alles bleef zoals het was.

 

Sim,                                                 traditioneel vanuit Edegem, 26juli 2015.

24-07-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
19-07-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOMKWAMMERTELEVISIE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Er valt niet meer aan te twijfelen, na Radio Nostalgie hebben wij nu dementen- televisie. Nu is de algemene vergrijzing in Vlaanderen en Nederland een vaststaand feit, maar wat ze ons nu in de zomerperiode in onze maag willen splitsen tart elke verbeelding!  Je moet al blind en doof  zijn om niet te beseffen dat het recessie is in televisieland. Het is geen komkommertijd, maar een volledig overrijp vegetarisch- crisisbuffet. Het volledige programma speelt zich af in het verleden. Herhaling op herhaling, herhaling van de herhalingen en integrale reprises van ‘oudedoosfeuilletons’ worden over ons uitgestort. Wat vroeger op TV één geprogrammeerd stond, wordt nu als nieuwe reeks op het tweede net uitgezonden. Alle misdaadreeksen, die gedurende jaren op het tweede net vertoond werden, worden nu als recente aanwinsten op één aangeprezen. Ik begrijp niet dat er nog mensen zijn, die betalend via hun provider met “ooit gemist”, een misgelopen avondaflevering terug wensen te zien. Eventjes een weekje of 5 wachten en de aflevering komt wel opnieuw tijdens de ochtend of in de namiddag aan bod.

Ik veronderstel dat de programmeur van de Belgische en Nederlandse zenders ergens een dementerend omaatje in een rusthuis heeft. Bij elk volgend bezoek vraagt het programmatie- genie dan aan zijn grootmoeder of zij haar Alzheimer- clubje wil bijeenroepen om een televisiepeiling te houden. Als hij dan, na een paar uur tevergeefs wachten op de dolende zielen, eindelijk een paar dementerenden bij elkaar gekregen heeft, begint hij de enquête. Hij vraagt hun om eens diep na te denken en dan aan hem te vertellen welke feuilletons, films of documentaires zij nog graag op de televisie zouden willen zien. Je ziet dan op de onbewogen gezichten één groot vraagteken alvorens het lange termijngeheugen zich in werking stelt. Het resultaat was natuurlijk voorspelbaar. Het programmatie- kleinzoontje kwam vervolgens met een ganse lijst terug heruitzendbare ideeën bij de kijkdoosmakers aan. Het maakt trouwens niets uit of de kijkkastherhalingen in zwart/wit of in kleur uitgezonden zouden worden want de vergrijzende bevolking registreert, volgens hem, toch geen kleur meer. Dus de overgrote meerderheid Alzheimer-light bevolking zou dik tevreden moeten zijn met bisnummers van ‘Schipper naast Mathilde’ en van ‘Daar heb je Swiebertje’ van 1955. Ook alle nostalgische films uit de oude doos, zoals ‘Gone with the Wind’, ‘De Sissi trilogie’, ‘Annie get your gun’, ‘The sound of music’ en ‘de return of  Dracula van de vijftiger en zestiger jaren kunnen gerust geherwaardeerd worden en als nieuw op de buis gebracht worden.  En wat dacht U van de herhaling van de herhaling van de herhaling van de herhaling van de in 1990 opgestarte Vlaamse serie ‘ F.C. De kampioenen’? Kan U het spreekwoord  “de herhaling is de moeder van de perfectie” nog in een negatievere context zien? Komen bij U Carmen en Xavier niet stilaan Uw strot uit? Wilt U niet ook Uw schoen gooien, op risico dat U Uw beeldbuis raakt, naar het debiele Markske , die in het werkelijke leven ondertussen 25 jaar ouder geworden is?  De toenmalige studenten van de uit den treure herhaalde serie ‘de Kotmadame’ zijn ondertussen al lang advocaat, dokter of zelfs rechter. Vindt U het ook niet ergerlijk dat ‘Columbo’, ‘The A-team’,’ Macguyver’, ‘Baantjer’, ‘Dallas’ en ‘Toen was geluk heel gewoon’, terug onder het stof uitgehaald werden en opnieuw over ons uitgestort worden?  Documentaires van 2008 worden zonder blikken of blozen als nieuw heruitgezonden. De dieren die hierin soms een hoofdrol spelen, zijn ondertussen misschien zelfs uitgestorven. Het is duidelijk, dat televisieland geen oude schoenen weggegooid heeft, alvorens ze nieuwe heeft. Duizend meter, gratis gekregen Amerikaanse shit pellicule- film wordt door de kijkdoos gedramd. De televisiemakers noemen dit nostalgie- tv, ik noem het crisis- budget -nonsens. Al deze herhalingen hebben ook één enkel voordeel. We kunnen nu met zijn allen alle quizvragen beantwoorden, want we zijn nog niet zo seniel dat we een aflevering van voor twee maanden niet meer kunnen onthouden. Volledige reportages uit het jaar stillekes worden ‘absque omni exceptione’ op ons losgelaten. Optredens van stand up comedians worden gerecycleerd en in compilatie hernieuwd door je keelgat geduwd. Op de Nederlandse televisie wordt nog steeds ‘droomhuis gezocht” uit de antiekkast gehaald, terwijl het toenmalige immobiliën- aanbod misschien ondertussen al tot een ruïne herleid werd. Bij de heruitzendingen van ‘Flikken Maastricht’ moet U  heel goed aandachtig zijn , want minder oude en heel oude afleveringen vloeien nu in de vakantiemaanden wel eens door elkaar.

Zelfs bij de openbare omroep wordt er in het VRT journaal beknibbeld op interviews en belangrijke wereldfeiten. Terwijl de Arabische wereld in brand staat en iedereen elkaar racistisch de kop inslaat, zeikt men een volle tien minuten over de herkomst en de juiste benaming van het kinderspelletje ‘schaar-steen-papier’ of ‘blad-steen-schaar.  Nu heeft men nog maar juist, bij de gesubsidieerde Vlaamse TV, de omroepsters afgeschaft. Wie zat er nog te wachten op een dame die eventjes kwam uitleggen welke herhaling van de herhaling we weer te zien zouden krijgen? Soms wist de omroepster van dienst zelf niet meer hoe ze nog meer enthousiasme aan de dag kon leggen en startte dan maar met de herhalingen van de volgende twee dagen te becommentariëren. Kan er iemand misschien nog tevreden gesteld worden met een herhaling van een voetbalwedstrijd van 1999 of een stukje Tour de France van 2005, laat het vooral aan de programmatie- diensten van het Vlaamse- of  Nederlandse televisielandschap weten. Zij zullen U met plezier de herhaling in prime time voorschotelen. Het enige wat vernieuwend blijft doordraaien zijn de reclamespots of het EO uurtje ‘Nederland zingt’, daar kan U live de kareoke teksten over onze Heer meezingen. Naar welke zender men ook zapt, gesubsidieerde of commerciële televisie-uitzendingen, ook de jeugd krijgt tijdens de zomermaanden het oude bomma- aanbod  over zich heen.

Komkommertijd?? Kommer en kweltijd, ‘Kwamkwammertijd’ is het meest positieve benadering van de in onze molen gedraaide uitzendtijd.

 

Sim, bij herhaling Sim.  Wegens saai televisieaanbod genoodzaakt te schrijven!

                                      19 juli 2015

19-07-2015 om 17:51 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
12-07-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VOICE MAIL

Ik geraak stilaan verward van al die berichten over het geloof. Ik lees in kranten  en zie en hoor via de televisie allerlei idioterieën. Ik weet dat ik met mijn kruistochtverhaaltjes tegen de religies, kleine successen boek bij atheïsten en agnosten, maar ook dat ik tegen de schenen stamp van de meeste gelovige mensen. Toch ben ik er van overtuigd, dat de wereld door het geloof  volledig over de rooie gaat en dat de mensheid afstevent op totale vernietiging. Ik begrijp nu al lang niet meer hoe intelligente mensen achter zo’n Roomse lange jurkenmaffia blijven aanlopen. Hoe sommigen zich op korte tijd kunnen laten indoctrineren door religieuze fanatici, die in het bezit zijn van een lidkaart van het IS- tuig en de Taliban fanclub. Wat gaat er in de mensen hun geest om, om op bedevaart te gaan naar grotten en kathedralen en daar devoot neer te knielen en te bidden voor plaasteren en houten beelden. Het is onbegrijpelijk hoe miljoenen Joden nog steeds hun ganse leven in functie van het hiernamaals verkwanselen, voor een God, die zogezegd samen met hen geleden heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog in de concentratie- en vernietigingskampen maar hen destijds toch schromelijk verlaten heeft. Hoe groot moet een geloof zijn, om arme mensen ertoe te brengen hun laatste geld uit te geven aan wierrook en bladgoud om op de Boeddhabeelden te kleven. Hoe sterk is een religie om mensen ervan te overtuigen om minstens één keer in hun leven, zich rond een steen in trance te moeten cirkelen. Hoe diep geworteld moeten die sprookjes zijn, om ondanks al je religieuze pogingen en gebeden , nooit enig resultaat te zien en gewoon te blijven geloven? Denkt U niet, dat ik nu de dag van vandaag met een verhaal op de proppen zou komen, dat ik zonder seks zwanger geraakte, dat ik na de bevalling nog steeds maagd gebleven was, dat mijn zoon over water kan lopen, dat hij brood vermenigvuldigt, water in wijn kan veranderen en de zieken en kreupelen kan genezen door handoplegging en een gebed, dat men mij dan onverwijld zou afvoeren naar één of andere psychiatrische kliniek? Of dat mijn zoon op het podium zou plaatsnemen tussen alle Nobelprijswinnaars?

 

Zo las ik in de krant, dat drie Marokkaanse jongens in Marrakech op het Djemaa el Fna plein aangehouden werden omdat ze tijdens de ramadan, met temperaturen boven de 40 graden in de schaduw, elk een glas vers geperst sinaasappelsap gedronken hadden. De tien kraampjes met het geperste sap staan er tijdens de ramadan klaarblijkelijk alleen maar voor de verkoop aan de ongelovige toeristen. In plaats van de Islamietjes te wijzen op het verbod,( zoiets zoals bij ons; onder de 18 jaar schenken wij geen alcohol)  had de sinaasappelsapverkoper eerst aan de ramadammers drie glazen sap verkocht, ze die laten uitdrinken en vervolgens de politie opgebeld.  Leuke laffe achterbakse daad. De drie moslims riskeren nu een gevangenisstraf van 3 maanden!

Vroeger had men bij de Rooms katholieken ook een vastenmaand. Op vrijdag mocht er geen vlees, alleen vis gegeten worden. Ongedoopte baby’s die stierven gingen zonder pardon naar het voorgeborchte en geraakten nooit bij onze “Lieve” Heer die hen vroegtijdig tot zich geroepen had. De pastoor predikte, nacht en ontij van op de kansel als er gezondigd werd. Jaren heeft men de mensen met al deze onzin onderdrukt. Is de kerk of de mensheid dan geëvolueerd? En cours de route werden ineens een aantal christelijke zekerheden afgeschaft. Vasten was ineens niet meer nodig en we mogen nu alle dagen vlees of vis eten. Plots is dit geen zonde meer?? Voor elke gedoopte baby kreeg en krijgt nu nog, de katholieke kerk subsidie. Het was en is in hun eigen belang dat de kindjes allemaal, zo vlug mogelijk een drens doopwater over zich kregen en de namen in de gelovige analen werden opgeschreven, alvorens ze ongesubsidieerd  het tijdelijke voor het eeuwige verwisselden. Dus om de ouders wat aan te sporen om zo snel mogelijk te dopen,creëerde men het babyvoorgeborchte.  Vermits er minder kindersterfte was en de moderne mens problemen had met het idee dat die kleine schatten eeuwig voor de hemelpoort zouden moeten rondzwalpen, heeft men onder druk, het voorgeborchte maar ineens afgeschaft. Hoe kan dat dan? Als je ziet hoe hypocriet dat katholicisme was en is. Als je rijk was, kon je de zonden afkopen met aflaten. Hopen kaarsen worden gebrand, heel der bergen en markten worden op de knieën op- en afgekropen om er zeker van te zijn dat die ene heel grote zonde toch maar vergeven wordt, alvorens je jezelf aan de hemelpoort aanbiedt. Nu mag je overspel plegen, fraude plegen, liegen, corrupt zijn, moorden, de ene zonde op de andere opstapelen en vloeken à volonté, als je maar regelmatig gaat biechten. Tien minuten in de biechtstoel bij mijnheer pastoor, en na het stamelen van drie ‘weesgegroetjes’ en vijf ‘onze vaders, die in de hemelen zijt’, is je religieus curriculum vitae  weer stralend Dash wit! Je volledige zondige gedrag wordt door God vergeven en je kan er weer opnieuw tegenaan. Geloven die religiepredikers, nadat ze alle miserie in de wereld zien, nog zelf in hun verhaaltjes, of blijven ze dit gewoon stug volhouden alleen voor de macht? Kunnen zo’n katholieke pausen, die al deze veranderingen en tegemoetkomingen, in het geloof doorgevoerd hebben, dan niet eens gaan onderhandelen met andere godsdienstpredikers?

De Roomse Paus heeft echter andere prioriteiten. Op de televisie zag ik dat hij in Zuid Amerika als een rockster binnengehaald werd. Mensen sparen daar het eten uit hun mond om toch maar genoeg centen bij elkaar te krijgen om de tocht naar het geloofsfestival te kunnen maken. Dagen kamperen zij in kleine gammele tentjes en slapen in of zonder een slaapzak onder de blote hemel om vooral niets van die religieuze poppenkast te moeten missen. Zij luisteren ademloos naar die, met goudbrokaat opgedirkte jurkenman, die toevallig in het rijkste staatje van de wereld resideert. Hij oreert, dat alhoewel zij arm zijn, zij troost moeten blijven vinden in hun geloof, dat ze vooral moeten blijven bidden tot de Heer. Hij spelt hun het sprookje van de zoon Jezus op de mouw, die naar de aarde gestuurd werd om al de menselijke zonden af te kopen. Dat de zoon ook arm was, maar toch met een simpele truc de hongerige van brood voorzag en de dorstige wijn aanbood. Als de gelovigen zich dan, later op de avond als schapen vol geloofsadrenaline maar met lege geldbeugels en knorrende magen, biddend terug naar de sloppenwijk begeven, hopen zij alleen maar dat de goudgetooide herder gelijk heeft en dat God zijn zoon ook eens bij hen zal laten langskomen.

Maar ik begrijp het niet helemaal!  Krijgt God soms katarakt en ziet hij sommige delen van de wereld niet meer duidelijk? Merkt hij niet dat in India en Bangladesh, mensen onder kartonnen dozen wonen en onder plastiek zakken sterven? Of moet daar Ganesha en Shiva maar hun plan mee trekken?  Wordt God doof en moet hij misschien langs Audionova om zich een hoorapparaat aan te schaffen. Hoort hij al die biddende en van honger creperende Afrikanen niet? Is dit werelddeel voor hem één zwart gat? Waarom stuurt hij zijn zoon niet eens die richting uit om wat brood te vermenigvuldigen en wat vervuild rioolwater tot een Saint Petrus of een Chateauneuf du Paapje om te toveren? Misschien dat een vrouw het beter zou aangepakt hebben, dan zo’n halfgare predikkende hippie, die zich constant door zo’n twaalfkoppige nichtgenbrigade liet omringen. Zo’n gigantische problemen los je niet op met een vrouw als Maria in een grot aan een verhongerde, menstruerende puber te laten verschijnen. Misschien heeft God nog ergens een dochter rondzweven, die eventjes orde op zaken kan komen stellen. Een vrouw die de broek draagt, een vrouw met ballen, die van wanten weet.  Die onmiddellijk de regen op aarde eerlijk verdeelt, die de rijst- en de graanoogsten laat lukken, die het water drinkbaar maakt en het eventueel wijzigt in melk. Een dochter, die en passant de kindersterfte, het kastenverschil en de vrouwenbesnijdenis uitroeit. Dat zou maar eerst het juiste gebaar van God zijn!

Wat ik ook niet helemaal kan bevatten, is waarom de Goden, hier op aarde, zich allemaal door zo’n carnavaleske randdebielen moeten laten vertegenwoordigen. Kunnen zij zich, in het digitale tijdperk niet via Facebook manifesteren of ons allemaal gewoon hun rechtstreeks telefoonnummer doormailen. Poepsimpel, je toetst 7 (van de zevende hemel) en vervolgens 001. Tuut, tuut..

 

U spreekt met de voice mail van de goddelijke familie.

 Indien U Joods bent en het is toevallig sabbat, dan bent U nu al in de fout door op deze knoppen te drukken

-         Indien U meer informatie wenst over godsdiensten -  druk 1

-         Om op de hoogte te blijven over eventuele Maria verschijningen – druk 2

-         Wenst U informatie over creationisme of evolutieleer – druk 3

-         Had U een vraag over besnijdenissen, vrouwenverminking, files en spoorstakingen - druk 4

-         Wilt U een mirakel meemaken- druk 5

-         Wenst U informatie over de vastenperiode, de ramadan en laffe sinaasappelsapverkopers – druk 6

-         Wilt U aan eender welke kerk, moskee, tempel of synagoge een donatie doen, houdt Uw bankkaart klaar  - druk 7

-         Wilt U weten hoe en in welke hemel U opgevangen wordt na Uw zelfdoding, Uw zelfmoordterroristische aanslag of als martelaar- druk 8

-         Wenst U informatie over condoomgebruik, abortus of euthanasie, gelieve U tot een andere dienst te wenden.

-         Hebt U last van klokkengelui, Allah geroep, bedelmonniken, wierookstank, het krijsen van schapen voor het offerfeest, getuigen van Jehova en Scientology-bekeerlingen -  druk 87

-         Had U graag een digitaal kaarsje gebrand in een kerk naar keuze, houdt Uw creditkaart bij de hand en  - druk 88

-         Wordt U graag geïnformeerd over door de Goden geplande rampen, vulkaanuitbarstingen, overstromingen, tsunami’s of aardbevingen – druk 89

-         Indien U meer dan 80 jaar oud bent en in het bezit van een slapjanus en U wilt weten wat U nu nog met die 70 maagden in de hemel kan aanvangen – druk 90

-         Als U informatie wenst over doop, communie, Bar Mitswa,  Jom Kippoer, Pasen, Ons Heer Hemelvaart,  Loy Krathong, Kerstmis, het Suikerfeest of allerlei heilige feestdagen- druk 91

-         Wenst U klacht neer te leggen over homofiele en pedofiele geloofsvertegenwoordigers – druk 92

-         Hebt U last van flatulentie tijdens de gebedsdienst en wenst U dat een andere houding bespreekbaar wordt – druk 93

-         Wilt U meer informatie over de voortgang van Uw wensbriefjes, die U in de Klaagmuur stopte – druk 94

-         Denkt U dat U per toeval één van Uw voorouders, die als insect op de wereld teruggekeerd was, hebt ingeslikt of doodgemept – druk 95

-         Wenst U op de hoogte gehouden worden van de nieuwe modekleuren voor kazuifels, nonnenoutfits, pastoorkostuums, priesterboorden, bisschopkleden, djellaba’s, burka’s, hoofddoeken, tulbanden, pruiken en keppels -  druk 96

-         Hebt U opmerkingen over de onverstaanbare teksten in de Bijbel, de Koran of de Thora en wenst U ons hiervan op de hoogte stellen – druk 97

-         Wilt U informatie over bevruchting door de Heilige Geest, seks voor het huwelijk of na het huwelijk, verkrachting of pedofilie – druk 98

-         Hebt U vragen over de hemel, de hel, het vagevuur, genocide, terreurindoctrinatie,  of geloofsfanatisme – druk 99

-         Indien  voor U geen enkele vraag in onze bovenstaande lijst van toepassing is en U één van de Goden persoonlijk wilt spreken – druk 100

 

 

Tok, tok tok…1OO  klik

 

Al onze lijnen zijn bezet, gelieve aan Uw toestel te blijven.

Muziekje ; Halelulia, halelulia halelulia haleluuuu uuu lia…Al onze lijnen zijn bezet, gelieve aan Uw toestel te blijven. Muziekje; wie heb ik aan de lijn, halo, halo… Al onze lijnen zijn nog steeds bezet, gelieve aan Uw toestel te blijven. Arabische muziek weerklinkt. Er zijn nog 75 miljoen wachtende voor U en de wachttijd kan oplopen tot 9 jaar, 5 maanden, drie weken, twee dagen en 7 uren.. Indische sitarmuziek jengelt door de hoorn.  Probeert U het later nog eens. Al onze lijnen zijn bezet…

Wij danken U alvast voor het vertrouwen dat U, ondanks alles, in het geloof blijft hebben…piep, piep, piep bezettoon….

 

Sim,                              Edegem, 11 juli 2015 

 

 

 

Bijlagen:
mobiele-telefoon.jpg (28.6 KB)   

12-07-2015 om 18:55 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
20-06-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.LE NOUVEAU PENSIONNE EST ARRIVE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Als je een wat mondainere vakantiebestemming, zoals aan het meer van Annecy, uitkiest dan behoor je met je tent of caravan ondertussen tot de arme tak van de vakantiefamilie. Voor je het weet, sta je tussen de meters hoge, lange witglanzende muren van de campers. De grijze gepensioneerde naoorlogse babyboomers, die graue Welle, nemen het campinggebeuren volledig over. Ze stallen hun appartement op wielen op tien centimeter van je luifeltouwen en haringen, zonder je ook maar één blik, een woord of groet te gunnen. De schotelantennes op hun dak draaien piepend richting satelliet en indien die niet gevonden wordt, dan wordt er met de camper heen en weer gemanoeuvreerd. Zoals vorige generaties destijds uitpakten met hun nieuwe auto, de chiquere BMW of Mercedes, zo is nu de camper het nieuwe statussymbool geworden. Groot, groter, grootst. Zo ook wensen zij, om geen gezichtsverlies te lijden, dat er nergens op de camper een labeltje kleeft, waarop staat dat ze de luxevrachtwagen niet gekocht maar gewoon gehuurd hebben. Zij hebben vermoedelijk nooit in een tent gelegen noch met een caravan rondgereden en missen dan ook het samenhorigheidsgevoel dat er vroeger op de campings heerste. Het elkaar groeten en elkaar helpen .

Als er een caravan zonder mover de camping opdraait en de mensen hebben het een beetje moeilijk om het ding op zijn plaats te krijgen, dan had je vroeger onmiddellijk een tiental medekampeerders die een handje kwamen toesteken. Deze nieuwe campervakantievierders trekken eventjes de wenkbrauwen op, laten hun lippen wat minachtend zakken, blijven onbewegelijk voor hun mobiele hut zitten en steken geen poot uit. Je voelt je met je kleinere behuizing al snel de asielzoeker tussen de Europese camperpatsers. Alleen voor een nog grotere twee-assige mobiele pronkwagen, met uitschuifbare zijwanden, laten de camperaars nog een zekere interesse blijken en voelen zelfs zij een zekere afgunst.

’s Morgens zie je ze in hun witte wollige Paul en Shark kamerjassen, gouden sandaaltjes en fluo Nike sneakers, met de Louis Vitton toiletzak onder de arm, naar het sanitair flaneren met in hun vrije hand de rol toiletpapier. Ze spieden wat ongemakkelijk rond of iemand deze wat onaangename situatie gezien heeft. Ze moeten spijtig genoeg net zoals het campinggepeupel de campingdouche gebruiken en evengoed omdat ze hun eigen toiletje niet willen bevuilen, in het campingsanitair een drol draaien. Nu zijn niet alle camperkampeerders zo’n onsociale mensen, maar de overgrote meerderheid is toch van een ander kaliber en een andere mentaliteit dan de doorsnee tent- en caravanbezitter. Ik begrijp nog steeds niet waarom dit soort mensen met hun statussymboolgeld geen hotelkamer in een vijfsterren resort reserveren, waar ze ’s avonds ongestoord in hun Armani jurkjes, met hun D&G zonnebrillen en Versace colbertjes en Ferrari petjes kunnen paraderen. Nu hebben wij ondertussen een gewone caravan aangekocht, maar ik kan mij voorstellen hoe minachtend ze vroeger op onze compacte plooicaravan zouden neergekeken hebben. Destijds noemden wij onze Esterel vouwwagen nog ons naaidoosje, maar toen waren we natuurlijk wel een kwart eeuw jonger en dus veranderde de naam stilaan in onze kleine koekendoos. Wij reisden gans Europa af, zonder mover, zonder ingebouwd toilet, zonder lavabo, zonder satelliet, maar met zoveel meer kampeerplezier.

Nu zoeken wij ons een leuk kampeerplaatsje uit, parkeren onze villa en bezoeken met de auto in een grote straal alle bezienswaardigheden. Niet elke camping heeft een inkoopmogelijkheid om de hoek en dus rijden wij regelmatig eventjes met de auto naar de soms 10 kilometer verder gelegen winkel. De nieuwe kampeerder sleurt met winkelzakken of stalt zijn tafeltje en stoelen op de door hem gereserveerde campingplaats en moet met heel zijn hebben en houwen op uitstap of richting supermarkt. Dus moeten er volgende keer minstens fietsen mee.

Het is niet dat wij jaloers zijn op deze nieuwe rage, maar wij lachen toch in ons vuistje als deze ‘nouveau riche campeurs’ straks, met hun gigantische kermiswagens, uitstapjes naar de bergdorpjes in de Provence of het Côte d’Azur achterland willen maken. In Bormes- les- Mimosas bijvoorbeeld, kunnen ze net tot aan de ingang van het dorpje rijden om vervolgens via de rotonde opnieuw naar beneden te moeten. Dus volgende keer moet er achteraan een haak gemonteerd en een trailer met een moto mee. Ook de Italiaanse stadjes kom je met die vakantiemastodonten niet meer in. Even een uitstapje naar Portofino eindigt aan de enige ondergrondse auto- parkeergarage, waar zij met hun hoge campers nog niet eens binnen kunnen rijden. Op de terugweg vinden ze op zo’n 40 km geen enkele normale autoparkeerplaats meer, laat staan een camperplaats, want Italië slibt net als heel Europa volledig toe. De kampeerplaatsen in de Golf van Napels zijn zo klein, dat deze autobussen zelfs op sommige kampeerterreinen geweigerd worden. De prachtige Amalfi kust is al jaren verboden terrein voor zulke patservoertuigen. De mooiste delen van Italië kunnen niet bezocht worden, dus volgende keer moet er minstens een autootje achteraan. Het campergebeuren is duidelijk uit Amerika overgewaaid. De gepensioneerden verkopen daar hun huizen en trekken met een super-de-luxe camper het ganse land rond. Je hebt er speciale campercampings met alles erop en eraan. Met zulke gigantische afstanden kan je dan ook begrijpen dat mensen met zo’n mobiel- huis- op- wielen willen rondtrekken. Het oogt mooi, maar is het praktisch in Europa? Wij vinden van niet. Laatst stonden wij op een camping in de Mont Blanc regio waar een wat ouder Duits camperechtpaar ons kwam vragen of ze samen met ons, met onze auto, een keertje mee de bergen in mochten. Met hun twee- as- zonreflecterende witte camper konden ze en durfden ze niet de bergbaantjes op en waren dus gedoemd om de vakantie onbewegelijk op de camping door te brengen. We vonden het heel spijtig, maar wat babysitten op neue Pensionierten en ons wandelritme aan anderen te moeten aanpassen, zagen wij totaal niet zitten. Bezint voor je begint! Wij weten uit ondervinding wel beter. Sommige van onze vrienden en familie hebben de mobilhome een jaartje uitgeprobeerd, maar hebben snel opnieuw een caravannetje aangekocht. Het begon zo’n decennia geleden toen Duitsers met hun onbedwingbare drang om zich te profileren en hun rijkdom uit te stallen met hun gemotoriseerde flat begonnen rond te rijden. Nu een vijftal jaar vervolmaken de Fransen, de Britten en de Italianen de camperstatistieken. Alleen het merendeel van de Nederlanders blijft trouw aan zijn sleurhut en zijn tentje. De Belg daarentegen denkt nog steeds dat campings negerdorpen zijn en koopt zicht een appartement of een residentiële stacaravan aan de Belgische kust of resideert in een appartementje in Benidorm. De enige die aan de caravan blijven vasthouden zijn de zigeuners. De campermania is ondertussen echter niet meer tegen te houden, de camperfanaten zijn de nieuwe nomaden. Het zijn ondertussen niet alleen de gepensioneerden maar ook de twee weekjestoeristen die met zo’n autobussen rondrijden. De camperepidemie breidt dusdanig uit, zodat men in Frankrijk en Italië al de meeste parkeerplaatsen met een hoogteslagboom afgesloten heeft. Daarnaast worden er nu grote betalende parkings aangelegd waar de rondtrekkende campers voor maximum 48 u, op 1 meter van elkaar op het zinderende beton, mogen blijven ‘parkeerkamperen’. Elke zichzelf respecterende nieuwe Europese pensioengerechtigde en de wat betere vakantieklasse wil met heel zijn thuisinhoud in zo’n grote bak rondtoeren en elkaar liefst zoveel mogelijk de ogen uitsteken. Groot, groter, grootst. Duur, duurder, duurst! Les nouveaux pensionnés sont arrivés!

 

Sim,         Lac d’Annecy   20/6/2015

20-06-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
17-06-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.EEN NINE TO FIVE JOB

Wat is het toch met al die Nederlanders die in Frankrijk campings willen opstarten of beheren? Zaten die vroeger samen met ma en pa of met een vakantielief in een tentje in Frankrijk vakantie te vieren en willen die nu voor de rest van hun leven een goedgevoel- vakantie- job? En wat is dat dan toch met die Nederlanders die allemaal juist op zulke, door Nederlanders uitgebate campings willen samenhokken? Begrijp me niet verkeerd, de meeste Nederlanders die wij op ons reistraject tegenkwamen, waren heel joviale en geïnteresseerde mensen altijd in voor een leuke babbel of een borrel. Wij vinden dit volk zo leuk, dat wij, twee Belgjes, al onze wereldreizen met een groep Nederlanders via een Nederlandse reisorganisatie gemaakt hebben en hieraan ook een paar heel goede vrienden aan overgehouden hebben. Ze krijgen door de meeste Belgen het etiket gierig en zuinig opgekleefd, want een Belg ziet nog steeds caravanreizigers als een troep sukkelaars. In plaats dat die met hun vakantiebudget twee maanden met een caravan gans Europa doorkruisen, gaan die liever voor viermaal het vakantiegeld twee weekjes met hun krent in het Mexicaanse zand zitten of huren voor dit bedrag een appartementje op de Belgische zeedijk om twee weekjes achter de beslagen ruiten naar de regendruppels te staren. Dus laat de Nederlanders maar prijsbewust de wereld veroveren en met hun sleurhutten uitzwermen. Maar, hier, op zo’n 8 km van Crest in de Drôme-Provence, is er weer zo’n camping met Nederlandse uitbaters die met een oranjemagneet een speciaal soort landgenoten aantrekt. Hier huist zo’n nest ‘wollengeitensokkenbreiende’ Nederlanders. U kent ze wel, de heren met de geruite hemdjes in de vooroorlogse shorts, opgetrokken tot onder hun oksels en de bijbehorende witte sokken in de open sandalen. De dames met een lekker kort geknipt jongenskopje en makkelijke schapenpermanentjes. Ze spreken geen letter Frans en vinden het “Hartstikke leuk toch joh.. elke keer weer dezelfde mensen, je plaatsje aangewezen en je stokbroodje besteld in het Nederlands. Geen gezeur, lekker hoor!” Het zijn zo van die senioren die elk jaar opnieuw naar dezelfde camping trekken en liefst nog op hetzelfde plaatsje staan. Op deze camping heerst er een speciale jaarlijkse licht gereformeerde samenhorigheid en als nieuweling word je al snel heel benieuwd nagekeken. Ze kennen elkaar met naam en voornaam en als Huub, Treintje, Onno of Willemien met het papierafval, de lege blikjes, de lege glasflessen richting sorteerstraatje slenteren, kunnen ze niet aan een aantal caravans voorbij zonder het obligate weerpraatje en een hoop idioot geleuter. Dit is voor deze terugkerende oranjereizigers al het evenement van de dag. Sommigen zitten elke dag met hun stoeltje voor de caravan te bruinen en klampen iedere langs wandelende nieuwkomer aan om een praatje te maken. Nu vind ik het meestal heel prettig om met andere vakantiegangers, van welke nationaliteit ook, een babbeltje te maken. Aan ze te vragen wanneer en waar ze hun tocht begonnen zijn, waar ze naartoe reizen, wat ze al allemaal in de omgeving gezien en beleefd hebben en of er soms speciale aanbevelingswaardige campings op hun lijstje staan. Maar van de Noord- Limburgers naast ons word ik niet bijster slimmer. “Nou Toos, waar was dat alweer, waar ze die lekkere broodjes verkochten?” Nou Joop, was dat niet waar het constant zo regende?” “Macon, was het niet Macon Toos?” “Ho hebben jullie Macon bezocht, leuk stadje niet?” “Ach buurvrouw, we zijn er al na één nachtje doorgereden”. “En waar gaan jullie nu nog verder kamperen?” “We blijven eerst nog een paar weekjes gezellig hier staan en dan, ja Joop, hoe heet die camping nu alweer, iets met Planes of zo iets in de naam...ja ’t is een Acsi camping iets verder de Provence in..” zingt zij. ”Nee Toos het is geen Acsi camping maar eentje met Camping Cheques hoor!” “Vinden jullie vanuit deze camping een bezoek aan Crest de moeite waard?” “Ja Crest, daar kampeerden wij ook al een keer.” “Ho wat spijtig nou, blijven jullie maar twee nachtjes? Waar gaat de volgende rit naartoe?” “Wij trekken zo’n 200 km verder naar het Lac d’Annecy.” “Zeg Joop, kampeerden wij ook niet in Dannesi?” Joop kijkt glazig, lacht een beetje stupide en zegt er zangerig achteraan : ”Nee Toos, nu sla je de dingen weer volledig door elkaar meid!” Ach al snel krijg ik door dat ik geen nieuwe kampeerideeën aan deze reizigers zal overhouden en dat ons praatje samen waarschijnlijk het hoogtepunt van hun vakantie wordt. Deze camping, met ecologisch zwembad, ecologische wasmachines, bio dit en bio dat, ligt zo’n 10 km van de snelweg verwijderd en wordt dan ook in het campingboekje gepromoot als doorgangcamping. Alleen als je op zondagavond aankomt, krijg je te horen dat je geen brood kan bestellen want dat de bakker, die het brood rondbrengt op maandag gesloten is. Je moet dan zelf naar het eerstvolgende dorpje rijden om je eigen stokbroodje te gaan kopen. Nu wil je als doorgangkampeerder, die amper één nachtje op deze camping doorbrengt, ’s morgens toch zo snel mogelijk je sleurhut terug aan de haak hangen en als de bliksem naar het zonnige zuiden doorrijden, zonder dat er nog eerst een rondje bakker zoeken aan vooraf moet gaat. Dus op maandagochtend gaan er een vijftigtal auto’s en campers de camping in en uit rijden om het begeerde baguetje te gaan kopen. De lieverdjes die deze camping zo ecologisch uitbaten, hebben er gewoon niet bij stilgestaan, dat ze gewoon eventjes, na een lijstje broodbestelling op zondag, zelf veel eco- en klantvriendelijker met één auto dit traject zouden kunnen afleggen dan dat er vijftig benzine- en dieseldampende vervuilers op en aan moeten rijden. Misschien één keertje in de week wat vroeger dan de campinggasten opstaan en niet zo vasthouden aan die ambtenaartjesuren van 9 tot 12 en van 14 tot 18 uur? Maar ja, je kan organiseren of je kan het niet! Moesten ze meer hersencellen hebben, dan zouden ze nu geen verstopte toiletpotten ontstoppen maar advocaat geworden zijn en ergens in een riante villa in het Gooi of in belastingvrij over de grens in Brasschaat wonen, met een tweede verblijf in het zuiden. Moesten ze wat slimmer zijn, dan zouden ze nu geen camping maar met het grote geld een heuse voetbalploeg of een slikkende wielerploeg beheren. Alhoewel, al diegene die nu nog in de sport voor de sport gelooft, gelooft waarschijnlijk ook nog in Sinterklaas. Of nog een beter idee, misschien hadden ze nu afgevaardigde bij de FIFA kunnen zijn en met de corrupte ‘sportieve’ zwarte kas, een volledig tropisch eiland kunnen afhuren. Och, gelukkig zijn ze tevreden en voelen ze zich een beetje thuis in hun camping vol met hun speciaal slag kamperende licht dementerende oranjevedetten. Nog eventjes iets over die campingbureaucratie: Als echte staatsbediendes werken ze van 9 tot 12 en van 2 tot 6 uur. Nergens stond er in het campingboekje vermeld dat de camping in Les Saintes Maries-de-la-Mer van 12 tot 14 uur gesloten zou zijn. Dus kom je daar nietsvermoedend om vijf na twaalf aanrijden en sta je voor een donkere receptie en een neergelaten slagboom. Je caravan staat dan twee uur in de blakende zon met een temperatuur van 35 gr in de schaduw als een crematoriumoven op te warmen. Je kan dan alleen eventjes te voet op de camping rondwandelen en de enkele nog vrije plaatsjes bekijken. Zelf sta je er dan daarna als dubbel gebakken broodjes voor de receptie rond te draaien want na ons arriveren er nog een vijftiental caravans en campers die allemaal als een langgerekte file de campingingang blokkeren en de klok van twee uur afwachten. Er ontstaat een samenscholing en een zekere samenhorigheid van ontevreden oververhitte wachtende vakantiegangers, die het allemaal even schandalig vinden. Nu zijn wij zelf nogal van het organiserende type en omdat wij als eerste aankwamen, geven alle volgers een nummer. Gelukkig vinden de meeste dit allemaal prima. Het zal je maar gebeuren dat je voor een plaatsje in de Camargues- zon nog eerst een robbertje moet vechten. Wij zijn het er volledig mee eens dat iedere receptionist het recht heeft om ongestoord zijn boterhammetje te eten, maar om nu iedere, tijdens de siësta aangekomen, wachtende campinggast een zonneslag te bezorgen is wel een brug te ver. Om tien na twee uur gaat dan eindelijk het licht aan in het receptiegebouw en nemen er drie, ja u leest het correct, DRIE receptionisten plaats achter de balie. Nog nooit gehoord van om beurten te gaan lunchen, zodat er niet zo’n opgefokte en oververhitte caravan- en camperoptocht voor de slagboom staat? Ach zoals ik al schreef…als er wat meer organiserende hersencellen aanwezig zouden zijn… Maar het kan nog erger..als je vanuit het noorden, na een marathonrit van een 12 tot 14 uur of langer,na uren snelweg fileleed en tolstation bumperen eindelijk iets na zessen op je vakantieadres aankomt, dan sta je voor een afgesloten kampeerterrein. Je komt er zonder code niet meer in. Je kan dan kiezen, de nacht in je tentje, caravan of camper voor de gesloten afsluiting doorbrengen, of ergens in Les Saintes Maries een hotelkamertje zoeken, want om 18 uur stipt sluit de camping gewoon de boel af. Klantvriendelijk, mon oeil! Of we moeite doen, of niet ze komen toch! Nog eventjes ter informatie, ik geloof dat manlief niet alleen zijn gehoor, maar nu ook stilaan zijn zicht aan het verliezen is. Hij beweert dat hij al flink vermagerd is en dat zijn buik al minstens met het helft geslonken is…Volgens mij moet hij dringend naar de oogarts! Morgen rijden we naar het meer van Annecy, de meer gecultiveerde Nederlanders achterna. Sim, Grâne, bij Crest/Annecy 17 juni 2015

17-06-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
13-06-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VAN EEN MUG EEN OLIFANT MAKEN

We zetten onze tenten op in Les Saintes Maries- de- la- Mer, in het midden van de Rhone Delta. De Camargues, het land van de witte paarden, de stiertjes, de manades, de flamingo’s en de muggen.  De enige twee vliegen die wij van Barcelonette, tegen hun zin geïmporteerd hebben, verlaten zoemend onze auto en caravan. Volledig gefrustreerd verkennen zij hun nieuwe leefgebied op zoek naar hun eigen identiteit. Zij voelen zich hier helemaal niet thuis. Het is duidelijk onze fout dat zij tegen hun wil naar deze warmere oorden versast werden. Geen moment komt het in hun op, dat zij eigenlijk niets, maar dan ook totaal niets in onze auto en onze caravan te zoeken hadden.

Onmiddellijk beginnen ze aan de indoctrinatie van de plaatselijke insectenbevolking. Het is de ultieme kweekbodem om muggen tegen de plaatselijke toerist op te zetten. Deze laatste luisteren ademloos naar de opruiende taal van de twee oproerkraaiers. Terreur, zij willen terreur, bloed willen ze zien, veel bloed! Vooral die twee chocoladebruine globetrotters zullen het moeten ontgelden. De onderontwikkelde muskieten willen wel samen met die twee radicalen een plan ten uitvoer brengen. Zonder dat je ze ziet, zonder dat je ze hoort zullen ze terreur zaaien. Onder het aanroepen van hun ‘muggenallah’ worden zelfmoordcommando’s bij valavond naar de kleine caravan gestuurd. Daar zitten de twee naar citronella en Deet geurende vakantiegangers met een glaasje wijn van de laatste avondzon te genieten. Niets kan de terreurmuggen echter tegenhouden. Ze zijn intussen immuun voor al die rare geurtjes.

Het gekke is dat je die mini Camargues- muggentjes inderdaad niet ziet, noch hoort, noch voelt.  Echte Vlaamse muggen hoor je al op afstand in de slaapkamer komen aanzoemen en vervolgens begint de muggenachtervolging. Als je het licht aansteekt, verschuilen zij zich snel achter kasten en tussen spleten.  Eens de jacht gestaakt wordt en je de eerste slaapsnurk geproduceerd hebt, komen zij met een hoge zoemfrequentie opnieuw je nachtrust verstoren. Vervolgens wachten zij tot het moment wanneer jij werkelijk in dromenland bent en storten zich dan op al je niet bedekte lichaamsdelen. De volgende morgen kan je die, met je eigen bloed volgezogen vrouwtjesmuskieten, loom op je behang zien zitten uitrusten. Beng, mep, rode plekken op je maagdelijk witte behang en rode bulten op je lichaam. Maar wel met de voldoening dat je het terrorisme de muggenkop ingedrukt hebt.

Dat is wat een echte muggen zouden moeten doen, maar deze imitatie terroristen vallen laf aan, zonder waarschuwing. Ze storten zich, als kamikazepiloten, op het malse toeristenvlees. De muskietenartillerie heeft twee nieuwe doelwitten aangewezen gekregen. Een bloedtankstation voor de voortzetting van de irritante insectenbende en voortplanten zullen ze. Massaal.  Het is een ongelijke strijd, je kan niet met een kanon op een mug schieten.

Zelfs de antimuggen- spray en de verdampende antimuggen tabletten kunnen ’s nachts geen terreuraanslag verijdelen. De twee Barcelonette vliegen wrijven in hun pootjes als ze ’s morgens de twee slaapdronken zongebruinde vakantiegangers, volledig onder de beten uit de caravan zien strompelen. De twee vliegenimams zitten achter een struik en lachen in hun vuistje als ze zien hoe de jeuk de twee overvalt. De bulten zitten overal, op de enkels, onder de armen en op de kaken. ’s Morgens is er op je rug en billen een stip naar stiptekening ontstaan.  Gelieve de kleine rode bolletjes te volgen en je zal een tekening van een terreurvlag kunnen zien! Bij manlief hebben ze op zijn hoofd in zijn kleine kale plekje een rood opzwellende graancirkel gestoken. Hoe harder je krabt, hoe meer de muggenbeten groeien. Het lijken net jeukende kerstomaten. Aanstippen met een insectenbeet- pen, inwrijven met zalf voor na de beet of gewoon de bulten keer op keer openkrabben, niets helpt tegen de branderige, stekende jeuk. Er zit niets anders op dan bij de plaatselijke apotheek een nieuw antimuggen- middel te kopen, eentje dat nog wel werkt tegen die Camargues krengen. Wij willen niet muggenziften, maar genoeg is genoeg!

De volgende namiddag ontstaat er door de hitte een gigantisch onweer. Uren plenst het water uit de bliksemde en grollende lucht. Terwijl we voor de caravan, op het grondzeil, met onze voeten tot aan onze enkels in het water staan, kan ik maar aan één ding denken: “Ik hoop dat de musquito- terroristen allemaal verzopen zijn!”

 

Sim,      Les Saintes Maries- de- la- Mer              13 juni 2015

 

Bijlagen:
MUG.jpg (55.8 KB)   

13-06-2015 om 21:40 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
08-06-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FLIEREFLUITER
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Wij kamperen in Barcelonette. We staan met onze caravan aan de rivier, de Ubaye, die zo’n vijf meter dieper wild kolkend met veel geraas voorbij stroomt. Over de stroomversnellingen komen regelmatig rafters en kanovaarders avontuurvaren.

Elke morgen steken de 3000 meter hoge bergen scherp af tegen de knalblauwe hemel. Het is bloedheet, zelfs in de schaduw, en regelmatig vormen zich in de late namiddag onweerswolken. Ze kruipen donkergrijs met het nodige gerommel over de bergflanken en verduisteren nu en dan de zon. Door deze verzengende hitte ontstaan er zwermen vliegen. Ze kriebelen over je armen en benen en zoemen constant rond je oren en ogen Als je een stukje stokbrood op de tafel legt, is het net alsof je rozijnenbrood serveert en het is helemaal niet leuk meer als je deze zwerm van je bordje sla of je barbecue- vlees moet afslaan. Manlief wappert met de knalblauwe vliegenmepper en stuurt ze met vijf tegelijkertijd naar de vliegenhemel. Maar voor elke tot moes gemepte vlieg, komen er tien op de begrafenis. Eerst dachten we, dat er misschien ergens rond onze kampeerplaats  een lijk in ontbinding lag te stinken of dat wijzelf ze met een speciale geur of kleur naar ons toe lokten, maar overal zien wij ook onze campingburen met vliegenmeppers of kranten rondslaan. Deze insecten blijken ook niet bijster slim, ten minste ze lijken zeker niet met elkaar te communiceren. Als ze zich zoemend tussen hun vriendjeslijken neerpoten, is er geen één die tegen de andere zegt: “Goh, wat is er met onze broertjes gebeurd? Kijk dat kleine dikbuikige meneertje is helemaal niet dat gezellige grijze opaatje, maar de vliegenseriemoordenaar van Barcelonette! En daar dat kleine leuke caravannetje, waar we met zijn allen tegen de wand uitrusten en waar we allemaal zo graag naar binnen willen, is eigenlijk een echt vernietigingskamp! Amper vijf seconden binnen en we liggen met onze pootjes de lucht in. Wegwezen hier!” Maar nee, tegen beter weten in blijven ze met honderden rond zoemen en hun vliegenlot tarten. Deze zwoele warmte en de duizend vliegen zijn zo’n ergerlijke cocktail waardoor zelfs de mussen dood uit de hemel vallen. Geen tjielp is meer te horen.

Het is zo warm, dat je alleen op heel grote Alpenhoogte een draagbare wandeltemperatuur kan vinden.

Daarom nemen we de auto en rijden naar de col de Larche. Hier bevindt zich, op meer dan 2000 meter hoogte, het marmottenparadijs. Al na tien minuten stappen, worden wij beloond en zien we de eerste marmotjes op een grote steen zitten. We horen ze elkaar toefluiten: “Fwiet, gevaar, twee onbekende dieren, dekking zoeken!” De diertjes spurten naar hun holletjes maar net als je op hun hoogte komt, komen ze heel nieuwsgierig naar buiten loeren.  Het is nog vroeg in het seizoen, er zijn nog niet veel bergwandelaars en sommige marmotten blijven dan ook midden op de weg zitten en kijken ons heel benieuwd en gedurfd aan. Overal horen we het fwiet, fwiet, de marmottentamtam. Ze graven holletjes, rollebollen en vechten juist voor onze voeten. Raar hoe je sommige diertjes zou doodknuffelen en andere effectief zonder pardon doodmept. Het is een vrij vermoeiende wandeling geweest en mijn haar kleeft als een zweetband tegen mijn tomaatrode hoofd. Ik zie er niet uit als we terug aan de auto komen maar we besluiten toch alvorens we naar het vliegenparadijs rijden, eventjes in het gezellige stadje Barcelonette te stoppen. In de hoofdstraat word ik plots bewonderend nagesloten. Fwiet fwieeet. Manlief is het niet want die slentert even afgepeigerd voor mij uit door het bijna lege winkelstraatje.  Geen superslanke missen in de buurt alleen deze oververmoeide zestigplusser met dikke kont in short, een zweettoeters t-shirtje, rugzakje, wandelstokken, bergbottines, knalrode verbrande neus en een kapsel alsof ik juist onder douche vandaan kom. Ik kijk stiekem rond maar zie niemand die in aanmerking komt om mij zo bewonderend na te fluiten.  Fwiet fwieiet!  Weer weerklink het gefluit vol adoratie. Ik zoek of ik ergens een halfblinde bouwvakker, die zijn hobby nog steeds niet vaarwel heeft kunnen zeggen, uit een raam kan zien hangen. Misschien fluit er een man, met een hoekje af naar elke vrouw of elke hond met een rok aan of staan er ergens een paar jongelui stiekem grinnikend achter een hoekje? Niemand te zien! Fwiet fweet! 

Eventjes voel ik mij weer twintig, sexy, aantrekkelijk en een beetje later vooral blond, heel erg blond. Op het schab voor de souvenirwinkel zitten twee reuze speelgoed marmotten, die iedereen die hen in een straal van 5 meter kruist, lustig toefluiten. Ach eventjes was het een prettige illusie. Ik kan er echter niet aan voorbijgaan en koop een kleinere uitvoering voor mijn kleindochtertje. Niet eentje dat automatisch fluit, maar een flierefluiter waarbij ze op het buikje moeten duwen. Zo kan grote broer straks kleine zus weer laten schateren.

Als we wat later terug op de camping staan breekt de hel los. Purpergrijze wolken tuimelen over de bergpieken en bliksemknallen verlichten de hemel. Grote dikke druppels met hagel plenzen op de caravan.  Omdat de vooruitzichten, meer noordwaarts, in de Alpen niet zo denderend zijn, beslissen wij om terug naar de Zuid Franse kust te rijden. Les Saintes Maries de la Mer ligt in het midden van de Camargues. Al de vliegen die tijdens de storm hun heil in onze auto en onze caravan gezocht hebben, zullen straks nogal schrikken als ze in een totaal andere omgeving losgelaten worden.

 

Sim,              Barcelonette  6 juni 2015

08-06-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (1)
31-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.IDYLLISCH PLAATSJE AAN DE DURANCE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Er is niets zo geeuwverwekkend saai dan kamperen naast twee humorloze Zwitsers.

Er is niets zo ergerlijk dan te kamperen naast twee bassende, blaffende, jankende en keffende honden.

Er is niets zo super vervelend dan te kamperen naast twee humorloze Zwitsers met twee loslopende, bassende en keffende handtashondjes. Er is niets zo griezelig punctueel als een Zwitser in zijn eigen land. Maar eens ze de landsgrenzen voorbij zijn, laten ze hun honden onaangelijnd slordig over de camping zwerven. De camperdeur gaat s’ morgens nog niet open of de mormels stuiven aandachtzoekend en keffend, als koekoeksklokken die om de vijf minuten jodelend het uur verkondigen, de camper uit. Ze heffen hun poten op tegen elke struik, boom, tent of besproeien elk autowiel. Nu en dan leggen ze zelfs een drollerig aandenken midden op de campingweg. De baasjes hebben dat dan ‘zo gezegd’ juist niet gezien. Je mag er niets van zeggen, want de campingregel dat je een hond ten allen tijde aan de lijn dient te houden, is alleen gemaakt voor de brave burger, die zoals overal elders in de wereld de wetten braaf opvolgt en steeds het deksel op de neus krijgt. Zelfs een humoristische vriendelijke opmerking ketst gewoon op de Käsefondue- vreters af.

Toen we hier in Volonne, aan de route Napoleon aankwamen, gingen wij eerst de camping verkennen. Wij vonden een prachtig plaatsje naast de rivier, de Durance. Toen we na tien minuutjes naar de receptie terugstapten om het gekozen plaatsje te bevestigen, kwam er een Engelse camper de camping opgereden en begon zonder zich aan te melden langs de plaatsen te rijden. Wij onderschepten de twee Britten en vertelden hen dat het plaatsje 15B door ons gereserveerd was. Toen we met onze caravan op de desbetreffende plaats aankwamen, stond de Britse camper er al stationair te draaien. Toen we lachend op het nummer wezen, (Haha, Simmeke ne laisse pas manger le fromage de son pain!) durfden de twee eilandbewoners toch niet op ons grasveldje te parkeren. Ze draaiden hun mobilhome met enige tegenzin op de campingplaats juist achter ons. Voor hen dus geen rivierzicht. Hebben ze op dat moment beslist om ons te negeren, we zullen het nooit weten.

De appelblauwzeegroenturquoise rivier rimpelt zachtjes voorbij onze voortent. Aan de overkant tussen het riet hebben wij onze eigen ‘national geografic’ We zien drie dikke everzwijnen met zeven kleintjes komen drinken. Kwik, kwek en kwak zijn de drie eendjes die ons geadopteerd hebben en die drie- tot viermaal daags luid snaterend om brood komen bedelen. Mussen, mezen, vinken, eksters, tortelduiven, merels en nu en dan een koekoek kwetteren ons ’s morgens wakker. Soms komt er plots een reiger overgevlogen of loopt er een fretje of een eekhoorntje tussen de bomen.

Nu groeten alle doorwinterde kampeerders elkaar. Elke niet bekende inwoner van Volonne zegt bij het voorbijgaan een “bonjour Monsieurdame”, alleen de twee gepensioneerde Britten reageren nooit. De enige actie aan de camper is ’s morgens de stoelen klaarzetten om te lezen. Vervolgens zitten ze als zoutpilaren in de schaduw en hebben elk een boek op de schoot. Ze lezen boeken, ze lezen niet alleen, ze verslinden letters. Ze drinken thee en lezen. Ze eten lunch of dineren en lezen. Misschien leest the lady “50 tinten grijs” en wil ze bij haar fantasie niet gestoord worden, maar aan haar neerhangende mond, betwijfel ik dit ten zeerste. Ze kijken elkaar amper aan en ze praten niet, noch tegen elkaar, noch tegen de andere kampeerders. Nu hebben wij in de aangetrouwde familie ook een exemplaar dat uren, dagen, weken, maanden soms jaren niet spreekt, maar zo’n twee autistische stokstijve Willem de Zwijgers naast elkaar is ook voor ons een volledig nieuwe campingervaring. Hun Engelse pond is nog steeds niet gevallen dat men normaal tegen zijn campingburen een goede morgen, goede avond of minstens een smakelijk eten zegt. Helemaal in het begin liep ik met mijn afwasteiltje richting sanitair en knikte ik de eilandbewoners vrolijk toe, maar na tweemaal op rij geen reactie terug te krijgen, wandel ik nu, zonder zelfs een knikje, de onbeweeglijke witte lichamen van het Madame Tussauds wassenbeeldenmuseum voorbij. Ze zitten roerloos in de schaduw en lezen, lezen en lezen. Onbewegelijk, stokstijf  in dezelfde houding.

Nu en dan loer ik door ons achterste caravanvenstertje om te kijken of ze nog in leven zijn. Misschien zijn ze ondertussen wel gestorven op het veld van de Engelse literatuur. Zo’n twee Britse, in ontbinding stinkende lijken zouden ons idyllisch kampeerplaatsje duchtig kunnen verstoren.

Aan de andere kant staat een Antwerps koppel. Zij zijn voor het eerste jaar met pensioen en hebben zich met de uitkering van hun pensioensparen een beetje geüpgrade. Ze kochten een nieuwe auto, een grote caravan met alles erop en eraan en twee elektrische fietsen. We geraken in gesprek en ze vertellen ons dat ze nu twee maanden gaan rondtrekken en dan na de zomer twee maanden naar de Spaanse Costa trekken. We merken op dat ze één van de weinige Belgen zijn die, net als wij, op die manier rondreizen. Meestal zijn het de Nederlanders die globetrottend  en caravannend in Europa onderweg zijn. De Antwerpenaar zegt dat hij niet graag tussen die gierigaards kampeert. Wij horen hem wat stomverbaasd aan. Al de Nederlanders die wij tot hiertoe tegengekomen zijn, zijn hele joviale mensen, zelfs tegen het Belgisch Bourgondische af. Helemaal niet gierig, zuinig misschien, ja.. maar hebben ze geen gelijk? Wij en ook jullie, nieuwe Antwerpse gepensioneerden, kamperen toch ook liever twee maanden op de goedkopere Acsi of camping- chequecampings in plaats van ons een rib uit ons lijf te betalen, niet? De Antwerpenaar hoort zelfs onze argumentatie niet. Hij begint al op voorhand te lachen en zegt: “Awel ik ken een goei mop!” Waarom huilt een Nederlandse man als hij klaarkomt?  Woehaaa, omdat het dan uit zijn eigen zak komt!  Woehaaa!  Ik ken er nog één, wat gebeurde er met de twee Hollandse nichten die naar Parijs gingen?. Hahahaaa,  nichten zonder familieverband hé! Heddem? Snaptem? Dus wat gebeurde er met de twee Hollandse homo’s die naar Parijs..” de rest van de mop blijft ons gespaard want twee plaatsen verderop begint de Zwitsers- Franse hondenoorlog. De twee kleine Gruyèremormels worden uitgedaagd door een grote buldog, die gelukkig voor hen wel aangelijnd is. Het Franse baasje trekt aan de hondenriem, maar de buldog is niet af te remmen. Hij zal niet stoppen voor hij één van die zenuwachtige uitdagende kuttenlikkertjes een oor of een staart afgebeten heeft. Het gejank en het gekerm is niet om aan te horen. De jammerende Zwitsers trachten zonder resultaat hun niet opgevoede loslopende salonkeffers vast te grabbelen. Zij blijven echter aanvallen (de hondjes hoor, niet de Zwitsers) en wij lachen in ons vuistje en denken: “Ja buldogje, bijt maar eens goed in ‘les petits chiens’, laat ze maar eens goed rondspurten! Eigen schuld, dikke bult!” Iedereen komt nieuwsgierig uit de caravan of camper om het rampgebied te overzien. Alleen de twee Engelse bleekscheten blijven als marmeren beelden zitten en lezen voort. Als de hondenbrigade weer uit elkaar gehaald is, draaien wij ons terug om naar het Antwerpse koppel en roepen samen: “Ze gingen niet hé!”

 

Sim,       2/6/2015               Barcelonette, Alpes Mercantour

31-05-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
30-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.HYPOCRITISTAN
Klik op de afbeelding om de link te volgen

24. HYPOCRITISTAN

 

Gisteren vernamen wij via de satelliet- televisie, dat er in Vlaanderen, voor het Islamitische offerfeest, niet meer onverdoofd ritueel geslacht mag worden. Op deze manier zou een einde gemaakt moeten worden aan het dierenleed.  Het is te zeggen, overal krijgen de beestjes eerst een spuitje toegediend, alleen bij de erkende slachterijen mag het halal- mesje nog vrolijk rondzwiepen. U leest het goed! Twee maten en twee gewichten. Typisch hypocriet gemekker. Tegen het dierenleed? De schapen in kwestie hebben natuurlijk helemaal niets in de schapenpap te brokken waar ze het liefst hun hoofd zouden verliezen. De meeste ingeburgerde moslims, die hun schaapjes ondertussen op het Europese droge hebben, sturen geld naar hun thuisland om daar het rituele slachten in stand te houden. Toen er op het journaal ook nog de uitleg over het offerfeest achteraankwam en waarom die schaapjes massaal op een Arabische harakiri aan hun einde moesten komen, vonden we helemaal, dat het eens tijd zou worden dat er hier eens een duchtig woordje zou gesproken worden met die geloof- en dierenbarbaren. Om Abraham zijn geloof op proef te stellen, vroeg God hem het onmogelijke. Als teken van volledige goddelijke overgave, moest Abraham zijn enige zoon aan God offeren. Gewoon de diepgelovige man eerst een paar dagen lastigvallen en slapeloze nachten bezorgen in de hoop dat hij toch als een mak schaap zijn nageslacht de berg op zou sleuren. Als het mes zich bijna in de zoon geboord had, kwam God op zijn sadistische woorden terug en met een hemelse vergevensgezindheid nam hij toen genoegen met een schaap. En door dit sprookje worden er nu nog steeds, anno 2015, niet alleen in de moslimwereld maar ook in de ‘beschaafde’ westerse wereld, miljoenen halal- schaapjes onverdoofd ritueel geslacht. Hypocriet Vlaanderen!

 

Toen het terreuralarm in België afgekondigd werd, vroeg de Antwerpse burgemeester aan de regering om soldaten aan alle mogelijke doelwitten te plaatsen. Het plaatselijke politiekorps had andere prioriteiten, zoals snelheidsduivels flitsen, Wodkacontroles houden en verkeerd parkeerders beboeten. Dus de regering stemde toe en aan alle synagogen, Joodse scholen, diamantairs- wijken, stations en andere belangrijke gebouwen zag men zwaarbewapende soldaten de zaak bewaken. De Antwerpse bevolking was er gerust in, het terreur werd serieus genomen. Niemand stoorde zich aan de militaire bewaking. Men voelde zich veiliger. Alleen een tjeef, uit diezelfde regering, die anders bijna nooit een stap in Antwerpen zette,  kwam heel hypocriet, samen met zijn christelijke madame en een ‘toevallig’ opgetrommelde nest persmuskieten, de Antwerpse Meir afwandelen, om aan te tonen dat de soldaatjes veel te duur waren en hier helemaal niet nodig waren. Hypo-crisis-stan.

En dan wil ik nog een woordje schrijven over ons voormalig koningshuis. Hoe hypocriet kan je zijn, als je na een Delphineke gedaan te hebben, de ring van de paus gaat kussen? Ik zie ze nog op de televisie, zij de heilige Koninklijke boon met een kanten niemendalleke…op haar hoofd en hij met zijn doorzondige blik, neerknielen voor die jurkenman om door die kus al hun zonden af te kopen. Ik dacht dat de voltallige roddel- en rioolpers gierend van het lachen achter hun computer zouden kruipen om ons opnieuw een smeuïg verhaal over ‘papillon’ te brengen en minstens ons geheugen nog eventjes zouden opfrissen, maar niets daarvan. Kappersblaadjes vol knielende devote majesteiten. Hoe gaat dat dan in zijn werk, zo’n audiëntie? Praat de ene geheelonthouder dan met een vermanend vingertje de schuinsmarcheerder toe, alvorens de verlossende kus mag gegeven worden? Vraagt deze mijterman dan: “Sire, vertel het mij eens allemaal in geuren en pornokleuren!” “Ach U weet, of weet het niet monseigneur, maar het vlees is zwak en toen ik net over de grens zag, dat een prins met wat Lockheed- centjes er een minnares op kon nahouden, dacht ik, hé bien pour moi la même chose. Het was tenslotte niet helemaal alleen mijn fout, dat ik na jaren uitgedoofde Italiaanse passie, mijn Koninklijke staf in het verkeerde paleis parkeerde. Ik maakte van mijn dotatie een beetje een natuurlijke donatie. ’t Was tenslotte maar één letter verschillend hé!” Knipoogt die seksloze sinterklaas dan en vertelt die dan op een Alzheimer-light timbre: “Denkt U Sire, dat wij nooit in de verleiding komen? Dat onze jurk niet nu en dan omhoog komt, omdat onze kruisgang geprikkeld wordt? Wij bidden dan tot onze Heer, dat onze kleine heer van purperrode schaamte ineen zou schrompelen! Onze Heer hoort ons soms niet en dan behelpen wij ons met nu en dan een neefje, een misdienaartje of een koorknaapje op onze schoot te trekken. Voor een paar extra ouweltjes en een likstok krijgen we ze soms zo ver, dat ze ook onder onze jurk het wijwater gaan zoeken. Ach Sire, waarom denkt U dat wij in sommige kloosters de volledige zwijgplicht afgeroepen hebben,  als er daar één zijn mond zou opendoen, enfin om te praten, dan had je de godsdienstige poppen aan het dansen. Dus Sire, kus straks samen met Uw madame mijn goddelijke ring en al Uw zonden zullen vergeven worden!”  Hypochristusstan!

 

Sim,    Volonne, Alpes de Haute Provence              30 mei 2015

 

30-05-2015 om 17:12 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
25-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE VAN GOGH SURVIVALTOCHT
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Saint-Rémy-de-Provence is een blauwluiken- stadje dat zich onderaan de bergketen ‘Les Alpilles’ bevindt. Al tijdens de Romeinse tijd vond men dit de ideale plek om van het zonnige zuiden te genieten. Onderweg naar het bergdorpje Les Baux, vindt men de Romeinse opgraving Glanum met zijn triomfboog. De via Dolmitia en de via Aurelia leiden nog steeds naar Rome.

De huizen die zich in het mistralvrije binnenstad bevinden, zijn allemaal terracotta-, vanillevla- en eierschaalkleurig. Ze weerkaatsen de meizon op al de toeristen die jaarlijks dit Provençaals stadje bezoeken. Overal bloeit oleander en geurt de kamperfoelie. Allerlei gezellige winkeltjes kleuren de nauwe straatjes en je moet al van staal zijn om hier je nu en dan niet tot een aankoop te laten verleiden.

Saint-Rémy is de geboorteplaats van Nostradamus en het toevluchtsoord van de psychotische Vincent Van Gogh. Er is een schilderijenwandelroute uitgestippeld tot aan het Saint-Paul-de Mausole, het klooster waar de kunstenaar naar geestelijke rust zocht en zijn demonen in verschillende schilderijen van zich afpenseelde.

Zowel in Arles als hier werd hij destijds miskend en leefde hij in de grootste armoede. Vincent is nu de voornaamste trekpleister en ‘het geld in het toeristische laatje’ van de stadjes. Iedereen pikt hier ondertussen een graantje mee van de beroemde naam: Hotel Van Gogh, restaurant Vincent enz.

Als je tijdens een mistralwind in de omgeving van Saint-Rémy wandelt, dan begrijp je ineens veel beter met welke blik en gemoedstoestand Vincent deze omgeving schilderde. Je wandelt in een Van Gogh schilderij met de grillige bergwanden als ‘scenery’ achtergrond. De mistral rukt aan de cypres- en de olijfbomen. De klaprozen deinen als rode confetti heen en weer en de blauwe irissen worden door de rukwinden omvergeblazen. Vincent zag tijdens zijn leven geen cent voor zijn werk, maar iedereen die later ook maar één schilderij van hem in zijn bezit kreeg zag zijn rijkdom alleen maar toenemen. Je zou jezelf van minder frustratie een oor afsnijden.

Het is vandaag 25 mei en Pinksteren. Pinksteren, een hoogdag voor de Pinkster- gemeenschap, voor de anders gelovigen een zelfgefantaseerde heiligendag, voor de atheïsten een gratis meegenomen vakantiedag, voor de Antwerpenaren het begin van de Sinksenfoor, een zesweken durende kermis en voor Saint-Rémy de dag van de Transhumance. Duizenden schapen worden door de herders langs de buitenring rond het stadje voortgedreven. Het idee dat ze straks weer lekker kunnen grazen op de sappige weiden, doet hun vrolijk mekkerend achter en tegen elkaar voorstappen. De tweede keer dat ze dit rondje moeten lopen, voor de gratie van de honderden foto’s makende toeristen, vinden ze al minder prettig. De tongen hangen al uit de dorstige schapenkoppen en hun ogen kijken al minder happig in de achterkant van hun schapencollega’s.

Wij stappen naar de dienst voor toerisme en kopen er een wandelkaartje. De rondwandelingen zijn in rood, blauw, zwart, purper, oranje, groen en roze op de kaart aangeduid. De bewegwijzeringen ter plaatse zijn echter allemaal in het GR rood/wit of in het geel. Dit blijkt voor manlief al een verwarrende combinatie te zijn. We trekken de Alpilles in en na een uur gaat onze tocht al volledig de mist(ral) in. In plaats dat de aanwijzingen bij elke splitsing goed duidelijk aangegeven worden, moeten we weer elk een tiental meter een kant uitstappen om opnieuw een streepje kleur te vinden. De wandeluitleg is uiterst summier en zonder dat je het goed en wel beseft, gaat de ene geelbewegwijzerde wandeltocht over in de andere en stap je de verkeerde richting uit. Manlief foetert dat hij die gele strepenman met zijn verfpot wel eens zou willen tegenkomen en dat hij die GR bewegwijzeringvrijwilliger zijn gedacht wel eens zou willen zeggen. Dat hij, op het einde van ons verblijf hier, de wandelkaart met veel spektakel op het bureau van de dame van de dienst voor toerisme zal deponeren. Hij zal er haar op wijzen dat de uitleg uiterst verwarrend is en dat de ‘plaatsaanduidingsidioten’ en de burgemeester en de schepenen van het plaatselijke toerisme er geen kl…van kennen! “Ze moesten beschaamd zijn dat ze voor zulke misleidende kaartjes nog geld voor durven vragen ook!” Ach ik laat hem maar uitrazen ik weet ondertussen uit jarenlange ondervinding dat er bij manlief maar een minimale ruimte in zijn hersenpan voorzien werd voor het kaartlezen en oriëntatiegedeelte. Als je met manlief de Antwerpse Meir richting Grote Markt afloopt en je het aandurft om in een winkel binnen te stappen, hoef je hem maar tweekeer rond een molen hemden te laten draaien om dan tot de ontdekking te komen dat hij gegarandeerd niet meer weet van welke kant hij kwam en welke richting hij nu uit moet. Om de oriëntatiehutsekluts in manlief zijn hersenen te kunnen ontrafelen, heb je een heel gesofisticeerde en geavanceerde computer nodig en dan nog... Ik ben dan wel blond, maar kaartlezen kan ik als de beste. Ik versla zelfs met vlag en wimpel de gps madame. Een gewaarschuwde vrouw is er twee waard en dus smokkel ik reeds jaren een mini overlevingspakket met eten, fruit en water in de rugzak mee, want een wandeling van vier uurtjes kan al flink uitgroeien tot een volledige dagmars. In het begin stap ik nog steeds gedwee achter mijn kaartlezende analfabeet aan totdat mijn oriëntatiegevoel op de rem gaat staan en ik ervan overtuigd ben dat hij ons weer een paar extra niet bewegwijzerde kilometers laat klimmen en dalen. Dit draait steeds uit op oeverloze discussies, waar we ons juist op de kaart bevinden en welke richting we uit moeten. Als hij naar links zegt, dan weet ik al bij voorbaat dat de juiste weg naar rechts leidt. Al een paar keer in het verleden, stampvoette ik dat hij zijn eigen twee oriëntatiehersencellen maar moest volgen maar dat ik zowiezo de andere kant uitwandel. Als hij vanavond dan niet naast mijn caravanbed staat, zal ik samen met de campingbeheerder wel een zoekactie organiseren. Meestal drentelt manlief dan binnensmonds mompelend achter mij aan en wil, nadat wij na een half uurtje terug op de camping staan, nog steeds niet toegeven dat hij de verkeerde kant wou uitwandelen. Ach, begin in het buitenland, met zo’n oriëntatiegenie nooit alleen aan een bergwandeling, een jungletocht of een safari zonder de plaatselijke bevolking te informeren. Zij moeten indien ze ons binnen de week niet terugzien, het leger met een rescue- helicopter mobiliseren en die kwistig de nodige overlevingsvoedselpakketten laten uitstrooien. Dus als jullie de komende weken geen verhaaltjes meer toegestuurd krijgen, betekent dit ofwel, dat ik misschien geen wifi/internet op de camping meer heb, maar het kan ook zijn dat ik zonder nadenken noch tegenspraak en zonder enige twijfel, manlief op een wandeling gevolgd ben. Waarschijnlijk ben ik nu dan nog steeds aan mijn survivaltocht in het Van Gogh decor bezig en heeft men ons nog steeds niet teruggevonden.

 

Sim,         Saint-Rémy-de-Provence   25 mei 2015    

25-05-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
21-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.LA PLAGE ROMANTIQUE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

We gaan iets meer dan 40 jaar terug in de tijd. La Couronne was toen nog een ‘toeristenloos’ klein gehuchtje. In de kreek tussen de twee in de zee uitlopende rotsen lag een verlaten, volkomen leeg strandje. De doorsnee juli- augustus vakantieganger had dit deel van Zuid Frankrijk tussen Martigues en Marseille nog niet ontdekt. Er stonden 8 bungalowtjes, praktisch op het strand, waar ik als 18 jarige in logeerde. Diegenen die de column ‘summer of ‘68’ uit mijn boek ‘het scharnierend schuurtje I’ gelezen hebben, begrijpen dat ik uit een soort jeugdsentiment, manlief overhaalde om nog eens een keer deze kant uit te gaan.

De 8 houten bungalowtjes zijn ondertussen verdwenen en verruild door een compleet hotel -en bungalowcomplex. De pijnbomen, de vallei in, zijn gerooid en vervangen door gigantisch parkingbeton voor zo’n 450 betalende auto’s. La Couronne, dat ondertussen behoorlijk uitgedijt is, is uitgegroeid tot een volwaardige vakantiebestemming. Wij arriveren één dag voor Hemelvaartdag en het strand en het parkeerterrein zijn volledig leeg. De terrasjes liggen er wat onbemand en lusteloos bij.

De toenmalige camping van de familie Turc bestaat niet meer, maar nauwelijks over de heuvel, aan de volgende kreek, zijn er vijf verschillende nieuwe campings en bungalowparken uit de grond gestampt. Elk van deze vakantieparadijzen vermelden in hun reclamefolder dat het strand van Sainte Croix op een wandelboogscheut van hen verwijderd is.

En inderdaad op donderdag 14 mei, Hemelvaartsdag, slenteren wij voor de eerste keer, met onze stoeltjes richting strand. De Fransmannen hebben voor de derde keer op rij een lang brugweekeinde. Dus samen met ons zijn alle vaste kampeerders, de campinggasten, allochtoontoeristen en zigeunerpassanten van Martigues, Marseilles en omstreken als spreeuwen op het strandje neergestreken. Ze sleuren tafels, stoelen, parasols, luchtmatrassen, handdoeken, frigoboxen, thermosflessen, grote winkeltassen met stokbroden, gasvuurtjes, waterpijpen, beachball setjes, ballen, buggy’s, kinderen, emmertjes, schepjes en niet te vergeten hun telefoons het zand op. Vanaf het moment dat de strandpicknick geïnstalleerd is, begint de telefoonterreur. Ingeoliede en zonnencrèmeglanzende mannen en vrouwen telefoneren, sms’en, maken selfies, facebooken of twitteren. Overal hoor je telefoongerinkel en heel bizarre ringtones. Het wordt een geweldige beursdag voor de Franse telefoonproviders. De ééndagstoeristen krioelen over elkaar. Het strand lijkt één kleurrijk ‘handdoeken –patchwerk handwerk’. Het enige zand dat nog zichtbaar is, is het opstuivende zand, dat door een pamperbaby met zijn schepje ongecontroleerd omhoog gezwiept wordt. De omliggende zonnebaders roepen luid : “Arrète, arrète, stop” en sporen de ouders en grootouders aan hun kleine grut in toom te willen houden. De kleurige mensenzee gaat naadloos over in het azuurblauw van de Middellandse Zee. Bij het voetjesbaden krijg je kramp tot achter je oren. Een paar Franse ijsberen trotseren het ijzige zeewater. Misschien moeten ze wel een plas doen en is richting zee wel het enige alternatief. Een paar jonge moeders schommelen met de kleine beentjes van hun enkele maanden oude zuigelingen in het nog koude zeewater. De baby’s zetten het onmiddellijk op een krijsen. Dikke verontwaardigde tranen biggelen over hun bolle wangetjes. Langs de zijkant van het strand richting parking zitten een paar zigeunervrouwen, met verdoofde slapende peuters op hun schoot, te bedelen. “Madame, svp madaam, le bébé est malade.” De gipsymannen zitten in de schaduw onder de pijnbomen. Voor ons op het strand zitten drie adolescenten. Ze proberen om beurten hun waterpijp in gang te krijgen. Eén voor één branden ze hun vingers aan het gloeiende smaaksteentje alvorens er nog maar één een wolk stoom uit het mondstuk kan zuigen. Het strand ruikt naar appelrook, coconut zonnecrème en wiet. Achter ons horen we muziek en zien we dat vier mannen en één vrouw nog een vrij strandplaatsje zoeken. De mannen laten zich op hun standlakens neerzakken maar de vrouw blijft staan wiebelen. Uit de radio schettert steeds hetzelfde bonkdeuntje. De vrouw is een ‘overgeïntegreerde’ allochtone, met lang donker krullend haar, dat er in een poging tot blonderen, op sommige stukken als plukken uitgerafeld touw uitziet. Zij beweegt heel zinnenprikkelend haar mini bikinilichaam heen en weer. Zij wenkt met beide handen naar één van haar begeleiders. Op een centimeter strand beginnen ze op een heel uitdagende manier te dansen. Hij duwt zijn bovenbeen tussen haar dijen. Zij drukt haar jongejuffrouw tegen zijn bil aan en kronkelt met haar kont, alsof er nog een stuk in achtergebleven is. Een moderne versie van de ‘java-dans’ wordt opgevoerd. Na een paar erotische dansminuten laat de man zich al lachend terug in het zand vallen. Haar partydrug, van de vorige avond, blijkt echter nog lang niet uitgewerkt te zijn en opnieuw sleurt ze een nieuw kaalgeschoren slachtoffer van zijn badlaken omhoog. Het seksuele ‘zandrondschuifelen’ gaat gewoon verder.

Een paar prepuberale jongens op weg naar het water blijven verbijsterd, wijzend en grinnikend toekijken. Oma’s sleuren hun, op het ritme wippende kleutertjes voorbij het vijftal. Een drietal veertigers loeren naar het erotische schouwspel. Zij liggen op hun buik en draaien ongemakkelijk op hun standlaken heen en weer. Het eentonige muziekje wordt nu al meer dan een half uur herhaald en de buikdanseres stopt haar vruchtbaarheidsdans nog steeds niet. Ze wiebelt en schommelt met alle vier haar fuifbegeleiders. Haar verwachte explosieve hoogtepunt blijft echter uit. Bij de rondomliggende badgasten gaan de wenkbrauwen regelmatig de hoogte in. Enkelen van hen nemen hun handdoeken bij elkaar en zoeken een rustiger plaatsje om te telefoneren. De mistralwind steekt op en hier en daar vliegen de parasols en luchtmatrassen de hoogte in. De geïmproviseerde buitenkeukens worden in allerijl afgebroken. Gebruinde en verbrande lichamen schuifelen richting auto’s, waar ze onder luid getoeter naar de ‘pannier’ van Marseille en naar Martigues terugrijden. De campinggasten sjokken als een karavaan kamelen opnieuw richting caravan, bungalow of camper. Lang geleden dat wij, als voorjaarsvakantiegangers, in mei nog zoveel jonge mensen bij elkaar op een strand zagen. Zo’n mierennest, het leek wel juli of augustus. Na het verlengde weekeinde was het omgewoelde zand van de plage van La Couronne terug het beloofde verlaten Bounty strand.

 

Sim,                        La Couronne 20 mei 2015

 

 

 

 

 

21-05-2015 om 17:08 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
16-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.BURN OUT
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Ik ben overwerkt. Ik sta er helemaal alleen voor. Ik ben echt toe aan mijn pensioen. Ik had het allemaal heel goed gepland. Ik gaf Adam een vrouwtje waar hij mee kon spelen, hoe ze samen wat vlinders in hun buik konden voelen.  Maar al na de eerste tweelingworp liep het al fout. Kaïn doodde zijn broer Abel. Vroeger had ik onze Zeus en ons Minerva nog die mij een handje toestaken, maar zij hebben zich in een chique villa op de Olympus teruggetrokken en verbouwen nu Griekse olijven en voeren yoghurt uit. Mijn broer, die de andere helft van de wereld aanhoorde, heeft zich ook al een tijdje van de aarde afgekeerd. Elke morgen, bij het krieken van de dag, maakte men hem met het nodige geschreeuw wakker en elke keer dat hij terug indutte, was dat gekrijs er weer. Daar beneden in de woestijn zat er iemand, die weliswaar stemmen hoorde en die iedereen wijsmaakte dat hij een rechtstreekse hemellijn met hem had.  Ach het was een psychotisch geval, maar mijn broer was al lang tevreden dat hij niet meer naar al die gebeden moest luisteren. Het zou er voor hem alleszins niet gemakkelijker op worden om al die smeekbedes uit elkaar te houden want ondertussen hadden al die eerstgeboren mannen dezelfde naam gekregen. Mo hier en Mo daar. Mijn broer kon al lang geen onderscheid meer tussen de vrouwen maken. Luister en herken maar eens wie er onder die rondscharrelende donkerblauwe tentzeilen, met ruitjes voor hun gezicht, thuishoort. Maar volgens mij heeft mijn broer, door zich voortijdig uit dat deel van de aarde terug te trekken een hoop hersenloze vandalen aan de macht geholpen. Toen ik hem daarstraks achter zijn waterpijp uittrok en hem op zijn verantwoordelijkheid wees, haalde hij zijn schouders op en vertelde mij dat hij helemaal geen zin meer had om al dat geklaag en gejeremieer aan te horen. Toen ik hem vertelde dat de Arabische Janssens en Janssens zich ondertussen de kop insloegen of de keel oversneden en dat zijn achterban stilaan alleen uit latente seksueel gefrustreerde hooligans en avonturiers bestond, dacht ik dat ik hem gewoon: “lik mijn reet” hoorde mompelen.  Hij lachte sarcastisch en zei: “Dat ze straks allemaal nogal zouden verschieten als ze hierboven kwamen en er geen 70 maagden hen juichend stonden op te wachten. Toen ik hem om uitleg vroeg antwoordde hij gemelijk: “Ach ik stuur ze gewoon als illegalen door naar jouw hemel, aan jullie kant van de aardbol zijn ze heel goed op de hoogte van deze problematiek. Soms probeer ik ze bij leven al een beetje met hun neus op de feiten te drukken,maar luisteren…no way, Arabische lente my ass!

Ik liet mijn klote bon vivant broer theeslurpend achter. Ik had al genoeg aan mijn hoofd om me nog eens flink druk over zijn onkundigheid te maken. Ook ik dacht eventjes dat ik een goede opvolger, om het sprookje van de schepping voort te zetten, gevonden had, maar de zaken liepen enigszins anders dan ik wilde. Maria, een knappe jonge maagd, had naast de pot gepiest en probeerde nu iedereen wijs te maken dat ik de vader was. De dna-test bestond toen nog niet, want anders zou de geschiedenis wel een andere wending gekregen hebben. Jozef kon er niet erg om lachen, maar vermits zijn prostaat al enkele jaren volledig dichtgeslibd was,  liet hij de boel, de boel maar. Onze Jezus was een hele speciale. Heel de dag speelde hij met de os en de ezel en goochelde hij met steentjes, goud, mirre en wierook, cadeautjes die hij eens ooit gekregen had. Hij scandeerde de ganse dag door moraliserende teksten en liet zich omringen door een groepje dolende geesten, die aan zijn lippen hingen. Eventjes dacht ik dat mijn broodje gebakken was en dat ik op mijn goddelijke wolk op mijn lauweren zou kunnen gaan rusten. Liet die malloot zich toch inschrijven bij “Jeruzalem got talent”. Daar goochelde hij wat met water en wijn, verdubbelde wat brood en verraste de jury met de truc, hoe hij over het water kon lopen. Gewonnen heeft hij niet. Hij kreeg hoogstens een kroon en een kruisje..maar hij liet toch zijn fanclub verbijsterd achter, na de grote verdwijntruc. Dus daar ging ik weer. Probeer maar geconcentreerd te blijven, miljoenen mensen die overal op de aarde je aandacht proberen te trekken en je bedanken voor dingen waar ik helemaal geen weet van heb. Ik word verondersteld alles te horen, te zien en almachtig te zijn. Het is dan toch normaal dat mijn belangstelling afneemt, dat ik het eventjes allemaal niet meer in de hand heb. Ik word compleet gek van al die biddende vragende mensen. Op zo’n momenten moet ook ik mij eventjes afreageren. Ik wil ze gewoon overtuigen dat ik niets van dit alles ben, dat ik hun allemaal niet met hun aardse zaken kan helpen, dus spoel ik eventjes een tsunami over de stranden, laat ik een vulkaantje uitbarsten, een vliegtuigje crashen en laat de aarde snel wat schommelen. Lekker de tektonische platen een ogenblik tegen elkaar kloppen. De mensheid heeft dan een momentje wat anders aan zijn hoofd en dan krijg ik misschien een rustpauze.  Maar niets van dit alles, ze gaan me dan nog met kaarsjes en gebeden bedanken omdat ik er toch nog een paar in leven gelaten heb. Gekke mensheid. Ik geef mijn ontslag. Ik draai nu al meer dan 2000 jaar mee en ik vind dat ik genoeg gewerkt heb om mijn oudedagvoorziening op te nemen.  Maar ondertussen heeft er zich zo’n religieuze ‘oudemannenclub’ gevormd, die mijn ontslag niet aanvaardt en die mij prompt als hun CEO gebombardeerd heeft. Al eeuwen kloppen ze de centen uit de mensen hun zakken om hun paleizen en kerken vol te proppen met goud en zilver. Ik ontwierp de man en de vrouw omdat ze wat lekker konden ‘foeschelen’ met elkaar en nu komt die geheelonthoudersvereniging uit mijn naam verkondigen dat seks voor het huwelijk en een condoom gebruiken zondig zouden zijn. Deuh! HIV, nooit van gehoord?  En die ‘langejurkenventen’ maar aan elkaar en nog erger aan de kinderen prutsen. Eerst mijn aandacht opeisen door een hoop klokkengelui, dan een toneeltje opvoeren, wat wierook rondzwiepen en ouweltjes uitdelen . Of de hand op het hoofd leggen en de mensen laten geloven dat ze een directe lijn met mij hebben. Nog nooit heb ik met één van die godsdienstwaanzinnigen een praatje gemaakt, nog nooit heeft er ook maar één durven zeggen dat ik nooit antwoordde. Is er nergens een godsbond waar ik kan protesteren. Wat ellende daar beneden. Ik schaam me diep, ik kan het niet meer aanzien. Ook die twee die daar  in La Couronne voor hun caravan zitten te scrabbelen. Het mannetje verliest nu al voor de tiende keer en roept constant dat het mijn fout is. Hoor! Daar roept hij het weer ‘godverdomme, godverdoeme’.  Ik kan het niet meer aanhoren!  Ik wil eruit.. ik heb een burn out!

 

Sim, La Couronne   16 mei 2015

Bijlagen:
P5150021.jpg (50.6 KB)   

16-05-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
11-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.EAU DE PROVENCE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Dit jaar gaan we met de voorjaarsvakantie niet met onze krent in het warme Zuid Franse zand zitten, maar opteren we voor een “slankmakende”(hmm hmm) wandelvariatie in de Vercors, de Drôme-Provençal en de Alpen. Overal in Europa viert men het einde van de tweede wereldoorlog en de bevrijdingsdagen. Hier in Frankrijk viert men dit op 8 mei en dit levert samen met de feestdag van 1 mei, de Fransmannen nu voor de tweede keer een verlengd weekeinde. Bij zoveel vrije tijd krijgen de Fransmannen onmiddellijk een opstoot van groepsactiviteiten, teambuilding en het daarbij horende kuddegevoel. Terwijl wij van de Vercors richting de Provence rijden, bromt ons een groep van een 25tigtal ouderlingen op zware moto’s voorbij.  Op een bepaalde mijlpaal in hun leven moesten zij een indringende keuze maken: een minnares of een moto. Vermits de meeste van deze grijze koppen het seksuele geile hoogtepunt al ruim voorbij zijn, hijsen ze zich liever in een lederen pakje,  met doodshoofden op de rug en steken ze een Harley Davidson of een zware BMW tussen de benen.

Alvorens het enige vervoer op hun oude dag, een rollator of een volautomatische scootmobiel wordt en ze de rest van hun dagen gepamperd tussen bejaardengezeur moeten slijten, willen ze nog eenmaal in groep de macho uithangen en van een zweempje voorbije jeugd genieten.

Vanuit de tegenovergestelde richting komt er een kudde hoogrode fietsers met veelkleurige helmen de berg opgezwoegd. Een vijftiental mannen dragen blauwe, gele, rode, roze en bolletjestruien met op de rug  de naam van de sponsors, ‘Le Bonbon,  Le meilleur nougat de Montelimar en Carrefour’. Hoe ouder de fietsers, hoe meer de pedaaltrappers over de weg zwijmelen en hoe groter de afstand tot het vooruit sprintende peloton wordt. Dit is nog maar een oefenwedstrijdje, morgen gaan ze met zijn allen de Mont Ventoux op.

We stallen onze caravan in Buis-le-Baronnies, een toeristisch Provençaals stadje in de schaduw van de Mont Ventoux en het Mekka van de bergbeklimmers. Overal zie je ze tegen de steile berghellingen aan de touwen hangen.

Voor de lila- blauwe lavendelvelden is het nog te vroeg op het seizoen, maar de Provence zorgt voor een explosie van allerlei andere geuren. Het aroma komt je tegemoet..als je het deurtje van de caravan opendoet..het is de lente! We wandelen in een Van Gogh schilderij tussen eeuwenoude knoestige olijfbomen tussen grote velden blauwe irissen, bloedrode papavers en purperrode valeriaan. Heel het wandeldecor, met zicht op de Mont Ventoux geurt naar moerbeibloemen en naar bloesems van acacia- en seringenbomen. De blaadjes aan de lindebomen komen frisgroen kijken en de fruitbomen vormen na hun roze bloesemknoppen hun eerste kleine groen- rode vruchtjes. Bloeiende tijm, rozemarijn en grote struiken gele brem trillen van de zoemende bijtjes die op de honinggeur afkomen. Geen enkele grote ‘neus’ van de parfumstad Grasse kan zo’n prachtig delicaat geurenpallet samenstellen.

Als we van de wandeling terugkomen, zijn er op de camping een aantal weekeindtoeristen in de bungalows getrokken en staan er overal minitentjes van de jonge klimmers.  Schuin over ons is een familie grootouders, ouders en kleinkinderen gearriveerd. De opa, pappie, is een schriele vent die met een fotocamera en een ADHD- ritme non stop van de ene naar de andere kant van de camping spurt. Hij draagt een veel te ruime geruite short met daarboven een kleurrijke t-shirt met bloemen en dolfijnen. In zijn open sandalen draagt hij witte sokken. De oma is van een gans ander kaliber. Eerst zie je twee tepels en vijf minuten later komt daar de rest van mammie, gekleed in een zilverglanzende jurk, achteraan. Hoe kunnen zo’n kleine voetjes, magere beentjes en dunne billen, een tegengewicht bieden voor zo’n bombastische voorkant. Hoe komt het dat mammie, met zo’n bos hout voor de deur, niet alle twee passen frontaal tegen de vlakte gaat? Dit is wat wij in Antwerpen “veel volk in de statie’ noemen. Veel volk? Een gans Centraal station van Antwerpen of Amsterdam volgepakt met een massa drammende reizigers, roltrappen vol, hun neuzen gedrukt tegen de glazen inkomdeuren. Er kan geen passagier meer bij. Ik veronderstel dat zij een Lola Ferrari beha- model met ingebouwde katrollen draagt. Manlief spiedt vol ongeloof en angst naar dit natuurfenomeen. Hij vergelijkt mijn, sinds de overgang al flink toegenomen beha- maat met de voorbij deinende tietenmassa.  “Hoe kan een man daar aan beginnen zonder te verdwalen op deze Mount Everest? Je hebt minstens een pikhouweel, koorden en de nodige musquetons nodig om deze vleesberg te beklimmen! Niet moeilijk dat pappie als een ‘vliegende Fransman’ over de camping raast!”

De 30 jarige zoon werd  waarschijnlijk tijdens zijn jeugd erg met de omvang van zijn moeder gepest en heeft zich uit frustratie volledig laten vol tatoeëren. Hij draagt een zwart ‘marcelleke’ en het kruis van zijn jeansbroek hangt tussen zijn knieën. Hij is kaalgeschoren en alleen een klein sikje haar siert zijn kin. Op een gezapig tempo verslijt hij de onderkant van de uitgerafelde jeanspijpen.  De twee- en vierjarige kleinzoontjes zijn langs de zijkant kaalgeschoren en hebben nog alleen een kaketoekuif  boven op hun hoofdjes. Ze lijken zo uit een indianen- sioux- film weggelopen. Mama is een kleine magere grijze muis. Ze past helemaal niet in dit driedaags familie-uitje, maar wie weet staat ze bol van speciale slaapkamerwensen. Onze televisie- modegoeroe, Jani zou bij het zien van deze hotemetoten een spontane hartverzakking krijgen.

Na twee brugnachtjes is de rust op de camping teruggekeerd. De tentjes en campers zijn verdwenen, de chalets terug onbewoond en de kuddes zijn terug naar huis afgezakt. De Provence geurt weer uitsluitend voor ons beidjes!

 

Sim, 10 mei 2015

 

Bijlagen:
EAU DE PROVENCE.jpg (55.4 KB)   

11-05-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
05-05-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DE 1 MEI UITTOCHT

Vermits onze zoon en schoondochter, na 15 jaar samenwonen beslisten dat ze op 5 mei zonder mama’s, papa’s, getuigen, feest en tralala hun ja-woord  gingen geven, besloten wij dan toch maar op 1 mei met onze vakantie te starten. Terwijl in Antwerpen de vakbondsmensen, als duracel konijnen achter de rode vlaggen marcheren en slogans tegen de regering scanderen, haken wij onze caravan aan de auto. Het is al eeuwen geleden dat wij zelf in deze 1 mei stoet meeliepen en als we al niet mee opstapten, dan gingen we minstens toch in Antwerpen naar de optocht kijken.  Toen was dit nog het ‘feest van de arbeid’, ondertussen is deze dag uitgegroeid als het ‘feest van de ontevreden, overwerkte stakers’. Mannen die de midlifecrisisleeftijd al eventjes voorbij zijn redenvorige dagen nog als echte wielerterroristen de ronde van Vlaanderen. Ze spurtten de klinkers van de Koppenberg op en roepen nu luid dat ze niet langer dan een 58 jarige leeftijd kunnen werken. Nu ze langer moeten werken, heeft plots iedereen een zwaar beroep. De vorige eerste minister, die eender roze dan rood was, had tijdens de blauw/rode legislatuur de pensioenleeftijd al behoorlijk opgetrokken. Vorige regeringen, onder Wilfried Martens en met de socialisten, hanteerden vroeger reeds zonder tegenspraak een paar indexsprongen. Klom er toen iemand op de barricades? Hoorde men toen iemand schande roepen? Legde men toen massaal het werk neer? Maar nu de socialisten zelf niet meer in de huidige regering zitten en kunnen potverteren, staken en joelen ze. De rode achterban is volledig gefrustreerd en ze begrijpen nog steeds niet waarom ze zoveel stemmetjes verloren hebben en hoe het komt dat onze schuldenberg zo hoog opgelopen is. Misschien hopen ze wel stiekem dat de doorsnee werkende mens de opeengestapelde rode schandalen ondertussen vergeten is. Claesje die een beetje sjoemelde met helikoptercentjes, Van den Broucke die het zwarte geld in de rode kas wou in brand steken, Laurette rettekkentet, met haar in de oorlog collaborerende grootvader, die de nieuwe lichting regerende politiekers, als een volleerd viswijf, een zwart verleden wil aanmeten en Steve gratis die, zonder de toestemming van de dame in kwestie, zich naar een verzopen hoogtepunt neukte.

Gratis dit, gratis dat, niets is gratis, iemand moet de rekening betalen. Ze luisteren naar de toespraken van hun kleine opperhoofd, die de arrogantie van zijn vader met de pap ingelepeld kreeg. Hij is het hoofd van de oppositie- voerende partij die de rijken wil laten betalen! Eeuwen zaten ze in de regering en nooit hebben ze hierover een mond opengedaan. Wij blijven echter de echte socialisten, ondanks de socialistische graaiende salon- politiekers. Het chronisch optimistisch volksgewauwel kunnen wij missen als kiespijn en dus op zo’n dag

rijden wij richting Dijon, richting zuiden, richting zon...enfin dat dachten wij!

Vanaf de Franse grens giet het pijpenstelen. Donkergrijze mistige regenwolken omhullen onze auto en onze rijdende villa. Nederlandse meivakantie-  sleurhutten plenzen ons voorbij. God is waarschijnlijk niet links georiënteerd en schenkt de Franse rode vaandeldragers echt zeikweer. Eén of andere rode organisator is, vermoedelijk gisteren, vergeten aan de clarissenorde van het nonnenklooster van ‘soeur sourire’, een zestal eieren te offreren, om zo mooi weer af te dwingen!

 Als we Dijon binnenrijden, staan op elke hoek van de verlate natte straten, verregende muguet- verkopers. Hun hoofden hangen, net als de witte meiklokjes, depressief in hun regenjassen omlaag. 1 Mei is traditioneel, in Frankrijk nog meer dan in België, meiklokjes dag. Lelietjes van dalen…lelietjes van begrotingsputten zeker.

De camping van Dijon ligt naast een kanaal. De onderkant van de bomen zijn al onder het waterpeil verdwenen. We zoeken een wat hoger droog plaatsje en laten voor alle evacuatie mogelijkheden onze caravan maar aan de auto vasthangen. De regen plenst in grote druppels op de caravan. Het water spat alle kanten uit en stroomt langs de ramen naar beneden.  Voor we die eerste avond met een ‘carwash’ gevoel in ons bedje kruipen, hopen we dat het snelstromend kanaalwater, tijdens de nacht, niet verder stijgt.

De Franse weergod had een beetje medelijden met de, anders stemmende, lange weekend- en andere toeristen en verblijdt ons de volgende zaterdagmorgen met een parelmoer zonnetje.

We wandelen van de camping, langs het kolkend kanaaltje, richting de oude binnenstad van Dijon. Aan de grandeur van de huizen, het paleis en de kathedraal kan je zien dat Dijon vroeger een belangrijke stad geweest is. Rond de overdekte markthallen is er op zaterdagochtend ook een gewone markt. De lege stad van gisteren bruist nu van de gezelligheid. De terrassen zitten vol.  Wij vinden om te lunchen nog een leeg tafeltje in het zonnetje en bekijken de voorbij wandelende mensen. Aan de uitgang van de markthallen staan drie diarreebruine mannen. Met een terroristische werkloze blik zien ze naar de goddeloze massa. Op hun hoofd een pet zonder klep, een uitgerafelde Bin Laden baard en hun handen wriemelend in de zakken van hun djelaba’s. Ze bekijken met geile blikken de hoofddoekloze jonge meisjes die voorbij paraderen. Lange bruine benen, minirokken en bloesjes, waarin de omhoog staande tepeltjes duidelijk aantonen dat de aangekondigde mei temperaturen nog niet voor vandaag zullen zijn. In hun land van herkomst zouden ze nu stenen in de hand nemen en die ongesluierde opgeilsletjes wel eens een lesje leren. Ze zijn nog niet hersteld van hun spontane erectie als twee allochtone wiebelnichten, luid snaterend à la Paul de Leeuw, hand in hand voorbij huppelen. In hun land van herkomst zouden deze nu al lang aan een touw bungelen.

 De zon duikelt een beetje en wij kruipen wat dieper in onze jassen. Aan de tafel voor ons zitten drie vijftig- plus vrouwen, het moeten hete mokkels zijn, want ze dragen alleen flinterdunne t-shirtjes over hun silicone borsten en spannende jeansbroeken met meer gaten en rafels dan stof. Alle vrouwelijke verbouwingen moeten trots aan de voorbij kuierende marktkopers getoond worden. Volledig ‘geliposuctiedieerde’ achterwerken, gekneed naar het Jennifer Lopez model en opgespoten lippen waar een bonobo aap jaloers op zou zijn. Alle aangezichtsrimpels gladgestreken, grijze haren gecamoufleerd, alleen hals en handen verraden de ware leeftijd. Zij nippen aan een Kir Royale, de drank die oorspronkelijk in Dijon uitgevonden werd. Zij koeren als er een paar uit de kluiten gewassen marktkramers voorbij komen. Deze dames weten waar Dijon de mosterd haalt.

Als we in de namiddag terug richting camping slenteren begint het opnieuw te regenen. Kampeerders op het laaggelegen gedeelte van de camping worden gesommeerd de caravan aan te pikken en een nachtje op de hoger gelegen parkeerplaatsen door te brengen. Morgen rijden wij verder, richting Vercors en de Drôme,  richting zuiden, richting de zon…??

Ik zou nu ook al een balans kunnen opmaken van één dag vakantie en de ‘bijna’ eerste verdwenen pet. Zij werd door manlief achtergelaten in de douchecel van de camping maar gelukkig door de alerte echtgenote (moi) op tijd gerecupereerd. Mijn pen jeukt om het relaas te beginnen maar na twee maanden vakantie zal de opsomming van de verloren voorwerpen interessanter en zonder twijfel veel indrukwekkender zijn.

 

Sim,                                                                                          Dijon 2 mei 2015.

 

 

05-05-2015 om 00:00 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)
11-04-2015
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.MINI MC ENROE
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Schoondochtertje wil van onze achtjarige kleinzoon, Matteo een tenniswonder maken. De plannen worden met de tennisspelende bompa besproken. Kleinzoontje hoort het allemaal gelaten aan. Hij staat niet van over- enthousiasme te wippen en trekt niet aan mama’s trui om onmiddellijk een racket te gaan kopen. Hij mengt zich totaal niet met de ouder- en grootouderlijke projecten;  “Om goed te leren tennissen, ga je best bij een tennisclub en leer je samen met andere kinderen de kneepjes van het tennis” zegt bompa. De tennislessen blijken niet zo duur te zijn maar het kostenplaatje slaat behoorlijk door, als er tevens een jaarabonnement moet betaald worden. Ik bereken intussen hoe duur dit jaarabonnement wel niet zal uitvallen, als er maar twee weekjes les van gebruikt zullen worden.  Na acht jaar heeft mama nog steeds niet door dat kleinzoontje een identieke kopie van zijn papa is. Kleinzoontjes teamspelers- gen duikelt net zoals dat van ‘kleine papa’ onder het min niveau.  Zij willen niet dat andere toekomstige tennislegendes kunnen zien, hoe zij telkens de bal letterlijk en figuurlijk misslaan.  Keer op keer zoekt mama een sportieve uitdaging voor haar spruit maar de moederlijke ambitie wordt met een kinderlijke breakpoint naar de tennishemel verwezen. Als de toekomstige mini Mc Enroe tijdens de paasvakantie bij bompa en Nana komt logeren, komt de aap uit de mouw. Er moet niet geïnvesteerd worden in tennislessen, een tennisracket, tennisschoenen en een tennisshirtje, want kleinzoon schudt zijn hoofdje en zet mama’s wens ineens buitenspel. Hij vertikt het naar een club te gaan en wil alleen van bompa leren tennissen. Om eerlijk te zijn, wou hij eigenlijk alleen maar badmintonnen. Dat is toch ook met een racket niet?

Bompa heeft in de tuinkast nog twee badmintonrackets en een hoop pluimpjes liggen en het tweetal gaat dagelijks een beetje oefenen.

Matteo klopt verwoed de pluimen allerlei richtingen uit en juicht als hij per ongeluk een naar hem toegespeelde ‘shuttle’ kan raken.  Hij klopt gaten in de lucht, zwiept de racket heen en weer en is na tien minuten bompa’s instructies al dik moe. Ja de weg naar succes blijkt veel langer dan die naar teleurstelling. Als hij, met een vernietigend handgebaar en rollende ogen, bompa van het terrein wegstuurt, priemt zijn vingertje richting Nana.

Hij weet niet waaraan hij begint! Nana en ballen, geen grote, geen kleine, geen pluimpjes, Nana heeft er de ballen verstand van. (Nu ja er zijn uitzonderingen maar dat is voor een ander soort verhaaltjes) Ik lijk wel motorisch gestoord als ik de badmintonracket heen en weer beweeg. Kleinzoon krijgt geen badmintonpluim meer op een normale wijze aangereikt, maar heeft nu wel pret voor tien. Schaterend constateert hij dat hij nu niet de enige kluns op het veld is.

Ik vertel hem wat later hoe ik mijn eerste tennislessen in een vakantieclub in Spanje kreeg. Een hoge tennismuur, hoge metalen netten rond het oefenveld, een knappe tennisleraar en het eerste jaar dat de witte tennisballen door gele exemplaren vervangen werden. Alles was voorhanden om nog voor Kim Clijsters, een wereldvedette van de jaren 70 te worden. Alleen mijn motoriek ontbrak. Alle dagen van de vakantie oefende ik in de withete zon, tegen de wand mijn forehand, backhand en opslagen. Mijn ballen ketsten tegen de oefenwand, klapperden de blauwe Spaanse lucht in, kletsten over de metalen afsluiting en belandden tussen de knalgele bloemen van vetplanten die rond de tennisvelden aangeplant werden. Na een uurtje les was ik niet vochtig van het zweet maar helemaal kletsnat. De halve les zocht ik onder de spuitende sproei installaties naar mijn verloren gesmashte, gele tennisballen tussen de tennisbalgrote vanille geelkleurige bloemen. Telkens ik op het tennis court verscheen, trok mijn tennisleraar zich metaforisch, met veel overdreven pathos, de haren uit het Spaanse hoofd. Het geflirt van de eerste les had plaatsgemaakt voor totaal sportieve verwarring.  Na elke opslag mepte hij zich vol ongeloof tegen het hoofd. Deze onpedagogische aanpak ondergroef al mijn toekomstige tennisinspiratie. Dus mama en kleinzoontje, zoals jullie kunnen zien;  De sportieve appel valt niet ver van de grootouderlijke boom!

 

Sim, Nana, Advantage, deuce , luv!       11 april 2015

 

 

 

 

11-04-2015 om 15:59 geschreven door Sim  

0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
Categorie:columns
>> Reageer (0)


Inhoud blog
  • SARZUELA
  • CALIMA, CORONA EN GUAPA, GUAPA
  • ALAAF, ALAAF
  • SCHEEFPOEPERSFEESTDAG
  • BREXITVRIJGEZELLENFEESTJE
  • TERREURUITKERINGKJE
  • OVER EUTHNASIE, VOETBALPLEZIER EN REGERRGEILHEID
  • PECHVOGELS
  • AAN ALLE LEZERS EEN FIJNE KERST EN EEN GELUKKIG 2020 !
  • EN ZO LANG DE SINJOREN BESTAAN, ZAL ANTWERPEN NOOIT NIET VERGAAN...
  • KIJK, DE MOON SCHIJNT DOOR DE BOMEN
  • WIJ ZIJN WEG VAN JOU
  • ROCCO EN DE AIRCO
  • THE KILLING FIELDS
  • SCHIPPER MAG IK OVERVAREN?
  • IEMAND EEN FRANS OOR AANNAAIEN
  • DOOR EEN VEEL TE ROZE BRIL!
  • 'T WAS NACHT, 'T WAS NACHT, 'T WAS MIDDEN IN DE NACHT!
  • R.I.P.
  • REIS ROND DE WERELD IN TACHTIG DAGEN
  • HET NIEUWE PASEN
  • BRAINSTORMEN ROND DE REDACTIETAFEL
  • TABLEAU VIVANT CANARIAS
  • TINDERITIS
  • DE TEN-BEL WACHTTOREN
  • WE HEBBEN DE WIND IN DE ZEILEN.
  • WIE HET SCHOENTJE PAST
  • DONDERDAGNAMIDDAGHOBBY
  • NIEUWJAARSNACHT IN THE HELL HOLE!
  • HET GELE HESJES GOEDE DOEL
  • DE FEESTDAGEN STAAN VOOR DE DEUR
  • 33 GRADEN WEG VAN MEKKA
  • IEDER ZIJN HOBBY
  • DONOR IN THE DARK!
  • MISS CAMPING LE FLORIDE ET L'EMBOUCHURE LE BARCARES
  • DE KOGEL IS DOOR DE KATHEDRAAL !
  • HET JETLAGUURTJE
  • MIJN HERSENS KRAKEN VAN ONGELOOF!
  • WE ARE BELGIUM!
  • WAT RIJMT ER OP STENT EN OP EEN FLUITJE VAN EEN CENT?
  • MOET ER GEEN ZAND ZIJN?
  • DE SCHAAMTE VOORBIJ!
  • DE POLITIE, UW VRIEND!
  • EERSTE MIRAKEL VAN SIM DUIDELIJK MISLUKT
  • HET EERSTE MIRAKEL VAN SIM
  • VLAAMS TELEVISIEAANBOD VOOR GEESTELIJK GESTOORDEN...
  • #TATTOEDELOE
  • OUVERTURE 1812
  • DE ANTWERPSE BURGEMEESTER BART DE WEVER WOENSDAGAVOND MET SPOED NAAR HOSPITAAL!
  • EEN COLA LIGHT OF EEN COLA ZERO NO SUGAR AUB.
  • ER ZIJN GEEN ZEKERHEDEN MEER IN HET LEVEN!
  • #MIETOE
  • MON FRANCAIS PREFERE...
  • HET KUNNEN NIET ALLEMAAL JOVIALE KAMPEERNEDERLANDERS ZIJN...
  • KWAK KWAK, DIE EEND IS DOEIT!
  • SATELLIET TELEVISIE OP REIS
  • DE RARE KAPSELOORLOG
  • TROUBLE IN PARADISE
  • VAN DE PRINS GEEN KWAAD WETEN
  • VAN DIE BOER GEEN EIEREN!
  • DE HEILIGE KOE
  • STRINGELING
  • WANNEER GAAN 'DE GELOVEN' ER EINDELIJK AAN GELOVEN?
  • PANIEK IN MANDAATJESGRAAIERSLAND
  • CANARISCHE PISPALEN
  • TERUG VAN WEGGEWEEST
  • PAISAJA LUNAR HET MAANLANDSCHAP
  • IK BEN DUIDELIJK EEN EMOTIONELE ETER!
  • LIEFDESVERKLARING OP EEN STEUNPILAAR ONDER DE BRUG VAN DE AUTOSTRADE
  • ZIEKENHUISBLUES
  • BEJAARDENGYMNASTIEK
  • Săptămâna trecută în ziare, vorige week in de kranten
  • RODE NEUZEN DAG KOMT VOOR HAAR EEN HALVE EEUW TE LAAT
  • IK MAAK GRATIS RECLAME VOOR DE GEHOORAPPARATEN VAN LAPPERRE, AUDIONOVA, HANS ANDERS EN AMPLIFON
  • PLAS-PIS-POEP EN KAKCONTRACT BIJ ONZE NOORDERBUREN
  • EEN HAAR IN DE BOTER
  • DE EEN ZIJN DOOD IS DE ANDER ZIJN BROOD
  • PEUMPERZWEUDEN
  • HET IS DE WIND MIJN KIND
  • DROMENVANGER GEZOCHT
  • CARAVAN MET EEN ECHO, MET EEN ECHO, MET EEN ECHO
  • ZAKKENVULLER
  • OUDERSCHAPSEXAMEN MISSCHIEN EEN GOED IDEE?
  • AUTOVRIJE ZONDAG IN BRUSSEL
  • HOW MUCH IS THAT DOGGY IN THE WINDOW?
  • HELAAS PINDAKAAS
  • SLAAP TOERISTJE SLAAP
  • DE WERELD SCHOKT EN SCHUDT
  • VIVE LE ROI, VIVE LA BELGIQUE
  • OVER ARTRITISNEKKEN, REUMADUIMEN EN VIRTUELE FIGUURTJES
  • SPROOKJES BESTAAN NIET!
  • ZOEKEN JULLIE EEN REISBIJSTAND IN HET BUITENLAND??
  • DE OUVERTURE VAN WILLEMCAMPERTELL
  • STOELENDANS
  • COMMUNAUTAIRE STRUBBELINGEN OP EEN FRANSE CAMPING
  • NOIR AVEC PARFUM DE PIPI
  • KUDDEGEESTSYNDROOM
  • WHY WHY WHY DELILAH
  • HEMELEN
  • SPAARCENTEN

    Blog als favoriet !

    Over mijzelf
    Ik ben Cornelis Sim, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Sim.
    Ik ben een vrouw en woon in Edegem (Belgie) en mijn beroep is gepensioneerde secretaresse.
    Ik ben geboren op 17/12/1951 en ben nu dus 72 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Reizen, lezen, schrijven, fotografie en koken.

    Foto

    Foto

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Categorieën
  • allerlei leuke verhalen (4)
  • columns (199)
  • humor (0)
  • kleinkinderen (1)
  • vakantie (6)
  • vrouwen (1)

  • E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Mailinglijst

    Geef je e-mail adres op en klik op onderstaande knop om je in te schrijven voor de mailinglist.




    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!